N« 272
128* Jaargang
1885.
Woensdag
18 November.
Middelburg 17 November.
FEUILLETON.
Dit blad verschijnt dagelijks
met nitzondenng van Zon- en Feestdagen;
Prijs per S/m. franco 3,50:
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advert en tien 10 Cent per regek
f»eboorte™5 Trouw-, Doodberichten enzj van i -1 regelsf f J>§
iedere regel meer f 0,20.
Groots letters worden berekend naar plaatsruimte
Veemarkt te Middelburg
Sint Nikolaas.
MIDDELBURGSCHE COURANT.
Agenten zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Boi.land, te Kruidingen: F. Van der Peul, te Zierikzee: A. C. Ds Mooij, te TholenW. A. Van Nieüwbnhüijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peui Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G, L. Daubs en Cis., John F. Jones opvolger.
Donderdag den 19ea November 1885, van des
voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren.
De burgemeester en wethonders van Middelburg,
PICK E.
De secretaris,
A. DE VUL DER VAN NOORDEN.
Op het wetsontwerp tot het verleenen van eene
rijksbijdrage ten behoeve van een stoomtramweg
van Breskens naar de Belgische grenzen in de
richting van Maldeghem met een zjjtak naar Sluis
heelt de heer Van der Sieyden een amendement
voorgesteld, om
lo te doen vervallen de woorden«aan het
comité ter bevordering van het tot stand komen van
een stoomtramweg van Breskens naar Maldeghem";
2o te doen vervallen de woorden „van vier
honderd duizend gulden 400.000)", en daarvoor
in de plaats te stellen: „van de helft der kosten,
die voor eerste aauschalfmg van rollend materieel
daaronder begrepen, hoogstens tot een beurag van
tweehonderd duizend gulden 200 000)".
De strekking van drt amendement is de aanleg
van den bedoelden stoomtramweg mogelijk te
maken, door toekenning van een voldoend subsidie,
en tevens de veiplicnting op te heffen, die het
comité op zich heeft genomen, tot uitkeering van
de rijksbjjdrage aan de hoeren Otiet en Wiimart.
De St. Ct bevat de statuten der naamlooze
vennootschap: Oestermaatschappij CEscaut te Goes.
De vennootschap heeft ten doel de teelt van
schelpdieren op de Schelde en Zeeuwsche stroomen
en is gevestigd te Goes. Zjj is aangegaan voor
den tjjd van 30 jaren, ingaande den len Septem
ber a. en eindigende den 31en Augustus 1915.
Het maatachappelpk kapitaal bedraagt 20.000,
verdeeld in 25 aandeelen van f 800.
De gunstig bekende koninklijke Engelsche
klokkenspelers, ondei leiding van den heer Duncan
S. Miller, die reeds in 1881 alhier eene druk be
zochte en goede herinneringen nalatende uitvoering
gaven, zullen, naar wij vernemen, Maandag 7
December a. zich in de groote Schuttersholzaal
alhier laten hooren.
Wanneer wij hierbij herinneren, dat de volgende
week Benoit's kinüercantate wordt uitgevoerd, 1
Deo. 's avonds de kunstbeschouwing van Uit het
volk voor het volk zal plaats hebben, 3 Dec. de
Rotterdammers weer optreden en 8 Dec. Oefening
en Uitspanning haar concert geeft, dan wacnt ons,
Middelburgers, in den eersten tjjd op verschillend
gebied veel, wellieh; wel wat te veel goeus. Het
is daarom zeker goed gedacht om te beproeven de
vooi stelling van het Fransche tooneelgezelschap,
die bepaald was op Maandag a. te doen uitstellen.
S 33 R -A. 3? H.
Novelle van SACHER-MASOCH.
Daar kwam de mini
j,Waar is mevrouw?" vroeg ik.
„Ja, waar zou die zjjn Die danst."
«En gj 't Waarom bljjit gij niet bj het
kind
„Ik was maar even weg; zie mjj daarom
niet zoo toornig aan, m jnheer wie ziet een mooie
vrouw nu zoo boos aan
Ik keek haar verwonderd aan. Z jj was bepaald
mooi, daarin had zij gelijk. Zjj was als een model
van de Grieksche meesters, met hare lange bruine
vlechten en hare schoone gestalte. Haar borst ging
bjj haar diepe ademhaling langzaam op en neder
onder het geborduurde witte ljije en zjj zag mjj
schalkachtig aan.
#Sta ik u niet beter aan dan, mevrouw?
Die kjkt altjjd als een njdige kat, met hare
groene oogen en zjj blaast ook altjjd als ze
kwaad is.''
