N» 132.
128' Jaargan
W oensdag
27 Mei.
Middelburg 26 Mei.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen?
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiën* 20 Cent per
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,10
iedere regel meer f 0,20..
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Ter gedachtenis
van K. R. Pekelharing.
IDDELBURGSCHE COURANT.
Agenten zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdaoh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. De Moou, te Tholen: W. A. Van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Datjbe en Cie., John F. Jones opvolger.
Wordt het ingediende ontwerp-Lohman tot wij
ziging van art. 1 der kieswet aangenomen, dan
zou de hoogste census van 44 voor Amsterdam
gelden.
Voor de overige gemeenten komt men tot het
volgend resultaat
's Gravenhage en Utrecht 42, Rotterdam 38,
Leiden 34, Dordrecht, Middelburg en Leeuwar
den 30, Delft, Groningen, Schiedam, Nijmegen,
Zwolle, Haarlem, Maastricht 28, 's Hertogen
bosch, Deventer, Arnhem en Zaandam 26, Gouda,
Kampen, Harlingen, Breda, Zutphen, Alkmaar
24, Amersfoort, Bergen op Zoom, Hoorn, Roer
mond, Helder, Vlaardingen, Vlissingen, Enkhuizen,
Zierikzee, Hilversum 22alle overige gemeen
ten 20.
De Berlijnsche correspondent van het Ilbld
schrijft
De ingekomen aanbiedingen voor de gesubsidi
eerde stoomvaartlijnen zijn door den rijkskanselier
ter kennis van de betrokken colleges gebracht
tot onderzoek. Het allereerst werden zij in handen
gesteld van dr. Stephan, secretaris van staat voor
het postwezen. Uit deze omstandigheid kunt ge
weder zien, dat dr. Stephan de man is, die, zooals
ik u reeds schreef, in de onderwerpeljjke aange
legenheid het meest te zeggen heeft, en op wiens
advies vóór alles gelet wordt. Wat het aandoen
van vreemde havens betreft, verneemt men bij
geruchte, dat Antwerpen1.? haven zou gekozen
worden. Intusschen verdient dit gerucht niet veel
vertrouwen. Ook op Amsterdam wordt acht ge
slagen maar voor Rotterdam bestaat naar het
schijnt het minste vooruitzicht. Het besluit zal
niet zeer lang uitblijven.
Aan de Zaanl. Crt. werd het volgende geschreven:
Er zijn onder onze liberale volksvertegenwoor
digers, die bjj de behandeling der grondwetsvoor
stellen onbewimpeld willen verklaren, dat zjj niets
liever wenschen dan een oplossing der quaestie,
rampzalig als zij den schoolstrijd voor onze natie
achten. Ja, op de partij vergadering willen die
leden trachten te bewerken, dat de liberale partij
als zoodanig de hand toesteke aan hare tegen
standers. Geschiedt dit, dan zal de oplossing niet
lang uitblijven, want de katholieke kamerleden
verlangen hartelijk naar het einde der quaestie.
Zij zjjn het bondgenootschap met de antirevolu-
Op het graf van een verdienstelijk man, een
oud en trouw vriend, wensch ik door dit woord
een eenvoudigen krans te leggen.
Het ligt niet op mijn weg om over Pekelharing
te spreken als leeraar der Doopsgezinde gemeente,
een ambt door hem 37 jaren met toewijding ver
vuld, maar ik gedenk hem als letterkundige en
geschiedvorscher, zooals ik hem het best heb
gekend en het meest heb gewaardeerd. Duidelijk
als gisteren, herinner ik mij den avond dat ik
Pekelharing voor het eerst ontmoette. Het was
in '53 of '54 in eene vergadering van het Middel-
burgsche iVwis-depattement. Reeds onder de lezing
had het intelligente voorkomen van een niet ver
Van mjj afgezeten forsch gebouwd jongman mijne
aandacht getrokken. Achter dat breede, door
donkere lokken oruljjst, voorhoofd woonde gewis
een degeljjk verstand en de blik zjjner veelzeg
gende oogen getuigde van helder oordeel en
ernstige levensopvatting. In de pauze kwam onze
wederzjjdsche vriend, de achtenswaardige mr S.
