'N° i
18A1
Vrijda
14 Augustus.
Caromels Hoeve.
.o*
Middelburg 13 Augustus.
FEUILLETON.
n. r r fi n of
Dit blad verschijnt dagelijks,
.met uitzondering van Zon—en Feestdagen:
Prijs per 3/m. franco 3,50:
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën* Cent per regel'
•Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van i -7 re.^eis 1,50
iedere regel meer f 0."0;
Groote letters worden berekend na '.plaatsruimte
Een nieuwe arbeid op philantropiscli gebied.
JOHNNY LUDLOW (MRS. HENRY WOOD),
«c^-v ega, „A.JK. i-JSx
fts>
r*»,
IIDDELRURGS
COUR
Agenten zijn te YlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van dek Peul, te Zierikzee: A. C. De Mooij, te TholenW. A. Van Nieuwenhdijzïn, en te Ter Neuzen A. Van dex Peul Jz,
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger.
Een toeval bracht ons dezer dagen van naderbjj
in kennis inet het menscblievend pogen, in den
laatsten tijd meer in zwang, om te beproeven de
gezondheid van arme kinderen te verbeteren door
hen eenigen tijd te onttrekken aan hunne dage-
lijksche omgeving, lang niet altijd onschadelijk, en
hen te doen genieten van de heerlijke lucht en
de sehoone omgeving, die dit of dat deel van ons
vaderland aanbiedt.
Dwalende door de overschoone omstreken van
het bekoorlijk Ginneken, bijna een met Breda,
waren wij de boschwachterswoning in het Ulven
houtsche boscb genaderd.
Een verrukkelijk plekje, waarop die woning
staat! Hoewel niet zoo bezocht als het verblijf
van den wachter in het Mastbosch, omdat dit
meer gelegenheid tot uitspanning aanbiedt, is
het niet minder een bezoek waard.
Heerlijke lanen leiden er heen, zoo schoon als
m n ze slechts zelden aantreft.
En wat juist aan die woning iets aantrekkelijks
geeft is de eenvoudige, de primitieve inrichting
ervan. Geen stuk dat naar weelde zweemt», voor
dageljjksch gebruik het noodige; meer treft men
er niet aan. Voor ons, stadsmenschen, is zulk eene
woning juist zoo eigenaardig, omdat wij haar
meestal slechts kennen van eene beschrijving uit den
eenen of anderen roman. Een breede schoorsteen
met een aschpot er onder; aan een ijzeren ketting
een waterketel vlak bij het vuur, onder den
schoorsteen, een breede armstoel, de geliefkoosde
zetel van den boschwachter, die van de rook geen
hinder schijnt te hebbentwee houten tafels,
waarvan een vlak bij dien eerezetel; een ouwer-
wètache klok met scheepjes die zeilen en zeemeer
minnen die dobberen op de baren, ziedaar het
ameublement van het voornaamste vertrek.
Daarachter een nog kleiner vertrekje en daar
boven eene gelegenheid om te slapen. Toch zou
de beschrijving niet voldoende wezen, wanneer
wij niet erbij meldden dat eenige heiligenbeeldjes
een paar kasten versierenbeeldjes die al de
sporen der vergankelijkheid dragen. Zij vormen,
'met eene dienstbode, het eenige gezelschap
van den eenvoudigen boschwachter, die reeds
zeventig jaren in diezelfde woning zjjn verblijf
heeft en wien wij nog niet den eerbiedwaardigen
ouderdom van 74 jaar, dien hp heeft bereikt,
zouden geven.
Getrouwd is de man nooit geweest; aan meer
gezelschap had hjj zeker geen behoefte. Hij vond
zelfs 's winters in zijn eenzaamheid nog voldoende
afleiding, en leefde gelukkig, wellicht vooral
omdat hp zoo weinig met de wereld in aanraking
komt. Eentoonig en saai zal zjjn leven zeker zjjn
en daarom benjjden wij hem niet. Maar wat wel
Uit het Engelsch van
Het spook.
