iülTEMUffD. Laatste Berichten. Kerknieuws. Rechtszaken. Gemengde Berichten. Burgerlijke stand. Verkoopingen en aanbestedingen. Algemeen Overzicht. Herinneringen aan Praag. ons op Atjeh ooit zooveel geholpen, als beschieting van uit zee. En nu is bet gevolg ook goweest, dat de afwezige hoeloebalang van die streek, waar het bendehoofd zich genesteld had, terstond is toegesneld, bij Tengkoe di Tiroe geprotesteerd en bij ons bestuur gevraagd heeft, het eens te worden over staking van dit schieten. Een ander vermeldingswaardig feit uit het Atjehverslag in de Jav. Ct. van gisteren is dat door tusschenkomst van Toekoe Baïd de vroegere candidaat-Sultan, Toeko Moeda Daoed, zijn op wachting bij den gouverneur gemaakt heeft. Waarop dit alles uit zal loopen mettertijd, wat bjj al die hoofden, die zich in de tegenwoordige omstandigheden schikken, de hoop voor de latere toekomst is, die zij natuurlijk nog moeten blijven koesteren, is ons niet duidelijk, evenmin als wat in de toekomst onze regeering hoopt. Onder den vorigen gouverneur van Atjeh was dit duide lijker, en streefde het AtjehsCh bestuur naar een wederoprichting van het sultanaat onder onze suzereiniteit, doch dit heeft de regeering niet ge wild. Daar de aanrakingen met den toenmaligen candidaat-sultan echter weer aangeknoopt worden, zal het einddoel toch wel moeten zijn het herstel of de oprichting van een centraal Atjehsch gezag, onder ons opperbestuur, zij het dan ook niet met sultansnaam en titel. Door den min. van justitie is toegekend de rang van brigadier maj. tit. aan den rijks veld- wachter 2e kl. (brigadier) C. Verpootte te Tholen. Te Biezelinge is beroepen de heer W. van der Beke Callenfels, candidaat te Vlissingen. Gelijk wij gisteren onder laatste herichtex meld den stonden twee mannen uit Noordwelle voor het gerechtshof, kamer van crim. zaken, te 's Hage, terecht. De een, I H., herbergier, wegens het verduisteren van goederen aan zijn faillieten boedel toebehoorende, de andere, de rijks veldwachter A. Z., wegens het hergen van een gedeelte van het verduisterde. Aan het Dagblad ontleenen wij daaromtrent het volgende De eerste bekende schuld, maar de laatste gaf voor, dat hij de bjj hem geborgen voorwerpen voor de crediteuren bewaard had en voornemens was geweest die aan den curator ter hand te stellen, waartoe hij volgens zijn bewering, toen ze bij hem werden opgeëischt, nog niet in de gelegenheid was geweest. Adv.-gen. jhr. mr. De Savornin Lohtuan achtte evenwel de schuldplichtigheid van beiden bewezen en requireerde voor elk éen jaar celstraf. Mr. Van Bel, verdediger van den eersten besch., meende dat hij zich, na de volledige bekentenis van zijn cliënt en de volkomen bevestiging daarvan, door de verklaringen der getuigen geleverd, ertoe kon bepalen, op eenige verzachtende omstandig heden te wijzen en besch. in 's hofs clementie aan te bevelen. Mr. Jac. van Gigch, verdediger van den tweeden besch., deed vooral uitkomen, dat het bij de beoordeeling van het feit van medeplichtigOeid, en niet 't minst in casuwaar 't medepligtichheid aan bedriegeljjke bankbreuk betrof, van 't hoogste belang was om te onderzoeken of bij den besch. kwade trouw en motief hadden bestaan. Een nauwkeurig onderzoek naar den persoon des besch. en diens verleden was daartoe z.i. absoluut noodzakelijk, en nu hadden 33 van de notabelste ingezetenen van Noordwelle, met burg. en weth. aan 't hoofd, verklaard, dat zij den tweeden besch. sedert 8 jaren als een eerlijk, braaf, trouw en oppassend man hadden