f
MIDDELBURGSCHE COURANT
Briefwisseling.
FEUILLETON.
Nationale Militie.
1
Gemengde Berichten.
BIJVOEGSEL
Woensdag 15 Juli 1885. N°. 164.
Oproeping van verlofgangers der
lichting 1883.
Middelburg 14 Juli.
Het nieuwe rijksmuseum en zijn
bouwmeester.
Onderwijs.
Landbouw.
Het verloren document,
Roman van A. VON LIMBURG.
VAN BE
VAN
De burgemeester van Middelburg, gezien de
circulaire van den commissaris des konings in
deze provincie van den 19 Mei 1885, A n° 843/
3ie afdeeling Provinciaal blad n° 63), roept bij
deze op de in deze gemeente wonende milicien
verlofgangers der lichting 1883, behoorende tot de
le compagnie van het 4eregiment
vesting-artillerie
om op den tijd en de plaats als in de aan hen uit
te reiken order is vermeld, tegenwoordig te zijn,
voorzien van al de voorwerpen van bleeding en
uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot
verlof medegenomen, benevens van hun verlofpas,
teneinde rechtstreeks naar hun korps te vertrekken.
Zij moeten zich vooraf, en wel op Dinsdag
den 21 Juli a., des voormiddags tusschen 10 en 11
uren, bij den burgemeester hunner woonplaats
aanmelden, voorzien van hun verlofpas, teneinde
de noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zjj
dit verlangen en daarop recht hebben, te ontvangen.
De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet
ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps
gestraft.
Zij, die niet aan de oproeping voldoen, worden
als deserteurs behandeld, terwijl degenen,
die door ziekte verhinderd worden op den be
paalden dag onder de wapenen te komen, van die
omstandigheid, onder overlegging van eene ver
klaring van den geneesheer, tijdig kennis behooren
te geven aan den burgemeester. Na hun herstel
vervoegen zij zich bij hun korps.
Middelburg, den 14 Juli 1885.
De burgemeester voornoemd,
P I C K
Het bestuur en de leden der Ned. vereeniginy van
gemeenteambtenarendie Zaterdag 1 Aug. te Goes
hunne algemeene vergadering houden, zullen Vrij
dag te voren te half zeven door het gemeentebestuur
in de groote zaal van het raadhuis worden ont
vangen en te 7 uren welkom worden geheeten
door het bestuur der Vereeniging van burgemeesters
en secretarissen in Zuid- en Noord-Beveland in de
sociëteit Eensgezindheid.
's Avonds zal in den tuin der sociëteit Van
ongenuchten vrij de Bevelandsche vereeniging hun
een concert aanbieden, te geven door de staf-
rnuziek van het 3e reg' infanterie.
's Zaterdags wil men een rijtoer organiseeren; er
zal 's middags een diner plaats hebben en 's avonds
op de Markt een volksconcert worden gegeven.
Het Bal. Hbld., na er op te hebben gewezen^
dat met de inkrimping van het militair regime
op Atjeh ook de goede geest onder de bevolking
van Zuid- en West-Sumatra verminderd is, meldt.
Ook van de zeezijde laat de toestand van Su
matra nog altjjd te wenschen over. Ditmaal zijn
het de kusten van Deli, welke door zeeroovers
onveilig gemaakt worden. Rantau, Pandjang, de
hoofdplaats der afdeeling Serdang, wordt door
troepen bewaakteen gouvernementsstoomer is
voor deze afdeeling niet beschikbaar.
De eerste toepassing der nieuwe tabakslicentie
heeft plaats gehad in de residentie Soerabaia.
Hare inning bij centen en halve centen is drukkend
genoeg voor den kleinen man, terwijl zij in het
oog der inlandsehe bevolking, over het geheel
genomen, geldt voor een bewijs van schraapzucht,
en als zoodanig algemeene ontevredenheid wekt.
Het nieuwe rijksmuseum te Amsterdam, dat
gisterenmiddag plechtig is geopend, is menig
bezoeker van de tentoonstelling in 1883 zal het
zich herinneren gelegen ten zuiden van de stad
op een terrein, dat de gemeente aan het rijk ten
geschenke heeft aangeboden. De geheele opper
vlakte beslaat 3 hectaren, waarvan ongeveer 11000
vierkante meters zijn bebouwd, terwijl het overige
gedeelte, door een gesmeed ijzeren hek van de straat
afgesloten, tot tuin is bestemd. Deze tuin
zal worden aangelegd naar de verschillende stijl
richtingen der XVI, XVII en XVIII eeuw en
versierd worden met overblijfsels van oud-Neder-
landsche bouwwerken.
Doordien de hoofdas van het terrein in het
verlengde van een straat valt, die naar de stad
leidt en de rooiing van de daarachter gelegen
gronden reeds was bepaald, zoo werd als hoofd
voorwaarde gesteld, dat er een verbinding midden
over de te bebouwen oppervlakte moest worden
gemaakt.
Het gebouw heeft daardoor een, 19.50 meter
breeden, overwelfden doorgang verkregen, die het
grondplan in twee gelijke deelen verdeelt.
Aan beide zijden van dezen doorgang bevinden
zich twee trappenhuizen, die grootsch zijn uitge
voerd en zich aan den hoofdgevel torenvormig
boven het gebouw verheffen.
Uit den doorgang krijgt men door vier deuren
toegang tot twee groote overdekte binnenplaatsen,
waarvan de eene gipsafgietsels van beroemde
Nederlandsche bouwwerken zal bevatten en de
andere, bekend door de gehouden tentoonstelling
van den prins van Wales, bestemd is voor voor
werpen, betrekking hebbende op oorlog, scheep
vaart en koloniën, benevens nationale kleeder
drachten.
In de lokalen, die rond de oostelijke binnen
plaats zijn gelegen, zal een overzicht worden
gegeven van de Nederlandsche kunst en kunst
industrie van af het Karolingische tijdperk tot aan
het begin dezer eeuw, waaronder zich ook zullen
bevinden de hoogst belangrijke kamerbetimmerin
gen, die men op de laatste Amsterdamsche
tentoonstelling kon bewonderen. De westelijke
binnenplaats is omgeven door afdeelingen, die
bestemd zijn voor moderne kunst en kunstindustrie,
kopergravure, bibliotheek en oudheden van de
stad Amsterdam.
Langs beide trappen bezoekt men de verdieping,
die uitsluitend voor het ontvangen van schilderijen
is bestemd. Eerst komt men in een zoogenaamde
receptiezaal, gelegen aan den voorgevel van het
gebouw en verlicht door 5 boogvensters, met
gebrand glas bezet.
Onmiddellijk aan deze zaal grenst eene breede
gaanderjj, over de geheele diepte van het gebouw,
boven den doorgang, met 8 zjjafdeelingen, waarin
de groote gilden- en schuttersstukken worden
opgehangen, terwijl aan het einde eene ruimte-
van 287 vierkante meters alleen voor de werken
van Rembrandt is bestemd.
Oostwaarts van de Rerabrandtzaal zullen een
6tal zalen in historische volgorde de groote
schilderwerken tot aan het begin der vorige
eeuw bevatten, terwijl vijf lokalen van minder
omvang voor kleinere schilderijen zijn bestemd.
Ten westen van de receptiezaal treft men voor
het laatste doel nog vijf gelijke ruimten aan, be
nevens een groote zaal, waarin het museum-Van
der Hoop een waardige plaats zal vinden. Verder
zijn twee zalen bestemd voor buitenlandsche
meesters en een voor moderne kunst.
Al deze kunstzalen,'oehalve die aan den hoofdgevel
gelegen, zijn van doelmatig bovenlicht voorzien.
Aan den oostvleugel bevindt zich in een afzonderlijk
gebouw de woning van den hoofddirecteur.
Na in breede trekken de inwendige verdeeling
van het museum te hebben besproken, blijft ons
nog over een woord van hulde te brengen aan
zijn schepper, den architect P. J. II. Cuypers, den
baanbreker van een nieuwe richting in onze
vaderlandsche bouwkunst.
Cuypers zoekt in al zijne werken, met den ernst
van dien waren kunstenaar, naar constructieve
r»-
schoonheid en bereikt daarin eene hoogte, die
zelfs zijne tegenstanders tot bewondering stemt.
Hulde daarom aan den heer Cuypers. voor het
door hem geleverde merkwaardige gebouw, dat
Amsterdam en heel Nederland tot sieraad strekt
en waarin onze kunstschatten, die tot heden slechts
ondoelmatige bewaarplaatsen vonden, op waardige
wijze door landgenoot en vreemdeling zullen kunnen
worden bewonderd. J. A. F.
Gisteren herdacht Dr J. J. Kreenen, inspec
teur van bet lager onderwijs in Overijsel, wonende
te Zwolle, den dag waarop hij 50 jaren geleden
bij het lager onderwijs in functie trad. Niet alleen
uit Overijsel werden den jubelaris door de ver
schillende onderwijzersvereenigingen prachtige ge
schenken toegezonden, maar zelfs uit alle oorden
des lands ontving hij de hartelijkste bewijzen van
hoogachting en waardeering van zijne diensten
gedurende een halve eeuw aan de maatschappij
bewezen.
Uit Wolfaartsdijk schrijft men ons
Onder begunstiging van het prachtig zomerweer
der laatste dagen, is de oogst yan klaver- en
kanthooi in vollen gang, hier en daar zelf reeds
afgeloopen. De karwei ligt reeds overal gemaaid
en belooft een ruim beschot. Het koolzaad staat
over het algemeen prachtig en begint langzamer
hand rijp te worden, enkele perceelen zijn reeds
gesneden. Het vlas, dat in het voorjaar veel iB
gezaaid in plaats van suikerpenen en in het begin
van den zomer zeer ongunstig stond, is veel ver
beterd, zoodat de opbrengst boven het middelmatige
kan verwacht worden. Hollandsche kooplieden
reizen het eiland door om het te veld staand vlas
te koopen en hebben reeds eenige partpen aan
gekocht tegen 80 a 130 het gemet.
De tarwe en gerst, welke hoofdproducten kunnen
genoemd worden, staan buitengewoon goed. De
vrees, waaronder de landbouwers 3 a 4 weken
geleden verkeerden, dat deze vruchten, welke door
de hevige slagregens als 'tware plat geregend
waren, veel zouden hebben geleden, is gelukkig
grootendeels ongegrondhet stroo staat op de
meeste plaatsen weer flink recht over eind en de
planten zien er zwaar en frisch uit. De verwach
tingen van den erwtenoogst zijn niet groot;
uitgezonderd enkele perceelen, welke men mid
delmatig kan noemen, hebben de erwten in den
voorzomer te veel geleden van vorst en koude en
deze hebben de jonge plantjes belet zich flink te
ontwikkelen.
De ajuin staat uitmuntendde vroege aardappelen
leveren een vrij goed beschot en zijn zeer goed
van smaak; ofschoon daarin nog niet veelhandel
is gedreven, worden kleine partijen omgezet tegen
ƒ3.75 a ƒ1.50 per HL,; van de ziekte onder de
aardappels is gelukkig nog niets te bespeuren.
De peren- en appelboomen zijn meestal goed
bezet met jonge vruchten, wanneer de boomennu
maar niet te veel van harde windvlagen te lijden
hebben, zullen zij zonder twijfel een ruimen oogst
opleveren.