Nu en dan wandelde Nash in den tuin, 's avonds
in de schemering, of des nachtsdan ging hjj het
'hek uit en begat zich in het dichte kreupelbosch, al"
een omdat het werkelooze leven binnens huis, zonder
eenige frische lucht, ondrageljjk voor hem was.
Zjjn vrouw en haar zuster deden echter altjjd haar
best om hem dit te beletten- Schunk kwam over
'dag en zat hem uren lang de les te lezen maar
zjj konden Nash niet altjjd in huis houden. Einde-
lpk werden zjj bangwant toen zjj hem trachtten
te dwingen door de deuren af te sluiten, verklaarde
hjj dat hp, als men hem in deze zjjn zin niet liet,
zich aan de wereld bekend zou maken. Het leven
Was voor geen van allen op die manier heel aan
genaam
Zóoals hp daar dien avond bjj den keukenhaard
zat, met zpn holle, bleeke wangen, zjjn ingezonken
oogen en witte dunne lippen, zoudt gjj hem geen
week meer gegeven hebben. De hoefsmid zag hem
vol medeljjden aan.
„Trek het u niet aan, Dobbs het is het beste
wat mjj kon overkomen", zei Nash vriendelijk, „ik
ben niet zeker dat ik anders van avond zelf niet
gou uit gegaan zjjn, om mjj bekend te maken*
benjjdenswaardig mag beeten is zjjne gezondheid.
Als een oude van jaren ons verzekert dat hjj
nooit ziek is geweest komt bij ons meestal twijfel
op of zpn geheugen hem geen parten.speelt, of hij
zelf niet wat al te lichtvaardig over het verleden
heenstapt, teneinde aan een zekeren gewettigden
trots te voldoen.
Maar dien boschwachter in het Ulvenhoutsche
bosch geloofden wij. In zulk eene omgeving, in
zulk een gezonde streek, bjj zoo'n eenvoudige
levenswijze, moet men gezond zijn. Hij was een
kranig, stevig mannetje, uit wiens gebeele per
soonlijkheid sprak dat zjjne verzekering waar kon
en moest zijn.
En als contrast speelden voor zjjn deur de
kinderen van de Rotterdamsche vacantie-kolonie,
twintig in getal, nl. 13 jongens en 7 meisjes, die,
ziekelijk als zjj waren, daarheen waren gezonden
om eenig herstel te vinden.1#
Ter hunner beschikking was eene woning gesteld,
vlak tegenover de boschwachterswoningzij be -
boorde tot het domein maar werd in de laatste
jaren niet bewoond. De Rotterdamsche commissie
was door den afstand dier woning voor haar doel
zeer gebaat, en er was goed partij getrokken van
de gelegenheid om de kinderen te huisvesten.
Ledikanten, bedden, een kachel voor de keuken
en al het verdere, hoogst noodige huisraad was
uit Rotterdam afkomstig en eigendom der com
missie. Zoo goed mogeljjk was tevens gezorgd
voor eene gelegenheid om de kinderen een bad
te doen nemen.
Een paar vrouwelijke dienstboden waren mee
gekomen om behulpzaam te zjjn de heer J. L.
Schouten, onderwijzer te Rotterdam, en zjjne echt-
genoote stonden aan het hoofd en offerden hunne
vacantie op om het goede plan der commissie te
helpen uitvoeren. En zjj deden dit met liefde en
toewjjding; al was hunne taak werkelijk niet
benijdenswaardig.
Want men behoefde de kinderen slechts te
zien en vooral te hooren om dadeljjk tot de ont
dekking te komen dat zjj tot de onderste lagen
der maatschappij behoorden. Wie het Achter
klooster te Rotterdam kent, weet welke gezinnen
daar wonenen menig treurig staaltje uit het
huiseljjk leven der kleinen werd ons meegedeeld.
Daaruit bleek dat zjj steeds leefden in eene on
gezonde atmosfeer^ dat zjj zich, behalve in de
school, slechts bewogen in den engen kring van
de vuile stegen, in een waarvan zjj woonden.
