Gemengde Berichten.
Onze Leestafel.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Rechtszaken.
Men vraagt zich af hoe een man van zoo buiten-
gemeenen aanleg tot zult een zonderlinge ontwik
keling komen kan. Men zoekt allerlei verklaringen,
men waagt het zelfs te spreken van jjdelheid.
Daar ligt de sleutel niet. Bij den heer Keuchenius
heerscht een soort van overdreven neiging tot
zelfvernederinghij wil vernederd, hij wil vervolgd
zijn. Deze, hoewel eerbiedwaardige, bjj een staats
man toch eenigszins zonderlinge askese heeft het
ge wens elite gevolg, maar/ overtreft het: de heer
Keuchenius wordt niet vémederd of vervolgd om
zjjn beginselen, maar zijn beginselen dragen den
last van de onhebbelijkheden, die hij met zooveel
jjver en zelfverloochening tentoon spreidt.
De Tijd zal toch, zeker wel weten dat er een
hoogmoedige nederigheid en een nederige hoogmoed
bestaat. Is in die richtidg yoms de sleutel te
vinden die het blad zoekt ter^verklaring van mr.
Keuchenius' karakter.
Door den secretaris der Venezulaansche legatie
te Londen is aan de consuls van Venezuela in
Nederland, namens generaal Guzman Blanco,
officieele mededeeling gedaan dat Carupano op de
revolutionnairen heroverd is, en alzoo de scheep
vaart op die haven weder geheel vrij is.
Van het 3e reg. inf. te Bergen op Zoom zullen
tien onderofficieren deelnemen aan het examen
tot toelating op den hoofdcursus, t. w.de serge
anten Engelen, Haalebos, Hesfeit van liinter, Van
PiénbrOek, Pilaar, Reinvaan, Swaab, Trimpe,
Verbrugh en De Visser.
De veelomvattende wjjzigingen in de gemeente
wet, die, zooals onlangs werd gemeld, bij de
regeering in bewerking waren, bepalen zich, volgens
de N. R. Crt, tot de aanvulling van éen enkel
artikel van gezegde wet, te weten art. 49. Bij dat
artikel is het geval voorzien, dat de leden van een
gemeenteraad niet ten vereischte getale (de grootste
helft van het wettelijk ledental) ter vergadering
opkomen. Na tot tweemaal herhaalde oproeping
voor eene nieuwe vergadering, kunnen de aan de
orde gestelde zaken alsdan worden afgedaan door
»de tegenwoordige leden", onverschillig hoe weinig
in getal dezen ook mogen wezen. Zooals bekend
is, heeft zich echter laatsteljjk in een of twee
gemeenten het geval voorgedaan, dac uit verzet
tegen den burgemeester de raadsleden allen het
werk staakten. Ook op de herhaalde oproepingen
bleven allen weg. Er was dus geen enkel tegen
woordig lid." Geen besluit hoegenaamd kon er geno
men worden, en de bepalingen van art. 49, die dier
gelijke stremming in het beheer der gemeentezaken
moeten voorkomen, bleken alzoo in de practijk
onvolledig. In die leemte wil men thans voorzien,
naar gezegd wordt, door in het uiterste den
burgemeester bevoegd te verklaren om loco den
raad te handelen.
Tot de nieuwste liefhebberij-studiën behoort het
Volapük, de wereldtaal, schepping van denRoomsch-
katholieken priester Johann Martin Schleyer te
Litzelstetten bij Konstanz. Ook in ons vaderland,
ja zelfs in onze naaste omgeving heeft de uitvin
ding van den Zwitserschen geestelijke Ijverige
beoefenaars, warme bewonderaars gevonden. Tot
dezen behoort in de eerste plaats onze stadgenoote
mej. M. J. Verbrugh, die, onder den titelMéthode
pour apprendre en peu de temps sans le secours
cCun maitre lire, a écrire et a compendre la langue
commerciale universelle Volapük, bjj de heeren
Altorffer alhier een handig boekske uitgaf, dat
belangstellenden in de wereldtaal ongetwijfeld van
groot nut kan zijn. Wij voor ons, die geen geloof
hechten aan de levensvatbaarheid van een „ge
maakte" taal en, zooals wij hierboven zeiden, de
studie ervan als een moderne liefhebberij, als een
aangenaam tijdverdrijf beschouwen, matigen ons
geen oordeel over de degelijkheid van mej. Ver-
brughs arbeid aan, maar kunnen onzen lezers wel
verzekerenwanneer wij ooit tijd hebben en lust
gevoelen tot het bestudeeren van Volapük, dan
nemen wij de leiding van mej. Verbrugh ter hand,
zjj is beknopt en duidelijk. En wjj doen dit te
eer omdat wjj weten dat de schepper van die
op en neder loopende.
