Gemengde Berichten. 18 F E i l L E T O N. Het verloren Paradijs. Onderwijs. Recktszata. Het overig deel der korte zitting was gewjjd aan de kennisneming van eenige ingekomen stukken, die tot geen discussie aanleiding gaven. Het Vad. doet mededeeling, dat bij den minister van waterstaat het voornemen bestaat binnen korten tijd het tarief voor telegrammen te ver- hoogen. De in werking treding van het nieuwe internationale tarief met 1 Juli a. sdat den grondtax afschaft en een algemeen woordtariet invoert, geeft gereede aanleiding tegelijkertijd het binnenlandsch tarief te herzien, ook daarKjj den grondtax af te schaffen en het tarief per woord te verhoogen. Hoe hoog het zal worden opge voerd moet nog niet Vaststaan, maar wordt het eenigszins aanzienljjk verhoogd, dan bestaat het voornemen aan perstelegrammen eenig rabat toe te kennen. De handel zal grootendeels het gelag moeten betalen. Met de invoering van bet nieuwe internationale tarief, zullen onze bijzondere overeenkomsten met België en Engeland worden bestendigd. De heer mr P. I. L. Hollingercs Pypers, oud-lid der tweede kamer, is ts Breda overleden. De heer dr. R. H. Saltet, arts en privaat-docent in de gezondheidsleer en assistent atm het hygië nisch laboratorium, te Amsterdam, is vanwege het N. v. d. D. belast met de eervolle taak om zich persoonlijk op de hoogte te stellen van de pathologiach-hygienische onderzoekingen van prof. Pasteur te Parjjs. Volgens de algemeens beschouwingen der eerste kamer over de staatsbegrooting meende men zich nagenoeg algemeen te moeten onthouden van staatkundige beschouwingen, vooreerst omdat wij staan aan den vooravond eener poging tot grond wetsherziening, en voorts om de tegenwoordige samenstelling der tweede kamer. Zeer vele leden zouden de begrootingen daarom als zuiver a I- ministratieve wetten aannemen een aantal leden echter zou tegen marine en oorlog stemmen. Een lid drong aan op de nieuwe poging om de tweede kamer voltallig te maken. Aan ande ren scheen die eisch niet raadzaam, na hetgeen daarover onlangs was voorgevallen. De financieele toestand werd vrij algemeen ongunstig genoemd. Nagenoeg is de hoogte be reikt, die den minister Van Hall tot zijn heroiken maatregel leidde, en men kon de gronden niet beamen, waarom de regeering den toestand minder donker inziet, daarbjj wijzende op de opbrengst der middelen en bezwaar opperend tegen de splitsing in gewone en buitengewone uitgaven de fout is, dat van deze laatste sommige elk jaar in gewjjzigden vorm terugkeeren. Voorts misten velen het bewijs; dat 't der regeering ernst is met het betrachten van zuinigheid, vooia.l bjj waterstaat, als ook in de inrichting der ministe- rieele bureau'swaarbij men den wensch voegde, dat deze kamer over de brug bij Htusden afzon derlek zou te beslissen hebben. V»rder keurden velen het ernstig af, dat deze minister van financiën afkeerig schijnt van krachtige financieele maat regelen het verleden, meende men, behoefde hem van een inkomstenbelasting niet al te zeer af te schrikken, en men hoopte dat hij nog van zjjn meening zou terugkomen, bij de aanstaande leeningen. Eenige leden, voorstanders van vrijen handel, meenden echter dat dit beginsel op den duur in al zjjn consequenties niet is vol te houden, wan neer onze naburen blijven voortgaan, in steeds sterkere mate bescherming toe te passen zij we zen op de verplaatsing, nu reeds, van fabrieken uit ons land naar den vreemde en vreesden, dat dit in meerdere mate zou geschieden, indien onze tariefwetgeving niet gewijzigd werd. Door andere leden werd die wensch