N° 210,
1885.
Maandag
518.
7 September.
SehoDwin fler wepn en letjata,
I
128® Jaargang,
Gemeente-eigendommen.
Middelburg 5 September.
FEUILLETON.
BRIGHT A FOSWIK.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen?
Prijs per 3/m. franco 3,50.'
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent:
Aidvertentiën20 Gent per regel?
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,10
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
MIDDELRURGSCHE COURANT.
w
Agenten rijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Boiiand, te KruiningenF. Van der Peijl, te ZierikzeeA. C. D« Mooij, te TholenW. A. Van Nieuwbnhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van du Piui Jz,
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Puhlicité étrangère G. L. Daubï en Cie., John F. Jones opvolger.
De burgemeester en wethouders van Middelburg
maken bekend,
dat na den 15 September 1885 eene algemeene
schouwing zal plaats hebben op de wegen en
voetpaden in die gemeente.
Middelburg, den 4 September 1885.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
F. ERMERINS l. b.
De secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gelet op artikel 230 der gemeentewet, en op de
circulaire van gedeputeerde staten van Zeeland van
den 8 Augustus 1879 n° 5 Provinciaal blad n° 78)
brengen ter kennis van de belanghebbenden, dat
bij het gemeentebestuur is ingekomen:
a een verzoek van mejufvrouw de wed* Qua-
kernaat
b een verzoek van P. de Pagter, en
c een verzoek van C. J. van Sorge,
allen strekkende om van de gemeente onderhands
te koopen:
a een stukje grond, groot 45.5 centiaren,
liggende achter haar perceel, buiten de voormalige
Dampoort, aan den Arnemuidschen weg, kadastraal
bekend in sectie F n° 1891,
b een stukje grond groot 22 centiaren, lig
gende achter zijn perceel, kadastraal bekend in
sectie F n° 1892,
deze beide stukjes grond maken deel uit van
het kadastrale perceel sectie F n" 1888, en
c een gedeelte sloot en een gedeelte zijkant van
den singelweg, waarvan de grootte eerst later kan
worden vastgesteld, liggende op den Noordbuiten-
singel vóoc zijn perceel, kadastraal bekend sectie
E n° 1241,
bjj de inwilliging van welke verzoeken bedoelde
gronden aan den openbaren dienst zullen moeten
worden onttrokken.
Zij, die tegen dezen verkoop bezwaren mochten
hebben, worden verzocht deze schriiteljjk kenbaar
te maken vóór ot op den 14 September a.
Middelburg, den 4 September 1885.
De burg. en weth. voornoemd,
F. ERMERINS L. B.
De secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
Een Zeeuw, die Donderdagavond uit Brussel kwam
en rustig en wel 's avonds meende te huis te zjjn,
heeft den nacht te Roosendaal kunnen doorbrengen.
Hjj had zijne berekening anders goed gemaakt.
Te 5.26 uit Brussel gegaan, kon hjj te 6.37 uit
Antwerpen vertrekken en meende hjj met den mail-
trein, die te 8.44 te Roosendaal afrjjdt, Zeeland
te kunnen bereiken.
Dit was echter niet zoo.
Te Esschen kwam men, tengevolge van lang
durig oponthoud aan de kleine stations, twintig
Een verhaal
van A. LüTTELSBURG.
„Ja moeder, ik geloof wei dat wij nog een
woordje over deze zaak zullen moeten spreken,
om alle misverstand te voorkomen", zei Paul zoo
ernstig en beslist, dat vrouw Dauneförd onwille
keurig den ketel weer neerzette en hem verschrikt
aanzag. „Ik zal noch Karin, noch Christine, noch
iemand anders huwen, die gjj mij toedenkt. Ik
bemin Brigitta Foswik zij wordt mjjne vrouw
ot ik trouw in het geheel niet".
Er volgde een langdurige stilte, waarin men
alleen het knetteren van het vuur, het zingen van
het water en het tikken van de klok hoorde.
