Onderwijs. Gemengde Berichten. FEUILLETON, BRIGI'TTA F0SWIK. Kerknieuws. Rechtszaken. In de Donderdag te Cortgene gehouden zitting werd den raad aangebodende gemeenterekening over 1884, bedragende in ontvang 9633,45, in uitgaaf 8989.81 alzoo met een goed alot van 643.635de begrooting voor 1886 in ontvang en uitgaaf met 8795.71, waarop voor 't onderwijs is uitgetrokken ƒ3341.50; de rekening van 't burgerlijk armbestuur over 1884, welke door den raad werd vastgesteld in ontvang op 798.725 en uitgaaf op ƒ725.025, alzoo sluitende met een goed slot van 73.70 en de begrooting voor ge noemd armbestuur over 1886 in ontvang en uitgaaf op 757,81. Uit Stavenisse schrijft men ons Door den gemeenteraad alhier is onlangs beslo ten de tractementen der in 't vervolg te benoemen onderwijzers te bepalen op 525, in plaats van, zooals ze nu zijn geregeld, 625 en bovendien om het salaris der in functie zijnde onderwijzers (drie in getal), met ingang van 1 Jan. 1886, eveneens met 100 te verminderen en ze dus van 625 op 525 te brengen. Vooral dit laatste is opmerkelijk en waarschijn lijk is nog geen ander gemeèntebestuur op het ourieuse idee gekomen, om zóo in te grijpen in verkregen rechten. Mochten ged. staten van Zeeland dit besluit goedkeuren, dan zullen er hoogstwaarschijnlijk wel meer gemeentebesturen gevonden worden, die den weg zullen inslaan, hun door ons achtbaar bestuur aangewezen. Beide besluiten zijn natuurlijk genomen in het financieel belang van Stavenisse. Maar dan rijst de vraag ol niet op andere zaken te bezuinigen geweest zou zijn, zaken waarbij inkrimping van uitgaven wenschelijk is, niet zulke groote belangen als het onderwijs geschaad worden en niet zoo unfair ingegrepen wordt in anderer financieele belangen. Te Amsterdam is overleden de heer dr J. G. D. Martens, hoogleeraar aan het Evang. Lutb. seminarium en aan de Amst. universiteit. Vroeger Ev. Luthersch pred. aan den Helder, werd de heer Martens, na den dood van prof. F. J. Domela Nieuwenhuis, in 1870 benoemd tot hoogleeraar aan het Seminarium. In 1877, bij de vestiging van de Amsterdamsche universiteit, werd prof. Martens, wien intusschen door de Utrechtsche hoogeschool het doctoraat honoris causa was verleend, ook benoemd tot hoogleeraar in de uitlegkunde van het Nieuwe Testament. De overledene werd algemeen gewaardeerd om den ijver en de nauwgezetheid, waarmede hij zjjn Veelomvattende taak vervulde. In den kring van zijn kerkgenootschap genoot hjj de algemeene achting, ook van hen die met hem in kerkelijke richting verschilden. (iV. v. d. D.) De hoogleeraar dr De Hollander, aan de mil. academie te Breda, heeft ontslag gevraagd. Volgens een ingezonden stuk in de N. R. Ct heeft dr De Hollander een wenk gekregen om dat ontslag te vragen. Dit is geschied, tien dagen voor dat de nieuwe cursus aanvangt. Die wenk is te zonderlinger, nadat in 1883, dus betrekkelijk nog kort geleden, bij gelegenheid van zjjn veertigjarigen werkkring aan de academie met zooveel lof over hem is gesproken en verleden jaar, toen hij den wensch te kennen had gegeven om eervol ontslagen te worden ten einde zijne verdere levensjaren meer rustig te kunnen doorbrengen, hem verzocht is geworden dit verzoek niet in te dienen. En nu, éen jaar later, dwingt men dienzelfden persoon tot heengaan Naar het Vad. uit goede bron verzekert, moet ontevredenheid van het legerbestuur over den slechten uitslag der overgangs-examens van de