„Ik verbeeld mij, dat het dat boek van
Sandstone Torr geweest is" zei Nash. »Dat was
kort te voren uitgekomen en daar kwam
iemand in voor, die door zijn broeder in een ouden
toren verborgen werd, en de wereld hield hem
voor dood."
„Maar die broer hield toch geen schjjn be
grafenis. Hij vertelde dat Erank Radcliffe in Londen
overleden was. Gjj waart al heel brutaalWat
zal dominé Holland zeggen, als hjj te weten komt
dat hij een ljjkrede over een kist vol ouden rom
mel gehouden heeft."
„Ik weet het niet," was het eeuwig durende
refrein van Nash, »gjj weet niet wat ik uitgestaan
heb door al die geheimzinnigheid, dat liegen en
draaien en dien onophoudeljjken angst voor ont
dekking. Als ik 's avonds niet af en toe in de
frissche lucht had kunnen komen, zou ik gek
zjjn geworden. En ik kon mij niet altjjd bepalen
tot een wandelingetje in den tuin, bjj na ondanks
mjj zeiven brachten mjjn voeten mij naar het
boschje."
»Om de menschen, die u zagen; bang te
maken".
»Als ik voetstappen hoorde verborg ik mjj,
ofschoon niet altjjd bjj tjjds. Ik schrikte meer
van de menschen dan zjj van mjj".
»Het verwondert mjj dat uw bewakers u
lieten uitgaan".
>Zjj deden genoeg hun best om mjj binnen
te houden, Slechts nu en dan gelukte het ihjj
taal zijne ingenomenheid ]betuigde met het werkje
van onze stadgenoote. De heeren Altorffer zorg
den bovendien voor een zeer netten vorm van
het boekje.
Eveneens van een wereldtaal en van nog veel
meer droomt en spreekt El Nadi. Deze schrijver
behoort tot het tegenwoordig, niet zeldzame men-^
schensoort der pessimisten.
De man kwelt zjjn arm hoofd met overpeinzingen,
die hen de aarde, dit tranendal, doen verwenschen.
Te vergeefs valt bij zich zelf lastig met noode-
looze vragen, waarop het antwoord voor het
meerendeel moet uitbljjven, alswaartoe de menach
op aarde is, of zjjn aandeel geluk niet veel kleiner
is dan zjjn aandeel ongeluk. De overtuiging, dat
er op dit stipje in het heelal zoo oneindig velen
zijn, die hun leven in armoede doorbrengen en
nimmer het minste straaltje van vreugde of
genoegen opvangen, doen hem verlangend naar
een andere planeet uitzien, waar de stervelingen
niet tot zulk een rampzalig en ellendig bestaan
gedoemd zjjn.
En zie, zjjn wensch wordt vervuldop eenmaal
bevindt hjj zich op de planeet Venus. Hier maakt
degrjjze Vinnis, een welbespraakte oudeheer, hem
met de maatschappelijke toestanden bekend. De
inrichting der maatschappij op Venus is juist zbo
volmaakt, als El Nadi zich deze op aarde voor
stelde, maar menig lezer zal onwillekeurig bjj zich
zelf denken: dat toch ook op Venus nog niet hef
ideaal bereikt is.
Wat de schrijver in Het maatschappelijke leven
op de planeet Venus, uitgegeven te Amsterdam bij
J. F. Sikken, over de verdeeling van het landbezit
mededeelt is'zeer lezenswaard maar overigens bevat
zijn werkje de onmiskenbare bewjjzen van voor-"
ingenomenheid, vermengd met oppervlakkigheid,
vooral wat zjjn beschouwingen over ons onderwjjs
en zjjn eigen voorstelling van goed ontwikkelend
onderwjjs betreft. Zooals hjj het althans op Venus
beschrjjft, zal 't toch wel aan El Nadïs eigen
wenschen voldoen.
