128* Jaargang. 1885. Donderdag 18 Juni. Dg wei i loet wortel inpslapn. Middelburg 17 Juni. N° 141. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50: Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën* 20 Cent per regel: Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL. De Lan&bouwfeesten te Tholen. MIDDELBURGSCHE COURANT. Agenten zijn te Vlissingen: P. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Boeland, te Kruiningen: F. Van der Pei.il, te Zierikzee: A. C. De MooiJ,te Tholen: W. A. Van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Psue Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. I. Wij zijn nu eenmaal in de laatste jaren op het gebied der binnenlandsche staatkunde ge wend aan raadselachtigheden, aan toestanden die men onhoudbaar zou kunnen noemen, en men weet het: de gewoonte heeft veelal tot gezellin de onverschilligheid. Wie zich dan ook nog verbazen mocht over al hetgeen er bij 's lands regeering en vertegenwoordiging voor valt is óf een vreemdeling óf bijster naief. Want algemeen is men door de ervaring tot de overtuiging gekomen, dat Fried, von Genz, de Duitsche publicist in de dagen der Fransche revolutie, wiens grootste gebrek was dat hij te veel veranderde van meening op staatkundig gebied hierin toch gelijk had, dat onder alle takken van wetenschappelijke kennis van oudsher geen enkele in die mate het lot heeft getroffen van in ongeschikte handen verknoeid te worden als de politiek. De wagen van staat zit op dit oogenblik zoo vast als een muurwie hem weer op gang brengen zal, is een even groote vraag als die hoe men hem zal voeren uit het verkeerde spoor op den goeden weg. Maar dat alles laat het grootste deel van ons volk hijzonder koud. Gelukkig nog dat enkelen naar de oplossing van dit vraagstuk zoeken en hun pogen is belangrijk genoeg om er even de aandacht onzer lezers op te vestigen, in de hoop dat hunne onverschilligheid nog niet dat toppunt heeft bereikt, waarop alle pogingen om voor een onderwerp van zooveel belang attentie te wekken, afstuiten. Want belangrijk blijft de quaestie van 's lands bestuur in hooge mateware dit niet het geval men zou, had men aanleg voor pessimisme, beter doen wat men ziet ge beuren van zijn vroolijken kant te beschouwen en erom te lachen. Heeft het toch ook niet zijn tragisch-comische zijde, dat de heer Heemskerk óns een minister van financiën als den heer Bloem bezorgt? Den 17 April verklaarde de premier in de eerste kamer „Waarom de klasseubelasting in de tweede kamer schipbreuk heeft geleden? Doodeenvoudig omdat de meerderheid van de leden voor dat soort van belasting niet gezind was. Waaraan die gezindheid zijn oorsprong had, kan huiten beschouwing blijven, maar ik betreur haar, want ik ben in deze un conoerti. Ik was vroeger tegen zoodanige belasting, maar sedert ben ik tot andere in zichten gekomen, zoo het maar mogelijk is ertoe te geraken." Na zoo'n verklaring kan men zich voorstellen, dat hij het pogen van zijn collega Grobbée in het belang der klassenbelasting waardeerde, en deze, uit erkentelijkheid, bij de harde aan vallen waaraan hij in onze hoogste kamer van vertegenwoordiging bloot stond, de hand boven het hoofd hield. Dat hij, niettegenstaande zijne verzekering omtrent de solidariteit van het kabinet met den minister van financiën, toch niet medeging, toen zijn collega voor goed vertrok, laat zich nog verklaren uit het oogpunt van meeningsverschil of er voor dat heengaan wel reden bestond, nadat de begrooting toch met groote meerder heid was aangenomeneene meerderheid, die een pleister kon genoemd worden op de wonden^ door menig lid der eerste kamer zoo onbarm hartig geslagen. Maar wat zeker na zulk eene verklaring hoogst zonderling mocht heeten, was het op treden van den heer Bloem, wiens eerste en positieve verzekering luiddeBene rijks directe belasting op de inkomsten uit het roerend 8 vermogen kan van mij niet worden verwacht. Waar is de premier gebleven met zijne liefde voor zulk eene belasting De minister Grobbee was haar niet ongenegende heer Bloem ver werpt haar geheel en al. Al verandert de stemming der Tweede kamer thans ook te haren gunste, de tegenwoordige minister van financiën zal haar nooit kunnen en ook niet willen voorstellen. Want men moge tegen den nieuwen titularis bezwaren hebben, aan zijne cordaatheid, aan zijne oprechtheid behoeft geen twijfel te bestaan. Wij weten, wat wij aan hem heb ben; hij is, zooals hij heeft verzekerd, na 1883 niet veranderd hij schijnt ons standvastiger dan zijn voorganger, en reactionnair toont hij zich nog steeds. En dat zulk een man door den heer Heems kerk geroepen werd, dat hij aan die roepstem gehoor gaf, kenmerkt den toestand van het oogenblik. Het kabinet draait in een vici- eusen cirkelde premier spreekt over solida riteit maar handelt lijnrecht in strijd daarmee bij de voornaamste quaestiedie van het finan cieel beleid; de omstandigheden dwingen hem trouwens daartoe. Valt dus ook van de verandering van per sonen voor de oplossing der financiëele quaestie niet veel te verwachtende algemeene opinie van liberale zijde is dan ook niet gunstig voor den beer Bloem op ander gebied behoeft men evenmin vele vruchten van den parlementairen arbeid te verwachten. „De politieke positie" wij gebruiken bier de woorden van onzen premier, gesproken in de zitting der eerste kamer van 16 April „is deze, dat er in de tweede kamer geen politieke ageerende meerderheid is en daar is het noodzakelijk gevolg van, dat hij, die aan het roer is, eenigermate eene politiek van transactie moet volgen, natuurlijk zonder ver zaking van beginselen" De laatste zin klinkt zeker in den mond van onzen premier niet onaardig; maar overigens wordt de toestand zeer juist geschetst. De kamer, zooals zij thans is samengesteld, kan niets goeds tot stand brengen; de regeering moet, zich schikkende naar de omstandigheden, haar best doen zich in evenwicht te houden, en wij dienen hun nog dankbaar te zijn, die in deze moeilijke omstandigheden het administree- ren, om van regeeren niet te spreken, op zich willen nemen. Om uit dien toestand te geraken is vooral dringende eisch kiesrecht-hervorming, opdat daardoor eene andere kamer worde gekozen, eene kamer, waarin de eene of andere richting de overhand verkrijge en er ten minste eene bepaalde partij domineere, uit wier boezem een regeering zou kunnen optreden. Wij hebben die hervorming geweüscht langs den weg der grondwetsherziening. Of die, na de indiening van het voorstel Lohman, nog op die wijze te verkrijgen is, zien wij in een volgend nommer. Het programma voor de muziekuitvoering, Vrij dag avond te 7 uren op het Molenwater alhier te geven door het muziekkorps der d. d. schutterjj, luidt ala volgt Athalia Marsch, Mendelssohn Wals, Strauss Ouverture Kéler-Béla; Fantaisie Mignon, Thomas Les Hussards Polka, ZinnenIk ken een lied, De MolFantaisie Faust van Gounod, A. de Jongen Marsch. Bjj ongunstig weder wordt de uitvoering uit gesteld tot Zondag avond 21 Juhi. In de heden namiddag te Zierikzee, onder voor zitterschap van den heer mr. J. P. N. Ermerins, bur gemeester, gehouden raadszitting, waarin afwezig waren de heeren Van Kinschot en De Crane, werden, na goedkeuring der notulen van de vorige verga dering, eenige mededeelingen gedaan, o. a. van een brief van den minister van binnenlandsche zaken, houdende goedkeuring van het raadsbesluit tot wjjziging van het getal leeraren aan de H. B. school en hunne jaarwedden. Deze werd voor kennisgeving aangenomen. De rekeningen van de bewaarschool van min vermogenden en van het harmonie gezelschap Kunst en Eer voor 1884 werden gesteld in handen van de heeren W. A. Ochtman, De Looze en Goemans. Op voorstel van burg. en weth. werd op een verzoekschrift van P. J. Buijze, om eene kleine oppervlakte gemeentegrond bjj zijne bewaarplaats voor petroleum in erfpacht te bekomen, gunstig beschikt, Verder werden medegedeeld drie requesten een van de vereenigingen tot bevordering van landbouw en veeteelt te Noordwelle, Zonnemaire, Noordgouwe en Nieuwerkerk (Duiveland), een van de landbouwvereeniging te Dreischor en een van de sociëteit voor handel en landbouw te Zierikzee. Daarin werd verzocht de botermarkt te ver plaatsen. Deze adressen werden gesteld in handen van burg. en weth. om praeadvies. Tot leden der commissie voor de in te komen bezwaarschriften tegen de kohieren van den hoof- delijken omslag over 1885 werden benoemd de heeren Moolenburgh, W. A. Ochtman en De Crane en tot leden van het bureau vau stemopneming voor de verkiezing van raadsleden, op den 21 Juli e. k., de heeren W. A. Ochtman en Schuur, beque Boeije. Op daartoe gedaan verzoek werd remissie van hoof del jjken omslag verleend aan mej. K. J. Romejjn ad 1.63| voor 7 maanden en aan den heer J. 0. van Santen ad 28.58!, eveneens voor 7 maanden, wegens vertrek naar elders. Voor kennisgeving werden ten slotte aangenomen eenige mededeelingen, waaronder die van het overlijden van het hoofd der school B, den heer L. Karreman, en dat sollicitanten naar de daardoor ontstane vacature zjjn opgeroepen. Met de waar neming van die betrekking werd belast de heer De Bil. De koning is Maandagochtend naar Könings- wurt vertrokken voor het houden van een nakuur. Gisteren zjjn aldaar de koningin en prinses Wil- helmina aangekomen. Van onzen eigen verslaggever.) II. De vrees, die Maandagavond velen in Tholen bekroop, dat »'t weer niet houen zou," bleek Dinsdagmorgen ongegrond, want een helder en vriendelijk zomerzonnetje verleende kleur en leven aan den eersten feestdag. In het anders stille stadje heerschte reeds vroeg eene buitengewone bedrijvigheid die hoe meer de zon rees, toenam. Hier werd de laatste hand gelegd aan een poort of eereboog, daar werd een versche ruiker aan het uit het bovenvenster wap perende dundoek gehecht, ginds weder een vrien delijk welkom aangeplakt of een welgemeende hulde aan landbouw en veeteelt onder woorden gebracht. Met het rjjzen der zon nam ook de bedrijvigheid toe, wijl langzamerhand de leden van de land- bouwmaatschappjj opkwamenter algemeene vergadering, die te 10 uren in het lokaal der koninklijke handboogschutter^ Non Semper was uitgeschreven. Met een zeker gevoel van eigenwaarde ging ook uw verslaggever naar die vergadering op, want wat hem in al de jaren, dat hij het voor recht had onder de vanen van de koningin der aarde te dienen, niet overkwam, gebeurde hem te Tholen. Hjj was nl. ook lid geworden van de Mij l. i. v. Landb. en Veeteelt En met reden. Toen hjj zich vervoegde bjj den voorzitter der afd. Tholen en een bewjjs van toegang vroeg tot de tentoonstelling en verdere feestelijkheden, werd hem geantwoord dat de pers niet als zoodanig kon worden toegelaten, waarom hjj, de hem vertrouweljjk gedane mededeeling billijkende teneinde zjjne taak naar eisch te kunnen volbrengen het ledental der Zeeuwsehe landbouwmaatschappjj met een lid vermeerderde. Reeds gisteren meldden wjj het meest belang rijke van het daar verhandelde j ter aanvulling diene nog het volgende Onder de ter vergadering meegedeelde ingeko men stukken behoorde in de eerste plaats een schrjjven van den heer mr C. J. Pické, waarbjj deze kennis gaf dat hjj, hoezeer ongaarne, zich verplicht zag zjjne betrekking van voorzitter, die hjj sedert 1863 bekleedde, neder te leggen. Her- haaldeljjk zei de de heer Pické in dat schrjjven herhaaldeljjk heb ik er met nadruk op gewezen en heb ik betoogd dat, waar in den laatsten tjjd de landbouw minder goede resultaten levert, het wensehe'ijk i«, dat een practiseh landbouwer aan het hoofd der maatschappij staat. Was dit in de eerste plaats een der redenen die den heer Pické noopten zjjne betrekking neder te leggen, zjjn gezondheidstoestand dreef in de 2e plaats hem ertoe. Zijne beste wenschen uitende voor de maatschappjj, die hem dierbaar is neemt hjj van haar afscheid. Hierop werd mededeeling gedaan van hetgeen door het hoofdbestuur verricht is ter voorziening in de vacature van voorzitter en ter eere van mr Pické; een en ander, zoowel als de keuze van een voor zitter vermeldden wjj reeds. Nieuw daarentegen is de mededeeling dat de gekozen voorzitter, de heer Moolenburgh, verklaard beeft debetrekking te aanvaarden. Git de gevoerde beraadslagingen over de ver schillende vraagpunten willen wjj slechts weinig aanstippen. Eene algemeene vergadering, zooals hier, is misschien vergissen we ons niet de plaats om in breede besprekingen te treden. Dit begreep de heer Van der Have uit Ouwerkerk ook, die het eerste vraagpunt, dat omtrent het verbeteren van weiland, inleidde. Het' nut van die verbetering werd door den heer Van der Have op zeer praclische wijze in het licht gesteld. Waar hjj mesting van 't land door eene tameljjke veehouding wenschelijk achtte, werd door den heer G.J. van den Bosch, in het na de inleiding gevoerde debat, de groote waarde van faecaliën in het licht gesteld. Is drooglegging van lichte gronden aanbevelens waard? was de vraag die de heer Stoutjeadjjk inleiden zou. Hij leidde die echter niet in, maar deed omtrent deze zaak eene vraag en wel of er geen doelmatig middel is om het verzanden der bruggen te verhelpen Practisch als altijd was het antwoordwanneer ge zandgronden draineeren wilt, moet ge, teneinde het verzandeD der buizen te voorkomen, deze met goede klei dekken, groote buizen nemen, deze met vrij wat helling minstens 20 c. m. op de 100 m. lengte leggen en niet veel wjj der plaats nemen dan 12 meter. De beschermende rechten voor den landbouw gaven den heer G. J. van den Bosch een warm pleidooi in den mond. Gaarne zouden we dat hier eene plaats geven, ware het niet, dat de heer Marlett in een even warme rede het vrijhandels- stelsel voorstond en dat we, het »hoor en weder hoor" toepassende, aan beiden eene te groote ruimte zouden moeten toestaan. Zooals te verwachten was bleef de quaestie, die niet nieuw voor onze lezers is, open. Dat bleef echter niet de daarop behandelde quaestie, nl. de vraag of eene ruimere vergunning tot het dooden van schadeljjk gedierte dringend noodig is. Volmondig en algemeen erkende men, wat de heer Polderdijk zoo duidelijk zeide - dat de wilde duif, de kraai, de musch, de wilde eend en gans kostgangers zjjn, die met de hazen en konjjnen, zonder iets voor 't logies te betalen, op kosten der landbouwers leven en dat het dringend ver- eischt werd dezen laatsten Vrjjheid te geven om de ongenoode gasten gedurende het ganschejaaf te mogen verwjjderen. De heer A. den Boer uit Middelburg bereed daarna een geliefkoosd stokpaardje, toen hjj in helle kleuren de nadeelen van de jachtwet in het licht stelde. De heer Marlett gaf met woorden, de vergadering met luid applaus van instemming blijk. Op meerdere vrjjgevigheid zal worden aange drongen. Het laatste punt was de kinderarbeids-quaestie de heer Snjjders concludeerde, na eene lange, doch interessante rede, dat de regeering zal wordeü gewezen op de wenscbeljjkheid, dat de kinderen behooren gedrongen te worden tot leerplicht en tevens aanleiding bestaat om de 3trenge bepalingen op den veldarbeid te wjjzigen. Het verbod toch om kinderen van zekeren leeftjjd voor den veld- arbeid te benuttigen strekt niet anders dan ten na- deele van tal van menschen, die dit niet verdienen. Na de reeds geseinde vraag van den heer Gerlach werd de vergadering gesloten en toog men feest» waarts. De optocht van het tiental muziekgezelschappen beschreef ik met een enkel woord, 'k Zal dat niet aanvullen. Ieder, die zoodanigen optocht goed en herhaaldeljjk zag, weet wat we hiermee zeggen willen. Ook het festival, dat te 2 uren aanving, geeft den verslaggever weinig stof, waarom hjj met een enkel woord melding van den rjjtoer maakt, die de afdeeling Tholen, den van elders gekomenejj aanbood,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 1