iülTEMUffD.
Laatste Berichten.
Kerknieuws.
Rechtszaken.
Gemengde Berichten.
Burgerlijke stand.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Algemeen Overzicht.
Herinneringen aan Praag.
ons op Atjeh ooit zooveel geholpen, als beschieting
van uit zee. En nu is bet gevolg ook goweest,
dat de afwezige hoeloebalang van die streek, waar
het bendehoofd zich genesteld had, terstond is
toegesneld, bij Tengkoe di Tiroe geprotesteerd
en bij ons bestuur gevraagd heeft, het eens te
worden over staking van dit schieten.
Een ander vermeldingswaardig feit uit het
Atjehverslag in de Jav. Ct. van gisteren is dat
door tusschenkomst van Toekoe Baïd de vroegere
candidaat-Sultan, Toeko Moeda Daoed, zijn op
wachting bij den gouverneur gemaakt heeft.
Waarop dit alles uit zal loopen mettertijd, wat
bjj al die hoofden, die zich in de tegenwoordige
omstandigheden schikken, de hoop voor de latere
toekomst is, die zij natuurlijk nog moeten blijven
koesteren, is ons niet duidelijk, evenmin als wat
in de toekomst onze regeering hoopt. Onder
den vorigen gouverneur van Atjeh was dit duide
lijker, en streefde het AtjehsCh bestuur naar een
wederoprichting van het sultanaat onder onze
suzereiniteit, doch dit heeft de regeering niet ge
wild. Daar de aanrakingen met den toenmaligen
candidaat-sultan echter weer aangeknoopt worden,
zal het einddoel toch wel moeten zijn het herstel
of de oprichting van een centraal Atjehsch gezag,
onder ons opperbestuur, zij het dan ook niet met
sultansnaam en titel.
Door den min. van justitie is toegekend de
rang van brigadier maj. tit. aan den rijks veld-
wachter 2e kl. (brigadier) C. Verpootte te Tholen.
Te Biezelinge is beroepen de heer W. van der
Beke Callenfels, candidaat te Vlissingen.
Gelijk wij gisteren onder laatste herichtex meld
den stonden twee mannen uit Noordwelle
voor het gerechtshof, kamer van crim. zaken,
te 's Hage, terecht. De een, I H., herbergier,
wegens het verduisteren van goederen aan zijn
faillieten boedel toebehoorende, de andere, de rijks
veldwachter A. Z., wegens het hergen van een
gedeelte van het verduisterde.
Aan het Dagblad ontleenen wij daaromtrent
het volgende
De eerste bekende schuld, maar de laatste gaf
voor, dat hij de bjj hem geborgen voorwerpen
voor de crediteuren bewaard had en voornemens
was geweest die aan den curator ter hand te
stellen, waartoe hij volgens zijn bewering, toen
ze bij hem werden opgeëischt, nog niet in de
gelegenheid was geweest.
Adv.-gen. jhr. mr. De Savornin Lohtuan achtte
evenwel de schuldplichtigheid van beiden bewezen
en requireerde voor elk éen jaar celstraf.
Mr. Van Bel, verdediger van den eersten besch.,
meende dat hij zich, na de volledige bekentenis
van zijn cliënt en de volkomen bevestiging daarvan,
door de verklaringen der getuigen geleverd, ertoe
kon bepalen, op eenige verzachtende omstandig
heden te wijzen en besch. in 's hofs clementie
aan te bevelen.
Mr. Jac. van Gigch, verdediger van den tweeden
besch., deed vooral uitkomen, dat het bij de
beoordeeling van het feit van medeplichtigOeid,
en niet 't minst in casuwaar 't medepligtichheid
aan bedriegeljjke bankbreuk betrof, van 't hoogste
belang was om te onderzoeken of bij den besch.
kwade trouw en motief hadden bestaan.