De vorm, waarin de schrjjver zjjn gedachten
over ons maatschappelijk leven kleedt, is niet
nieuw; de keuze der namen als Ned., Eng. Ger.
enz. niet geestig, maar dit vergaven wjj hem
gaarne, indien het geheel niet in de hoogste
mate aan bloedarmoede leed. Oprecht gezegd de
lectuur er van is vervelend, Vinnis een oude pra-
tebol, lang van stof, El Nadi een ietwat neus-
wjjze vraagal. Het geheel herinnert ons aan de
vroegere leerboekjes, waarin weetgierige kinderen
hun vader of leermeester door allerlei vragen in
de gelegenheid stelden zjjn kennis aan hen en
de lezers mede te deelen, Zelfs aan het einde
der hoofdstukken vinden we het stereotiepe slot:
„nu eindig ik, morgen zullen wij weder het een
en ander bespreken of behandelen."
Zelfs de tegenwoordige reislust moet het bjj
den ontevreden El Nadi ontgelden, daarom laat
hjj dan ook de bewoners van Venus maar het
liefst thuis bljjven; wjj gunnen hun gaarne deze
zalige rust, maar zelf spoorden wjj het liefst on
middellijk naar Brussel, zoo aanlokkelijk weet
mej. Betsy Perk ons de hoofdstad van België te
schilderen, en, in tegenstelling van El NadVs thuis
zittende Venusbewoners, zjjn de Brusselaars zeer
uithuizig
»Wie over voeten en tjjd de vrjje beschikking
heeft", zegt mej. Perk, wordt in Brussel onge
merkt uithuizig. Men ziet hier overal te veel
nieuws; men hoort er langs den weg te veel
aardigs om zich die afleiding voor den
dageljjkschen slentergang van het huiselijke leven
te ontzeggen, indien plicht den voet niet bindt
aan huis of ziekte aan de kamer."
Wie plan heeft naar Brussel te gaan en wie
de Antwerpsche tentoonstelling dit jaar bezoekt,
wipt niet even naar het tweede Parijs over?
verzuime niet Oud en Jong Brussel van Betsy
Perk, bjj J. P. Revers te Dordrecht verschenen,
te lezen; niemand zal zich over verlies van tjjd
na de lectuur beklagen.
Ofschoon dikwijls afdwalende en zich zelf in
de rede vallende, leidt de schrjjfster aangenaam
vertellend haar lezers in de «vorstelijke" stad
Brussel rond, waar men met of zonder fortuin van
het ondermaansche geniet.
te ontkomen. Zjj waren bang dat ik mjjn be
dreiging ten uitvoer zou brengen om mjj zelf aan
te gaan geven, als ik niet nu en dan mjjn zin
kreeg".
De baron kon er maar niet overheen komen.
Hjj liep de groote keuken op en neder en riep
gedurig: »Hoe is het mogeljjk, God! Hoe is
het mogelijkDe terugkeer tot hét leven van
Charlotte Tinkle was al zoo verwonderljjk geweest,
maar dit was nog veel erger
Intusschen begaven wjj ons naar Duff ham, dien
wij aan zjjn souper vondeningemaakte paling
met brood en kaas.
„Gaat zitten en bedient u?" zei Duffham
op het inmaakpotje wjjzende, waaruit hjj met zjjn
vork vischte.
»Ik zou wel willen", zei Tod met een begee-
rigen blik, „maar er is geen tjjd". Ingemaakte
paling was zjjn lievelingseten en dat krjjgt men
niet alle dag.
>Ziet ge", vervolgde hjj, „gjj moet met ons
medegaan, om iemand te bezoeken en gjj aioet
beloven dat gjj niet uit de school zult klappen-
De baron heeft voor u ingestaan".
s> Wien bezoeken?" vroeg Duff ham al etende.
„Een spook", zei Tod ernstig. „Een doode".
