no;4I. 129e Jaargang. 1886. Donderdag 18 Februari, Gemeente-belastingen. Middelburg 17 Februari, Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3.50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. SUPPLETOIR Kohier n°. 2 voor de plaatselijke directe belasting op de inkomsten over 1885. Invoerrecht op granen. 1hiddelburgsche courant. Agenten te Vlissingen: P. G-. de Vey Mestdabh Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kminingen: F. tan dee Pei.tl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. VANNiEUWENHUnzEN,teTerneuzen:A.vandekpeljl Jz. Hoofdagenten voor het Buitenlandte Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube Cie., John F. Jones, opvolger. De burgemeester en wethouders van Middelburg brengen ter kennis van de ingezetenen, dat het tweede suppletoir kohier van de plaatselijke directe belasting op de inkomsten over het jaar 1885, door gedeputeerde staten van Zeeland den 12 Februari 1886 is goedgekeurd, en ter invorde ring aan den gemeente-ontvanger uitgereikt, terwijl het in afschrift, van den 18 Februari 1886 gedu rende vijf maanden, op de secretarie dezer gemeente voor een ieder ter lezing zal worden nedergelegd en aldaar in druk verkrijgbaar gesteld, tegen be taling van 5 cent per exemplaar. Middelburg, den 16 Februari 1886. De burgemeester en wethouders voornoemd, PICKÉ. De secretaris, A. DE VOLDER VAN NOORDEN. De adressen, door den minister van waterstaat om advies in handen gesteld van bet Ned. land- bouw-comiié, waren afkomstig van K. J. Faber en 178 andere landbouwers en mede-belanghebbenden in het Westerkwartier der provincie Groningen, van vijf leden der staten van Limburg voor het kanton Sittard met eene vermelding van de namen der 89 gemeenten in die provincie, die door adressen van adhaesie van instemming met het adres hadden doen blgken, en van de Maat schappij ter bevordering van Nijverheid in het Westerkwartier der provincie Groningen, allen aandringende op een matig invoerrecht op granen. Wij deelden gisteren mee dat het genoemde comité ten sterkste ontraadt aan dien wensch ge hoor te geven. Om aan het verlangen van den minister tot het geven van advies in dezen te kunnen vol doen, heeft het comité in de eerste plaats getracht, zich eene duidelijke voorstelling te vormen van hetgeen adressanten eigenlijk willen. In het adres van de staten uit Limburg, dat de bezwaren helder en uitvoerig uiteenzet, wordt het heffen van een matig invoerrecht noodig geoordeeld, en wel van 30 per last tarwe, makende ƒ1.25 per 100 kilogr., van ƒ2.50 per 100 kilogr. meel en overigens van de andere graansoorten als zal blijken met de vorige in overeenstemming te zijn. De beide andere adressen, ook afkomstig uit eene graanbouwende streek, geven hetzelfde middel aan de hand, zonder dat daarbjj het bedrag van het recht wordt aangegeven, noch eene aandui ding plaats heeft van de artikelen, die belast moeten worden. Als oorzaak van den kwjjnenden toestand wordt vooral de aandacht gevestigd op de groote aan voeren van granen uit andere werelddeelen en op belemmeringen, die meer en meer aan onze producten in andere landen worden gesteld. Van partij trekken voor eene of andere streek mag bjj het adres geen sprake zijnhet onder zoek behoort den geheelen Nederlandschen land bouw te omvatten, en het algemeen belang moet steeds voor oogen gehouden worden. Het comité heeft daarom getracht, zich een duideljjk beeld te vormen van de bewegingen, die op het gebied van den landbouw zich voordoen. Daartoe zijn de landbouwverslagen over 1882 en 1883 ter hand genomen, terwijl, bij gebreke van dat over 1884, de statistiek van den in-, uit en doorvoer over dat jaar dienst heeft gedaan. Uit die verslagen zijn de gegevens verzameld, die in eene bijlage voorkomen en in duizendtallen Van guldens den meerderen in- of uitvoer aan wijzen van de verschillende voortbrengselen, waarmede te rekenen is. Daaruit bljjkt, dat er vooral op drie soorten is te letten, en wel op het vee, de hoofdzakelijk meel bevattende producten en de meer vethou- dende artikelen, Wijl nu de eerst- en laatstgenoemde zich door een grooten uitvoer onderscheiden, en de waarde van die artikelen dus afhangt van de prijzen, die op andere markten bedongen worden, hebben deze voor de hier bedoelde rechten geene waarde. Terecht vestigen