X Onderwijs. Kerknieuws. Gemengde Berichten,. Ingezonden stukken. Voetbrug Koepoort. De kerkelijkejquaestie te Tholen. zenden, daar deze zedenbedervend werkt rzoowel voor jong~ala voor oud. Het gevolg was, dat iedereen zijn geld terug kreeg en de hoofdonderwijzer in de kom der gemeente van elke verdere bemoeiing in dezen afzag. Maar betere kindervrienden, die niet aar zelden de „dierbare panden" der ouders onder hunne hoede te nemen, gingen opnieuw rond met even goed gevolg, en mochten de voldoening smakeni dat zoo goed als alle kinderen uit IJzendijke hen met blyde gezichten en luide toejuichingen voor hunne moeite dankten. Vooral aan de heeren Ten Berge en Kole komt een woord van lot toe voor hunnen grooten ijver, in deze zaak betoond. Onze koningin is den 27e° van Karlsbad naar Töplitz vertrokken. H. M. logeert aldaar op de villa Landhaus, te midden van door bloemenpracht uitmuntende tuinen gelegen. De koningin zal de baden in Schlangenbad te Schönau gebruiken. De koning bevindt zich bij de kuur, die hij te Karlsbad ondergaat, uitstekend. Het adres, waarop wij gisteren doelden, dat namens ongeveer 100 adressanten, aan den raad onzer gemeente verzonden is, luidt als volgt Geven eerbiedig te kennen, ondergeteekenden, adressanten tot verkrijging eener voetbrug in stede de overzetpont aan de Koepoort alhier dat, blijkens Uweled. Achtb.'s schrjjvenjdd0 1 Mei 1885 n° 28/44, door uw bestuur (zonder hoof delijke stemming) besloten is om hun adres voor- loopig van de hand te wjjzen, betwelk toeschijnt als overeen te komen met eene ongemotiveerde tjjdelijke afwijzing, dewijl een bepaald antwoord ontbreekt en dus door uwen raad alsnog geene bepaalde decisie is genomen; dat zij, met het verslag van 't verhandelde in uwe zitting van 29 April voor zich, zooals dat voorkomt in de betrekkelijke Middelburgsche cou rant, uit dat verslag kennis namen van het ge sprokene door het raadslid mr J. A. van Iloek, waartegen adressanten eerbiedig de vrjjheid nemen het navolgende aan te voeren 1° Inkrimping onzer gemeente schijnt wensclielijk" Adressanten zijn dit met het geachte lid niet eens zij achten het een gunstig verschijnsel dat de stad zich zooveel mogeljjk uitbreide, vooral ook uit een sanitair oogpunt aan een gedeelte als aan den betrokken singel, alwaar in de eerste eeuw geen sprake kan zijn van meerdere kosten, o. a. voor bestrating, verlichting of politie, daar, over het geheel genomen, bestrating, ver lichting of politie voor de nu reeds bestaande buitenwijken slechts zeer primitief behoeven te zjjn ingerichtook zijn zij vast overtuigd, dat de meermalen uitgesproken vrees voor den aanbouw van arbeiderswoningen voor dat singeldeel onge wettigd is. Het voortbestaan der noodeloos zoo gebrekkige gemeenschap aan de Koepoort werkt, volgens der adressanten overtuiging, het feit in de hand dat de bebouwing aan V Zand (gemeente Koudekerke) jaarljjks merkbaar toeneemt, zoodat hunne gemeente kostbare bruggen bouwt ten ge rieve eener andere gemeente. 