cadetten van het 1° en 2C studiejaar de reden zijn. Het bestuur van de afdeelig Zeeland van de Vereeniging van onderwijzers aan de kweeken normaalscholen tot opleiding van onderwijzersbe staande uit de heeren Moens, Wendel en Ittman, heeft aan de directeuren dier inrichtingen eene circulaire gezonden, waarin het mededeelt wat het gedaan heeft om de besluiten van de vergadering, 19 April 1884 te Middelburg gebonden, uit te voeren. Toen toch werd bepaald, dat op de eerst komende vergadering het onderwijs in de Neder- landsche taal en de vormleer zou besproken worden en dat, om zoo mogelijk tot eenheid in dit onderwijs te komen en de besprekingen niet té rekken, aan twee onderwijzers in de 2e inspectie zou verzocht worden een lee'plan daarvoor op te maken, en in enkele stellingen den geest, de strekking of het doel van dit onderricht uit te drukken. Stellingen en leerplan zouden dan eerst door de onderwijzers aan elke inrichting afzonderlek besproken en van het resultaat dier besprekingen aan de bedoelde heeren kennis gegeven worden. De heeren Bouman te Amsterdam en Van Dijk te Leiden hebben zich van die taak gekweten, de eerste voor de vormleer in vier stellingen, de laatste voor de Nederlandsche taal in 7 stellingen. Vóór 1 October moet hun kennis gegeven worden van de bespreking dier stellingen. Op een nader te bepalen tijd en plaats zullen dan de vergade ringen van de gezamenlijke onderwijzers plaats hebben. 'tls te hopen, dat de bedoelingen van den inspecteur van het lager onderwjjs in de 2e inspectie, den heer Mcens, om eenheid in de opleiding der kweekelingen en misschien daardoor in de examens te verkrijgen, mogen gelukken Uit Colijnsplaat schrjjft mon ons: Nieuwe heeren, nieuwe wetten. Zondag is er voor de eerste maal in de Ned. herv. kerk alhier eene collecte gehouden voor de school met den bijbel, welke ruim 26 heeft opgebracht. Voor ganger was de heer Van Dis, president eener jongelingsvereeniging te Rotterdam. 't Begint hier in de kerk wonderlijk toe te gaan 't is of ieder maar 't recht kan krijgen den kansel te bestijgen. Wanneer dat zoo is, behoeft men niet langer meer te klagen over gebrek aan dominé's; want overal zullen er wel gevonden worden, die bereid zijn een woordje tot de gemeente te spreken. Arrondisse.nients-rechtbank te Middelburg. Heden, Vrijdajf, zijn veroordeeld S. P. 27 j., werkman te Retranchement, wegens diefstal, tot 8 d. cel; C. M. 30 j.landmansknecht te Waterlandkerkje, wegens mishandeiing, tot ƒ15 boete; I. K. 22 j., slachtereknecht te Vlissingen, wegens mishandeling, tot 8 b.A. R. 25 j. en M. M. 23 j., beiden arbeiders te Goes, wegens mishandeling, de le tot 15 en de 2e tot 8 b.; J. G. 16 j. en R. van H. 17 j., te Goes, wegens diefstal, ieder tot 8 d. cel; C. van G. 45 j., onder baas te Ellewoutsdijk, wegens mishandeling, tot ƒ12 b.; M. K. 19 j., dienstbode te Hansweert, wegens mishandeling, tot 8 b.A. S. 29 j., metselaar te Yerseke, wegens mishandeling, tot 15 d. cel en 8 b.; F. B. 15 j. te Graauw, wegens diefstal tot 15 b. en L. de F. 23 j landmans knecht te Terneuzen, wegens oplichting, tot 2 maanden cel. Allen in de kosten. Wanneer men hoort en leest van oproer daar, poging tot moord ginds, inbraak hier; wanneer men trouw lezer is van de nieuwsbladen en daarbij eenigszins zenuwachtig en niet buitengewoon moe dig, kan het suizen van den wind, het vallen van een steen, het loopen van een kat 's avonds of 's nachts