de adressanten echter de aan dacht op de meel bevattende, en het zijn deze die bij eene mogelijke heffing in aanmerking be- hooren to komen. Daarvan zijn echter kool- en lijnzaad uitgezonderd, omdat die beide veel olie hebben en de uitvoer van dit vet van groote be- teekenis is. Op vorengemelde beschouwingen gronden zich de gegevens in eene andere bijlage, waarin wordt opgegeven de meerdere in- dan uitvoer van tarwe, rogge, gerst, boekweit, boonen, erwten, grutten, rijst en andere meel bevattende producten met de betrekkelijke meelsoorten, over de jaren 1882, 1883 en 1884. Wordt nu een recht van deze grondstoffen ge heven naar den wensch van de belanghebbenden in Limburg, dan zal dit recht op 10 moeten gesteld worden, want in de jaarverslagen wordt het last tarwe op 300 berekend, zoodat 30 juist het bedrag van 10 aanwijst. Wel wordt daarbij opgemerkt, dat die waarde niet met de feitelijke overeenstemt en met éen derde moest verminderd zijn, zoodat het recht dan zou klimmen tot 15 maar voor deze berekening doet dit niet af, omdat dan in het onderhavige geval de invoer ook met gelijk 1/3 gedeelte zou moeten worden verminderd. Men heeft daarom gemeend, de hier aangege ven percentage te kunnen toepassen, waarnaar het bedrag der invoerrechten op 8.700,000 moet worden geschat. Maar waar de ingevoerde gra nen door een invoerrecht getroffen worden, is het alleszins aan te nemen, dat de op eigen bodem geteelde met gelijk bedrag in prijs zullen stijgen. De kleine hoeveelheid toch, die wij voor onze behoeften in betrekking tot de geheele productie noodig hebben, is te gering om op den prijs in het buitenland eenigen invloed uit te oefenen. En die verwachting moet althans door de adres santen gekoesterd worden, zullen zjj eenig voordeel van den aangeprezen maatregel kunnen verwach ten. In een derde bjjlage zijn de opbrengsten der meest voorkomende gewassen daarom opgegeven; het zaaikoren is daarbij in rekening gtmracht. Ter bepaling der waarde is genomen het ge middelde der prijzen in de jaren 1882 en 1883, waaromtrent het hiervoren aangevoerde valt op te merken en ook in gelijke mate van toepassing is. De haver is erbij gevoegd, omdat die voor het overgrootste gedeelte in eigen land wordt verbruikt, terwjjl do aardappelen niet mogen ont breken omdat die het meest door den boerenar beider worden genuttigd. De som der in die bijlage voorkomende cijfers wijzen een totaal bedrag aan van ruim 135 mil- lioen gulden, waaronder de aardappelen tot een bedrag van ruim 58 millioen, zoouat bjj gelijke verhooging der prijzen met 10 aan den land bouwer eene som van ƒ13,500,000 zou ten goede komen, Die som mag echter niet als winst worden beschouwdeerst moet nog met bjjkomende om standigheden rekening worden gehouden. Im mer» valt het niet te ontkennen, dat eene -ver- hooging van den prijs der eerste levensmiddelen de kosten van voortbrenging verzwaart door de noodzakelijke loonsverhooging van den arbeider en de duurdere voeding van het trekvee. Eene becijfering van die kosten wordt gevonden in eene vierde bjj lage. Getrouw aan de vooropgestelde 10 pet. is die percentage ook hier gevolgdtoch zou het in deze gewettigd zijn, iets hooger te gaan, omdat hier met den werkelijken toestand in elk opzicht rekening gehouden is. Zelfs zal het bjj onderzoek blijken, dat de arbeidsloonen niet hoog zjjn be rekend. Bjj vergelijking der verschillende cijfers blijkt nu, dat ze weinig van elkander verschillen en de verkregen voordeelen tegen denadeelen opwegen, zoodat wat met de eene hand zou worden ont vangen, met de andere zou moeten worden uit gegeven. Alleen de graanbouwer zou iets profiteeren, maar het zou geschieden ten nadeele van den veehouder. En zelfs dit voordeel moet niet te breed worden uitgemeten, In de meeste streken worden beide bedrjjven gemeenschappelijk uitgeoefend. Veelal is die combinatie noodig, waar toch de gronden niet bjjzonder vruchtbaar zjjn. Zal in die streken de graanbouw kunnen blijven bestaan, dan is eene ruime beschikking over mest een noodzakelijk vereisehte, en die is niet zonder veehouding te verkrjjgen. Bovendien is het gereedeljjk te verwachten, dat bjj eenige stijging der graanprijzen de huren hooger loopen zullen, zoodat de voordeelen slechts in geringe mate ten bate zullen komen van hem, die er zjjn