leeren kennen, wien zij niet in staat konden en mochten achten om het hem ten laste gelegde teit, nl. van 't bergen van de verduisterde goederen, te kwader trouw te hebben gepleegd, Deze laatste clausule vond pl. tegenover het hof wel wat voorbarig en minder gepast, maar overigens meende pl. dat de verklaring alleszins eervol mocht heeten. En nu het motief, waar was dit te vinden? Pl. had er te vergeefs naar ge zocht. De daad was dus wel hoogst laakbaar, maar strafbaar achtte pl. haar niet. De zwager van den 1" besch., die hetzelfde feit had gepleegd, was dan ook niet vervolgd. Waarom de 2e besch. wel Omdat hjj veldwachter was 't Was haast niet aan te nemen, dat men bij een veld wachter van een plaatsje als Noordwelle zooveel rechtskennis zou veronderstellen, dat hij geacht zou kunnen worden, meer dan een particulier inwoner dier plaats, met den loop van een fail lissement bekend te zijn. Volgens pl. bleek uit alles, dat zijn cliënt er door goedhartigheid en onkunde was ingeloopen en hij hoopte dan ook, dat het hof daarmede rekening zou houden. Na re- en dupliek werd de uitspraak bepaald op Vrjjdag over acht dagen. Naar wij vernemen worden van deskundige zijde onderzoekingen gedaan naar de plaats, waar de bliksem eergisterenavond hier insloeg. Het wordt als uitgemaakt beschouwd dat de toren het getroffen punt geweest is. Men hoopt door een voortgezet onderzoek aan het licht te kunnen brengen, waardoor de uitwisseling der electriciteit op verschillende punten heeft plaats gehad, Uit Hoofdplaat schrijft men ons: Van de 18 sterkendrank-gelegenheden in het klein te Hoofdplaat, waren er vóór Mei 11 met gecombineerde bedrijven: van de eerste 13, van de laatste 7 binnen de kom der gemeente. Na 30 April werd de kleinhandel in sterken drank buiten de kom in éen gecombineerd bedrijf gestaakt; binnen de kom werd in éene zoodanige nering die handel voortgezet onder de voorwaarden van art. 26 der wetterwijl bij de 6 andere de gemeen schap binnenshuis ophield. De geneesmiddelen van Lullus zullen derhalve nog voldoende te ver krijgen blijven. Richt de drankduivel hier in het openbaar intusschen niet veel kwaad uit, een andere kwel duivel laat in den oosthoek der gemeente de heillooze sporen na van een periodiek bezoek die zwarte hand hing ten vorigen jare op een hofstede een brandbrief, en koelde thans opnieuw haar lusten door de toppen van tal van jonge boomen aan den Qlmendijk te knakken. Zoo hier geen gewone kwaadwilligheid in het spel is, schijnt men te doen te hebben met '»Een man in de boosheid, een kind in 't verstand, De schelm is een ezel, en valt in de schand." Het is te hopen, dat het der politie gelukke moge den laffen bedrijver daarvan eenmaal in handen te krijgen, temeer omdat door sommigen uit die wandaden munt geslagen wordt ter bereiking van bjjzondere doeleinden. 't Spreekwoord zegt: Een ouder kan beter zeven kinderen, dan zeven kindereu een ouder onderhouden. De juistheid van dat woord blijkt uit 't volgend bericht Een 86jarige weduwe te Asperen, die een zeventigtal afstammelingen heeft, heeft zich dezer dagen bij een landbouwer nog als werkmeid ver huurd. Te Schiedam is een zes en een halfjarig knaapje in een spoelingbak gevallen en levenloos opgehaald. Op Deli heeft men petroleumbronnen ont dekt. Volgens deskundigen behoeft aan de mo gelijkheid eener geregelde exploitatie niet getwijfeld te worden. Op eene boordiepte van nog geen 30 M. verkreeg men per uur ruim 360 gallons petro leum. De groote bronnen schijnt men thans gevonden