Noch Paul, noch zijne moeder durfde vrij adem
halen. De eerste schrikte bjjna van zichzelf toen
het woord over zjjne lippen kwam, maar gelijk
tijdig voelde hjj zijn moed herleven en zjjne oogen
begonnen te fonkelen, terwijl zijn moeder als aan
den grond genageld stond en hem aanzag met
een blik die hem zijn taak veel verlichtte; daarin
lag geen smart alleen toomelooze woede.
«Brigitta Foswik Brigitta Foswik Durft
gjj dat tegen uw moeder zeggen Wilt gjj mjj
die bedelaarster ja nog erger, die weggejaagde
jninnares van een grooten mijnheer
r— woord vorder moeder j wie zegt u dat
minuten te laat aan. Daar liet men de reizigers
ruim vijf kwartier staan, zoowat tien minuten
van het station. De machine van den staatsspoor,
die den trein verder zou brengen, was vertrokken,
omdat de termijn van wachten, 12 minuten, was
verstreken. De reizigers konden nu met een vol
gende gelegenheid verder, zoodat door den bewoner
uit Zeeland niet alleen de mail- maar zelfs
de laatste trein naar Zeeland werd gemist.
Hjj was trouwens volstrekt niet de eenige, die
teleurgesteld werd.
Van de 2 a 300 reizigers konden slechts enkelen
nog het doel van hun reis bereiken maar het
meerendeel mocht logies te Roosendaal o,t te Breda
zoeken.
Onder de teleurgestelden bevonden zich een 22
personen, die via Vlissingen naar Londen moesten;
maar natuurlijk was daarvan geen sprake. Door
de Belgische spoorwegdirectie werd hun graci-
euselijk voorgesteld den weg over Dover of Ostende
te nemenvan dit aanbod werd door twintig
hunner gebruik gemaakt. Onze zegsman hoorde
den stationschef te Esschen den reizigers voor
Londen het aanbod doen hen gratis naar Antwer
pen te vervoeren, waar dan gelegenheid was den
volgenden morgen naar Dover te gaan. Hun bil
jet zou dan worden geruild. Of hun meerdere
voordeelen werden aangeboden weten wij niet,
maar het heeft wel den schijn of men vooral
Vlissingen en de lijn Zeeland in de wielen wil rijden.
Trouwens wie den geest in Antwerpen, en zeker
ook wel bp de spoorwegdirectie, een weinig kent
weet hoe men over Vlissingen denkt vooral
nadat het werd aangewezen als aanlegplaats voor
de Duitsche stoomvaartlijnen op Azië en Australië.
Van die zijde zal men dus niets ontzien om
zoowel de lijn op Londen als Zeeland's havenplaats
tegen te werken, en de Belgische spoorwegdirectie
zal waarschijnlijk daaraan een handje meehelpen.
Wat de staatsspoor (daartegen kan uitrichten?
In de eerste plaats, dunkt ons, voor den Belgi
schen trein, die 's avonds correspondeert op de
boot der Zeeland, zorgen dat, al is de aankomst
te Esschen vertraagd, er toch een machine gereed
staat om de reizigers tot Roosendaal te brengen*
Verdere maatregelen kunnen naar omstandigheden
worden genomen.
Wij twijfelen niet of de directie der Zeeland
zal in dezen wel aandringen op medewerking bij
den staatsspoor, opdat de toeleg van Belgische
zjjde tegen de belangen harer maatschappij gepleegd)
niet gelukke.
Uit nadere medeelingen blijkt dat de dwaze
verordening, in de gemeente Oldenbroek afgekon-
kigd, waarbij het rijden met velocipèdes is verboden,
wel dageljjk bjj ged. staten ernstige bezwaren
ondervond. Zjj hebben nl. hun best ge
daan om, volgens het verzoek van tal van adres
santen de af kondiging dier verordening te
voorkomen. Eerst hebben zij getracht den ge
meenteraad tot intrekking te bewegen en toen dat
niet baatte, hebben zjj aan den koning vernietiging
gevraagd.