Een nauwkeurig onderzoek naar den persoon
des besch. en diens verleden was daartoe z.i. absoluut
noodzakelijk, en nu hadden 33 van de notabelste
ingezetenen van Noordwelle, met burg. en weth.
aan 't hoofd, verklaard, dat zij den tweeden besch.
sedert 8 jaren als een eerlijk, braaf, trouw en
oppassend man hadden leeren kennen, wien zij
niet in staat konden en mochten achten om het
hem ten laste gelegde teit, nl. van 't bergen van
de verduisterde goederen, te kwader trouw te
hebben gepleegd,
Deze laatste clausule vond pl. tegenover het
hof wel wat voorbarig en minder gepast, maar
overigens meende pl. dat de verklaring alleszins
eervol mocht heeten. En nu het motief, waar was
dit te vinden? Pl. had er te vergeefs naar ge
zocht. De daad was dus wel hoogst laakbaar,
maar strafbaar achtte pl. haar niet. De zwager
van den 1" besch., die hetzelfde feit had gepleegd,
was dan ook niet vervolgd. Waarom de 2e
besch. wel Omdat hjj veldwachter was 't Was
haast niet aan te nemen, dat men bij een veld
wachter van een plaatsje als Noordwelle zooveel
rechtskennis zou veronderstellen, dat hij geacht
zou kunnen worden, meer dan een particulier
inwoner dier plaats, met den loop van een fail
lissement bekend te zijn.
Volgens pl. bleek uit alles, dat zijn cliënt er
door goedhartigheid en onkunde was ingeloopen
en hij hoopte dan ook, dat het hof daarmede
rekening zou houden.
Na re- en dupliek werd de uitspraak bepaald
op Vrjjdag over acht dagen.
Naar wij vernemen worden van deskundige
zijde onderzoekingen gedaan naar de plaats, waar
de bliksem eergisterenavond hier insloeg. Het
wordt als uitgemaakt beschouwd dat de toren het
getroffen punt geweest is. Men hoopt door een
voortgezet onderzoek aan het licht te kunnen
brengen, waardoor de uitwisseling der electriciteit
op verschillende punten heeft plaats gehad,
Uit Hoofdplaat schrijft men ons:
Van de 18 sterkendrank-gelegenheden in het
klein te Hoofdplaat, waren er vóór Mei 11 met
gecombineerde bedrijven: van de eerste 13, van
de laatste 7 binnen de kom der gemeente. Na
30 April werd de kleinhandel in sterken drank
buiten de kom in éen gecombineerd bedrijf gestaakt;
binnen de kom werd in éene zoodanige nering
die handel voortgezet onder de voorwaarden van
art. 26 der wetterwijl bij de 6 andere de gemeen
schap binnenshuis ophield. De geneesmiddelen
van Lullus zullen derhalve nog voldoende te ver
krijgen blijven.
Richt de drankduivel hier in het openbaar
intusschen niet veel kwaad uit, een andere kwel
duivel laat in den oosthoek der gemeente de
heillooze sporen na van een periodiek bezoek die
zwarte hand hing ten vorigen jare op een hofstede
een brandbrief, en koelde thans opnieuw haar
lusten door de toppen van tal van jonge
boomen aan den Qlmendijk te knakken.
Zoo hier geen gewone kwaadwilligheid in het
spel is, schijnt men te doen te hebben met
'»Een man in de boosheid, een kind in 't verstand,
De schelm is een ezel, en valt in de schand."
Het is te hopen, dat het der politie gelukke
moge den laffen bedrijver daarvan eenmaal in
handen te krijgen, temeer omdat door sommigen
uit die wandaden munt geslagen wordt ter bereiking
van bjjzondere doeleinden.
't Spreekwoord zegt: Een ouder kan beter
zeven kinderen, dan zeven kindereu een ouder
onderhouden. De juistheid van dat woord blijkt
uit 't volgend bericht
Een 86jarige weduwe te Asperen, die een
zeventigtal afstammelingen heeft, heeft zich dezer
dagen bij een landbouwer nog als werkmeid ver
huurd.
Te Schiedam is een zes en een halfjarig
knaapje in een spoelingbak gevallen en levenloos
opgehaald.
Op Deli heeft men petroleumbronnen ont
dekt. Volgens deskundigen behoeft aan de mo
gelijkheid eener geregelde exploitatie niet getwijfeld
te worden. Op eene boordiepte van nog geen 30
M. verkreeg men per uur ruim 360 gallons petro
leum. De groote bronnen schijnt men thans
gevonden te hebben en met een krachtigen straal
spoot de olie tot ruim 2 meter boven den grond.
De brief door Louise Michel aan den redac
teur van de Bataiüe gericht, luidt alzoo
Ik dank u. Gij schijnt ingezien te hebban, dat
ik niet zonder schande een gratie aannemen', kan,
waarop ik niet meer recht heb dan de anderen.
Alles of niets. Ik wil niet, dat men mij het
lijk mijner moeder betaalt. Betuig ook mijn
dank aan de vrienden, die mij te juister tijd
gewaarschuwd hebben. Ik neem de volle verant
woordelijkheid voor deze weigering op mij, en
wanneer onze vrienden nadenken, dan moeten zij
inzien, dat, waar men niets meer voor mij doen
kan, men er geen schimp aan mag toevoegen.
Onze vijanden hebben het ingezien. Ik druk u
de hand. Louise Michel.
P.S. Wanneer men naar mij geluisterd had,
was ik dadelijk naar Rusland ot Duitschland
vertrokken. Daar doodt men de revolutionairen
maar hoont ze niet. Dat men mij met rust late.
L. M.
Volgens een bericht uit Weenen aan den
Standard zou Rusland voorstellen aan China het
eiland Quelpaert af te staan, mits dit Port-Hamilton
sloopte
Het gevecht, dat Zondag 11. tusschen de
Kanadeesche troepen onder kolonel Otter en 600
Indianen onder het hoofd Poundmaker bij Battle-
ford plaats had, duurde niet minder dan 7 uur.
De Kadaneesche soldaten legden een afstand van
70 mijlen in drie en twintig uren af.
De Indianen, die van zeer slechte wapenen
waren voorzien, zeggen, dat deze gevechten het
voorspel zijn van een langen en bloedigen oorlog
tusschen hen en de blanken.
De telegraphische verbinding met generaal
Middleton is hersteld.
Het stoomschip Northcote is met versterkingen
aangekomen, zoodat de generaal zich gereed maakt
in de richting van Bartouche tegen de opstande
lingen op te rukken.
In Brazilië heeft de senatenr Saraïva, door
den keizer hiermede belast, een nieuw kabinet
gevormd.
De heer Preycinet deelde in den kabinetsraad
mede, dat de verzoening tusschen den Bey van
Tunis en diens broeder zonder de tusschenkomst
der Fransehe regeering tot stand is gekomen.
De Pransche regeering heeft, op aandrang
der speelgoedfabrikanten, die zich over de vreemde
concurrentie beklaagden, de bepalingen opgeheven,
volgens welke speelgoedartikelen uit lood, hout
en porselein aan lagere invoerrechten onderworpen
waren dan de overige galanteriewaren.
De Pranscbe oud-minister Emile Ollivier
tracht de aandacht weder op zich te vestigen,
waarschijnlijk hopende op een candidatuur bij de
aanstaande verkiezingen. Hij houdt voordrachten,
schrijft aan Figarolaat zich interviewen en heeft
thans een brief aan Gladstone geschreven, die
door de bladen de ronde doet. De brief is onbe
duidend en slecht geschreven, zoodat men eerst
gedacht heeft aan een niet aardige grap en den
brief voor onecht gehouden heeft. Ollivier is
echter niet tegen den brief opgekomen; men moet
dus wel gelooven, dat hij van hem is.
Binnen kort wil Ollivier in een openlijke ver
gadering spreken en het volk het bewijs leveren,
hoe verstandig en met hoeveel overleg hij in 1870
de staatszaken in Frankrijk geleid heeft.
Indien de Matin waarheid spreekt, heeft de
wetenschap ten laatste een middel tegen de
gevreesde cholera gevonden. Zij verscheen de
vorige week in Alcira, een stad in de Spaansche
provincie Valentia. Dr. Feman aldaar, die beweerde
de anti-cholera vaccine ontdekt te hebben, entte
een 2000 menschen met de nieuwe stof in. Tot
hiertoe is nog niemand van de ingeënten aange
tast, terwijl daarentegen twee studenten, die
weigerden des dokters diensten aan te nemen, er
aan zijn bezweken.
Uit Calcutta telegrapheert men aan de
Standard: De cholera is in Rangoen uitgebroken,
dagelijks neemt het aantal dooden toe.
Yan 2 tot 9 Mei.
Vlissingen. GehuwdA. van de Visse, wed'
27 j. met M. de Ruiter, jd. 25 j. A. Dekker, jrn.
29 j. met J. Jakobse, jd. 26 j. D. K. Smit, jm.
24 j. met A. E. Struibman, jd. 23 j. A.Riemens,
jm. 22 j. met C. A. P. van der Leije, jd. 25 j.
A. Wisse, jm. 29 j. met C. Aarnoudse, jd. 35 j. K. J.
de Koster, jm. 21 j.metA. W. E. de Graaf, jd. 21 j.
Bevallen: J. P. Sorel, geb. Stecher, d. A. J.E.
Burger, wede Yan Wijk, d. J. Koolwjjk, geb.
Bakker, d. E. Meijers, geb. Rieff, z. M. M. Both,
geb. Tromp, d. M. C. Broer, geb. Borrie, z. A. P.
Goudriaan, geb. Reijnhout, z. C. Lems, geb. Wil-
kens, d. M. Sohier, geb. Eggel, d. M. J. vanBeu-
sekom, geb. Tuinman, d. A. Smit, geb. Pot, z.
R. A. Felies, geb. Barbé, z. M. 0. Voet, geb. Douw,
d. A. Van Rossum, geb. Van Arkel, z. H, Jonge-
pier, geb. Jongepier, z. C. Stein, geb. Bekker, d.
A. F. P. van Schaik, geb. Valentijn, d. M. Neu-
gebauer, geb. Pjjpe, d.
Overleden: E. Andrae, vrouw van C. Feringa,
33 j. W. Philipse wed' yan E. S. Schitekafte,67
j. D. Sporrjj, d. 3 in.
Door den notaris J. A. de Wolff te Vlissingen
is gisterenavond, in het openbaar, ten verkoop
aangeboden een huis, schuurtje en bouwland,
gelegen in die gemeente aan den vrjjdom weg
sectie A n° 685, groot 5 aren 50 centiaren, laatst
bewoond door Adriaan Maas. Dit is gekocht door
W. Dekker voor 800.
Ciioes. Vrijdagavond vergaderde de afd.
Goes van de Vereeniging tot Christ, verzorging van
krankzinnigen in Nederland, waarop door den heer
M. de Jonge Jz. verslag werd uitgebracht van de
algemeene vergadering, den 14en April jl. te
Utrecht gehouden.
In plaats van den heer A. Punt, die de ge
meente verlaat, werd als bestuurslid gekozen de
heer L. Meijler.
{Londen. Er gaat een gerucht dat Ruslands.
antwoord niet overeenstemt met het daarvan ge
geven telegraphisch resumé, Rusland weigert bij
tractaat zich te verbinden Herat nooit te bezetten.
Rome. De kamer heeft met groote meer
derheid een votum van vertrouwen in het ministerie
uitgebracht.
Het eenige wat Italië tot nu toe met zijn ge-
heele koloniale politiek verkregen hgeft, is een
algemeene dysenterie zijner troepen aan de Roode
zee", schrijft de Romeinsche correspoudent aan de
Köln. Zeit. Spreekt hij waarheid en wij moe
ten het bijna gelooven dan is dat bitter
weinig. Vooral weinig in vergelijking met de
opgeschroefde X>m7/o-artikels van Januari, met
de veel belovende, hoewel af en toe duister klin
kende, woorden van den minister Mancini, die
meermalen daarmede het ongeduld der oppositie
in de kamer van afgevaardigden trachtte te stillen.
Niet langer liet zij zich echter met schoone
praatjes en halve beloften afschepen. De veran
derde houding van Engeland in Soedan, het
Engelsch-Russisch conflict, dat een groot deel van
Europa met oorlog bedreigde, waarin ook Italië
kon gesleept worden, verontrustte de minderheid
in de kamerdaarom verlangde zij opheldering
over de koloniale politiek van den leider der
buitenlandsche zaken.
Of de geschonken inlichtingen haar bevredigd
hebben? Of zij er veel wijzer door geworden is?
Antwoordende op de interpellaties van enkele
leden der oppositie over zijn koloniale politiek
verzekerde Mancini, dat het gouvernement de
expeditie naar de Roode zee met een zeer be
scheiden programma begonnen was, waardoor noch
een politiek feit van groote beteekenis noch eenig
financieel nadeel voor het land te vreezen was,
terwijl het aan den tijd en de omstandigheden
overgelaten was dit programma te doen rijpen.
Met kracht verzette zich Mancini steeds tegen
de beschuldiging een avontuurlijke politiek te
volgen, maar kan men duidelijker zich voor een
politiek van avonturen verklaren dan de Italiaan-
sehe minister van buitenlandsche zaken het deed,
toen hij verzekerde het geluk der expeditie in
Afrika aan den tijd en omstandigheden over te
laten Zeer begrijpelijk, dat de minder lichtzinnige
mannen in Italië zich weinig ingenomen betoonen
met dezen wieldraaier aan het staatkundig rad
van avontuur, waar het hun geld en hun zonen
betreft.
Onder belofte van spoedige overlegging der
noodige documenten, betrekking hebbende op zjjn
koloniale politiek, verzekerde de minister nog, dat
de expeditie naar den Congo, waartoe reeds alles
gereed was, slechts opgegeven werd, omdat de
minister van oorlog het daartoe bestemde schip
behoefde tot een drijvend hospitaal voor Massouah.
Onwillekeurig denken wij aan bovengenoemde
correspondentie.
Ten opzichte van Italië's betrekkingen tot En
geland houdt Mancini de vroeger gegevene staande
geenerlei verantwoordelijkheid nam de regeering
op zich, tot geenerlei verplichtingen verbond de
regeering zich, met uitzondering van de verplich
tingen, die zij voor eenige jaren tegenover de
centrale mogendheden aanvaardde en aan welke
zij getrouw wilde blijven.
Wat beteekent een dergelijke verzekering anders
dan dat Italië een arme vogel aan den lijmstok
is Zoo ver heeft deze regeering met haar afkeer
voor een politiek van onzekerheid, met haar
afschuw voor gevaarljjke avonturen het gebracht,
dat het jonge koninkrijk daarbij, naar het schjjnt,
een groot deel van haar vrijheid van handelen
heeft prijs gegeven.
Bij dit debat was als deelnemend toeschouwer
tegenwoordig Jules Ferry, die in stilte beschou
wingen maakte over de ontevredenen in een
Italiaansche volksvertegenwoordiging, misschien
wel een weinig Schadenfreude gevoelend over de
aanvallen op zjjn vroegeren collega.
Bij de voortzetting der discussies over een motie
van wantrouwen, op verzoek van Mancini zelf op
den volgenden dag bepaald, namen de zaken een
gunstiger wending voor het ministerie, hoewel de
meeste 'ministerieel gezinde redenaars meer het
gouvernement dan Mancini persoonlijk verdedigden.
Maar vrij mag het kabinet op een voldoende
meerderheid in de kamer rekenenechter neemt
de oppositie tegen Mancini meer en meer toe,
zoodat hjj zich wel verplicht zal zien binnenkort
zjjn ministerieele koffers te pakken.
Eveneens dreigt er weer een onweder boven
den regeeringshorizont in Engeland los te breken.
In het lagerhuis kondigde lord Northcote aan,
dat de oppositie voornemens is Maandag het aan
gevraagde krediet in derde lezing te bestrijden
Hierbi) zal zij een motie indienen, dat zij genegen
is terwille van de veiligheid van het rijk het
krediet toe te staan, maar dat zij haar stem
weigert te geven, zoolang de regeering hetparlement
in onwetendheid laat over het doel en de bestem
ming dezer fondsen. Een eigenlijke motie van
afkeuring tegen het ministerie is dit niet, maar de
aanneming ervan zou toch het kabinet nopen af
te treden, daar dit op onmiddellijke toestemming
der gevorderde 11 millioen aandringt.
In de uitingen der geheele pers in Engeland
bljjft neerslachtigheid heerschen over den loop
der zaken, zelfs de liberale bladen kunnen noode
hun spijt en teleurstelling verhelen over de toe
gevendheid der Britsche regeering. Geheel anders
luidt de toon door de Russische nieuwsbladen
aangeslagen. Blijde begroet men het besluit der
beide regeeringen om op vredelievenden weg het
geschil uit de wereld te maken men beschouwt
dezen uitslag als een waren triomf voor de Rus
sische diplomatie, waaraan uitbundige lof hierover
wordt toegezwaaid. De Petersburgsche Vedomosti
zegt o. a. Het Britsche gouvernement, overtuigd
van de vruchtelooze poging om aan eisehen vast
te houden, die niet op recht en billijkheid steunden,
heeft plechtig yan haar onredelijke aanspraken
afstand gedaan en, bukkend voor den strengen
wil van Rusland, er in toegestemd het Russische
programma voor de regeling der Engelsch-Russi-
sche geschillen in Afghanistan aan te nemen.