„Wat praat ge toch voor malle praat zei ik
en ging op den rand van het bedje zitten. Eensklaps
sloeg zjj haar arm om mjjn huls en drukte mjjn
hooid tegen zich aan en ik beken het toen
was ik zwak en gal haar een kus. Het was een
oogenblik van ouvergeefeijjke dwaasheid en juist
op dat oogenblik moest mjjn vrouw binnen
komen l i
Ook in zijn eigen belang is het gewenscht, dat de
directeur van dit gezelschap aan dien wenk gehoor
zal geven.
Tegen den le" Januari wordt te Vlissingen ge
plaatst de heer H. van Rtaijn, officier van gezond
heid der marine le klasse. Tot nu werd de
geneeskundige dienst bjj de marine waargenomen
door den heer Pabst, eerst aanwezend officier van
gezondheid bjj het leger.
Aanstaanden Donderdag herdenkt de heer J.
Hector te Seroosherke (W.) zjjn 25jarig jubileum
als geneesheer.
De stoomkanonneerboot Vos, liggende op 's rjjks
werf te Hellevoetsluis, is heden in dienst gesteld,
en het bevel daarover opgedragen aan den luit.
ter zee le kl. H. van der Meer. Deze bodem wordt
gestationeerd te Vlissingen.
De tweede kamer zal Donderdag het ontwerp
tot herziening van art. 194 der grondwet in de
aldeelingen onderzoeken.
De hoogleeraren in het strafrecht aan de vier
Universiteiten, de heeren G. A. van Hamel, H.
van der Hoeven, J. Domela Nieuwenhuis en M.
S. Pols, zjjn. voornemens om, met het oog op de
a. s. invoering van het nieuwe wetboek van
strafrecht, onder hun gemeenschappelijke redactie
een Tijdschrift voor Nederlandsch strafrecht op te
richten.
Het Handelsblad meent te weten,dat vanwege
den paus pogingen gedaan zjjn, om dr Mezger te
bewegen, dezen winter voor een paar weken naar
Rome te komen, om daar Z. H. in behandeling
te nemen
Volgens in Den Haag voor enkele dagen ont
vangen telegram is de heer H. B. van Daakn
weder opgetreden als redacteur van den Javubode.
Hieruit leidt men af, dat de sluiting der drukkerij
weer is opgeheven, ol althans dat onder denzell-
den naam een nieuw blad is verschentn.
Blijkens telegraphiBch bericht van Zr Ms poli-
tieken agent en consuL-generaal te Cairo neelt
aldaar de ondertekening plaats gehad eener
handelsovereenkomst tusschen Nederland en Egypte.
In de Heraut geelt dr. Kuyper aan, wat men
zoo al gelooven moet en niet gelooven mag, ooi
tot de Chris .eljjke kerk te behooren. Onder anderen
„Atgewezen als kettersch moet het streven van
den Piëtist en PerfectionistEven beslist moet
als kettersch algewezen worden het streven van
de tegenovergestelde richting, die wel een afsterven
van den ouden mensch, maar niet wii weten van
een inbrengen in de ziel van wat ontbrak.
„Twee kettersche voorstellingen worden afge
wezen, die van den Antinomiaan en die van den
Piëtist, die ziehzelven nog altoos voor den ouden
mensch houdt, maar nu reeds drie kwart ol vjjt
achtsten vernieuwd, en daarom altoos vljjtigljjk
Zonder mjj aan te hooren, of iets te onderzoe
ken, raasde zjj als een helleveeg, en nog dien
zeilden nacht vlood zjj onder sneeuw en vorBt het
huis uit en nam het kind, mjjn eenig geluk, mede.
Ik zocht haar te vergeefs in hall Europa. Ner
gens was een spoor van haar te ontdekken.
Een vriend vertelde mjj twee jaren later dat
hjj meende haar in Paiijs gezien te hebben. Doch
sedert heb ik nooit meer iets van haar ol van
het kind gehoord."
Emüian was bljjkbaar zeer aangedaan en zweeg
een poos. Serapb, wien de zonderlingste denk
beelden door het hoofd gingen, keek lang peinzend
voor zich en sprak eindeljjk bevend, op doffen
toon
„Mjjnheer Theodorowitch, vergeef mij dat
ik naar uwe geheimen vorseh, maar het is voor
mjj van het grootste belang hebt gjj sedert
weer bemind
«Nog eens, mjjn jonge vriend," antwoordde
de ander welwillend, »docti ook ditmaal was het
een van die teleurstellingen, die haar stempel
voor altjjd in onze ziel achter laten. Toen nam
ik afscheid van de liefde, van de wereld. Het is
beter om alleen te zjjn. De menschen, die kloosters
stichtten, waren wjjzer dan men denkt.
Ik trok mjj terug in de eenzaamheid in deze
wildernis."