Er waren er zelfs die niet eens wisten dat er in
Rotterdam een Park bestondzoo weinig waren
zij in hunne woonplaats bekend buiten hunne
dagelijksche omgeving. Met die kinderen om te
gaan, daartoe behoorde toch lust en toewjjding
voor eene goede zaak.
Mag het nu eene weldaad heeten, die men
zulken kinderen bewjjst door hen een drietal
weken aan dien kring te onttrekken,hun beter voedsel,
betere lucht, beter leven voor zoo'n korten tijd te
verschaffen
Ziedaar de groote vraag bij deze belangrijke
kwestie van den dag.
Grizzel begreep dit wel en geraakte buiten zich
zelf van angst. Niemand weet hoe ik daar naar
gesnakt hebmaar gjj zult het niet op de markt
gaan verkondigen, niet waar Dobbs
*Ik zal het aan geen levende ziel vertellen, mjjn-
heer. Niemand zal het door mjj vernemen en ik
ben wat bljj dat gjj leeft en niet aan die koorts
bezweken zjjt."
»Gjj kunt u Op ons allen verlaten, Caromel"
zei de baron. „In de eerste plaats moeten wij
Duffham hier hebben,"
„Duffham kan mjj niet meer helpenik ben
te ver heen", zei de arme man. „Als die kwaal
zich eens van iemand meester maakt, is er geeD
hoop meer; dat weet gjj ook wel, Todhetley."
„Gekheid 1 Ik geloof niet, dat gjj te yer heen
zjjt, dat verbeeldt gp u maar. Wjj zullen Duffham
dadeljjk laten halen. Gaat maar eehs naar hem
toe, jongens."
„Neen, Duffham zou het overal rond ver
tellen. Ik wil liever in vrede sterven, als het
mogeljjk is".
»Dat Zal Duffham niet doen. Daarvoor moest
gjj hem te goe^ kennen. Duffham zal even goed
zwjjgen als wjj. Denkt gjj niet, dat hjj menig
familiegeheim te bewaren heeft in zjjn practjjk
Kom vooruit, jongens, en vergeet niet dat wjj u
ook vertrouwen".
Nash zuchtte en zei niets meer* Hij had zoo
vurig verlangd om eens een paar vrienden te zien,
maar niet aan iedereen vertoond te worden. Wjj
gingen uit met Dobbs, die eerst naar bet boschje
Want het geldt hierbij eene zaak die meer en
meer uitbreiding krijgt.
De Rotterdamsche commissie zond drieerlei
afdeelingen van kinderen ter vacantie heen. Be
halve die in het Ulvenhoutsche bosch was er een
gedeelte te Scheveningen en een in de nabjjheid
van Brielle. En in overleg met een geneesheer
waren de kleinen aangewezen om hier of daar te
vertoeven, al naar gelang van de behoefte die zij,
ter verbetering van hunne gezondheid, aan zeelucht
of aan de lucht der dennebosschen hadden.
In 's Prinsenhage was eene Haagsche vacantie
kolonie. En het laat zich gemakkelijk begrijpen
dat groote onkosten gemaakt moeten worden om,
zij het op nog zoo'n bescheiden schaal, zulke plannen
uit te voeren. In de omstreken van Ginneken
ondervond de vacantie-kolonie veel belangstelling
menigeen was haar ter wille en gaf daarvan
duidelijk sprekende bewijzen. Geschiedde het ook
wel eens met een zeker soort welgevallen dat aan
een genadig goeddoen tegenover die »arme kin
deren" deed denken; er sprak toch uit een
medelijdend, een goed hart.
En juist op grond van al die moeite, al die
medewerking is de vraag, die wij deden, te meer
gewettigd.
Wij wetende gevoelens zijn ook over dit punt
zeer verdeeld, maar wjj gelooven dat de ervaring,
met dezen nieuwen arbeid op philantropiscb gebied
opgedaan, nog te gering is om een bepaald oordeel
te mogen uitspreken.