2° Bij aanleg eener voetbrug, zoude de waarde der panden aan den betrokken Singel zeer in waarde rijzen." Adressanten weten dit terecht, en achten zulks een blijvend voordeel voor hunne gemeentekas, dewjjl toch de wet den weg aanwijst om de huurwaarde (personeels belasting) dier panden te verhoogen. Het komt mitsdien adressanten voor, dat juist die verhooging der gemeente de rente van 't kapitaal, benoodigd voor een voetbrugje, reeds voor een groot gedeelte garandeert. en 3° Adressanten konden hun belang, verkrijging eener voetbrug, in geld taxeeren, en het bedrag dier taxatie der gemeente aanbieden." Bescheiden vermeenen adressanten dat, sedert de verbreking der vrije gemeenschap (omstreeks 1842), door hen en hunne voorgangers, sedert gezegd tjjdstip, het geld voor, ja misschien wel zes flinke rp bruggen aan overzetgeld is betaald. Zij twijfelen géénszins, of die door hen en hunne voorgangers betaalde gelden werden en worden door uw geacht bestuur op eene waardige wjjze benuttigd. Sedert gemeld tjjdstip evenwel (1842), zoeken zjj te vergeefs in de jaarljjksche gemeentebegroo- tingen naar den ontvangpost dier van hen geïnde geldenwellicht zjjn die door de perceptie ver slonden, maar toch achten zij het niet billijk dat hun gemeentebestuur zoude willen vergen dat adressanten bovendien het voor een voetbrugje benoodigd kapitaal ad 2600, der gemeente zouden moeten aanbieden. Voorts beweren adressanten, dat hunne klachten over den bestaanden toestand door uw bestuur zelf voldoende als gegrond bewezen zjjn. De bewering van uw bestuur, als zoude het meerendeel der tegenwoordige bewoners den beteren toestand vóór 1842 niet kennen, neemt de bezwaren der veerpont niet weg, en is eene zéér op prjjs gestelde erkenning van uwentwege, dat er een betere toestand heeft bestaan, waaruit voor hen de hoop geboren wordt, dat door u zal worden medegewerkt om den bestaanden slechten toestand te doen ophouden, Verbetering door een voetbrugje wordt dan ook door ieder weldenkend inwoner gerechtvaardigd en hun toegedacht. Natuurljjk zijn de Singelbewoners het best met den zoo gebrekkigen toestand bekend, een toestand dien men onmogeljjk leert kennen door aldaar, hoe dikwjjls ook, bjj schoon weder langs te wandelen." Teneinde op eene voor beide partjjen gewenschte beëindiging der hangende zaak te geraken, waarbjj aan uwe zijde tijdelijke onmacht, en aan de zjjde van de adressanten de dringende behoefte tot het verkrijgen van een beter gemeenschapsmiddel bljjkt te bestaan, richten zij tot uwen raad het volgende verzoek aanleg van een voetbrugje, lang 8 Meter, rus tende op twee jukken, met wederzijdsche aanplem pingen in de vest, uitgevoerd naar de eischen van goed en deugdzaam werk volgens in te zenden plan, voor hunne eigene rekening, gedeeltelijk door hunne eigene werkkrachten èn die hunner paarden met wagens tot aanvoer van puingrond en alle verder benoodigde materialen. Zulks onder de volgende voorwaarden 1° vergunning; om de op de loskade liggende puin te mogen weghalen, en om het wandelpad benoorden de Koepoort geleidelik te mogen ver lagen en den afgegraven grond te bezigen tot bedekking der dammetjes 2° dat adressanten een werkman aanwijzen, die gedurende de uitvoering en minstens een jaar na voltooiing, aansprakelijk is voor de volgende eischen a. dat onder, en 25 Meter wederzijds 't brugje voldoende diepte onderhouden wordt voor de goede suatie volgens de eischen van het betrokken pol derbestuur, en b. dat die werkman de door de aanplempingen waarschijnlijk uitpersende modder onmiddellijk met den baggerbeugel verwijdert, zoo noodig tot dat de dammen hunne stabiliteit hebben bereikt; 3° dat uw bestuur tijdelijk, gedurende ongeveer 3 maanden, het pontveer, buiten bezwaar van adressanten, ongeveer 30 Meters Oost- of West waarts ^verplaatst en doet'bedienen 4° dat adressanten, na voltooiing, het recht erlangen om van hunne zijde, gedurende acht achter eenvolgende jaren den bestaanden tol te doen verpachten en bedienenkomende de pacht som