„En die vrouw sprak Seraph, nadat zjj
weer een poos gezwegen hadden. «Was die vrouw,
ter wille van wie gjj de wereld vaarwel zeidet
-- mjjne moeder
doende, om het van vjjl achtsten op zes achtsten
te brengen en zoo aldoor, steeds iets meer van
den ouden mensch in een nieuwen mensch te
vervormen.
„Deze Antinomiaan en deze Piëtist nu hooren
beiden jji Jezus' kerk niet thuis."
Waar menschen, die zulke dingen voor gods
dienst versljjten willen, thuis hooren, zullen wjj
er maar niet bjjvoegen. Maar éen regendroppel
wekt bjj ons oneindig meer liefde en eerbied voor
het Opperwezen, dan al zulk gekletsmen
vergeve ons het woord; nu het aan onze pen
ontviel, willen wjj het niet meer terugnemen.
ArnhCrt.)
De Spectator behelst een opstel over Johannes
Kneppelhout, waarvan „et slot luidt:
Een boek is door Kneppelhout geschreven, dat
eene eigenaardige geschiedenis heeft. Het is eene
doorloopende critiek van de werken van Jacobus
Jan Cremer, den Overbetuwschen verteller, en
werd in het leven geroepen, doordat de Nederland-
sche Spectator den heer Kneppelhout uitnoodigJe
de novellen en romans van Cremer in zjjne
kolommen te bespreken. Toen het eerste gedeelte
in proef was en voor den druk gecorrigeerd werd
(zjjn schrift had iets eigenaardigs dat maakte,
dat men de kopie niet geheel getoetst had) bleek
het, dat de criticus zich niet op het standpunt
van den letterkundige had kunnen stellen en hem
had misverstaan vandaar een verschil van schat
ting die, naar de overtuiging van de Spectalor-
redactie, niet gerechtvaardigd was. De heer
Kneppelhout, van deze meening onderricht, nam
zjjn zeer uitgebreid stuk terug, maar teneinde toch
den heer Cremer in de gelegenheid te stellen
zjjn voordeel te doen met zjjn critiek deed hjj
zjjn opstel te Leiden drukken in drie exemplaren,
waarvan hjj er een aan den gecritiseerde en een
aan een geaieensctiappelpken vriend schonk. Het
derde moet zich nog in de boekerjj van den
„Hemelschen berg" bevinden.
De regeering heeft aan de kamer inlichtingen
verschalt op het adres over de weigering van de
kon. bewilliging op de ontwerp-akte van oprich
ting eener naamlooze vennootschap Walhalla.
Zjj heelt de bedoelde ontwerp-akte getoetst aan
de artt. 38—55 W. v. K., in verband met art. 37,
hetwelk voorschrjjft dat de vennootschap (en niet
enkel haar statutenniet strijden mag met de
goede zeden ol orde. Terecht. Ware het anders,
ieder zou door onschuldige statuten bewilliging
kunnen verkrijgen ter oprichting van de meest
onzedeljjke of meest gevaarljjke vennootschap.
De regeering was i. c. dus bevoegd en verplicht
alles in aanmerking te nemen, wat haar ook buiten
de akte licht kon verschaffen. Zjj was volkomen
gerechtigd, deze vennootschap te beschouwen in
verband met de in het algemeen belang afgewezen
aanvraag om rechtspersoonlijkheid voor het soc.«
dein. bond en om, lettende op de personen der
oprichters, op het voorwerp hunner zg. handelson
derneming en op de bestemming, volgens de akte
„Uw moeder?" antwoordde Einilian met
kalme waardigheid. «Hoe komt gij op dat denk
beeld Ik heb u al eens gezegd, dat ik uwe
moeder niet ken, dat haar naam mjj vreemd was,
tot ik hem van u hoorde. Wat hebben jongelieden
toch zonderlinge invallen
En opnieuw klonk het orgel, krachtig, vertroos
tend met tonen, die den mensch boven het
aardscbe leed verheffen. Emilian speelde met een
heilig vuur en Seraph zat met gebogen hoofd naast
hem te luisteren.
Seraph zat in den tuin te lezenhjj was nu
kalmer en kon lezen, zich in vreemde toestanden
verplaatsen, zonder dat er allerlei spookgestalten
voor zjjn geest verrezen. Daar kwam Luka met
buitengewone deftigheid en een geheimzinnig
lacbje aan, en zei
„Er is een boerin, die u verlangt te spreken
mjjnheer."
„Een boerin?" antwoordde Seraph onver
schillig, „waarschijnlijk heelt dominé Zepharowitch
haar met een boodschap gezonden."
„Waarschjjnljjk."
„Waar is ze
Luka deed de takken uit elkaar met een gezicht
alsof hjj een portière open schoof
„Hier. Kom maarwees maar niet bang,
de jonge heer is heel goedig."