te hebben en met een krachtigen straal spoot de olie tot ruim 2 meter boven den grond. De brief door Louise Michel aan den redac teur van de Bataiüe gericht, luidt alzoo Ik dank u. Gij schijnt ingezien te hebban, dat ik niet zonder schande een gratie aannemen', kan, waarop ik niet meer recht heb dan de anderen. Alles of niets. Ik wil niet, dat men mij het lijk mijner moeder betaalt. Betuig ook mijn dank aan de vrienden, die mij te juister tijd gewaarschuwd hebben. Ik neem de volle verant woordelijkheid voor deze weigering op mij, en wanneer onze vrienden nadenken, dan moeten zij inzien, dat, waar men niets meer voor mij doen kan, men er geen schimp aan mag toevoegen. Onze vijanden hebben het ingezien. Ik druk u de hand. Louise Michel. P.S. Wanneer men naar mij geluisterd had, was ik dadelijk naar Rusland ot Duitschland vertrokken. Daar doodt men de revolutionairen maar hoont ze niet. Dat men mij met rust late. L. M. Volgens een bericht uit Weenen aan den Standard zou Rusland voorstellen aan China het eiland Quelpaert af te staan, mits dit Port-Hamilton sloopte Het gevecht, dat Zondag 11. tusschen de Kanadeesche troepen onder kolonel Otter en 600 Indianen onder het hoofd Poundmaker bij Battle- ford plaats had, duurde niet minder dan 7 uur. De Kadaneesche soldaten legden een afstand van 70 mijlen in drie en twintig uren af. De Indianen, die van zeer slechte wapenen waren voorzien, zeggen, dat deze gevechten het voorspel zijn van een langen en bloedigen oorlog tusschen hen en de blanken. De telegraphische verbinding met generaal Middleton is hersteld. Het stoomschip Northcote is met versterkingen aangekomen, zoodat de generaal zich gereed maakt in de richting van Bartouche tegen de opstande lingen op te rukken. In Brazilië heeft de senatenr Saraïva, door den keizer hiermede belast, een nieuw kabinet gevormd. De heer Preycinet deelde in den kabinetsraad mede, dat de verzoening tusschen den Bey van Tunis en diens broeder zonder de tusschenkomst der Fransehe regeering tot stand is gekomen. De Pransche regeering heeft, op aandrang der speelgoedfabrikanten, die zich over de vreemde concurrentie beklaagden, de bepalingen opgeheven, volgens welke speelgoedartikelen uit lood, hout en porselein aan lagere invoerrechten onderworpen waren dan de overige galanteriewaren. De Pranscbe oud-minister Emile Ollivier tracht de aandacht weder op zich te vestigen, waarschijnlijk hopende op een candidatuur bij de aanstaande verkiezingen. Hij houdt voordrachten, schrijft aan Figarolaat zich interviewen en heeft thans een brief aan Gladstone geschreven, die door de bladen de ronde doet. De brief is onbe duidend en slecht geschreven, zoodat men eerst gedacht heeft aan een niet aardige grap en den brief voor onecht gehouden heeft. Ollivier is echter niet tegen den brief opgekomen; men moet dus wel gelooven, dat hij van hem is. Binnen kort wil Ollivier in een openlijke ver gadering spreken en het volk het bewijs leveren, hoe verstandig en met hoeveel overleg hij in 1870 de staatszaken in Frankrijk geleid heeft. Indien de Matin waarheid spreekt, heeft de wetenschap ten laatste een middel tegen de gevreesde cholera gevonden. Zij verscheen de vorige week in Alcira, een stad in de Spaansche provincie Valentia. Dr. Feman aldaar, die beweerde de anti-cholera vaccine ontdekt te hebben, entte een 2000 menschen met de nieuwe stof in. Tot hiertoe is nog niemand van de ingeënten aange tast, terwijl daarentegen twee studenten, die weigerden des dokters diensten aan te