vrij wat schrik aanjagen. Iets dergelijks heeft zich in den afgeloopen nacht alhier voorge daan. Twee dienstboden die, aangezien de familie op reis was, alleen thuis waren, verbeeldden zich iets te hooren en brachten dat dadelijk met roof en diefstal, misschien met moord, in verband 1 De buren werden gewekt, de hulp der politie werd ingeroepen en een onderzoek ingesteld, dat echter negatief resultaat opleverde, wijl niets verdachts aan het licht kwam. De nachteljjke rust werd echter door sommigen erbij ingeschoten. Uit Wolfaartsdijk schrijft men onsDoor de raadsleden, de heeren C. van Damme en O. Ver- schuure, is van ged. staten bericht ontvangen, dat er geen termen bestaan, om ingevolge hun verzoek het raadsbesluit van 13 Aug. jl., waarbij de heer Ab. de Kater tot wethouder is benoemd, aan den koning ter vernietiging voor te dragen. In de Donderdagmorgen gehouden raadsvergadi ring werden belangrijke besluiten genomen. De sedert November des vorigen jaars bestaande vacature van geneesheer is vervuldmet 5 van de 6 uitgebrachte stemmen werd tot plaatselijk geneesheer benoemd de heer C. la genees heer te Irnsum. Tot lid van het burgerlijk armbestuur werd herkozen het aftredend lid, de heer W. van Strien Cz., met 5 stemmen; de heer Verschuure weigerde aan deze verkiezing deel te nemen. Tengevolge der wijziging van het reglement voor het burgerlijk armbestuur, waartoe in de vorige vergadering besloten werd, hebben de leden van gemeld bestuur voortaan voor 6 jaren zitting, in plaats van 3, zooals tot heden het geval isde aanstelling van den heer J. v. d. Baan als secretaris-penningmeester van bovengemelde administratie is verlengd en loopt nri »ad vitam." De begrooting van inkomsten en uitgaven dezer gemeente voor het jaar 1886 werd zoowel in ont vang, als uitgaat vastgesteld op 13,583.50. De kosten van het lager onderwijs bedragen 6330, terwijl het rijk hierin vergoedt eene som van 1672.50. Het suppletoir kohier voor den hoofdelijken omslag en hondenbelasting voor den dienst 1885. werdén vastgesteld respectievelijk, op 101 68| en 17.50! Op enkele reclames van ingezetenen tegen hunnen aanslag in dén hoofdelijken omslag werd gunstig beschiktanderen daarentegen werden gewezen van de hand. Besloten werd het locaal in het gemeentehuis, bestemd voor telefoonkantoor, voor rekening der gemeente te doen restaureeren. Ten slotte richtte de voorzitter een woord van afscheid tot de aftredende raadsleden, die heden de laatste zitting bijwoonden, de heeren J. Nóteboom en J. J. van Weel. De heer Fontejjn verklaarde daarbij gerust te durven verzekeren, ook uit naam van vele leden van den raad, dat hun heengaan werd betreurd. „Een van u", zoo sprak hij, „had het voorrecht, vierentwintig jaren lang het vertrouwen der kiezers te genieten: vierentwintig achtereen volgende jaren meende men in hem den man te zien, die de belangen der gemeente steeds konen wilde behartigen. „Ook de raad zelf erkende, door hem in 1881 te benoemen als wethouder, dat hij dit vertrou wen waardig was. „Het andere lid, hoewel nog maar een drietal jaren in deze vergadering zitting hebbende, heeft mede de overtuigendste bewijzen geleverd, dat het zijn doel, en niets anders dan dat was, om de belangen der gemeente voor te staan. »In den korten tijd dat ik de eer had, als voorzitter uwe vergaderingen te leiden, heb ik beiden leeren kennen en waardeeren. „Openlijk durf ik er voor uitkomen, dat ik, met