Te Noordgouwe houden de kinderen er dol
van, om voor geit of konijn het hooi op te za
melen, dat van de daar talrijk doortrekkende
wagens met hooi valt. Dat zulk een spelletje
niet vrij van gevaar is, bleek gisteren morgen.
Twee knaapjes wilden zich van een zelfde bosje
hooi meester maken, zij vielen, met het gevolg,
dat het achterwiel van den wagen den een over
de knieschijf en den ander over de hand ging.
Beide lichaamsdeelen zijn erg gekneusd, doch ge
lukkig, is niets gebroken, zoodat het nog tamelijk
wel afgeloopen is.
Duivenprijsvluchten zijn aan de orde van
den dag geweest.
De duivenmaatschappij Atalante te IJzendjjke
h ield weer een prijsvlucht uit Achit op 144
nog eenige andere heeren bewogen om zich bij
hen aan te sluiten en zoo ontstond er een soort
van drijfjacht. Natüürljjk met inachtneming van
het decorum, en zonder opzien te barende com
missarissen mochten er niets van merken, want
dan zouden de dames niet lang in het gezelschap
geduld zijn. Maar men volgde haar steeds op de
hielen, dreef haar door alle zalen en maakte het
haar onmogelijk om ongemerkt heen te gaan.
Den prins was dit alles niet ontgaan en daar
het hem mishaagde, sprak hij er den baron vrij
barsch over aantoen deelde deze hem mede
wat de andere heeren reeds wisten. Misschien
zou hij vroeger schik in zulk een grap gehad
hebben; heden bleef hij er onverschillig onder
en nu hij wist wie het waren bekommerde hjj
er zich verder niet omdie meisjes moesten
maar zien hoe zij er zich uitredden.
Terwijl hij naar een der commissarissen zocht
om hem zijn compliment over het mooie feest te
maken, kwamen de veelbesproken vledermuizen
recht op hem af. Yan alle kanten omringd
schenen zij, na eènig gefluisterd beraad, het
kloeke besluit genomen te hebben om de bescher
ming van den Tempelridder in te roepen.
De kleinste scheen de dapperste te zjjn; zij
raakte even zijn hand aan en fluisterde iets,
daarop stak zij onbeschroomd haar arm door den
zjjnen en zij gingen met hun drieën verder.
Misschien was het alleen dien baron opgevallen,
dat de prins hevig ontstelde, alsof hetgeen men
hem toefluisterde iets ongehoords was; de andere
kilometers afstand. De duiven zjjn losgelaten om
6 uren 's morgens en kwamen achtereen volgens
aan: Jonge duiven le van L. Groosman te 8.38,
2e van C. van der Weyde te 8.89, 3e van V.
Groosman te 8.41, 4e van L. Groosman te 8.42,
5e van Th. de Rjjckke te 8.43, en 6e van Th. de
de Ryckke te 8.44.
Oude duiven le duif van Th. de Ryckke te
8.36, 2e van R. van Staveren te 8.37, en 3e van
R. van Staveren te 8.45.
De postduivenvereeniging Vertrouwen te Groede
hield eene wedvlucht uit Achit (Frankrijk). Af
stand 154 K. M. De duiven werden te 6 uren
losgelaten en kwamen aanle duif van Mejjer
te 8 u. 31 m., 2e van De Hondt te 8 u. 40 m.,
3e van De Hondt te 8 u. 42 m., 4e van Meijer
te 8 u. 43 m., 5e van De Hondt te 8 u. 48 m.,
6e van Lucier te 8 u. 48 m., 7e van de Hondt
te 8 u. 49 m., 8e van Mejjer te 8 u. 50 m., 9e
van De Hondt te 8 u. 52 m., 10e van Risseeuw
te 8 u. 54 m. voormiddag.