nemen, er aan zijn bezweken. Uit Calcutta telegrapheert men aan de Standard: De cholera is in Rangoen uitgebroken, dagelijks neemt het aantal dooden toe. Yan 2 tot 9 Mei. Vlissingen. GehuwdA. van de Visse, wed' 27 j. met M. de Ruiter, jd. 25 j. A. Dekker, jrn. 29 j. met J. Jakobse, jd. 26 j. D. K. Smit, jm. 24 j. met A. E. Struibman, jd. 23 j. A.Riemens, jm. 22 j. met C. A. P. van der Leije, jd. 25 j. A. Wisse, jm. 29 j. met C. Aarnoudse, jd. 35 j. K. J. de Koster, jm. 21 j.metA. W. E. de Graaf, jd. 21 j. Bevallen: J. P. Sorel, geb. Stecher, d. A. J.E. Burger, wede Yan Wijk, d. J. Koolwjjk, geb. Bakker, d. E. Meijers, geb. Rieff, z. M. M. Both, geb. Tromp, d. M. C. Broer, geb. Borrie, z. A. P. Goudriaan, geb. Reijnhout, z. C. Lems, geb. Wil- kens, d. M. Sohier, geb. Eggel, d. M. J. vanBeu- sekom, geb. Tuinman, d. A. Smit, geb. Pot, z. R. A. Felies, geb. Barbé, z. M. 0. Voet, geb. Douw, d. A. Van Rossum, geb. Van Arkel, z. H, Jonge- pier, geb. Jongepier, z. C. Stein, geb. Bekker, d. A. F. P. van Schaik, geb. Valentijn, d. M. Neu- gebauer, geb. Pjjpe, d. Overleden: E. Andrae, vrouw van C. Feringa, 33 j. W. Philipse wed' yan E. S. Schitekafte,67 j. D. Sporrjj, d. 3 in. Door den notaris J. A. de Wolff te Vlissingen is gisterenavond, in het openbaar, ten verkoop aangeboden een huis, schuurtje en bouwland, gelegen in die gemeente aan den vrjjdom weg sectie A n° 685, groot 5 aren 50 centiaren, laatst bewoond door Adriaan Maas. Dit is gekocht door W. Dekker voor 800. Ciioes. Vrijdagavond vergaderde de afd. Goes van de Vereeniging tot Christ, verzorging van krankzinnigen in Nederland, waarop door den heer M. de Jonge Jz. verslag werd uitgebracht van de algemeene vergadering, den 14en April jl. te Utrecht gehouden. In plaats van den heer A. Punt, die de ge meente verlaat, werd als bestuurslid gekozen de heer L. Meijler. {Londen. Er gaat een gerucht dat Ruslands. antwoord niet overeenstemt met het daarvan ge geven telegraphisch resumé, Rusland weigert bij tractaat zich te verbinden Herat nooit te bezetten. Rome. De kamer heeft met groote meer derheid een votum van vertrouwen in het ministerie uitgebracht. Het eenige wat Italië tot nu toe met zijn ge- heele koloniale politiek verkregen hgeft, is een algemeene dysenterie zijner troepen aan de Roode zee", schrijft de Romeinsche correspoudent aan de Köln. Zeit. Spreekt hij waarheid en wij moe ten het bijna gelooven dan is dat bitter weinig. Vooral weinig in vergelijking met de opgeschroefde X>m7/o-artikels van Januari, met de veel belovende, hoewel af en toe duister klin kende, woorden van den minister Mancini, die meermalen daarmede het ongeduld der oppositie in de kamer van afgevaardigden trachtte te stillen. Niet langer liet zij zich echter met schoone praatjes en halve beloften afschepen. De veran derde houding van Engeland in Soedan, het Engelsch-Russisch conflict, dat een groot deel van Europa met oorlog bedreigde, waarin ook Italië kon gesleept worden, verontrustte de minderheid in de kamerdaarom verlangde zij opheldering over de koloniale politiek van den leider der buitenlandsche zaken. Of de geschonken inlichtingen haar bevredigd hebben? Of zij er veel wijzer door geworden is? Antwoordende op de interpellaties van enkele leden der oppositie over zijn koloniale politiek verzekerde Mancini, dat het gouvernement de expeditie naar de Roode zee met een zeer be scheiden programma begonnen was, waardoor noch een politiek feit van groote beteekenis noch eenig financieel nadeel voor het land te