krachtig bestreden; zij zouden protectionische maatregelen verderfelijk achtenvooral voor een klein land als het onze is h. i. de vrije handel een levensbehoefte. In het voorloopig verslag over de begrooting van oorlog leeBt men: Over de opheffing van de betrekking van in specteur van het milit. onderwijs werd verschillend NOVELLE VAN MORITZ VON REICHENBACH. Serden legde zijn hand op den arm van zjjn vriend en zei mefnadruk „Maak u heuseh niet ongerust over mij en zeg mp alleen, waar Deiningen heen is?" »Leiningen° O! Ja die ia gisteren met verlof naar Berljjn gegaan, geloof ik." „Dus weet ge het niet precies?" »Ja, ja nu herinner ik het mij; hjj nam voor drie dagen verlof om naar Berljjn te g^an- Hjj had brieven gekregen, om familiezaken te regelen; hij wist er nog niets van, toen hij ons eergisteren verliet en kwam nog denzelfden avond verlof aanvragen. De ziekte van mijn armen jongen „God geve spoedige beterschap!" -- »Ik dank u." Serden ging naar de deur. »Maar wacht toch evn, warm u ten min ste", zei IJlsen hem naloopende. „Dank u, ik mot t naar huis. Dus Deinin gen heeft drie dagen verlof, zegt gij „Ja, hij hoopte morgen terug te komen." Serden ging met loome schreden de trap af. De ritmeester zag hem nog even na en ging toen naar de ziekenkamer, waar zjjn vrouw hem riep. gedacht. Sommigen meenden, dat hjj niet kan gemist worden. Misschien heeft de kwestie betreffende dr De Hollander op de zaak invloed uitgeoefend. Over die kwestie is nog niet genoeg licht verspreid, waardoor op verschillende hooggeplaatste militai ren een wellicht onverdienden blaam blijft rusten. Daarom werd de vraag gedaan welke is de verhou iing geweest tusschen den gouverneur der kon. milit. aca leraie en den inspecteur van het milit. onderwijs. In andere afdeelingen werd de wensch geuit, dat de minister alle stukken, op .leze zaak betrekkelijk, aan de kamer zal over leggen.'' Dit laatste achten ook wij zeer wenschelijk. In zulk eene teedere kwestie dient men met een oordeel uiterst voorzichtig te wezen; en slechts dan alleen is oorJeelen mogeljjk, wanneer zooveel mogeljjk licht is ontstoken over het gebeurde. Het schjjnt, dat er in sommige steden, die een syaJDasium of projymnasium rijk zijn, van de in art. 1° der wet op bet hooger onderwijs stilzwij gend erkende bevoegdhei 1 der gemeentebesturen om bjj gemeente-verordening op bet gymnasium of proaymnasium toehoor Iers voor enkele lessen toe te laten, misbruik wordt gemaakt. De minister van staat, minister van binnen- lamsche zaken, beeft den gemeentebesturen doen aanschreven, dat het in kenneljjken strijd met de bedoeling van den wetgever is, wanneer het aan de leerlingen der gymnasia of progymnasia ver oorloofd wordt, naar willekeur het onderwijs in alle dan wel in sommige vakken te volgen; dat het evenzeer in strijd .-net de duidelijke bedoeling van den wetgever is, wanne.r leerlingen als toe hoorders worden ingeschreven en zoo gelegenheid vinden de bij art. 5 en 9 der wet voorgeschreven toelatings- en overgangs-examens te ontduiken, terwijl zij dan later als extranci aan het bij art. 11 der wet omschreven eind-examen kunnen deelnemen. Ten einde de mogelijkheid van verder misbruik af te snjjden, heeft de minister bepaald, dat jonge lieden, die aan gymnasium of progymnasium de lessen in meer dan twee vakken wenschen te vol gen, als leerlingen zullen worden beschouwddat zoodanige jongelingen dus niet tot de lessen mogen worden toegelaten, tenzij ze met goed gevolg het in art. 9 vermelde toelatings-examen hebben afge legd eindelijk dat zij bij overgang tot een hoogere klasse het in arr. 5 voorgeschreven overgangs examen zullen hebben af te leggen. De gemeentebesturen worden uit naam van den minister uitgenoodigd om, mocht de verordening op hun gymnasium of progymnadum niet in over eenstemming zjjn met bovengenoemde bepalingen, den gemeenteraad een voorstel tot wjjziging te doen. (IV. R. Crt.) Arrondissement»-Rechtbank te Middelburg Heden behandelde de arr.