bestaan door vindt. De vrees is niet ongegrond, dat zjjn toestand er eerder door zal verergeren, omdat ook bjj zjjn deel moet hjjdragen in de dan algemeen gewor den duurdere levenswijze. Eene kunstmatige opdrijving der graanprijzen is overigens niet noodzakelijk, omdat nog niet is gebleken, dat de gronden braak moeten blijven liggen, wijl ze de kosten van bewerking niet waard zijn. Treedt men bovendien in eene vergelijking van de tegenwoordige prjjzen met de vroegere, zooals vele ouden van dagen zich die nog herinneren, dan valt zeer zeker een gedeelte der telkens aan geheven wordende klachten ook niet van over drijving vrij te pleiten. De vraag doet zich nu verder voor, of eene verhooging der graanprijzen er niet toe leiden zal, dat de graanbouw toeneemt en daardoor de uitvoer van andere producten minder noodig wordt. Daardoor zou minder gerekend behoeven te worden met de belemmeringen, die ons elders worden in den weg gelegd. Omtrent deze zaak merken wij op, dat Neder land in het bezit is van een uitmuntenden veestapel. Op de internationale landbouwten toonstelling te Amsterdam is duidelijk gebleken, dat ons rundveeras een der beste is van de wereld, Wanneer de veehouder nu voortgaat met zorg te fokken, zich de lessen der wetenschap ten nutte maakt en niet verzuimt om het ras nog meer te veredelen, dan zal de vraag naar fokdieren bljjvend zjjn. Bovendien is het te verwachten, dat bij terug keer van meerdere welvaart het gebruik van vleesch zal toenemen, terwjjl toch immer het vervoer van levend vee in de wintermaanden over den Atlantischen Oceaan een groot bezwaar bljjven zal. Het product boter kan nog veel verbeterd worden, en de duizenden kilo's, die wekelijks door mindere qualiteit tot te lagen prijs moeten worden afge zet, bewijzen duideljjk dat de geheele opbrengst van dit artikel hooger kan worden opgevoerd. Van het artikel kaas is zeker ook nog veel te zeggen. De paardenfokkerij treedt reeds meer op den voorgrond, en bij het mesten der varkens worden verschillende proeven genomen. Al deze omstandigheden moeten er toe leiden dat wjj steeds krachtiger optreden, en doen met, redenen verwachten, dat wjj op dit gebied de concurrentie met de verre gevesten het beste zullen kunnen volhouden. Op de onmetelijke velden in Amerika en Indië kan wel met minder zorg en tegen minder kosten de graanbouw worden beoefend, maar die toestand neemt eene andere richting, wanneer roofbouw niet langer mogeljjk blijft in den omvang als thans plaats heeft. En nu deelt het comité niet het gevoelen van de heeren uit Limburg dat eenmaal door de toe passing van wetenschap en rationeele land bouw praktijk in die verre gewesten de concurrentie voor ons nog erger worden zal. Die woorden durft en wil het niet onderschrijven, zoolang nog zoovele bladzjjden onzer geschiedenis de bewijzen leveren dat het Nederlandsche volk niet lijdt aan gebrek aan energie. Neen, het vertrouwen daarop wil het niet schokken, en mochten tegenwoordig bjj velen de middelen ontbreken om te doen, wat zij anders gaarne zouden willen, dan gelooft het comité met adressanten dat er in andere opzichten nog veel kan worden gedaan. Zoowel in onze wetgeving, in ons belasting stelsel als bjj het onderwijs zjjn duidelijk de sporen zichtbaar van den tijd, waarin de landbouw niet tot zjjn recht kwam, en achter moest staan bjj andere takken van njjverheid. Het comité is dan ook niet in gebreke gebleven kort na zjjn oprichting in een onderzoek te treden naar de middelen, die tot verbetering kunnen leiden. Het is zijn ernstig voornemen door eene enquête meer in het bijzonder met den werkelijken toe stand bekend te geraken. Bovendien is de vraag aan de orde op welke wijze het landbouwcreuiet kan bevorderd worden. Is het toch waar, en dit onderschrijft het comité, dat welgezeten en ontwikkelde landbouwers nog vooruit komen, dan is het ook zeker dat de weg niet mag gesloten worden voor hen, die in ongunstiger con ditiën verkeeren. Ook voor deze moeten gelegen heden geopend worden om zich beter té kunnen bekwamen en op de minst koBtbare wjjze voort te brengen. In vele opzichten staat de landbouwer bjj de beoefenaars van andere bedrjjven ten achtereen onderzoek zal daarom rjjkeljjk de moeite loonen, die daaraan verbonden is* Het comité vertrouwt tevens dat door de regee ring geena middelen ongebruikt zullen blijven, die den landbouwer kunnen helpen. Van die hulp verwacht het meer heil dan van de kunstbewerking, die door de adressanten wordt aangeraden. Langs den hiervoor besproken weg zal we! eene nieuwe bron van inkomsten voor den staat ver kregen worden, maar die maatregel zal strekken tot nadeel van onze industrie. Waar de concurrentie reeds nu zoo moeilijk is, mogen wij er niet op aandringen dat anderen in nog ongunstiger om standigheden geraken zullen. Bovendien zou ons belastingstelsel er niet door verbeterd worden. Eene belasting onzer eerste levensbehoeften mag in geen geval worden voorgestaan. Is daarmede vroeger terecht gebroken, een terugkeer tot die heffingen is thans niet aan te raden. Zeer gaarne voldoen wjj aan het verzoek om de aandacht te vestigen op het heden door ons ontvan gen jongste no. der Berichten en mededeelingen van de Vereeniging van Leeraren aan inrichtingen van Middelbaar Onderwijs. Dit bevat een ljjst van alle oud-leerlingen der koogere burgerscholen met vijfjarigen curcus, die gedurende het eerste twintig tal jaren (1865 tot 1884) met goed gevolg het eind-examen hebben afgelegd. Niet minder dan 3055 namen komen op deze lijst voor, die aanwijst, wat de hoogere burger scholen in de eerste twintig jaren van hun bestaan hebben uitgewerkt. Tegenover de aanvallen, waaraan ons Mid. Ond. bloot staat, is die lijst een welsprekend protest en het is daarom eene goede gedachte haar afzon derlijk tot den prijs van 0.90 bjj eiken boekhan delaar verkrjjgbaar te stellen. Ongetwijfeld zal menigeen yerlangend zijn, te weten, wat er van zijne tjjdgenooten geworden is en hoever deze of gene zijner oude schoolkameraden het reeds ge bracht heeft. Uit die lijst blijkt dat gedurende dit twintig jarig tijdvak aan de H, B. school te Middelburg 66, die te Goes 29 en te Zierikzee (eerst in 1869 opgericht) 35 leerlingen met goed gevolg eind examen deden. Bjj een dezer dagen door hem gehouden voor dracht, verklaarde de heer H. Dujjvis. lid der tweede kamer voor Haarlem, dat hjj zich dezen zomer niet weêr verkiesbaar zou stellen. In een deel der oplaag van ons vorig nommer konden wjj nog meedeelen dat, bjj kon. besluit vau 15 Februari 1886 n° 10, de heer jh' mr J. Van Doorn, substituut-officier van justitie bjj de arrondissements-rechtbank te Middelburg, benoemd is tot procureur-generaal in de kolonie Suriname. Onze Schuttershof zaal wa» gisterenavond tot achterin gevuld met belangstellende hoorders en hoorderessen, die, wij houden ons daarvan over tuigd, evenals wij, weer genoten hebben van het heerljjk klokkenspel van Duncan S. Miller en zjjne vier kameraden. Wie het nooit hoorde, kan zich geen denkbeeld vormen van de heerljjke tonen, die zij uit hunne muziekinstrumenten weten te halen en de accoorden welke zjj gezamenljjk weten aan te slaan. Er is o 1 zooveel muziek in die klokken; en wjj gelooven gaarne dat er veel, zeer veel studie noodig is geweest om het zoover te brengen als deze vjjf mannen deden. Dat in den eersten tjjd hun het bloed uit de vingers kwam, is licht verklaarbaar; slechts door langdu rige oefening kan de vlugheid en vaardigheid verkregen worden, bjj dit klokkenspel zoo bewon derenswaardig. De lichtste wals, het plechtigste klokkenspel, alles komt tot zjjne volle recht. De bekende Turksehe marsch van Michaelis, met zjjne zachte toneD, werd zoo lraai uitgevoerd dat het publiek op eene herhaling aandrong waaraan gedeeltelik voldaan werd. Het was mis schien wel wat te veel gevergd van dat publiek, maar de uitvoering was ook zoo schoon. Tot afwisseling werden eenige liederen gezongen, waaronder vooral een paar komische algemeen bjj- val ondervonden. Waar de heeren klokkenspelers bekend staan eene strenge richting op godsdienstig gebied toegedaan te zijn deed het ons opnieuw genoegen te zien, dat zjj ook van een onschuldige scherts houden. Een proef met een phonograaf slaagde, zoo verzekerde men, naar behooren. Mooi en duideljjk kunnen wjj nog altijd de geluiden, welke uit zoo'n instrument voortkomen, niet vinden. Er werd ons meegedeeld dat een deel der op brengst bestemd was voor een inrichting te Amsterdam, waar jongelui zich kunnen bezighou- den en ontspannen zonder dat zjj ia koffiehuizen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1886 | | pagina 1