„Wat kan ik daar aan doen
„Wel, de man is weer levend geworden.
Ofschoon niet voor lang, naar zjjn uiterljjk te oor-
deelen. Maar gjj moogt er niet over spreken,
vergeet dat niet".
„Waarover spreken."
Een tal van historische bijzonderheden deelt
mej. Perk ons op de wandeling door Brussel
mededaarbij ontbreekt het niet aan practische
wenken en bovendien wordt het nut van het
werk nog verhoogd door toevoeging van een uit
muntenden plattegrond met opgave van tramljjnen
en straten en alles wat een wandelaar door
Brussel behoeft.
Naar een ander gedeelte van België voert ons
de Vlaamsche schrjjfster mevrouw Courtmans—
Berchmans in haar jongsten roman Roza van
den Boschkant, eveneens door J. P. Revers te
Dordrecht uitgegeven. Zij verplaatst ons naar
den hoek van Vlaanderen, waar nog half middel-
eeuwsche toestanden heerschen. De geschiedenis
van de arme Roza, wier grootmoeder door de
ruwe verwilderde bewoners van den Boschkant
werd vermoord, en die zelf door een menschlievend
geneesheer en diens zachte dochter werd opgevoed,
biedt mevrouw Courtmans rjjkeljjk stof tot ge
zonde opmerkingen, tot de schildering van menig
natuurljjk tafreeltje. Met de breedvoerigheid, den
ouderdom eigen, vertelt de schrjjfster wel is waar
vele dingen, die ons geen belang inboezemen en
zeer geschikt hadden kunnen wegbljjven, maar
noch luisteren wjj gaarne naar haar gemoedeljjke
wijze van verhalen en buigen ons ootmoedig
voor de vrouw, die op ruim zeventigjarigen leeftjjd
zulke duideljjke bewjjzen van een helder hoofd
leverde en zoo een benijdenswaardige opgeruimde
levensbeschouwing behield.
De heer J. J. van Laar, te Middelburg, is
voor het tijdvak van 1 September 1885 tot en
met 31 Augustus 1886, benoemd tot leeraar aan
de R. H. B. S. aldaar. Gisteren aan een deel
onzer lezers reeds meegedeeld).
Te Utrecht is voor het Engelsch geslaagd
mej. C. R. Nardten te Zierikzee.
Een der instellingen van middelbaar onder
wjjs te Parijs, de Ecole alsacienne, heeft een
wjjziging in de toepassing van het in Frankrjjk
heerschend prjjsuitdeeling-stelsel gebracht. Zjj
acht het schadeljjk voor de jeugd, in de school
een soort van getal rangschikking te maken. In
een klasse van veertig leerlingen zjjn er vjjf of
zes zeer goede leerlingen, een tiental goede, een
tiental middelmatige en de rest leert slecht. Is
het nu niet veel beter, deze jongens in afdeelingen
te scheiden, dan hen in numerieke volgorde te
rangschikken Zoo doet de Ecole alsacienne
daaromzjj heeft geen primus, secundus enz
maar schenkt aan den leerling een getuigschrift
met de vermelding van de afdeeling, waarin hjj
verdient geplaatst te worden, hetzjj der zeer goede
leerlingen, hetzjj der goede of eenvoudig der
tameljjke leerlingen. Is de klasse goed samenge
steld, dan is er in verhouding een grooter aantal
leerlingen, aan wie het getuigschrift met „zeer
goed" uitgedeeld wordt. >Men vermjjdt aldus",
zegt zjj, „de onbillijkheid, die met het andere
stelsel in een talrjjke klasse voorkomt, nl. dat
goede leerlingen volstrekt niet beloond worden,
omdat een of twee uitstekende alle prijzen in
beslag nemen en tevens behoudt men de plech
tigheid der uitdeeling van belooningen voor den
arbeid, die alleszins nuttig is, omdat men van
jongs af de jeugd moet overtuigen, dat de arbeid
beloond wordt.
Tot kapelaan te Eede is door den bisschop
van Breda benoemd de heer A. Vissenberg.