de Wind, dien we beiden hoog vereerden, tot ons
en stelde ons aan elkander voor met het vrien
delijk woord, dat we waarschijnlijk goed bjj elkan
der zouden passen. Zoo was het ook en zoo is
het gebleven meer dan dertig jaren lang tot aan
zijn dood toe. Hoewel onze meening over vele
dingen soms ver uiteen liep, werd de vriendschap
pelijke verhouding nooit gestoord, en als ik aan
de beste uren van mijn leven denk, komt mij als
van zelf ook de gedachte aan dien trouwen vriend
voor den geest. Sedert mijne eerste kennismaking
is mijne bewondering voor de groote talenten
van Pekelharing steeds geklommen, en zjjne
aeldsame gaven, waarvan bevoegde beoordeelaars,
sooals De Wind en M. F. Lantsheer, met groote
ingenomenheid spraken, zouden ongetwijfeld sterker
Rebben geschitterd, indien niet zekere achuchter-
tionairen meer dan moede en zoo de geestelijkheid
'tniet tegenhield, zoo goed als alle katholieke
afgevaardigden schaarden zich reeds nu aan onze
zijde. Hartelijk hoop ik dat dit spoedig geschiedt,
want dan eerst zal de politieke horizont opklaren
en de hand kunnen worden geslagen aan een
afdoening van zaken, waarop Nederland maar al
te lang reeds wacht.
De Tijd neemt deze woorden over en verklaart
zich overtuigd, dat de katholieke kamerleden
gaarne elk voorstel tot verbetering zullen toe
juichen, van welke zijde dit voorstel ook komt,
dat een dragelijken - zij het ook niet onder alle
opzichten idealen of meest gewenschten toestand
in het leven zou roepen
elk voorstel, dat een wapenstilstand op eerlijke
grondslagen zou mogelijk maken
elk voorstel, waarvan doel en gevolg zouden
zijn dat de katholieken, in katholieke streken,
vooral de openbare school niet langer als een
gevaar, het openbare schooltoezicht niet langer als
een vjjandige macht hebben aan te zien
elk voorstel, dat hen en anderen in staat zou
stellen om overal, zonder dat onmogelijke of al
te zware buitengewone offers daarvoor langer ge
vorderd werden, aan een bijzondere school op
godsdienstigen grondslag de voorkeur te geven
elk zoodanig voorstel, zegt het blad, indien het
werd ingediend, ook indien het van liberale zijde
werd ingediend, zou verdienen, door de katholieke
leden der staten-generaal met sympathie ontvangen
en met de meest nauwgezette zorg overwogen te
worden. De houding der katholieke afgevaardig
den tot dusverre geeft waarborg, dat dit ook
geschieden zou.
Ter vervanging van den tot adjudant benoem
den 1" luit. P. J. Geill bij het 1 bat. 3 reg. inf.
is de le luitenant R. H. Driessen belast met de
functie van officier van wapening bjj dat bataljon.
De kapitein W. P. H. S. Petter van het O. I.
leger, thans ingedeeld bij het 4 bat. 3 reg. inf.
te Vlissingen, is aangewezen tot bijwoning van
den 4en cursus (1-15 Juli) en de 2 luit. E. A.
Umland voor deu 3en cursus (16—31 October) bjj
de normaalschietscbool.