Een verrassend schoone boerin trad op Seraph
toe, wierp een blik op hem; een tweeden op den
kamerdienaar en keerde toen beiden de rug toe
aan do winst te geven, tot het besluit te komen,
dat met de onderneming niets anders beoogd wordt
dan aan genoemd bond, dat bjj gebreke van
rechtspersoonlijkheid geen eigendom kan verkrjjgen
en geen overeenkomst kan aangaan, de stoffeljjke
middelen te verschaffen, dia het bereiken van het
doel kunnen bevorderen.
Dat de handelsonderneming gefingeerd is, dat
de vennootschap slechts voor den vorm is aangegaan,
bljjkt trouwens reeds uit de akte zelve. Immers,
geen handelsonderneming zoDder winstbejag, geen
naamlooze vennootschap zonder verdeeling, desnoods
tot zeker maximum (art. 49 tweede lid, W. v. K.)
van de winst tusschen de vennooten. Doch van
dat alles is in deze akte geen sprake. Van de
winst wordt, volgens art. 16, de helft gestort in
een reservekas en de andere helft niet als een ter
verdeeling bestemde bate aangewezen, maar ter
beschikking gelaten van de alg. vergadering.
Houdt men daarbij in het oog, dat volgens de
bepalingen der akte (art. 48) een der oprichters
de tegenwoordige eigenaar van het vereenigings-
gebouw Walhalla, in de zaak deelneemt voor
1149 van de 1509 aandeelen en in voldoening
zjjner aandeelen dat gebouw inbrengt, dan zal
men ook daarin de bevestiging vinden van het
geen hierboven omtrent het eigenljjk doel der
onderneming werd opgemerkt.
Werd de koninklijke bewilliging op deze akte
verleend, dan zou aan de zich noemende sociaal-
demokratische partij de voortdurende beschikking
over het vereenigingsgebouw zjjn verzekerd en
zou tevens de gelegenheid zijn opengesteld om de
winst, die de exploitatie van het gebouw mocht
opleveren, ten nutte van die partjj en van haar
heilloos streven te doen strekken.
Daartoe heelt de regeering hare medewerking
niet mogen verleenen.
Sinterklaas, goed heilig man,
Trek je besten tabbart an,
Kijd er mee naar Amsterdam,
Van Amsterdam naar Spanje
Appeltjes van Oranje.
Zoo luidt het begin van een liedeke, dat dezer
dagen in verschillende huisgezinnen, waar kinderen
zijn, wordt gerepeteerd of geleerd om den goeden
Bint, bjj zjjne indrukwekkende verschjjning, in den
avond van den vjjtden December naar eisch te
kunnen begroeten en tot toegevendheid te stemmen.
Of die toegevendheid noodig is? Let maar eens
op de angstige spanning, die te lezen is op de
kindergezichtjes als de gemjjterde vriend der jeugd
tot mama de vraag richt«zjjn de kleinen zoet
geweest?"; zie maar eens hoe de gezichten ver-
helderen bjj 't gunstig luidend antwoord, maat
weder betrekken, wanneer uit de berisping van
den bisschop bljjkt, hoe goed hjj op de hoogte is
van de tekortkomingen. Op die berisping volgt
echter dadeljjk weer een woord van opwekking;
benevens een regen van pepernoten, cbocolaadjes,
om in haar gebordüurden zakdoek haar lach tê
smoren.
Luka verwijderde zich met een veelbeteekeaend
lachje, dat wilde zeggen i „Mjj bedriegt tnen niet;
ik ben een oud gediende."
Met twee stappen was de boerin bjj Seraph eii
legde haar hand op zjjn schouder.
„Nu, herkent gjj mjj niet?"
„Barbara!" Hoe komt gjj hier?"
„Omdat gjj hier zjjt. Ik zal u vervölgeii
zóó lang, tot gij mjj gehoorzaamt."
„Houdt gy mjj voof zoo dwaas, Barbara, öni
dit te gelooven
„Ik bemin u."
„Gjj bemint mij niet."
„Dat zullen wij zien. Ik ben niet hiër ge«
komen om met u te twisten, gjj ondankbire."
„Waarom dan
„Om u uit te noodigen."
„Moet ik het aantal uwer aanbidders ver
meerderen
„Wjj hebben morgen drjjfjacht bjj de gravin
Bawaroska in Sentjjn. Gjj moet komen. Verstaat
gij mjj?"
„Moet ik? Er is niets, wat ik moet."
„Dus komt gjj
„Neen!"
„Domoor!" Mevrouw Frendaloska stampte
mot haar kleine voetje op den grond en keerde
zich om. Doch eensklaps bedacht zjj zich, ging
naast hem zitten en Bloeg de armen om b»nt
heen, zeggende: