N° 174, 128® Jaargang. Maandag 27 Juli. van eene Middelburg 25 Juli. os lööD. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen* Prijs per 3/m. franco f 3,50.' Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën- 20 Cent per regel: Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van i -7 regels 1,S0 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Brieven uit de Hofstad. FEUILLETON. Het verloren document, Roman van A. VON LIMBURG. MIDDELBURG'SCHE COURANT. Agenten zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. Dï Mooij, te TholenW. A. Van Nieüwenhdijzkn, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz, Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. De burgemeester en wethouders van Middelburg, gezien de artikelen 6 en 7 der wet van den 2 Juni 1875 (Staatsblad n° 95) tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade ot hinder kunnen veroorzaken maken bekend dat ter gemeente-secretarie ter visie is gelegd een verzoek met bijlagen van S. VAN BAKERGEM alhier, om vergunning tot het inrichten van perceel wjjk F n° 139, kadastraal bekend ter sectie B n° 1384 in de Spuistraat, tot slachtplaats en stalling van runderen en varkens; dat op Dinsdag den 11 Augustus a. ten raad- huize dezer gemeente, des namiddags te half twee uren gelegenheid zal worden gegeven om tegen het maken dier inrichting bezwaren in te brengen en die mondeling of schriftelijk toe te lichten. Middelburg, den 24 Juli 1885. De burgemeester en wethouders voornoemd, F. ERMERÏNS L.-B. De secretaris, A. DE VULDER VAN NOORDEN. 24 Juli 1885. Het moet een eigenaardig gevoel zijn, dat van een geheim politie-beambte. Zijn taak eischt, dat hij zooveel mogelijk waarneemt, liefst zonder zelf gezien te worden, althans zeker zonder te doen blijken, dat hij zijn arendsoogen onafgebroken aan het werk heeft. Bestond er nog maar een ring van Gyges voor hem, wat zou hjj daarvan een gemak ondervindenMaar bij het gemis daarvan moet hij zijn belangstelling in hetgeen om hem heen gebeurt trachten te verbergen achter een waas van onverschilligheid, behoort hij, door bekendheid voor te wenden met hetgeen hem inderdaad onbekend is, de waarheid te weten te komen. Het vermoeden van een deelgenoot in zeker geheim te ontmoeten maakt den argeloozen mensch zoo vertrouwelijk en mededeelzaam. Een soortgelijke gewaarwording, als ik mij voorstel, dat zulk een geheim politieman ondervindt, gevoel ook ik dikwijls, wanneer ik in functie ben als Haagsche briefschrijver. Niet wanneer ik, zooals op dit oogenblik, in een gemakkeljjken leunstoel voor mjjn schrijftafel ben gezeten en de pen als voertuig mijner gedachten bezig om deze een schrede nader onder het bereik mijner lezers te brengen. Dan is van die gewaarwording geen sprake meer, maar gevoel ik mjj een geheel gewoon mensch, niets minder dan de detective, die na inspannende opsporingen het door hem waargenomene in den vorm van een proces-verbaal pro Justitia op het papier weergeeft. Maar even min als bij den geheimen politie-beambte ligt in die bezigheid de voornaamste werkzaamheid van den briefschrijver. Neen lezers, denkt niet, dat DERTIENDE EN LAATSTE HOOFDSTUK. Voor Ilda had het echter een eigenaardige bekoorlijkheid om met die oude wol te werken; zjj verdiepte zich daarbjj in het verledene en werd niet moede om er over te peinzen aan wien het koffertje toch kon behoord hebben Ëen paar maal zelfs kwam het denkbeeld bjj haar op of het ook het eigendom zou geweest zjjn van die vrouw, die zooveel onheil gesticht had. Maar het was al zoo lang geleden sedert die geleefd had, dat de wol onmogelijk zoo lang bewaard had kunnen bljjven. En tochDe gobelins, die steeds aan licht en lucht waren blootgesteld, hadden zich merkwaardig goed gehouden, waarom dan ook niet deze draden, die tegen mot en stof be veiligd gebleven waren Die gedachten dreven haar telkens weer naar dit werk, ofschoon het geen oogenblik in haar opkwam, dat zjj in dit koffertje nog iets van belang zou kunnen vinden er was niets in, dat zjj niet reeds nagezien had en de bodem en de wanden waren niet dik genoeg om verborgen laadjes te bevatten maar het geheimzinnige dat deze overblijfselen uit lang vervlogen dagen pmgaf, boeide haar in hooge mate. Qj> zekeren middag had zjj hei kistje met haar hetgeen gij van mijne hand onder de oogen krjjgt de vrucht is van een rustig uurtje, in mjjn werk vertrek doorgebracht. Het is er verre van 1 Eer ik mij daar te neer zet, moet heel wat gezwoegd worden, soms meer dan in de warme zomermaan den aangenaam is. Als mijn lezers mij eens door 'sHeeren straten zagen draven, bjj dezen en genen bezoeken afleggen om stof te verzamelen, zouden zij misschien medelijden krijgen met den armen briefschrijver. En als zij dan eens wisten wat hjj zooal ondervindtEen vertrouwd vriend bijv., die hoort, hoe ik in dezen tjjd van het jaar om stof verlegen kan zijn, bespot mjj nog door mij, in antwoord op mijn vraag, of hjj ook iets weet, met den uitroep „wat, stof, bjj hoopen man 1" naar de uitgedroogde wandelwegen te verwijzen. Hjj denkt zeker, dat mjjn lezers van die laffe aardigheden gediend zjjn 't Is of ik het toen nog warmer kreeg dan anders. En ik verzeker u, dat een briefschrijver al voor heete vuren genoeg staatOf telt ge het niet, op een snikheeten zomeravond in een zaal vol menschen te moeten rondloopen niet alleen, maar plichtshalve nog te moeten dansen ook? O, had ik toen maar enkel briefschrijver kunnen zijn, bjj die inwijding van ons Kurhaus zonder ook nog op mijn jaren de galante jongeling te moeten spelenDat komt er van als men ongetrouwd bljjftzelfs met grjjze haren en stramme leden, geplaagd door rhumatiek, blijft men toch jongeheer; achter zjjn rug hoort men zich „ouwe jongeheer noemen, zoo'n contra dictio in terminis Oud, ja, maar toch jongeheer" Ik verzeker mjjn lezers, dat ik een groot deel van den schoonen avond buiten de Kursaal, op het ruime terras aan de zeezjjde heb doorgebracht, misschien niet geheel getrouw aan mjjn plicht als briefschrijver, die steeds bjj het brandpunt der feestvreugde behoort te zjjn, maar men vergeve het mjjook een briefschrijver is mensch, en het ligt in den aard van dat wezen, om het zich, vooral, wanneer hjj op een partij, dus voor zijn pleizier uit is, zoo aangenaam mogeljjk te maken. En dan buiten onder den helderen hemel, in de verkwikkende avondkoelte was het aangenamer dan daar binnen onder de honderden gaspitjes, in het midden van het koepeldak die te zamen een bouquet van zonnebloemen schijnen, terwjjl de daarvan afstralende hitte zeer werd verhoogd door de aanwezigheid van zoovele gasten. En tot mjjn verontschuldiging moge dienen, dat velen er evenals ik overdachten en het feest voor zich naar buiten verplaatsten. De echte danslus- tigen trotseerden echter alle warmte, en het was aardig door de wijd geopende schuiframen, die den dienst van deuren verrichten, die bonte mengeling daar binnen aan te zien. Veel behoef ik er niet meer van te zeggen, want de kranten hebben mij van die taak ontslagen. Maar bont was het gezelschap in het Kurhaus, bont in alle opzichten. Bont in kleeding, vooral die der dames, die met de sierljjkste baltoiletten en de meest alledaagsehe wandelcostumes tot uiterstede verschillende overgangen van het eene tot het andere te aanschouwen gaven. Bont in rang en borduurwerk op het terras mede genomen, want het heerljjke voorjaarsweer lokte haar naar buiten. Het was een verrukkelijke Meidag vol zonneglans en bloemengeur. Uiterljjk was er niets veranderd sedert dien Pinksteravond van het vorige jaar en toch was alles anders geworden. Zij kende thans de wereld, die achter gindsche bergen lag en wist dat zjj veel genot en vreugde, maar ook bittere teleurstellingen en veel hartzeer opleverde; hare onstuimige, tegenstrijdige gevoelens waren tot rust gekomen, al zou de stille berusting, welke zjj zich oplegde, nog niet de vuurproef eener nieuwe bestorming hebben kunnen weer staan. Zjj vermoedde nog niet, dat er een zoodanige in aantocht was en dat de graaf, na, een drukke briefwisseling met den predikant, reeds een paar maal een lang bezoek in de pastorie t e Oldenrode afgelegd had. Heden werd haar aandacht echter geheel in beslag genomen door een brief, die een paar uur gelede» gekomen was. Het was de derde of vierde, dien zjj van prinses Wilhelmine ontving, na den dood van den erfprins. De prinses vertoefde nog altjjd op het stille landgoed harer tante. Nadat haar eerste smart een weinig gestild was, had zjj zich Ilda en haar overhaast vertrek herinnerd, misschien was haar ook wel iets ter oore gekomen over de gebeur tenissen van dien noodlottigen avond en het overige vulde zjj zelf aaip Haar edelmoedig hart leed pader het denkbeeld, dat men aan het hof stand, leden van hooge staatscolleges, hoogge plaatste ambtenaren en diplomaten, opper-, hoofd en andere officieren, lagere rechterljjke ambtenaren, vooyname pas gepromoveerde advocaten terwjjl vele collega's van die allen, zelfs oudere, eenvoudig verzocht waren te huis te bljjven. Renteniers van verschillenden oorsprong, de meeste trouw ge bruik makende van de bijvoeging op de uitnoo- digings kaart „avecses dames". Welk systeem bjj de uitnoodigingen gevolgd is, kan niet worden ontdekt. En als men uit de toiletten der schoonen had willen opmaken op welke sport der maatschap pelijke ladder iemand staat, zou men zich deerljjk hebben vergist. De rjjkste kleeding was niet die der hooggeplaatsten, integendeel had de arristo- cratie zich bejjverd er zoo eenvoudig mogelijk uit te zien, misschien wel eenvoudiger dan passend was op een partij, waarvoor de heeren met zwarten rok en witte das waren genoodigd. Op een bal der diplomatie zullen de dames immers niet verschjjnen met hoeden op. En waarom dan hier? Och, het is een erg gemêleerd gezelschap, en nu zou het toch vreeseljjk onaangenaam zjjn, als de vrouw van den rijk geworden krentenman een kostbaarder baltoilet aan had dan de gemalin van prins die of die, gezant van dit of dat land; dan maar liever geen baljapon, eenvoud is het kenmerk van het ware Maar of die eenvoud beleefd, aristocratisch, welgemanierd is Bont was het gezelschap ook in de wijzen van doen en laten. Velen gedroegen zich bescheiden zooals het gasten betaamt, anderen maakten, minder discreet, van deze gelegenheid gebruik om hun gehemelte voortdurend te streelen met champagne en andere goede gaven, die rjjkeljjk werden toe gediend. De arme drommels hebben het ook niet dikwjjls zoo goed, en nu kreeg men alles voor niet En waarlijk, onze gastheeren waren niet karig Bovendien, zoo dacht een deel der genoodigden waar- scb'jjnljjk, al is het nu niet heel netjes om zoo te pro- fiteeren, op nette manieren schijnt hier minder gelet te worden, getuigen die dames met hoeden op, dansende met zwart gerokte en witgedaste cavaliers, getuigen ook die enkele diplomaten, die toch in den regel den toon aangeven, en die zich nu niet ontzagen met een sigarette in den mond de balzaal te betreden deze zondigt in dit, gene in een ander opzicht tegen de étiquette. En waar men ziet zondigen, komt men er zelf zoo licht toe Of het feest, behalve de herinnering, ook nog meer stoffeljjke bewjjzen dat het gevierd is, en van den kant der gastheeren, goed gevierd is, zal nalaten Mij dunkt, de' eene dienst is de andere waard, en het is dus niet meer dan een staaltje van plicht van iederen genoodigde, om nu ook eens ten koste van eenige guldens te toonen, dat hjj belang stelt in de verrjjzing van het prachtige Kurhaus. Het gaat toch niet aan mede feest te vieren en den primeur te genieten van het schoone bouwwerk zonder een cent er voor uit te geven, en dan verder zich niet' meer over het welslagen der onderneming te bekommeren. Of echter wel ieder genoodigde tot dusverre dien wederdienst heeft bewezen is minstens twijfelachtig. Het het jonge meisje een beleediging kon hebben aangedaan, en dat dit wellicht aanleiding zou geven, dat zjj in de groote wereld minder goed aangeschreven stond. Daarop voerde zjj met een zeker vertoon een drukke briefwisseling met haar, teneinde aan haar omgeving te laten .werken hoe hoog zjj die jonge dame schatte. Later zou zjj nog wel in de gele- legenheid zjjn om haar hare oprechte vriendschap te bewjjzen. De prinses schreef nu, dat de hertog zeer op haar terugkeer naar O' aandrong; daar de hertogin voortdurend sukkelde en treurig gestemd was, zoodat het leven aan het hof geheel veran derd was, en hij groote behoefte aan haar gezelschap gevoelde; zou zjj natuur]jjk aan ajjn wensch gehoor geven, ofschoon zjj liever nog een poos in stille afzondering had doorgebracht. De brief ademde dezelfde warme toegenegenheid van vroeger en Ilda voelde er zieh weldadig door ge troffen. Terwjjl zij in gedachte met de prinses bezig was, borduurden hare handen werktuigelijk voort. Zjj moest de kleuren schikken naar den voor raad wol, daar zjj bjj die oude schakeeringen natuurlijk niets nieuws kon koopen. Naar losse strengen liet zich beter berekenen, hoeveel zij er mee doen kon, dan met kluwenzij had er al een paar afgewonden om te zien hoeveel er opzat en was juist met een dik groen kluwen bezig, toen al heel spoedig de draad op was. Zij bukte om in het koffertje te zie», de wol afgebroken getal uitgegeven abonnementen is nog gering niet eens zoo groot als dat der verzonden uitnoo digingen. Misschien draagt het bestuur van de inrichting wel zelf de schuld, dat velen zich niet van een doorloopende kaart voorzien. In het reglement is bepaald, dat tusschen 1 Juli en 1 September de toegangsprjjs voor éen dag 1 be draagt. Met het oog hierop doen zjj, die nog al eens van het Kurhaus willen gebruik maken, hun voordeel door een abonnement te nemen, dat naar gelang men ambtenaar is of niet, 10 of 15 kost, terwijl voor iedere bijkaart voor een lid van het gezin 2.50 of 5 moet betaald worden. Allicht bezoekt men bjj v. met zjjn vrouw 6 a, 10 malen in een seizoen het badhuis. Maar nu wijkt men van het reglement af, of doet althans iets, waarop geen uitzicht bestondmen biedt nam. de gele genheid om 's avonds na 6 of 7 uren voor 50 cent entree te verkrjjgen. Juist op dien tijd van den dag wordt het Kurhaus het meest bezocht, en na kan men op die wjjze met zjjn beiden twintig malen binnenkomen voor denzelfden prjjs, die voor een gewoon abonnement is verschuldigd, en meer dan twintig avonden brengt men, bjj al de andere uitspanningen in ons uitgaand Den Haag toch niet op Scheveningen door. Zoo komt men er toe geen doorloopende kaart te nemen, maar zuinig heidshalve telkens 50 cent te betalen. Die bij het reglement niet voorziene regeling is niet vrjj te pleiten van onbillijkheid jegens hen, die zich gehaast hsbben zich te abonneeren, en heeft wel iets van de in kermistenten gebruikeljjke wijze yan handelen. Zij geeft, dunkt mjj, meer reden tot klagen, dan de Duitsche benamingen, die aan het Kurhaus te lezen zjjn, en waarover zooveel drukte wordt gemaakt. En niet alleen de Duitsche taal, zelfs de Duitsche vlag schjjnt een doorn in het oog van velen, met name van den Nederlandschen Spectator, die zelfs een soort van weeklacht deed hooren over de mogelijkheid, dat Hollanders in het Kurhaus zouden dansen, terwjjl daarop de Duitsche vlag is ontrold. Het is een verschrik- keljjk ding! Het zal dien overdreven Nederlanders wel hebben goed gedaan, dat eenige avonden geleden, bjj een wat hevigen wind, die vlag aan flarden is gescheurd, terwjjl de Nederlandsehe driekleur ongeschonden bleef wapperen. Wellicht zien zjj daarin een bljjk van instemming met hun patriotische gezindheid van de zijde van den Noordzee-wind en danken zjj dezen voor het bondgenootschap En nu nog een paar mededeelingen. Met leed wezen zal men zeker vernemen, dat de oud- mmister Modderman weder minder gezond is, en de oude kwaal zich opnieuw begint tevertoonen. Zijne voorgenomen reis naar Oenhausen heeft hjj dientengevolge nog wat moeten uitstellen, en zjjne beëediging als lid van den hoogen raad, tot dusver onmogelijk door de afwezigheid van den koning, die gedurende zijn verblijf buiten 's lands niet met zulke gewichtige werkzaamheden wilde bemoeiljjkfc worden, zal nu ook nog wel wat uitbljjven. De minister Heemskerk wil de natie verrassen met eene zeer ingrjjpende herziening van de ge meentewet. Het ontwerp is reeds in den raad van state behandeld, die vrjj ongunstig adviseerde^ Maar onze premier laat zich daardoor niet uit het veld slaan. Waarschijnlijk zal het ontwerp toch eerlang bjj de staten-generaal inkomen. was; maar tot haar verbazing bemerkte tjj dat er van het groen niets meer voorhanden was eü in plaats van wol lag er een dikke in een ge frommelde papieren bal, die waarschjjnljjk tot klos gediend had. Het papier grjjpen en voorzichtig openvouwen was het werk van een oogenblik^ Misschien vond zjj hier iets, dat eenige opheldering aangaande de eigenares der kist gaf! het Was geen gewoon papier, zooals zjj eerst dacht, maat een stuk, taai perkament, met duidelijk leesbaaf schrift overdekter was ook een zegel op, dat echter een weinig beschadigd was. Zjj beefde van ontroering bjj die ontdekking eö kon bijna geen adem halen zou zjj misschien het steeds te vergeefs gezochte document gevon den hebben Zou het haar gegund zjjn om het zoo lang verloren gewaande eindeljjk te ontdekken f Zjj vloog de lange ljjst van titels en namen door, evenals de ouderwetscbe, oud frankische schrjjfwjjze, met al hare clausulen, enz. maar het leed geen twijfel grootmoeder had haar te dikwijls over den inhoud van het docümént ge sproken, dat zjj het niet zou' herkennen zjj1 hield het echte, het gewichtige, verloren bewjjs- stuk in banden (Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 1