Een pricipieele, met de drankwet in verband
staande quaestie, diende gisteren in tweede in
stantie voor de correctioneele kamer van het
gerechtshof te 's Gravenhage. Door de huis
vrouw van een herbergier aldaar was aan een
kind van 9 jaar, op vertoon van een plankje
waarop geschreven stond: »goed voor 23 centen
jenever," de gevraagde drank afgeleverd. De
Haagsche rechtbank zag in dit feit geen over
treding en sprak bekl. vrjj, van welk vonnis evenwel
de off. van justitie in hooger beroep kwam.
Adv.-gen. mr De Savornin Lohman kon zich
niet met het ingesteld hooger beroep vereenigen,
omdat niet, zooals de wet verbood, aan een kind,
maar aan een lastgever drank was verkocht. Het
stond volgens zjjn oordeel den rechter niet vrjj,
de beteekenis van het woord „verkoopen" uit te
„Dat hjj loeft, inplaats van, zooals gjj en
iedereen denkt, op het kerkhof te liggen. Ik
geloof zeker dat gjj bp zjjne begrafenis geweest
zjjt".
De half ernstige, half spotachtige toon van Tod
trok nog meer de aandacht van Duffham dan
zjjne woorden. Doch hjj ging bedaard voort met
zjjn paling.
„Wie is het?"
„Nash Caromel. Nu. Val maar niet in
zwjjm. Caromel is weer levend geworden"
Duffham liet zjjn vork vallen en riep uit»Wat!
Wat zegt ge daar
„Het is geen gekheid. Nash heeft al dien
tjjd geleefd, verborgen in zjjn huis, zooals Frank
Radcliffe in den toren. De baron is nu bjj hem
hjj is erg ziek".
Duffham zag mjj aan en zei:
„Is dat waar Johnny?"
„Ja mjjnheer. Wjj hebben hem van avond
ontdekt. Hjj ziet er uit alsof hjj stervende was.
Dobbs gelooft het zeker. Gjj hebt nooit iemand
gezien, die zooveel op een schim geljjkt".
(Wordt vervolgd.)
breiden, zoodat hjj bevestiging van het vonnis
requireerde.
Mr D. S. Van Emden verklaarde, dankbaar te
zjjn voor het door het O. M. genomen requisitoir,
waardoor zjjn taak van verdediger aanmerkeljjk
werd verkort en vergemakkelijkt. Toch wenschte
pl., niet alleen op verzoek van bekl., maar ook
van andere belanghebbenden, de juistheid van het
door de rechtbank ten deze gewezen vonnis in
het licht te stellen. Vóór de wjjziging van de
drankwet in 1885 was alléén strafbaar gesteld
het .toedienen van sterken drank aan een kind
beneden de 16 jaar." Is hier drank aan een kind
toegediend? Zeker neen.
Bjj de hierboven bedoelde wjjziging is ook het
.verkoopen aan kinderen" strafbaar gesteld.
Is hier dan ook soms aan een kind verkocht?
Pl. ontkende ook dit ten stelligste. Z i. was dus
het vonnis niet alleen volkomen juist gewezen,
maar de ratio van het betrokken wetsartikel
duideljjk aangetoond. Zjjn conclusie strekte dus
mede tot bevestiging van het vonnis Dghld
Het Nederl. zeilschip L. R. Koletnans Beij-
nen, groot 796 reg. tons, in 1866 te Schiedam
gebouwd,'is dezer dagen doof de heeren Groof c°.,
reeders te Vlissingen aangekocht voor 10.000.
Genoemd schip zal in de vaart gebracht worden
voor Oost Indië en worden gevoerd door kapt.
De Brujjn, voorheen gezagv. van de Lina.
Gisteren 2nackt is er ingebroken in het
kantoor van den rjjks-ontvanger te Sas van Gent.
Nadat de dief door eene ruit binnengekomen was,
heeft hjj de kast geopend, waarin slechts eenige
centen te vinden waren. Zjjn vangst was dus
alles behalve groot. Ook is denzelfden nacht bjj
P. v. d. Abeele aldaar 30 K. G. paling gestolen.
Thans zjjn te Amsterdam, behalve de valsche
kwarjes, ookivalsche dubbeltjes in omloop gebracht.