Aan den schietwedstrijd te 's Hage zullen als
afgevaardigden tot den korpswedstrijd deelnemen
2 sergeanten majoor, 1 sergeant en 2 korporaals
van het 3e reg. inf., onder bevel van den 2 luit,
N. E. E. Grubé.
Tegen 11 Juni is, op verzoek, eervol ontslag
heid Pekelharing altijd in de schaduw had doen
wjjken, waar hjj gerust in het volle licht kon
bljjven. Onze vriend was dichter in den edelen
zin des woords. Gevoel en verbeelding bezat hij
in ruime mate, doch de heldenmoed faalde wel
eens. Zijn gedichten zjjn meest in beperkten kring
gebleven, slechts enkele zijn gedrukt, en zijne
vertolking van Shakespeare bevat voortreffelijke
fragmenten. Als hjj die verzen zelf voordroeg
en de gloed der geestvervoering hem doortin
telde; maakte hjj door woord en voordracht
een wegslependen indruk, gelijk zjj zich zullen her
inneren, die in '67 en '68 de onvergeteljjke
avonden bjjwoonden, waarop Pekelharing voor
de leden van het Zeeuwsch genootschap, met hunne
dames, over de komedies van Engelands grootsten
dichter sprak. Maar nog op ander gebied wist
hjj, door den machtigen hefboom van het woord,
harten in beweging te brengen. Zoo spraken we
eens, 't was in '59, over den vervallen toestand
der bibliotheek van het. nut, langzamerhand een
verzameling van ongeschikte boeken geworden.
Pekelharing destjjds meen ik in 't bestuur, trok
zich deze zaak aan, waarover hjj in de eerstvol
gende vergadering zóó treffend en overredend
sprak, dat van vele kanten geld en boeken wer
den geschonken, zoodat de inrichtiDg kon worden
verbeterd en de grond gelegd voor hetgeen thans
nog bestaat. Die macht van het woord dankte
Pekelharing, in geene geringe mate aan zijn klas
sieke ontwikkeling, vooral merkbaar aan zjjne
zorg voor stjjl en zegswjjs De voornaamste schrij
vers der oudheid had hij met vrucht gelezen en
Horatins en Virgilius, om zoo te zeggen, in zich
opgenomen. Nooit gevoelde ik op dit gebied
sterker wat mjj ontbrak, dan wanneer zich in
onze samenkomsten een vurig maar altjjd wel
willend gesprek over letteren of kunst ontspon
tusschen Lantsheer en Pekelharing, een gedachten-
wisseling tintelend van fijn vernuft en degeljjke
kennis, Hoe hjj zjjne vrienden nF S. de Wind
verleend aan den heer W. C. Pos, stationschef te
Vork. Tegen dien datum is, eveneens op verzoek,
verplaatst naar Vork de heer A. Hoolhorst, thans
stationschef te Kapelle-Biezelinge, terwjjl in diens
plaats is benoemd de heer Davidis, thans klerk
te Helmond.
Niet voor 40 plaatsen als surnumerair bjj de
registratie, zooals in een vorig nommer is vermeld,
maar voor 10 surnumerair-plaatsen bjj dat dienst
vak der belastingen hebben 38 van de 43 aspi
ranten voldaan.
De gemeenteraad van 's Heerenhoek heeft be.
sloten de kermis aldaar, welke dit jaar van 24
tot 29 Juni zou moeten worden gehouden, dit
maal te eindigen op Zaterdag 27 Juni, ten einde
het samenvallen dier kermis met een kerkelijken
feestdag te voorkomen.
Als maatregel van bezuiniging is thans door
den M. v. O. bepaald, dat de miliciens, die bij
hun vertrek met groot verlof een saldo schuld op
hun kleeding- en reparatiefonds hebben achterge
laten, alle kleeding, welke zjj bjj "het gaan met
groot verlof hebben medegenomen, voortaan aan
het gemeentehuis hunner woonplaats zullen inle
veren, alvorens hun het paspoort wordt uitgereikt.
De ingeleverde goederen zullen daarna door
tusschenkomst der burgemeesters worden opgezon
den aan de respectieve militaire autoriteiten. Men
weet, dat tot nu toe alle goederen, die door de
miliciens bjj het gaan met groot verlof werden
medegenomen, bjj hunne pasporteering door hen
werden behouden, waardoor de schatkist jaarljjks
een aanzienljjk verlies leed.