gedurende dien tjjd hun ten goede, terwjjl de tegenwoordige veerman de voorkeur dier pacht kan erlangen 5». kosteloos gebruik gedurende gezegden tjjd, zonder verplichting tot onderhoud, van de bestaande woning in de Koepoort; 6°. overname in beheer en onderhoud, na ge zegde acht jaren, door het gemeentebestuur, indien niet binnen dit tijdsverloop de toestand der ge- meentefinanciën toelaat die overname te vervroegen door de nog op het werk drukkende rentelooze voorschotten af te lossen, als wanneer het recht en de bate der tolheffing mede aan gezegd bestuur zullen overgaan, en 7°. dat, na voltooiing van het werk, de buiten gebruik komende goederen, alsveerpont met reep, waarschuwingsbei enz. in eigendom aan adressanten overgaan. Met het oog op den door uw geacht bestuur gezegden onzekeren toestand der gemeente financiën op dit oogenblik, en het thans door adressanten gedaan aanbod om zonder benadeeling dier finan ciën den onhoudbaren toestand te doen eindigen, vermeenen ondergeteekenden, dat het belang hunner gemeente medebrengt, dat alsnu hun verzoek worde ingewilligd, en hopen zjj, dat het uwer vergadering nu zal behagen om, door het stellen van redeljjke eischen, tot dat goede doel te willen medewerken. 't Welk doende, enz. De heer L. A. E. van der Lejj alhier is niet als plaatsvervangend lid der examen-commissie te Arnhem, wel bjj die te 's Gravenhage benoemd. Te Weesp is op het graf van den bekenden hoofdonderwijzer A. L. Boeser," door vrienden en oud-leerlingen, een eenvoudige gedenksteen ge plaatst. Door de vergadering der Maatschappij tot nut van 'I algemeen is in het jaar 1883 besloten, voor veelbelovende maar minvermogende jonge lieden, die aan het onderwjjs der rijksschool voor kunst nijverheid te Amsterdam wenschen deel te nemen, tien beurzen uit te loven, elk van 300 's jaars. In genoemd jaar zjjn zes, te vorigen jare nog drie beurzen toegekend, zoodat thans, met het oog op den aanstaanden nieuwen cursus aan ge noemde school, nog over een beurs kan worden beschikt. Door het hoofdbestuur der maatschappij worden alle in Nederland geboren en metterwoon geves tigde, onbemiddelde jong lieden, die den leeftjjd van 17 jaren bereikt, een vak gekozen en reeds éen of meer jaren practisch onderricht in een werkplaats met vrucht genoten hebben, en daaren boven van bjjzonderen aanleg bljjk geven, ter mededinging naar voormelde beurs toegelaten. Ook voor onderwijzers en onderwijzeressen mits reeds in het bezit van een der akten middel, baar onderwjjs voor teekenen die zich in eenige kunst-industrieele richting wenschen te bekwamen, wordt de gelegenheid tot mededinging opengesteld. Wegens den aard der school zjjn toekomstige timmerlieden en bouwopzichters van mededinging uitgesloten. De beurzen worden voorloopig voor den tjjd van éen jaar verleend, doch kunnen voor nog twee, hoogstens drie daaropvolgende jaren, telkens voor. éen jaar, vernieuwd worden, zoo de aanleg en de jjver der leerlingen daartoe voldoende aan leiding geven. Yan hun kant verbinden zich de leerlingen, zoo die vernieuwing van de hun toegekende beurzen plaats heeft, den ganschen cursus van drie of vier jaren te volgen. Om tot de lessen, die in September e. k. een aanvang zullen nemen, te worden toegelaten, moeten de candidaten op een nader te bepalen dag in het begin der maand Juli bewjjzen van genoegzame bekwaamheid geven ina lezen, schrjjven en rekenenb de beginselen der Neder- landache en algemeene geschiedenis, alsmede dia der aardrijkskunde; c het behoorljjk teeken van een voorwerp naar de natuur en van een eenvoudig pleisterornement. 5. Zjj, die voor het verkrjjgen van een der beurzen in aanmerking begeeren te komen, gelieven zich vóór 20 Juni a. schriftelijk aan te melden bjj den algemeenen secretaris der maatschappij (te Amsterdam, Kloveniersburgwal 27), onder overleg ging van a een extract hunner geboorteakte b de noodige bescheiden tot toelichting hunner aansprakenc een voldoend getuigschrift van den patroon of van personen, onder wier leiding zjj reeds eenig practisch onderricht in hun vak hebben genoten d diploma's, getuigschriften, teekeningen en verdere stukken, die tot aanbeveling kunnen strekken. Programma's van het onderwjjs en de gewenschte inlichtingen zjjn verkrijgbaar bjj den directeur der rjjksschool voor kunstnijverheid, den heer J. R. de Krujjff te Amsterdam. Door den kerkeraad derEv.Luthersche gemeente alhier is, ter voorziening in de vacature, opgemaakt het volgende drietal, bestaande uit de heeren: T. F. W. Grebe te Gouda, C. A. deMejjere te Sehie- dam en D. Snjjder te Bodegraven. De gisteren door de schutterij te Middelburg gehouden oefening was niet de eerste in dit seisoen daar reeds, overeenkomstig de wet, van begin April de oefeningen geregeld plaats hebben. Vrijdag morgen is een 14jarig meisje in den Krengeweg onder Zierikzee door den bliksem aan het hoofd en de borst getroffen, zoodat het op de plaats dood bleef. Het onweêr duurde enkele oogenblikken en slechts éen bliksemstraal is gezien, onmiddellijk gevolgd door een vreeseljjken donderslag. Ook in onze omgeving is het z. g. dauwtrappen met den Pinksterdag bekend, maar aan die eeuwenoude gewoonte wordt zeker niet zoo druk deelgenomen als in Groningen. Zonder oproeping, zonder afspraak, weten honderden, dat ze den nacht van den 1 op den 2 Pinksterdag buiten in 't Sterrebosch moeten doorbrengen. Tot dien einde zwieren reeds 's avonds groepjes rond, die telkens door nieuwe aankomelingen grooter worden en die het zich tot een eer rekenen, het vroegst in het bosch te zjjn. Tegen 2 uur 's nachts wordt het allerwege drukker; uit alle stegen en straatjes komen massa's dauwtrappers, vooropgegaan door hun muzikant met harmonica, hoorn of viool, te voorschjjn en tiert en joelt naar hartelust onder het zingen van straatdeunen en zonder zich om de politie te bekommeren, die zoo talrijk de wacht houdt. Menschen van eiken leeftjjd bevinden zich in 'twoud, grijsaards en kinderen, moeders met hare panden aan den boezem en een of twee aan de rokken, springen als dolzinnigen in 'trond, afkomst, vjjandschap vergetende en drinkende met ieder,(die een glaasje aanbiedt. Vertoont de zon zich en wenschen velen liever te liggen dan te loopen, dan wordt de aftocht aangenomen,, met stellig voornemen een volgenden keer weder van de partjj te zjjn. Enkelen trappen" den geheelen dag door. Een Amerikaansch'dagblad deelt het volgende mede onder het opschriftDe kunst om klassieke muziek te beoordeelen. Er bestaat een zeer eenvoudig middel, dat zelfs den meest onwetende op het punt van muziek in staat stelt, te oordeelen of een muziekstuk eenige waarde heeft of niet. Wanneer gjj nameljjk in de muziek hoort: >1, 2, 3, hop, hop, hop" of: »1, 2, 3, bom, bom bom, danjkunt gjj er zeker van zjjn, dat het stuk zeer^weinig waarde heeft, en gjj moet uwe grootste minachting aan den dag leggen. Hoort ge echter muziek, die klinkt, alsof een afgepast aantal noten in een vat gewor pen en voortdurend daarin omgeroerd wordt, als gerstkorrels, dan kunt ge zeker zjjn, dat het een fuga is en gij moet een gezicht zetten, waarop de grootste belangstelling te lezen staat. Klinkt het alsof de noten in droppels op den bodem van het vat neervallen en van tjjd tot tjjd onmerkbaar schjjnen ineen te vloeien, weder duideljjk hoorbaar trachten te worden in de me lodie, dan is het waarschjjnljjk een nocturno, en nocturno's behooren, zooals ge weet, tot de schoonste muziek. Wanneer de noten schjjnen te komen aanrollen in geheele wagenvrachten, en iedere wagen eene andere soort van tonen bevat dan de voorgaande en wanneer het u voorkomt of die wagenvrachten een oneindig langen tjjd noodig hebben om voor- bjj een bepaald punt te komen dan hoort ge een sjmphonie en symphonieën zjjn de grootste werken, die ooit gecomponeerd zjjn. Wanneer het u in de ooren klinkt, alsof de tonen bij massa's tegelijk weggeworpen en daarna weder met geweld in hoopen bjj elkander geperst worden, om ten laatste met het overdoovend geraas van dynamietpatronen in de lucht uiteen te sprin gen dan is het eene rhapsodie en rhapsodiën (zie Winkler-PrinsRaptus, behooren tot de laatste mode in de muziek. Een bewjjs tegen de dikwijls aangehaalde gierigheid van Victor Hugo is het volgende. In 1874 bewoonde Hij het negende arrondissement en in Januari ontving de maire Ferry den volgenden brief „Twee klein kinderen ontvingen van hun groot vader als nieuwjaarsgeschenk 100 frs.zjj verzoeken den maire die voor de armste kleinen in het arrondissement te gebruiken." Was onderteekend met een groote kinderletter. Georges, Jeanne. Het volgend jaar zonden verscheidene bekende en onbekende vrienden wonende in dit kwartier, met nieuwjaar aan Victor Hugo hun wenschhjj schreef aan den maire Waarde heer. Mjjn vrienden zullen het mjj misschien niet euvel duiden indien ik al hun'geluk- wenschen niet beantwoord met het zenden van mjjn kaartje. Dit) zou omstreeks?250 fr. kosten, sta mjj toe die som te verdubbelen"en ze u terhand te stellen voor de armen vanjuw (arrondisement." Victor Hugo. Mjjnheer de redacteur Veroorloof mij C., die dezer dagen zooveel heeft aan te merken op het volkomen juiste bericht door uw blad over het besluit des provincialen kerk- bestuurs van Zeeland gegeven, eenigszins tot de orde te roepen. Het prov.2) kerkbestuur heeft verklaard dat het Cl. bestuur bij een zoogenaamd besluit van 9 Dec. 84, geheel handelde buiten züne bevoegdheid. Dit besluitf was dus van nul en geener waarde, en werd vernietigd. Nu zest C echter: dat vernietigde besluitj besliste niet in eene beheersguaestie. Ei, zoo. Waarin dan Het ging om het houden\der collecte voor de kerk Twee kerkvoogdijen wilden dat elk; voorjzich doen. Neen, zeide de kerkeraad, maar eene collecte voor de kerk laten wij toe, en daarom gaf hjj fmaar aaneen college vrijheid die te houden. De bur ger ïjke rechter zoude moeten beslissen welk col lege het wettige was; natuurlijk zouden de gecollecteerde gelden aan datjcollege ten slotte moeten toekomen. Zoo stonden de zaken. Nu kwam het Gl. bestuur den kerkeraad gelasten het houden der collecte met meer aan het college dat hiertoe van den kerkeraad verlof had, toe te WaTdir^" aa\h6t °Ude C0Ueffe te ™«»loven. Was dit geen zich mengen in een e beheersguaestie' Het oude college kreeg van het Cl. bestuur boven- raad 7 8aD den be raad dd. 18 Dec. schreef: „Wjj hebben de eer uwe vergadering kennis te geven, dat het Cl estuur van Zierikzee bjj missive van 10 December jl aan kerkvoogden kennis gaf van het opheffen van het verbod des