vreezen was, terwijl het aan den tijd en de omstandigheden overgelaten was dit programma te doen rijpen. Met kracht verzette zich Mancini steeds tegen de beschuldiging een avontuurlijke politiek te volgen, maar kan men duidelijker zich voor een politiek van avonturen verklaren dan de Italiaan- sehe minister van buitenlandsche zaken het deed, toen hij verzekerde het geluk der expeditie in Afrika aan den tijd en omstandigheden over te laten Zeer begrijpelijk, dat de minder lichtzinnige mannen in Italië zich weinig ingenomen betoonen met dezen wieldraaier aan het staatkundig rad van avontuur, waar het hun geld en hun zonen betreft. Onder belofte van spoedige overlegging der noodige documenten, betrekking hebbende op zjjn koloniale politiek, verzekerde de minister nog, dat de expeditie naar den Congo, waartoe reeds alles gereed was, slechts opgegeven werd, omdat de minister van oorlog het daartoe bestemde schip behoefde tot een drijvend hospitaal voor Massouah. Onwillekeurig denken wij aan bovengenoemde correspondentie. Ten opzichte van Italië's betrekkingen tot En geland houdt Mancini de vroeger gegevene staande geenerlei verantwoordelijkheid nam de regeering op zich, tot geenerlei verplichtingen verbond de regeering zich, met uitzondering van de verplich tingen, die zij voor eenige jaren tegenover de centrale mogendheden aanvaardde en aan welke zij getrouw wilde blijven. Wat beteekent een dergelijke verzekering anders dan dat Italië een arme vogel aan den lijmstok is Zoo ver heeft deze regeering met haar afkeer voor een politiek van onzekerheid, met haar afschuw voor gevaarljjke avonturen het gebracht, dat het jonge koninkrijk daarbij, naar het schjjnt, een groot deel van haar vrijheid van handelen heeft prijs gegeven. Bij dit debat was als deelnemend toeschouwer tegenwoordig Jules Ferry, die in stilte beschou wingen maakte over de ontevredenen in een Italiaansche volksvertegenwoordiging, misschien wel een weinig Schadenfreude gevoelend over de aanvallen op zjjn vroegeren collega. Bij de voortzetting der discussies over een motie van wantrouwen, op verzoek van Mancini zelf op den volgenden dag bepaald, namen de zaken een gunstiger wending voor het ministerie, hoewel de meeste 'ministerieel gezinde redenaars meer het gouvernement dan Mancini persoonlijk verdedigden. Maar vrij mag het kabinet op een voldoende meerderheid in de kamer rekenenechter neemt de oppositie tegen Mancini meer en meer toe, zoodat hjj zich wel verplicht zal zien binnenkort zjjn ministerieele koffers te pakken. Eveneens dreigt er weer een onweder boven den regeeringshorizont in Engeland los te breken. In het lagerhuis kondigde lord Northcote aan, dat de oppositie voornemens is Maandag het aan gevraagde krediet in derde lezing te bestrijden Hierbi) zal zij een motie indienen, dat zij genegen is terwille van de veiligheid van het rijk het krediet toe te staan, maar dat zij haar stem weigert te geven, zoolang de regeering hetparlement in onwetendheid laat over het doel en de bestem ming dezer fondsen. Een eigenlijke motie van afkeuring tegen het ministerie is dit niet, maar de aanneming ervan zou toch het kabinet nopen af te treden, daar dit op onmiddellijke toestemming der gevorderde 11 millioen aandringt. In de uitingen der geheele pers in Engeland bljjft neerslachtigheid heerschen over den loop der zaken, zelfs de liberale bladen kunnen noode hun spijt en teleurstelling verhelen over de toe gevendheid der Britsche regeering. Geheel anders luidt de toon door de Russische