De minister Heemskerk meent echter dat er
dit zoo is?" viel Paul haar in de rede „Brigitta
is beter dan al degenen die gjj opgenoemd hebt.
Niemand kan haar iets verwjjten
„En bet kind
„Wie zegt u dat het van haar is Wat zjj
over de afkomst van dat kind gezegd heeft, is de
eenvoudige, zuivere waarheid er is nog nooit een
leugen over haar lippen gekomen."
«Van wie is het dan
»Van een vreemdeling.
Vrouw Dauneförd scheen yoor het oogenblik
geheel uitgeputZij sloeg de oogen ten hemel en
liep hoofdschuddende het vertrek op en neer.
Het was overbodig om hem den staat van zaken
uit een te zettenhjj kende die zoo goed als zjj
en als hjj nu toch die brutale deern geloofde dan
hielp het niets of men hem al beter wilde inlich
ten zjj had hem zeker betooverd. Neen, zjj zou
er niet meer over praten, maar het was net
alsof er een brok in haar keel zat hij moest
toch weten wat hem te wachten stond, als hjj
dien dollen streek wilde uitvoeren.
Nu stond zjj weer voor haar zoon, die haar
volstrekt niet deemoedig, maar zeer vrijmoedig,
volgens haar opvatting zelfs driest aanzag. Dat
prikkelde haar drift nog meer en eindelijk bracht
zjj met horten en stooten uit;
„Nu als gjj zoo vast gelooft wat die
meid zegt, dan moet ik zwjjgen; ik zal u
niets in den weg leggen daar gij al lang ver
geten schjjnt te hebben wat het zegt om vader
m woedet eereu, mm gjj moet^-eokjiiet
geen voldoende termen bestaan, om den koning
een besluit van vernietiging ter teekening voor
te leggen. De gemeentewet (art. 153) vergunt
namsljjk enkel vernietiging van plaatselijke ver
ordeningen wegens strjjd met de wetten of met
het algemeen belang.
De minister nu is van oordeel, dat geen van
beide redenen bier aanwezig is. Geen strjjd met
bet algemeen belang, omdat de minister dat
belang niet betrokken acht bjj het rijden met
velocipèdes in die gemeente. Geen strijd met de
wet, omdat het onderwerp noch bjj rijkswet, noch
bjj provinciale verordening is geregeld.
Ged. staten waren daarom wel verplicht tot
afkondiging der verordening mede te werken.
Hot Rbld. bestrijdt de houding der regeering in
deze. Dit blad meent dat het landsbestuur niet
enkel mag vragen is het algemeen belang met
een verbod in die bepaalde gemeente gemoeid,
maar zich de vraag heeft te stellenwordt door
zulk een verbod de vrijheid in het algemeen meer
dan noodig beperkt
Als voorbeeld stelt het Rbld. het volgendeDe
zorg voor de openbare orde, zedelijkheid en ge
zondheid, is uitdrukkelijk aan den gemeenteraad
opgedragenhjj mag daarvoor verordeningen
maken. Tot de zorg voor de openbare orde
behoort ook de zorg voor de veiligheid. Stel nu
dat een paard schichtig wordt doordien iemand
wat luidruchtig zijn neus heeft gesnoten. Zal dan
de gemeenteraad het recht hebben op straffe van
boete en verbeurdverklaring van den zakdoek,
het snuiten van den neus op straat te verbieden?
Stel dat de dader pas een snuifje had genomen,
zal dan de gemeenteraad het snuiven op Btraat
mogen verbieden en tevens de snuifdoos met
inhoud verbeurd verklaren
Men zegge nu nietgeen gemeenteraad zal ooit
zulk een besluit nemen. Het rijwielersbesluit van
Oldenbroek is, dunkt het Rbld., niet veel minder
dwaas. Maar zou de regeering dan verantwoord zjjn
met de opmerking: „bjj het snuiten der neuzen
in die eene gemeente is het algemeen belang
niet betrokken"?