-rechtbank alhier in hooger beroep eene voor de inwoners onzer pro vincie zeer belangrjjke zaak, nl. de vraag in hoe ver het reglement op de wegen en voetpaden in Zeeland als verbindend moet beschouwd worden. Zooals onze lezers zich zullen herinneren stond in November des vorigen jaars voor den kanton rechter alhier terecht W. K., landbouwer te Dom burg, beklaagd van op den 9 Sept. 1885 eene hem toebehoorende koe zonder toezicht te hebben laten losfoopen op den ten dienste van 't alge meen bestemden weg, den Heerenweg te Domburg. Dit feit werd wettig en overtuigend bewezen geoordeeld. Daartegen is straf bedreigd bij de artt. 96 1 litt. b en 113 litt. d van het reglement op de wegen en voetpalen in Zeeland. De kantonrechter overwoog echter dat, aange zien de aanhef van dit reglement luidt„De ge- dtputeerde staten van Zeeland doen te weten dat door de staten dier provincie, in hunne ver gaderingen van 5 Nov. 1880 en 8 Juli 1881, is vastgesteld hetgeen volgt," het voorschrift van art. 102 der wet van den 6 Juli 1880, regelende de samenstelling en macht van de provinciale staten (Sibl. n° 39), niet ia gevolgd en dat dus het formulier, waaruit niet blijkt in welke vergadering de vaststelling is geschied, niet voldoet aan dit voorschrift. De kantonrechter achtte het reglement alzoo niet bindend en ontsloeg den beklaagde van rechtsvervolging. Tegen dit vonnis, gewezen den 3 Nov. 1885, is de ambtenaar van het O. M. bij het kantongerecht VIII. Gedurende den geheelen volgenden nacht brand de er licht in de kamer van Serden; doch dit merkte niemand behalve de op het plein heen en weder loopende nachtwacht en die schudde het hoofd en verbaasde zich over de dwaze grillen van voorname lieden, die zoo goed en rustig den heelen nacht in een zacht bed konden liggen slapen en het niet deden. Af en toe gleed er een breede schaduw langs het verlichte venster. Mjjnheer scheen een heelen nacht op te blijven en de wachter keek slaapdronken naar boven en mompelde. „Als ik in uw plaats was, zou ik wel wjjzer zijn." Tegen den morgen ging het licht uit; maar reeds heel vroeg werden de rentmeester en de opzichter ontboden en Serden begon met koorts achtige haast, allerlei zaken te regelen, reke ningen en brieven door te zien. Toen het posttijd werd vroeg hij, zonder van zijn werk op te zien, naar de brieven. Zij werden hem gebracht, zjjn hand beefde toen hjj ze nadeek. Er was er geen van Irma. »Natuurljjk!" dacht hjj en zjjn gelaat werd nog bleeker. Hjj klemde de lippen op elkaar en boog weer over de rekening heen, die voor hem lag. Eerst tegen twaalf uur ontsloeg hjj zjjne beambten. »Wat of mjjnheer toch scheelt?" vroeg de rentmeester aan den opzichter. „Zooals van daag is, heb ik hem nog nooit gezien? Hjj, die anders altijd zoo kalm is, werd driitig zoodra namens den officier van justitie in hooger beroep gekomen. Na lat de heer mr. Sehorer rapport had uitge bracht omtrent den loop van dit geding, verkreeg de ambtenaar van het O. M. het woord. In een breed requisitoir bestreed deze de meening van den kantonrechter als zoude het reglement op de wegen en voetpaden niet bindend zjjn. Z. i. was de afkondiging zoodanig geschied dat ieder kan geacht worden van het bestaan ervan behoorljjk bewust te zjjn. Hjj concludeerde du3 -de beklaagde was afwezig dat met tenietdoening van het vonnis des kantonrechters en opnieuw rechtdoende, de rechtbank W. K. zal schuldig verklaren aan het hem ten laste gelegde feit en hem bjj verstek veroordeelen tot eene geldboete van 1, subs. 1 dag. gev. benevens in de kosten, zoo in eersten aanleg als hooger beroep. Heden zjjn verder veroordeeld C. V., "l6 j., bediende, Middelburg, wegens mishandeling tot 8 boeteW. J. van S., siga renmaker, Middelburg, wegens beleediging van een beambte in functie tot 12 boeteD. A. A., 19 j., timmerman, Middel' urg, wegens verbreken van afsluiting tot ƒ12 boete; A. B., 26 j., land man, Krabbendjjke, wegens beleediging beambte in functie tot 8 boete J. E. de D.. 35 j., h/v. van J. J. W. Sluis, wegens hoon tot 8 boete; J. C. S., 24 j., werkman, Vlissingen, wegens her haalde dronkenschap tot 10 dagen cel en opzen ding voor 3 maanden A. K,, 52 j., landbouwer, Graauw, wegens hoon tot ƒ8 boete; H. P. 31 j., koopman en herbergier, Graauw, wegens mishan deling tot 15 dagen ce! en 8 boete; D. J. A. de B., 25 j., werkman en G. A. A. D., 24 j., schip per beiden Sluis, wegens mishandeling tot 8 b. ieder D. J. A. de B., 25 j. en E. V., 21 j., werklieden Sluis, wegens mishandeling de le tot 15 d. cel en 8 boeten van 8 ieder, de 2e tot 8 b. Allen in de kosten. Niet aanstaanden Zaterdag maar a. Vrjjdag wordt de zaak van I. den Outer voor de rechtbank alhier behandeld. De arr. rechtbank alhier heeft bjj bevelschrift van gisteren naar hare correctioneele terechtzitting verwezen Abraham Aalbregtse, molenaar te Borssele, thans gedetineerd te Middelburg en zulks ter zake van zware mishandeling en verbreking van af sluiting, door hem gepleegd in den avond van 22 Sept. 1885 op de weduwe Roozendaal te Borssele en in hare woning, en hem buiten vervolging gesteld ter zake van bij die gelegenheid gepleegden diefstal, als zjjnde uit de instructie daaromtrent geene voldoende bezwaren tegen hem gerezen. (O. C Den 14ea Jan. heeft het gerechtshof te 's Her togenbosch uitspraak gedaan in de zaken van J. P. en P. van Hurk en Cfa. en H. Boogaert, vis- schers te Philippine, beschuldigd van het weghalen van mosselzaad tusschen de paalhoofden te West kapelle. Zooals men zich herinneren zal, waren zij door de rechtbank te Middelb. en het hof te 's Hage veroordeeld tot celstraf. In hooger beroep, werd op een memorie van hun verdediger mr. D. van der Vliet duor den hoogen raad het vonnis vernietigd en ter afdoening verwezen naar het hof te 's Hertogenbosch. Bedoeld hof, overwegende dat, niettegenstaand de verpachting, mosselzaad is res nulhus (geen eigenaar heeft) heeft hen, overeenkomstig de conclusie van hun verdediger vrijgesproken. ZN.) Kantongerecht te Middelburg. Heden zjjn veroordeeld: D. M. v. d. W., C.M. S., M. G., allen Middelburg, wegens het wateren buiten de bakken tot 1 b. s. 1 d.; J. de K., Eoudekerke, C. de K., P. de E., I. de E., J. F. G., M. E. D., Middelburg, A. de N., J. M., G. d. W.. J. H., Amemuiden, H. V. Az,, Westkapelle, tot 5.50 h. s. 1 d., A. D. Middelburg, wegens het verlaten van zjjn voertuig tot 3 b. s. 1 d.; W. J. Pz., Westkapelle, wegens het beschadigen van de helm tot 1 b. s. ld.; J. J., Westkapelle, wegens het doen van uitgravingen en beschadigen van de helm tot 2 b. van 10 s. 1 d. elke b. H. M. Pz., Westkapelle, wegens het beschadigen van de helm tot 10 b. s. ld; J. B., Westka pelle, wegens het beschadigen van de helm en zich met wildstrikken in het veld bevinden tot 2 b. van 10 s. 1 d. voor de le en van 2 d. voor de 2e b. met verbeurdverklaring van den wildstrik en vernieling daarvan bevolenJ. de P., Domburg, wegens het herstellen van een wildstrik tot 20 b. s. 3 d. met verbeurdverklaring der wildstrikken en vernieling daarvan bevolenM. de G., Middel burg, wegens het niet optrekken van een schoor- steenpjjp uit het dak uitgaande, tot eene hoogte van twee meters boven de hoogste legering tot 3 b. s. 1 d. En allen in de kosten van het geding. men een woord zei, en hij heeft de papieren door «Ikander geworpen, dat het een aard had. En wat zag hjj bleekZijne oogen gloeiden als kolen in zjjn hoofd." De oude opzichter schudde bedrukt het hoofd. „De graaf is ziek of er geschiedt een onge luk", zei hij „ik heb zjjn vader gekend en ik herinner mjj zijn grootvader ook nog wel; zjj waren beiden even kalm en bezadigd, zooals het voornamen lieden past, en stoven niet bjj elke kleinigheid op. Maar als zjj eens boos werden, dan mocht de hemel ons genadig zijn. En wan neer zij er uitzagen zooals de graaf van daag Hjj zweeg eensklaps, knikte stil voor zich heen en maakte een afwerend gebaar, toen de rentmees ter weer wilde beginnen over de zonderlinge houding van hun heer. „Wjj zullen er maar over zwjjgen en af wachten. God verhoede een ongeluk!" Even na het eten reed Serden weer naar de stad. Van daag zou Deiningen terugkeeren en Serden had besloten niet eerder naar huis terpden voor hjj hem gesproken had. Hjj zon hem reken schap geven van hetgeen hjj aan Irma gezegd had en waarop zjj in dien brief zinspeelde. Want het leed geen t wjj fel of die brief was aan Dei ningen gericht. Hoe dichter Serden bjj de stad kwam, des te meer kwelde hem de onzekerheid of Deiningen Wel terug zou zjjn. Hjj kon per telegraaf ver lenging van verlof gevraagd hebben het was immers toch niet waarsebjjnljjk, dat hjj zoo plotse Op den 25 December jl. (1 Kerstdag) in den voormiddag heeft een onbekend manspersoon, op naam van zijn zoogenitamden baas B. Brouwer, te Grjjpskerke, bjj den goud- en zilver win keiier Penders, in de Gortstra it alhier, gehaald een paar nieuwe gouden hemdsknoppen van middelmatige grootte. Naar gissing was de man tusschen de 20 en 25 jaren, gezond, flink en gezet van voor komen. middelmatige grootte, donkerbruin haar, rond aangezicht, gekleed zooals de boerenknechts op Walcheren; bjj had een paar kleine gouden hemdsknoppen fan en sprak Walchersch. B. Brouwer is te Grjjpskerke, Serooakerke of Oostkapelle niet bekend opsporing van den dader en de gouden knoppen wordt verzocht. Op jl. Zaterdag begonnen, heeft men nu reeds ten derdemale het kanaal van Ter Neuzen afge tapt, doordien in België het water op het platte land een zeer hoog peil heeft bereikt. Te Breskens ontdekte men gisteren middag voor den wal, ongeveer voor het voormalig fort Frederik Hendrikeen monstrueusen visch. Eenige varensgezellen roeiden met een sloep erheen om het monster van meer nabij te kunnen opnemen. Dewijl de kop en staart gedoken bleveD, kwam het lijf slechts eenige meters boven en kon men op den rug een groote vin van bjj na een meter hoog en even breed zien. Het dier blies, met een geraas, gelijk aan een zware stoompijp, het waterwel tien metershoog. De breedte van den visch meende men gelijk te kunnen stellen met die van den bodem eener gewone poonschuit. Uit vrees voor mogelijke ongelukken dorst men niet meer dan op 30 a 40 meters naderen. Eindeljjk verdween het monster naar zee. De Imperial Gas-Association compagny te Amsterdam ondervindt nog al teleurstelling. Dageljjks bedanken tientallen gasverbruikers, laten hun leidingen afsluiten en nemen hun toevlucht tot petroleum. Soms komen veertig verzoeken tot afsnjjding op éen dag bjj genoemde maatschappij in. Waarschjjnljjk door de duisternis misleid en eenigszins bevangen door slaap, is een der nacht- wachts te Dordrecht, Van der Dinden, in de Nieuwehaven geraakt en verdronken. Een zijner ambtgenooten, welke langs dezelfde haven de ronde deed, hoorde gegil en snelde te hulp, doch kon hem niet redden. Het lijk is kort daarop met een dregge opgehaald. De overledene was gehuwd en laat een vrouw met een kindje achter. Tot vader en moeder in het gereformeerde weeshuis te Schagen zjjn benoemd H. Zot en echtgenoote aldaar. Als de echtgenooten nu maar verstandig zjjn, dan is de zaak gezond. Te Dordrecht loopt het gerucht dat de 2(le deurwaarder van de Arr.-Rechtb., G., zich ver- wjjderd zou hebben, zonder verlof gekregen te hebben van het parket noch zonder eenige orde op zjjne zaken te stellen. Ook in Deiden ontving de heer D. Haspels, bjj zjjne feestvoorstelling een lauwerkrans, namens de burgerij een prachtwerk en uit handen van studenten commissarissen een kunstwerkprof. Kern sprak uit naam der burgerjj. Tegenover de voortdurende klaagtonen over den achteruitgang van onzen boterhandel, en de knoeierjj, welke in dit artikel plaats heeft, is het aangenaam er op te kunnen wjjzen, dat de oude roem kan worden gehandhaafd, wanneer onze landbouwers in wetenschappelijke ontwikkeling en in zuiverheid van bereiding niet bjj hun na buren ten achter staan. In de laatste week van 1885 heeft de Edammer stoomzuivelboerderjj, firma Tuyn Co., haar product op de Dondensche markt gebracht. Voor gewone Friesche boter werd toen 94—96 shillings betaald, terwjjl de fijnste soort 112 en in eenige bjjzondere gevallen 116 kon maken. De fijnste soort Deensche boter bracht 132134 op, en tegen dien concurrent kon de Edammerboter wedjjveren met 128. Het was de eerste maal, dat deze boter op de markt te Donden kwam, en reeds zijn aanzien lijke bestellingen daarop gedaan. De Edammer stoomzuivelboerderjj heeft in het afgeloopen jaar bjjna een millioen liters melk verbruikt (N. N.-Holl,) Door de Zw. Ct is hetyolgende aan Berthold Auerbaeh ontleend: Wacht maar, de tijd komt dat wjj je het wandelen met een rotting met gouden knop wel zullen afleeren." Van een sociaal-democratisch straatslijper kwam deze broederlijke groetenis tot een oud heer, die in een der hoofdstraten van Frankfort langs de winkels flaneerde. ling en voor zulk een korten tjjd naar Berljjn gegaan was, waar hjj volstrekt geen familie had? Was het niet eerder denkbaar dat die reis voor gewend was en in waarheid een ander doel had Serden dacht weer aan dien brief tn herinnerde zich dat Deiningen reeds onderricht was van het onverwacht vertrek van Irma, toen hij hem bjj IJlsen ontmoette. Hjj beweerde toen den koetsier gesproken te hebben en Irma had dien avond nog zoovele brieven geschreven! De opgewonden heid van Serden nam toe, naarmate hjj de stad naderde. Als Deiningen van daag niet terugkwam, zou hij onmiddelljjk naar Weenen vertrekken. Hij moest zekerheid hebben; tot eiken prjjs. Het rjjtuig rammelde over de hobbelige steenen dei- voorstad. Nn sloeg het de hoofdstraat in, daar op de markt stond het hoekhuis, waar Deiningen woon le, Serden wilde hem daar opwachten Hjj keek op zjjn horloge. Daar Deiningen niet met den ochtendtrein gekomen zou zjjn, kon er nog wel meer dan een uur verloopen, eer hjj verscheenj Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1886 | | pagina 2