Ook de duivenmaatschappij Sempre Avanti, te
Cadzand, hielden Zondag 11. met 17 duiven een
wedvlucht uit Achit (afstand 147 K. M.) Te zes
uren werd de duiven in vrijheid gesteld. Zij kwamen
in deze volgorde aan; leduif van den heer A.de
Hullu te 8 u. 27 m. 6 sec., 2e duif P. Contant
8 29 m. 49 sec., 3e duif van P. Contant 8 u„
31 m. 49 sec., 4e duif van A. de Hullu 8 u. 33
m. 46 sec., 5e duif van A. Brevet 8 u. 57 m. 24
sec., 6e duif van A. Tavenier 8u. 58 m. 41 sec., 7e
duif van A. Tavenier 9 u. 4 m. 31 sec., 8e duif
van A. Brevet 9 u. 5 m. 30 sec. De 17e duif
kwam 9 u. 8 m. aan.
Yrijdag namiddag sloeg de bliksem door
den schoorsteen in een woning te Maren, ver
brijzelde eenige borden op de schoorsteenljjst der
huiskamer, en baande zich vervolgens een uitweg
door de openstaande deur, zonder brand te veroor
zaken. Niemand der bewoners werd getroffen.
Zaterdag trof de bliksem te Njjkerk een
bouwmans woning, zonder veel schade aan te richten.
Dezer dagen misten verscheidene onder
officieren van het regiment grenadiers en jagers
de chevrons hunner uniformjassen en hunne sabel
kwasten.
Op aanwijzing van een sergeant is het gelukti
den vermoedelijken dader een burger, die onder
eenig voorwendsel toegang tot de kazerne wist te
verkrijgen te arresteeren.
In de Vereenigde Staten vreest men voor
een Indianen-opstand op groote schaal. De minister
van oorlog heeft bevel gegeven, dat onmiddeljjk
3000 soldaten naar fort Reno in het Indianen-
gebied moeten oprukken. Uit Colorado-City in de
staat Texas meldt men, dat in Nieuw-Mexico een
samentreffen tusschen herders en Indianen heeft
plaatsgevonden, waarbjj 60 Indianen en 16 herders
gedood werden.
Yrijdag heeft Tricoupis in de Grieksche
kamer van afgevaardigden met warmte de politiek 1
van het vorige kabinet verdedigd en een scherpe
critiek uitgeoefend over het budget, dat naar zjjn
meening slechts denkbeeldige bezuinigingen voor
stelde.
Delyannis heeft geantwoord, zjjn begrooting
aangeprezen en de politiek van den heer Tricoupis,
wiens slecht bestuur de schuld droeg der finan-
cieele verwarring, hoogeljjk afgekeurd.
Aan te Vlissingen. Zooveel hebben wjjer
niet. Doet wat gjj steeds deedt; en stoor u
niet aan praatjes en toevalligheden. Wjj schre- j
ven nu zelve iets; anders hadden wjj het door
u gezondene opgenomen.
H III ÉÉÉMÉÉfcBÉÉÜÉÉÉÉ^liilifl
heeren staakten natuurljjk, ook zonder te weten j
wie de tempelridder was, hun vervolging, zoodra
de dames een cavalier gevonden hadden en
besloten den afloop van dit avontuur uit de verte
gade te slaan. Men was zeer benieuwd om te
weten, wie de beschermer der beide tooneelschoon-
heden was. De baron was slim genoeg om niet
te verklappen, dat het de prins was. Het lag in
zjjn plan om door aanhoudend provoceeren en
aanhitsen der vrooljjke heeren, toch ten slotte
een opschudding teweeg te brengen, waarbjj de
twee gemaskerde dames herkend moesten worden.
»Welk een dwaze onbezonnenheid 1" zei de
prins zacht, maar verstoord. »Gij hebt u zelve
en de freule in een allerpjjnljjkste positie gebracht!"
»Help ons eerst en knor dan. Ik moest
den gezant, die zoo even met den nachttrein
vertrokken is, eerst spreken. Later moogt gji
een boetpredicatie houden Ondanks haar angf
lag er toch nog een zekere humor in hare woor
den.