Men buigt ze gemakkelijk met de hand. De
beeldenaar is redelijk, doch de keerzjjde slecht
afgewerkt.
O tempora o mores. Aan de De Ruyterkade
te Amsterdam vond de politie gisteren middag
twee knapen, elk niet ouder dan 12 jaar, die
smoordronken in het gras lagen. Op een handkar
werden zjj naar het politiegebouw gebracht.
Nu te Amsterdam de plannen voor eene
feestviering op 31 Aug. mislukt zjjn, zal men
trachten uitvoering te geven aan het denkbeeld,
om op dien dag een groot kinderfeest te organi-
seeren. De poging daartoe zal waarschjjnljjk
uitgaan van de vereeniging tot oprichting van
hinder-speeltuinen.
Waar het de viering van den jaardag der kleine
prinses geldt is dit zeker wel de beste vorm, aan
zulk een feest te geven.
Bjj de botsing tusschen twee tremen aan het
station te Haarlem bevond zich in een daarvan
de minister van financiën, de heer Bloem, die
zonder eenig letsel er af kwam.
Een vierjarig knaapje uit den Haag is Maan
dagavond aan het strand te Scheveningen ver
dwaald geraakt. Eerst den volgenden morgen bjj
het aanbreken van den dag werd bet ontdekt
door den bewoner van het strandhuis te Loos
duinen. Hjj vond hem in een wagenspoor bedolven
onder het zand. De man dacht aanvankeljjk dat
het knaapje dood was, maar bemerkte weldra,
dat de jongen in diepen slaap lag. De zandlaag
had hem tegen de nachtkoude beschermd. Het
knaapje had den ganschen stormachtigen en regen-
achtigen nacht in de open lucht doorgebracht.
Vele jaren geleden doorstond ook een klein
meisje hetzelfde lot. Tot op vergevorderden leef-
tjjd heeft zich de indruk van zulk een nacht bjj
haar doen gevoelen.
Onder Rijswijk sloeg de vorige week's nachts
de bliksem door het besehoten dak van een
tuinierswoning. Na daarin een groot gat te hebben
gemaakt, volgde de straal zjjn weg, langs het
ledikant der dienstbode, die even te voren uit vrees
voor het zware weder was opgestaan, door den
zolder, sloeg een gat in den muur aan het hoofd
einde der bedstede waar de man en zjjn vrouw
sliepen en verliet deze plaats weder door den
tegenovergestelden muur. In het aangrenzende
vertrek werd een hanglamp geheel verbogen, de
vazen op een kast verbrjjzeld en een hangklok zwaar
beschadigd; verder vertoonden zich op het karpet
en een stoelkussen verschillende brandvlekken, en
waren uit den muur op een oppervlakte van drie
a, vier meter groote steenbrokken geslagen. Hoogst-
waarschjjnljjk heeft de bliksem het gebouw door
een in den keldermuur geslagen gat weder ver
laten. Opmerkeljjk is het zeker, dat bjj dit alles
geen persoonlijke ongelukken zjjn te betreuren
Wel waren de man en de vrouw eenige oogen-
blikken door het felle licht verblind en gevoelde
de vrouw later op den dag eenige machteloosheid
in den arm, doch daarbjj is het dan ook gebleven.
De steenhouwers, werkzaam aan de Keulsche
vaart onder Vreeswjjk, hebben het werk gestaakt.
Zjj eischen hooger loon.
Dinsdag liep van de werf van den scheeps
bouwmeester F. van Dujjvendjjk te Lekkerkerk
met goed gevolg te water de, voor rekening van
schipper J. Pels gebouwde, ijzeren zeil Rjjnaak
Tebah, bestemd voor de vaart op Zeeland en werd
voor dezelfde vaart een jjzeren zeiljacht opgezet
voor rekening van schipper J. Hoogenboeren.
Tegen het ontwerp tot verbetering van
arbeiderswoningen in Engeland zjjn tot dusver
niet minder dan 114 verzoekschriften ingediend.
Men gelooft algemeen, hetzjj dan terecht of ten
onrechte, dat het voorgestelde doel niet alleen
niet zal worden bereikt, maar zelfs dat het ontwerp