In 1884 werd successierecht betaald van 4313
nalatenschappen in de rechte lijn en tusschen
echtgrr ooten e» van 4757 andere. Daarvan waren
er: 478 van 300 a 500, 852 van 500
f 1000, 4506 van 1000' a f 10.000, 2374 van
10,000 a 50.000,463 van 50.000 a 100.000,
353 van 100.000 a 500.000 en 43 daarboven.
Er werd betaald1 pot. over 153§ millioen, 3
pet. over 2^ mill., 4 pet. over 12 mill, dooreeht-
genooten en 23 mill, door broeders en zusters, 6
pet. over 16| en 10 pot. over 23 millioen.
Het wetsontwerp tot aanvulling van de wet op
de middelen gaf in de afdeelingen gereede aan
leiding tot vragen naar de voornemens van den
nieuwen minister o. a. ten aanzien der nog aan
hangig gelaten voorstellen.
Van verschillende zijden werd opgemerkt, dat
en M. F. Lantsheer herdacht in levensschetsen,
evenzeer getuigende voor zjjn helder hoofd als
voor zjjn warm hart, ban men iu de Verhande
lingen van het Zeeuwsch genootschap lezen. De
laatste maal, dat Pekelharing in de samenkomsten
des genootschaps optrad, was in Febr. '82 met
een diep gedachte en door schoone woordenkeus
uitnemende redevoering over Epictetus en zjjne
verhouding tot het Christendom; Pekelharing
bezat eene opmerkelijke boekenkennis en in menig
zeldzaam werk der bibliotheek kam men belang-
rjjke aanteekeningen van hem vinden; Oude
boeken, vooral over letterkunde, verzamelde hjj
met voorliefde en het toeval deed hem soms
gelukkig zijn, zooals in het vinden van een eenig
exemplaar van een pamflet over het ontzet van
Leiden, dat hij aan de Maatschappjj van Nederl.
letterkunde schonk. Wanneer hij zich op ge
schiedkundig gebied begaf, wist hjj, voorgelicht
door zijne uitgebreide kennis en groote scherp
zinnigheid, vaak een weg te vinden, die voor
anderen duister was gebleven. Behalve wat van
hem in de werken des genootschaps over de ge
schiedenis der wederdoopers voorkomt, zal menig
geschiedvorscher dankbaar erkennen, wat Pekelha
ring hem heeft verschaft, en nooit was hem eenig
dikwijls lastig onderzoek in boekenrjjen of archie
ven te veel. Als hij dan denuitslag mededeelde»
voegde hjj er uit bescheidenheid doorgaans bet
dringend verzoek bjj om zjjn naam te verzwijgen,
De bescheidenheid kenmerkte onzen vriend in
haast overdreven mate» en zjjn naam zou zeker
in wjjder kring loffelijk zjjn genoemd, als hjj zich
meestal niet uit schroomvalligheid, soms schier
wat links, had teruggetrokken.
Maar het leven van Pekelharing was daarom
toch niet minder rjjb aan goede werken. Hjj
was een man van diep gemoedsleven, vol geest
drift voor het goede en schoone en met een warm
hart voor de hoogste belangen der menschheid.
Wellicht had hjj meet kunnen weeketen met de
deze buitengewone opcenten niet meer noodig zijn,
nu het millioen reeds gevonden werd in een
besparing van 94 ton op de begrooting.
Moest er iets gedaan worden om het tekort nog
dit jaar zooveel mogeljjk te beperken, dan kwam
een tijdeljjke verhooging van de verteringsbelasting,
zooals nu voorgesteld, aan een deel der leden niet
onaannemelijk voor.
Vele anderen hadden echter overwegend bezwaar
deels omdat zij een bljjvenden maatregel, b. v. een
effectenbelastirg, wenschtenanderdeels omdat de
pers. belasting ongelijk en gebrekkig werkt, terwjjl
men ook de vrees niet kon onderdrukken, dat
deze buitengewone opeenten, eenmaal toegestaan,
maar al te gemakkeljjk definitief zouden worden
De druk der buitengewone belasting was voor
enkele leden juist een aanbeveling, omdat zjj zou
prikkelen tot het zoeken van betere middelen.