Wij voor ons twijfelen nog aan bet groote nut
van zulk een maatregel, en zelfs de verzekering
hoe de ondervinding leerde dat de kleinen, na
zulk een vacantietijd, waren bekomen, kan bij ons
het bezwaar niet wegnemen, dat het gewonnene
weer verloren gaat wanneer de kinderen in bun
eigen kring terugkeeren, en dat zulke tjjdeljjke
middelen, bij aangename herinneringen die zjj
achterlaten, ook bij sommigen de ontevredenheid
kunnen opwekken, omdat men mist wat men kort
geleden genoot en vroeger niet kende.
Toch mag onze twjjfel de lichtzijden van het
pogen op dit gebied ons niet over het hoofd doen
zien.
In den korten tijd, dien de kinderen buiten
doorbrengen, kan de verandering van lucht en de
betere voeding toch reeds voldoenden invloed
uitoefenen op hunne gezondheid en in hun gestel
eene wijziging ten goede brengen. Bovendien
zullen de kleinen in die weken, vooral wanneer
zij onder goede leiding staan, orde en netheid
kunnen leeren, die zjj in eigen kring kunnen
overbrengen. Maar bovendien wordt hun gezichts
kring iets wijder; en waar zij eenmaal aan de
frissche lucht gewend zjjn, zullen zjj die meer
dan vroeger zoeken ook in hunne woonplaats.
Uit dat oogpunt kunnen voor groote gemeenten,
als Amsterdam, Rotterdam en's Gravenhage, zulke
vacantie-koloniën haar nut hebbenmaar dan is
het ook wenscheljjk dat men het daarbjj niet late
dat den kinderen vooral worde ingeprent de
heerljjke buitenlucht ook te zoeken en zindeljjkheid
ging om zjjn laarzen te halen.
Wjj zouden deze ontdekking waarschjjnlpk nooit
gemaakt hebben als Charlotte en haar vader niet
met de tilbury omgevallen waren. Zjj zouden Nash
misschien eindelpk met geweld opgesloten hebben.
Maar nu hadden wij de handen geheel vrjj.
»Hoe kondt gjj u tot zulk een schandeljjk
bedrog leenen"? zei de baron tot Grizzel; toen zij
de deur achter ons gesloten had en in de bjj keuken
bezig was. »Gjj zoudt er wel eens voor gestraft
kunnen worden. Het is een samenzweering. En
dat gp zoodanig de eer der Caromels kondt ver
zaken, GrizzelGjj, die al die jaren bij zjjn vader
en zpn broeder gediend hebt 1"
s Hoe kon ik tegen hem getuigen, als mij
gevraagd werd om het niet te doen snikte de
oude vrouw, terwjjl hare tranen in de pan vielen,
die zjj uitveegde. „Mpnheer Nash was mjj even
dierbaar als de anderen. Kon ik nu heengaan en
verklappen dat hij niet in de kist lag, maar aller
lei oude rommel om haar zwaar te maken Kon
ik gaan vertellen dat hjj nog leefde en hier ver
stopt werd en daardoor maken, dat hjj in de
gevangenis kwam Neen, mjjnbeer, de goede
naam der Caromels was mjj veel waard, maar
mjjnbeer Nash nog meer".
„Kom, kom, gjj behoeft er nu zoo niet om
te schreien. Nu ja, gjj zjjt trouw geweest en dat
is een groote deugd. Daar hebt ge een paar
gulden".
»Hebt gjj haar de waarheid gezegd?" vroeg
Nash, toen de baron terugkwam en aan de andere
te betrachten, wanneer zjj eenmaal thuis zpn weer- e
gekeerd.
In zulke groote steden kan het pogen op dit
gebied ook ertoe meewerken om de oogen te
openen voor de allertreurigste woningen, waa
zoo menig gezin verblijf houdt. N>
En voor gemeenten van minderen omvang, waar
over het geheel de toestand van de armen niet
zoo treurig iswaar meer gelegenheid bestaat
om de frissche lucht te genieten en daarvan
ook meer gebruik wordt gemaakt daar is het
toch ook niet onmogeljjk dat aan menig kind een
weldaad bewezen kan worden, wanneer het eens,
zjj het ook in de allernaaste omgeving, kon ge
nieten van de zeelucht of tot herstel van gezond
heid in een andere omgeving werd geplaatst.