het oog op de ervaring van hetgeen door u is gepresteerd gedurende den langen en korteren tjjd uwer zitting, voor mijne beoordeeling een volkomen maatstaf waarop mijne waa.rdeering is gegrond, u noode zie heengaan van deze plaats Met volkomen eerbiediging van de uitspraak der kiezers, wil ik mij echter uitspreken naar den eisch der rechtvaardigheid en de inspraak van mijn gemoed." sik dank u beiden voor hetgeen gij hebt gedaan. Het bewustzijn, dat gij steeds hebt getracht den bloei en de welvaart der gemeente te helpen bevorderen, moet u zelf tot voldoening strekken. „Nog vraag ik van u, kunt gij voorstaan de belangen der gemeente niet meer voortaan als leden van den raad, doet dit dan als ingezetenen der gemeente Wolfaartsdijk." De St. Ct. bevat het, kon. besluit van den 26 Juli 1885, tot vaststelling van gewijzigde bepa lingen ter voorkoming van aanvaringen op zee. Een verhaal van A. LüTTELiSBURG. Er waren eenige weken verloopen en het huisje had een behagelijk aanzien gekregen. Zoo lang Bri- gitta's moeder leefde had zij zich niet veel om het huishouden bekommerd, maar het bewustzijn dat nu alles op haar alleen neer kwam, maakte baar sterk en zorgzaam en het was verwonderljjk hoe veel zij met hare geringe middelen kon uitrichten. Zij werkte en sjouwde onvermoeid en vaak zag men nog lang na middernacht licht in het kleine huisje branden en Brigitta over haar naaiwerk gebogen zitten. Zjj zou zich in de gegeven omstandigheden zeker zeer tevreden gevoeld hebben, als zjj er niet over was gaan denken waarom men haar toch altijd zoo met opzet vermeed. Vroeger had men haar ook wel scheef aangezien, maar toch andersdan liep men haar schouderophalendhalf medeljjdend half spottend voorbjj, maar niet met zulk een uitdrukking van minachting, met die gefluisterde opmerkingen; nu en dan trof een woord haar oor, dat zjj niet eens verstond, maar dat haar toch het bloed naar de wangen dreef. Men ontweek haar als een melaatsche en niemand had nog haar hut betreden. Zjj wilde zich zelf wjjsmaken dat het'altjjd - zoo geweest was maar dat was toch anders- Wat had zjj dan toch misdaan Zij herhaalde alle dagen dat het haar niet kon schelen wat men van haar dacht en verwonderde zich dat er gedurig tranen in hare oogen kwamen, maar zjj kon toch niet ontkennen dat de behandeling, die zjj ondervond, haar krenkte. Zjj wilde echter niet ongelukkig zjjn, en trok zich meer en meer terugzij werd nog koeler, nog ongenaakbaarder somtjjds bekroop baar een gevoel van haat en zjj stortte den geheelen schat harer liefde op het arme, verlaten kind, dat onder haar zorg zeer voorspoedig opgroeide, uit. Het meestr griefde het haar dat Paul Dauneförd zich volstrekt niet liet zien. De gedachte aan het eenige wezen dat haar ooit eenige deelneming betoond had, had haar naar den Kullen terug gedrevenhjj was haar troost in het uur der wanhoop geweest. Toen in den beginne de eene dag na den anderen verliep, zonder dat hij zich vertoonde, had zjj gemeend dat hjj niet meer in het dorp was, totdat zjj hem op zekeren dag in de verte voorbjj zag gaan. Zjj gevoelde bij zjjn aanblik geen zweem van blijdschap, maar drukte de hand tegen het harthaar gelaat ver bleekte en er kwam een pjjnlijke lach om haar mond, die echter weldra plaats maakte voor een uitdrukking van toorn en verachting. Hg was dus niet beter dan de anderen en het zou jammer zjjn om een zweem van ergernis over zjjn veran derde houding