Neen, de regeering heeft te waken, dat de
gemeenteraad, bjj het beperken der vrjjheid van
de burgers door verordeningen, niet verder ga dan
strikt noodig is. Daarom mag zij geen verorde
ning onvernietigd laten, welke zonder redeljjken
grond een verbod uitspreekt dat voor velen hin-
derljjk is. En zeker mag zjj dat niet nalaten
indien het een sfra/Verordening betreft, waaraan
verbeurdverklaring is verbonden. Zulk een ver
ordening bindt niet enkel de ingezetenen, die tot
de samenstelling van den gemeenteraad hebben
medegewerkt, maar ook allen die van elders
binnen de grenzen der gemeente komen. Gaat het
nu aan, alle Nederlanders en ook vreemdelingen
aan zulk een dwaas verbod te onderwerpen?
Stel dat een Engelschman éen reis per rijwiel
door ons land maakt en, natuurlijk onbekend met
de verordening der Oldenbroeksche vaderen, de
grenzen der gemeente met zijn voertuig over
schrijdt en op grond daarvan tot kosten wordt
denken dat het ooit tusschen ons en haar
gaan zal. "Van het oogenblik dat gij de partij
van dat meisje kiest, zjjt ge mjjn zoon niet
meer."
Hjj behoefde zich niet te vleien dat zjj slechts
in de eerste opwelling zoo gesproken had en hij
had ook nooit gehoopt, dat dit onderhoud een
anderen affoop zou hebben, maar hare laatste
woorden deden hem zeer en hij wenschte ten
minste in vrede te scheiden.
„Moeder, gij zjjt zeer hard tegen mij," zei hij
op droeven toon, „waarom vergunt gjj mij niet
zelf mjjn levensgeluk te zoeken Ik heb Brigitta,
zoolang ik denken kan, van harte lief gehad en
niemand kan haar van eenig kwaad betichten. Zij
heeft vlijtig en eerlijk in haar onderhoud voorzien
en haar huisje is hoe langer hoe netter geworden
»Toch niet door haar handenarbeid, maar
van het schandegeld voor dat kind", viel zjj in de
rede.
De droefheid was van zjjn gelaat gewekenhij
voelde dat hier met zachtheid niets uit te richten
viel en had vast besloten om geen smaadredenen
tegen Brigitta meer aan te hooren, doch alles in
het werk te stellen om den laatsten zweem van
verdenking van haar af te wenden en haar met
onwankelbaren trouw ter zjjde te staan. Die
gedachte gaf hem moed en deed hem vergeten
dat hjj van dit oogenblik af een vreemdeling in
de ouderlijke woning werd.
„Moeder," zei bjj nog eens op warmen, hart-
eljjke» toon, „morgen ga ik naar kandskroaa en
veroordeeld en zijn rjj wiel hoort verbeurd verklaren.
Ongetwjjfeld zal hij zjjn regeering te hulp roepen
en welk figuur maakt dan de onze, indien zij
moet antwoordenWij kunnen er niets aandoen,
indien een gemeentebestuur dergelijke dwaze
verbodsbepalingen, straffen en onteigeningen uit
spreekt
Met hetzelfde recht kan men morgen een andere
gemeente het rjjden met kruiwagens, karren,
sjeezen, landdauers verbieden, en daarom noemt
Rbld het een bedenkelijk verschijnsel dat de
regeering in een zoo sprekend geval als dat van
Oldebroek haar grondwettige roeping zoo slecht
vervult.
Yan wege de directie der rij kspostspaarbank
ontvingen wjj een exemplaar van het verslagaan
den koning betreffende den dienst dier instelling
over het jaar 1884.