nieuwsbladen aangeslagen. Blijde begroet men het besluit der beide regeeringen om op vredelievenden weg het geschil uit de wereld te maken men beschouwt dezen uitslag als een waren triomf voor de Rus sische diplomatie, waaraan uitbundige lof hierover wordt toegezwaaid. De Petersburgsche Vedomosti zegt o. a. Het Britsche gouvernement, overtuigd van de vruchtelooze poging om aan eisehen vast te houden, die niet op recht en billijkheid steunden, heeft plechtig yan haar onredelijke aanspraken afstand gedaan en, bukkend voor den strengen wil van Rusland, er in toegestemd het Russische programma voor de regeling der Engelsch-Russi- sche geschillen in Afghanistan aan te nemen. Voor Rusland was het genoeg slechts de schaduw eener concessie te doen, of Engeland greep deze gelegenheid met beide handen aan om uit een gevaarlijke positie te geraken. Wel is waar willen de Engelsche ministrieele pers en de aanhangers der regeering in het parlement het doen voorkomen, alsof van Rusland het initiatief tot een schikking is uitgegaan. De Britsche ministers trachten de publieke opi nie wijs te maken, dat Rusland den eersten stap tot den vrede deed, en dat alleen Engelands welwillendheid een schikking mogelijk maakte. Maar het verlangen om met slaande trom en vliegende vaandels uit te rukken is natuurljjk en in dit geval te meer vergeefljjk :.u de over wonnene zelfs zijn misslag erkentWjj kunnen deze pogingen van Engeland om zijn nederlaag te bedekken met des te meer kalmte opnemen, sedert de werkelijkheid te duidelijk spreekt om eenigen twijfel aangaande de motieven der overeenkomst over te laten." Men ziet heteen der bladen van het boek, dat Gladstone niet wilde sluiten, is gekeerd. In Engeland zit men bedrukt ter neer na de koorts achtige opgewondenheid en opgeschroefdheid der laatste weken, in Rusland ruimden bedaardheid en voorzichtigheid haar plaats in voor nederbuigend medeljjden met een zwakken maar in zijn zwakheid verstandigen tegenstander. Aangenaam voelen wij ons gestemd, wanneer wij een beminnelijke matrone, in 't midden harer kleinkinderen gezeten, hooren vertellen van de indrukken en herinneringen, van het leed en de vreugde harer jeugd. Deze innig weldoende stemming evenaardt de gewaarwordingen, welke onze ziel bij het doorwandelen eener zeer oude stad vervullen. De moderne steden, alle in dezelfde uniformen gestoken, met haar breede geregelde straten, haar_ nieuwe gebouwen in oud-Duitschen stijl, in renaissance stijl, in Bijzantijnschen stijl of in 't geheel geen stijl, laten ons volkomen koud; geen enkele heeft iets individueels, iets karakte ristieks. Bij een bezoek aan een oude stad heeft bijna elke woning iets te vertellen wij gevoelen er ons thuis als bij een oud wijs vriend. Zoo althans ging het mij in Praag, een der oudste steden uit Europa, waar volgens het spreekwoord iedere Bteen historisch is. Het geheele bestaan dezer stad is een lijdensgeschiedenis van innerlijke onlusten, bloedige terechtstellingenbombarde menten, vijandelijke invallen, drukkende krijgs lasten en van geloofsvervolgingen, waaraan Joden, Hussiten, Protestanten en monniken, ieder op hun beurt, blootstonden. „En toch wie zal zeggen," zoo vragen we als onze grootste romancière, »dat daar meer schuldigen zijn geweest onder wie ge leden hebben, dan elders?" De stichting van Praag behoort tot zoo grijze tijden, dat de eigenlijke beteekenis van het woord verloren is gegaan. Een oud kroniekschrijver leidt het woord Prag af van prakdorpel, anderen meenen, dat