te verraden. Van dien dag af verliet zjj haar huisje bjjna nooit meer. Doch het was als het ware door spionnen omringd en zoo kwamen er gedurig geruchten over haar in omloop, over hetgeen deze en gene meende opgemerkt te hebben. Omstreeks Nieuwjaar kreeg Brigitta voor het eerst tjjding van den vader van Gerda. Olaf Halm zond haar een bode om te zeggen dat hjj ziek was geweest. De dokter betwjjfelde zelfs of hjj ooit geheel zou herstellen, maar hjj voelde zich nu toch sterker en hoopte over een paar weken de eerste beloofde ondersteuning voor het kind te zenden. Die tjjding was door een visscher medegebracht uit Landskrona en daardoor werd de laatste vonk van twjjfel uitgedoofd"; want nu waren de woorden van Brigitta, dat zjj niets van de afkomst van het kind wist, gelogenstraft zij had zich jin haar eigen leugens gevangen. De kleine Gerda gedeide prachtig en een blik op het blozende kind stelde haar schadeloos voor veel geleden smaad zjj vermoedde nog niet. dat juist het kind haar dien op den hals haalde, Doch als zjj het geweten had, zou hare liefde roor het dierbare wezentje, dat zich met zooveel vertrouwen tegen haar aandrong, er niet door verminderd zjjn. Op zekeren avond toen Gerda sliep, ging Brigitta nog eens naar de buurvrouw, die haar voor veel geld een deel van haar melk afstond. Vrouw Gutar zat in het hoekje van den haard en scheen zeer slecht geluimd te zjjn. Zjj had Brigitta gezegd dat zjj liever 's avönds als het donker Door den burgemeester van Veere worden afdrukken in lak of inkt van de verschillende gemeentestempels verzameld ten behoeve van de oudheidskamer in die gemeente. Te Goes is een brievenbesteller uit zjjne betrekking ontslagen, wjjl hjj zich veroorloofde brieven, voor een bepaald persoon bestemd, achter te houden en van den inhoud kennis te ntmeD, ten einde zich geldeljjke voordeelen te verzekeren door dreigement van openbaarmaking der corres pondentie, door den beambte compromitteerend geacht voor den geadresseerde. Vóór de toepassing van den maatregel had de administratie zich van het vooronderstelde wanbedrjjf verzekerd. Voor eenige dagen werd te Yerseke een troepje werkmeiden, bezig met pannen te krabben, door hun opzichter, die eenige oogenblikken af wezig geweest was, op eene eigenaardige bezigheid betrapt. Zjj hadden nl. ieder een spiegeltje en een fleschje bjj zich en waren bezig zich met den inhoud van dit laatste te blanketten O ijdelheid der jjdelheden! Een pannen werkster in broek en laarzen en geblankette wangenWie kent zeldzamer com binatie Ter verdediging van den oever van den calamiteusen polder Suzanna, nabjj St. Annaland, is op Donderdag een belangrjjk kraagstuk gezonken. De aannemer, de heer Moerland van Stavenisse, slaagde, door heerljjk weder begunstigd, goed in die onderneming. Te St. Annaland vieren heden (Vrijdag) onder veler belangstelling de heer Johannis Ber gers en zjjne vrouw Thona Goedegebuure hun goudon bruiloft. Opmerkeljjk is, daarmee in verband, zeker wel het volgende: Twee hunner dochters hebben haar zilveren bruiloft gevierd; drie broeders der vrouw zjjn 51, 51 en 57 jaar getrouwd een neef van den man vierde vóór drie jaar zjjn gouden bruiloft, een nicht van de vrouw deed dit verleden jaar, terwjjl een verder bloed verwant reeds 61 jaren bjjna met zjjne vrouwlief en leed gedeeld heeft. De zuster van den man is meer dan veertig jaar in den echt vereenigd en verscheidene kinderen van de broeders of zusters der yrouw hebben hun zilveren bruiloft reeds achter den rug. Al die gouden echtparen zjjn in St. Annaland gevestigd en genieten nog een flinke gezondheid. Dat het fanfarenkorps Accelerando bjj dergeljjke gelegenheden zich meestal deed hooren, is haast niet noodig te vermelden. Te Zierikzee en te Goes zjjn, even als te Ylissingen in het openbaar proeven genomen met Hayward's Brandbluschgranaten. Even als te Ylis singen slaagden die proeven goed. Na hetgeen wjj over de in laatstgemelde plaats genomen proef zeiden, meenen wjj met mededeeling van het feit te kunnen volstaan. Uit Noordgouwe meldt men ons Woensdagavond omstreeks 8 uur is hier een poging tot moord gedaan. Een bijna 16jarige jongeling, zekere J. de B. alhier, zou voor zjjn vader eene boodschap doen. Terwjjl hjj, in den Kloosterweg gekomen, een vrooljjk deuntje liep fluiten, sprong een volwassen persoon uit de sloot en greep hem op eens van achteren aan, onder de woorden „Nou hei je je verdiende loon De jongeling is daarop door zijn aanvaller een 180 pas ver langs denjgrond gesleept naar eene put in eene weide en daarin gegooid, waarop de dader het hazepad koos. In de put was gelukkig, door de langdurige droogte, weinig water, maar daar entegen veel modder, zoodat J. de B. bjjna gestikt was. Deze verklaart zoo verschrokken te zjjn, dat hjj niet om hulp kon roepon. Hjj kent den dader niet en kan ook niet vermoeden, door wien en om welke reden die aanval op hem is gepleegd. Hoogstwaarschijnlijk heeft de dader een verkeerde voorgehad, maar dan bljjft het toch een raadsel, dat hjj zjjne vergissing niet bespeurd heeft, want 180 pas, door beiden afgelegd, is geen geringe afstand. De politie doet jjverig onderzoek. MevrouwvThéo^Frenkel-Bouwmeester treedt Woensdagavond^voor het eerst bjj het Ned. Tooneel te Amsterdam op en wel als Marguerite Gauthier. De Amst. meldt,dat de Amsterdamsche af- deeling van het^<Soc. Dem. Bond eenj'strooibiljet heeft verspreid, waarbjj/^zjj de baldadigheden was, moest komen, omdat zjj dan zeker was van haar thuis te vindenmaar eigenljjk wilde zjj niet dat iemand zag dat zjj met Brigitta omging. Van avond kwam deze een paar minuten te vroeg en dat was al genoeg om haar boos te maken. „Ik heb de geit nog niet gemolken en kan u geen melk geven", duwde zjj haar toe. »Dat geloop moet nu toch haast uit zjjnals de dagen lengen en iedereen kan zien dat gij hier in en uitloopt, zou mjjn medeljjden met u wel eens verkeerd uitgelegd kunnen worden en ik heb geen lust om een klad op mjjn goeden naam te krjjgen om uwentwil". Brigitta Btond sprakeloos. Zjj was bjj elk woord bleeker geworden, hare lippen trilden, hare neus vleugels zetten zich uit en hare oogen waren vragend en dreigend tevens op vrouw Gutar gericht. »Wit bedoelt gij daarmede, vrouw Gutar?" De buurvrouw voelde zich toch niet zoo erg op haar gemak, daar zjj begreep dat zjj in haar drift te ver gegaan was. Zjj zou gaarne wat bjjgedraaid zjjn, maar de fiere houding vau Brigitta prikkelde haar opnieuw en nu vond zjj dat het wel eens nuttig kon wezen dat hoogmoedige schepsel te doen merken dat men haar doorzien had. »Och, ik meen maar zoo. Gjj zult toch wel gemerkt hebben dat men u ontwjjkt en dat niemand het zich tot een eer rekent om met u te gaan." Een vluchtige blos overdekte de wangen van Brigitta en zjj keerde zich met een bitteren lach

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 2