Zeer interessant en welsprekend zjjn de bjj dit
verslag gevoegde statistische tabellen en graphische
voorstellingen, waarvan vooral de laatste voor
ieder duidelijk aantoonen hoezeer de instelling
zich sedert hare oprichting heeft ontwikkeld en
in bloei toeneemt.
Blijkens op de gisterenavond gehouden alge
meene vergadering der IJsclub Walcheren gedane
mededeelingen is het aantal leden der club, dat
ten vorigen jare 125 bedroeg, tot 197 gestegen.
De financieele toestand der vereeniging is even
eens gunstig; de rekening, door den penningmeester
gedaan, wees een saldo aan van 435.06.
Door het bestuur werd verslag uitgebracht over
hetgeen het in het afgeloopen jaar in 't belang
van de leden en van het publiek gemeend heeft
te moeten doen, welk verslag geen der weinig
talrjjke aanwezigen tot op- of aanmerkingen
aanleiding gaf.
Benoemd tot wethouder van Baarland de heer
Sies Los, en wel in de plaats van den heer Jan
Priem, in Sept. afgetreden als raadslid.
De gemeenteraad van Wissekerke (N. B.) hield
Vrijdag, in plaats van Dinsdag, vergadering. De
nieuwe leden werden geïnstalleerd en de heer W.
J. Vader, burgemeester, als ambtenaar van den
burg. stand herkozen.
De begrooting voor 1886 bedraagt in ontvang
en uitgaaf 19429.40.
In de vergadering van den gemeenteraad van
Kerkwerve, 1 Sept. gehouden, werden de in Juli
herkozen raadsleden, de heeren J. der Weduwen
en P. J. van der Cingel geïnstalleerd en als
wethouders herbenoemd, terwjjl de heer Van der
Cingel tevens als ambtenaar van den burg. stand
werd herkozen.
De gemeente begrooting voor 1886 werd vervol
gens vastgesteld in ontvang en uitg. op 4582.
Men schrjjft ons uit Biervliet
„In 1880 trachtten raadsleden en wethouders,
door voortdurende weigering om op te komen in
de vergaderingen van den gemeenteraad en van
het college van burg. en weth., het behoorljjk
bestuur der gemeente onmogeljjk te maken, ten
einde daarmede de verwjjdering van den burge
meester te verkrjjgen, tegen wiens persoon ot
gedragingen soms de meest onbeduidende bezwaren
werden geopperd."
betreed dezen drempel niet weer voor dat elkö
zweem van verdenking van Brigitta opgeheven is.
Bewaar mij tot zoolang uwe liefde en gedenk
mjjner niet in toorn."
Zjj zag hem verbaasd aan en kwam eerst vari
lieverlede tot de overtuiging dat hij in ernst sprak.
Nog op het laatste oogenblik hoopte zjj hem;
net als vroeger, door een machtspreuk te regeeren;
doch nu zag zjj, dat die zonder uitwerking bleef;
„Ga, waarheen gjj wilt, ik weerhoud vt
niet", riep zjj boos uit. »Hoe verder gjj gaat des
te beter, ik verlang niet ooit weer iets van tt
te hooren".
Eer hjj kon antwoorden had zjj de kamer ver
laten en de deur viel dreunend in het slot.
Hjj begreep dat elke poging tot verzoening
vruchteloos zou zjjn en overzag nu zjjn toestand:
Hjj had de ontknooping niet zoo spoedig verwacht
of gewenschtdat streed met zijn karakterhjj
had liever opzien vermeden en de zaak in der
minne geschikt maar misschien was het beter
zoo. Nu kon bjj openljjk voor Brigitta optreden
en baar zeggendaar ben ik. Ik heb alles vooé
u opgegeven, omdat ik u liefheb en in u geloof,'
al veroordeelt de heele wereld u.
Wordt vorvclgd.)