Maar wat wij in ied er geval in dat pogen op
philantropisch gebied niet zien iseen middel
om de socialisten te bevredigen of hun woelen
tegen te gaan. En dit doen velen wel.
De toekomst zal wel leeren dat zjj, die dit
meenen, zich aan een illusie hebben overgegeven.
De eischen der socialisten zjjn hoogerzjj wor
telen dieper. En hun streven zal men door zulke
middelen, die slechts tijdeljjk werken, niet krach
teloos maken.
Bij koninklijk besluit van 1 Augustus is de
heer A. Smit benoemd tot burgemeester van
Vlissingen.
Gisteren reeds in een deel der oplaag en per
bulletin medegedeeld.
Aan den wensch van vele ingezetenen heeft de
regeering dus voldaan en de heer Smit heeft zich
de keuze weer laten welgevallen. Voor Vlissingen
vinden wij dit wederoptreden van zjjn gewezen
burgemeester een voorrecht en het is te hopen
dat de toekomst aan de verwachting moge
beantwoorden.
De Tijd levert eene beschouwing over de anti
revolutionaire party en haar leiders en schrpft daarin
o. a. over den heer Keuchenius. Van nabij bezien,
is de heer Keuchenius het zonderlingste mengsel
van tegenstrijdigheden, dat te bedenken valt. Men
heeft zelden zooveel werkkracht en zooveel kracht-
yerspilling gepaard gezienzooveel praktischen
zin met zooveel mystieke droomen vermengd. Een
wonderbaar geheugen en aanhalingen te pas en
te onpas; vlug vernuft en bij de baren aange
sleepte geestigheden; fijne zetten en smakeloozo
toespelingen; vljjmende beschuldigingen en onna-
speurlpke uitweidingen; kwetsendepersoonljjkheden
en telkens herbaalde belijdenissen. Dikwpls het
juiste woord op het juiste oogenblik, maar even
dikwjjls een eindeloos woord, als alles naar het
einde snakt. Een groot voorstander van parlemen
taire rechten en vrjjheden, maar de plaag van
iederen voorzitter en meer dan de plaag van den
voorzitter, die tot zijn richting behoort. Een
staatsman, die „ons program," natuurljjk vast
houdt, maar die verder geen program schjjnt tö
volgen, tenzjj een program van geheel eigenaardige
soort.
zpde van den haard plaats nam, Nash had rjjli
overjas uitgetrokken en zat nu in een grjjs pak zoo të
lillen, dat de baron geloofde dat hjj wel in hefc
vuur wilde kruipen. Het vertrek was góed afge
sloten tegen onbescheiden blikken. De luikeii
waren dicht en er was geen reetje, dat eenig licht
doorliet.
»Ja dat heb ik", zei de baron, „ik heb haal
gezegd, dat zij niet veel eerbied voor de familie
betoond heeft, door zich tot zulk een bedrog të
leenen 1"
„Arme, oude Grizzel, zjj heeft op heete koleii
gezeten van angst dat ik ontdekt zou worden;
Wat de eer der familie betreft, Todhetley, hoe
minder daarvan gezegd wordt hoe beter."
„Hoe hebt gjj het kunnen doen Caromel?'.
»Ik weet het niet," zei Nash machteloos ëit
bracht zjjn gelaat nog dichter bjj het vuur. »Ik
liet het meer doen, dan ik het zelf deed. Al
wat ik kon doen was stil in mjjn bed liggen.
De koorts had mjj zoo zwak gemaakt als een
klein kind."
»Was het werkeljjk typhus geworden?"
„Neen, dat zeiden ze maar om de menscheff
weg te houden. Ik was zwakker geworden dan
een kind, naar lichaam en geest. En toen ik
sterker werd, kon hetgeen geschied was niet meer
ongedaan gemaakt worden. Niet dat ik mjj zoek
te verdedigen of te verontschuldigen. Denk dat
niet."
»Wat zou hem toch op zulk een afschuwe-
ljjk denkbeeld gebracht hebben vroeg de baroaj