kerkeraads dd. 29 Mei jl. aan kerk voogden gezonden. Dat kerkvoogden dientenge- vo ge het voornemen hebben op Zondag 28 December aanstaande, des voormiddags, en vfrvol TerirT ™-reCht gebruikte m*ken, om voor de kerkelijke administratie, aan hunne zorgen opgedragen bigde godsdienstoefeningen te laten collecteeren." Het oude college beschouwde dus zeer zeker het besluit des Cl bestuurs, waarvan het ook mirabile dictu mededeeling ontving als eene erkenning en beslissing van deszelfs wettigheid. Als het besluit ook iets anders bedoelde was Maar het Cl. bestuur mengde zich daarbij zeer zeker in eene beheersguaestie, zooals het prov kerkbestuur uitsprak, in zijne beslissing waar het luidt Overwegende dat de vraag door en voor welk college van kerkvoogden die inzameling zal mogen geschieden, niet tot de beslissing van een college van bestuur (d. i. kerkelijk bestuur) behoort, en derhalve de vrjjheid des kerkeraads om die inzameling te laten geschieden door en ten behoeve van welk college van beheerders hü goedvindt, niet kan worden belemmerd door een college van bestuur, maar onverlet mag bljjven totdat de burgerlijke rechter over de wettigheid of onwettigheid van een der beide colleges zal hebben uitspraak gedaan; Volgens het provinciaal kerkbestuur mengde dus het cl. bestuur zich in eene beheerguaestie, waarin alleen de hurgerljjke rechter mag beslissen De heer C. noemt die opvatting evenwel onjuist' maar zegt nu niet, dat het prov. kerkbestuur dwaalt, doch dat uw blad een onjuist bericht gaf toen het de zienswjjze des provincialen kerkbe- stuurs weergaf. Zeer bescheiden. Ook heeft het prov. kerkbestuur feitelijk den kerkeraad de be- voegdheid tot de orde verstorende besluiten toegekend Welke besluiten? Besluiten waarbjj collecten geregeld worden Welk verstandig mensch kan die ordeverstorend noemen Neen, zjj die aan de kerkelijke orde zich niet storen, zjjn gevaarljjk voor de orde. Zjj die, als de heer C., het recht des kerkeraads maar niet willen erkennen, en morrend voor een prov kerkbestuur bukken, terwijl zij van anderen blinde onderwerping juist uitsluitend aan de reglementen en kerkbesturen, en niet aan Gods Woord, eischen De heer C. is hier ten minste zeer inconsequent Op kerkrechtelijk en historisch gebied is hij ook geen goede gids. De uitdrukking Ned. geref. kerken zoude niet deugen, wel gemeenten. Men verwart het gebruik der woorden gemeente en kerk zeer, wjj weten het. Maar historisch is het gebruik, dat de heer C. afkeurt, het best en het eenig juiste. En dat voor plaatselijke kerken ook de synode het woord kerk gebruikt, bljjkt uit de artikelen van het „Reglement op het fonds voor noodlijdende kerken en personen." De kerk van Middelburg, de kerk van Zoutelande, zoo behoort men te spreken. Iedere kerk heeft dan ook eenen kerkeraad. Doch de heer C. zal zeggen, dat ondergeteekende hier dwaalt. Hjj spreekt zeer hoog over het prov. kerkbestuur, wat zal hjj dan wel van mij zeggen Hij moge op historisch of kerkrechtelijk gebied mjj in geschrifte overal aanvallen, ik hoop hem te woord te staan. Hjj doe dat echter wat degeljjker dan hjj sprak over de zaken, rakende de kerk van Tholen, waarmede de ondergeteekende zeer op de hoogte is, die na vriendeljjken dank voor het opnemen dezer regelen, de eer heeft te zjjn, Dr. C. C. Schot Cz., predikant. Hiermee sluiten wjj voor polemiek over deze quaestie de kolommen van ons blad. Red. Gedrukt bjj deGebroeders Abrahams te Middelburg

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 7