„Mjjn kleine Wilis begrijpt het hacheljjke van
het geval nog niet eens volkomen", zei hjj feeder,
„en daar ik de mogeljjkheid om te helpen nog
niet inzie, schjjn ik boos. Als die heeren een
gewone maskerade grap met dames uit de
groote wereld voorhadden was het heel wat anders,
dan zouden ze ons niet beletten om weg te komen;
maar zij meenen met een paar koristen te doen te
hebbendie hjj drukte geruststellend het
kleine bevende handje op zjjn arm „en er zal
ons niet anders overbleven dan den heer Hohen-
feldt in den arm te nemen. Zoodra wjj ons op
zjjn discretie verlaten, is het onmogeljjk dat hg
iets verraadt."
(Wordt vervolgd.)
Gedrukt hjj de Gebroeders Abrahams te Middelburg
ÈtFDE HOOFDSTUK.
„Men heeft toch waarschjjnljjk niet veel
goeds van mjj verteld" zei de erfprins lachend: „Ik
meen u nu ook te herkennen, ben ik in den
laatsten tjjd niet een paar maal in het paleis of
daar in den omtrek tegen gekomen
„Ja, uwe hoogheid, meermalen" juffrouw
Meiners werd hoe langer hoe verlegenerzelfs
zonder dat hij het op dit oogenblik bedoelde,
oefende de magnetische verleidelijke kracht, die
van hem uit ging, haar betoovering uit. Ik werk
voor de gravin Von Olderode, en kom dus n®
en dan in het paleis."
„Zoowerkt gjj voor de gravindie
toon klonk veel belangstellender „nu dan zult gij
nog genoeg te doen krijgen, want er zjjn nog
vele feesten in het vooruitzicht."
Hare anders zoo vaardige vingers schenen thans
minder vlug dan andersde draad was al een
paar maal gebroken en haar gezichtje werd beur
telings bleek en rood.
Hg bekeek haar een poosje, gelijk een natuur-
vorscher een spartelenden kever, dien bij onder
de loup houdt en er kwam een mat, medelijdend
achtje op zjjn gelaat. Doch toen zjj den draad
nog eens wilde insteken, omdat zjj vreesde dat
het riempje nog te los zat, liet hij zijn voet op
de» grond glijden en zei
»Wij zullen het er nu maar bij laten, kind,
het zal wel houden, zoo lang ik op het bal bljjf.
Dank voor uwe moeite
Hjj scheen van plan te zijn in zijn. zak te tasten
om haar een geldstuk te geven doch terwijl zijn
blik nog even op haar verstandig, levendig
gezichtjo rustte, bedacht hij zich, maakte een
zjjner groote manchetknoopen van lapis lazuli, die
zeer goed als broche kon dienen, los en zei„neem
dit als herinnering aan dezen avond."
Daarmede verdween hij en zij staarde hem nog
lang in gepeins verzonken na.
In de zaal teruggekeerd, flaneerde de prins een
poos doelloos tusschen de bonte menigte door;
alleen om zijn va/der genoegen te doen had hjj
de uitn oodiging voor dit bal aangenomen.
Onwillekeurig zocht zijn oog de vensternis, met
die eenzame gestalte weer op maar zij had haar
plaats verlaten en liep met de kleinere geheel
eender gekleede -dame op en neer.
De prins zag;, hoa de baron Hohenfeldt en
luitenant Kr jj ling; die vledermuizen steeds achter
naliepen en traohtten aan te spreken maar hjj
kon niet weten dat de baron den luitenant tot
die vervolging gebracht had door hem wjjs te
maken, dat zjj een paar koristen van de opera
voor hadden, die zoo brutaal waren geweest om
hier binnen te dringen.
Het pleizier or a die twee bekende schoonheden
hang te maken, ea in het nauw te brengen had