Sommige leden verklaarden thans geen vlottende
schuld te willen toestaanvele andere leden vonden
echter in dit voorstel niet veel meer dan een
vorm, nu geen bezwaar.
Het wetsontwerp tot bepaling van de som ter
goedmaking van de kosten van het regentschap
vond bjj het afd.-onderzoek der tweede kamer vrjj
algemeen instemming.
In een afdeeling werd door enkele leden de
wensch geuit dat thans ook tot regeling van de
voogdjj mocht worden overgegaan.
De Stad Gent onthaalt zijn lezers op een schrjjven
uit Parijsover Victor Hugo. Die brief is van
begin tot het eind niet anders dan de beschou
wing over den dichter, welke in het vorig nommer
van ons blad voorkomt. Zulk eene overname gaat
toch wel eenigszins de grenzen der bescheidenheid,
de perken der gewoonte te buiten.
Volgens bericht van den gouverneur van Suma
tra's Westkust blijft in Solok de rust bjj voortduring
gehandhaafd. Uit het onderzoek in deze zaak,
is gebleken dat overdreven berichten omtrent het
succes van den Mahdi het sein tot den opstand
zjjn geweest. Meer en meer wordt het duideljjk,
dat deze een geïsoleerd karakter had en, zooals
reeds gemeld werd, het werk van geestdrjjvers
was. Ook door de eigenljjk gezegde geestelijkheid
werd de beweging ten sterkste afgekeurd. Met
het vatten van medeplichtigen aan het verzet
wordt voortgegaan; Toeankoe di Tabing bevindt
zich echter nog in vrijheid. Het vermoeden, dat
de beweging vertakkingen heeft in Pain an, Pria-
man en de Ommelanden van Padang heeft zich
tot dusver niet bevestigd.
vele talenten hem geschonken, doch reeds sedert
lang deed de invloed van zjjn niet gezond gestel
zich op zjjn werklust en werkkracht gelden.
Toch heeft hjj zijn talent niet in den grond
begraven, en in veler harten heeft Pekelharing
zaadkorrels gestrooid, waaruit gewis menschenbeil
voortkomen zal. Wat hem persoonlijk aangaat;
hjj heeft loffeljjk den levensstrijd gestreden; de
zon van jarenlangen voorspoed heeft hem niet
verblind, en menig zwaar, zeer zwaar kruis heeft
hjj berustend gedragen. Hoezeer hij ook begeerd
had om te genieten van een eenvoudig buiten4
leven; dat hjj zich voor zjjn ouderdom had ge
droomd, was hjj toch ook bereid om heen te gaan j
en in een zjjner laatste brieven schreef hjj mjj
»Nu mjjn werk ten einde loopt heb ik er vollen
vrede mede om terug te keeren tot mjju Vader."
Vooral in onzen zoekenden, onrustigen tjjd ia
er behoefte aan dergeljjke deugdeljjke en degel jjke
mannen, die niet gejaagd .naar voren dringen
maar rustig hun krachten wjjden aan wat edel is
en goed. Zeeland heeft aan Pekelharing niet
weinig te danken, want die stille geleerde heeft,
meer dan menigeen denkt, den goeden naam van
dit gewest op het gebied van geschiedenis en
letterkunde helpen bewaren, en de traditiën van
Lambrechtsen» De Wind, Dresselhuis en Landsheer
gehandhaafd. Door kennis en bescheidenheid kan
hjj voor velen een voorbeeld bljjyen, en ook voor
hem geldt het woord van den dichter:
't Leven van de beste menschen
Leert ons, hoe men edel strjjdt,
En een voetspoor na kan laten
In den zand zoom van den tjjd.
Voetspoor, dat misschien een ander,
Die op 's levens golven zweeft,
Of aan 't strand wordt neergeworpen,
Als hjj 't ziet, den moed hergeeft.
Nagiglas.
Domburg, 25 Mei 1885.