het ontstaan is uit bet oudslavische prag, parog d. i. waterval, derden vinden ver wantschap met het woord praziti woudbrand of uitroeiing. Even verward en duister als deze uitleggingen zijn de eerste geschiedkundige overleverin gen eerst onder Karei IV, tot dank voor zijn pogingen: Vader des Vaderlands geheeten, begon Praag in roem en glans de voornaamste steden van Duitschland te overtreffen. Deze vorst riep voortreffelijke kunstenaars, bouwmeesters en schilders naar de hoofdstad van Boheme, stichtte in 1348 de universiteit, de eerste in Duitschland, breidde de grenzen van de stad uit en legde den grondsteen tot de Nieuwe Stad. Reeds onder zjjn opvolger begon deze pracht en heerljjkheid door nationale en godsdienstige twisten te tanen en van nu af bljjft Praag het tooneel van groote historische gebeurtenissen, die altijd weer opnieuw den bloei en de opkomst der stad belemmerden. Slechts sedert weinige jaren, nadat hier in 1866 tusschen Pruisen en Oostenrijk de vrede gesloten werd, is een rustiger tijd aangebroken. Stedelijk bestuur en particulieren wedijveren met elkaar om de stad tot een der schoonste van Europa te maken. In het nieuwe gedeelte verrjjst het eene prachtige gebouw na het andere, worden nieuwe bruggén gelegd, openbare wandelplaatsen geopend, schoone monumenten opgericht; voeg daarbij de overheerljjke ligging aan de beide oevers der Moldan, de oude merkwaardige gedeelten, waar onder het Hradschin en de eigenlijke Jozefstad met de Jodenbuurt in de eerste plaats, dan zjj men overtuigd, dat zulk een stad tot een bezoek uitlokt. In het centrum der oude stad, die zich door een zeer levendig verkeer, nauwe straten en stegen en ouderwetsche hooge huizen onderscheidt, be vindt zich de Groote Ring, de plaats, waaraan zich de herinneringen aan de meest bekende historische feiten uit de geschiedenis van Praag knoopen, teven de plek der bloedigste tooneelen. Voor het raadhuis werden hier in 1620, na den slag bij den Witten Berg, zeven en twintig edel lieden, aanvoerders van de protestantsche partjj, ter dood gebracht. Weinige jaren later bad men een herhaling van dit afgrjjselijk tooneel, toen Wallenstein hier elf officieren, die zich in den slag bij Lützen lafhartig hadden gedragen, deed terechtstellen. Het zjjn echter niet enkel duistere beelden, welke verrijzen, als we op den Grooten Ring staan en ons te midden dezer woelige, joelige, koopende en verkoopende menigte een oogenblik aan eigen gedachten overgeven. Groote feestelijkheden, toer nooien vonden hier tevens plaats; dappere ridders in schitterend harnas, dingende naar de gunst der schoonste edelvrouwen, lieten hun briesende rossen dartel zwenken, waar nu de eenvoudige burger zjjn handelsbelangen berekent en de oude magere paarden der huurkoetsiers knikkebollend wachten tot de onzachte aanraking der zweep hen tot een sukkeldrafje aanzet. Scherpe tegenstelling 1 De uiterlijke glans is minder geworden, de rid- derljjke moed heeft plaats gemaakt voor onver- zadelijke zueht naar materiëel voordeel, maar met dit alles behoort het ruwe geweld des adels en de almachtige heerschappjj eener kerk, waarvoor allen ootmoedig bukten, tot het veriedene. Edelman en priester staan niet langer boven maar naast den burger, en het voortschrijden der beschaving is een waarborg tegen terechtstellingen in massa, nog alleen maar mogelijk in Rusland, dat hechte bolwerk tegen moderne beschaving. Den zjjmuur van 't raadhuis siert een kunstig

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 2