Voor Rusland was het genoeg slechts de schaduw
eener concessie te doen, of Engeland greep deze
gelegenheid met beide handen aan om uit een
gevaarlijke positie te geraken. Wel is waar
willen de Engelsche ministrieele pers en de
aanhangers der regeering in het parlement
het doen voorkomen, alsof van Rusland het
initiatief tot een schikking is uitgegaan. De
Britsche ministers trachten de publieke opi
nie wijs te maken, dat Rusland den eersten
stap tot den vrede deed, en dat alleen Engelands
welwillendheid een schikking mogelijk maakte.
Maar het verlangen om met slaande trom en
vliegende vaandels uit te rukken is natuurljjk
en in dit geval te meer vergeefljjk :.u de over
wonnene zelfs zijn misslag erkentWjj
kunnen deze pogingen van Engeland om zijn
nederlaag te bedekken met des te meer kalmte
opnemen, sedert de werkelijkheid te duidelijk
spreekt om eenigen twijfel aangaande de motieven
der overeenkomst over te laten."
Men ziet heteen der bladen van het boek,
dat Gladstone niet wilde sluiten, is gekeerd. In
Engeland zit men bedrukt ter neer na de koorts
achtige opgewondenheid en opgeschroefdheid der
laatste weken, in Rusland ruimden bedaardheid en
voorzichtigheid haar plaats in voor nederbuigend
medeljjden met een zwakken maar in zijn zwakheid
verstandigen tegenstander.
Aangenaam voelen wij ons gestemd, wanneer
wij een beminnelijke matrone, in 't midden harer
kleinkinderen gezeten, hooren vertellen van de
indrukken en herinneringen, van het leed en de
vreugde harer jeugd. Deze innig weldoende
stemming evenaardt de gewaarwordingen, welke
onze ziel bij het doorwandelen eener zeer oude
stad vervullen. De moderne steden, alle in dezelfde
uniformen gestoken, met haar breede geregelde
straten, haar_ nieuwe gebouwen in oud-Duitschen
stijl, in renaissance stijl, in Bijzantijnschen stijl of
in 't geheel geen stijl, laten ons volkomen koud;
geen enkele heeft iets individueels, iets karakte
ristieks. Bij een bezoek aan een oude stad heeft
bijna elke woning iets te vertellen wij gevoelen
er ons thuis als bij een oud wijs vriend. Zoo
althans ging het mij in Praag, een der oudste
steden uit Europa, waar volgens het spreekwoord
iedere Bteen historisch is. Het geheele bestaan
dezer stad is een lijdensgeschiedenis van innerlijke
onlusten, bloedige terechtstellingenbombarde
menten, vijandelijke invallen, drukkende krijgs
lasten en van geloofsvervolgingen, waaraan Joden,
Hussiten, Protestanten en monniken, ieder op hun
beurt, blootstonden. „En toch wie zal zeggen,"
zoo vragen we als onze grootste romancière, »dat
daar meer schuldigen zijn geweest onder wie ge
leden hebben, dan elders?"
De stichting van Praag behoort tot zoo grijze
tijden, dat de eigenlijke beteekenis van het woord
verloren is gegaan. Een oud kroniekschrijver
leidt het woord Prag af van prakdorpel, anderen
meenen, dat het ontstaan is uit bet oudslavische
prag, parog d. i. waterval, derden vinden ver
wantschap met het woord praziti woudbrand
of uitroeiing.
Even verward en duister als deze uitleggingen
zijn de eerste geschiedkundige overleverin
gen eerst onder Karei IV, tot dank voor
zijn pogingen: Vader des Vaderlands geheeten,
begon Praag in roem en glans de voornaamste
steden van Duitschland te overtreffen. Deze vorst
riep voortreffelijke kunstenaars, bouwmeesters en
schilders naar de hoofdstad van Boheme, stichtte
in 1348 de universiteit, de eerste in Duitschland,
breidde de grenzen van de stad uit en legde den
grondsteen tot de Nieuwe Stad. Reeds onder zjjn
opvolger begon deze pracht en heerljjkheid door
nationale en godsdienstige twisten te tanen en
van nu af bljjft Praag het tooneel van groote
historische gebeurtenissen, die altijd weer opnieuw
den bloei en de opkomst der stad belemmerden.
Slechts sedert weinige jaren, nadat hier in 1866
tusschen Pruisen en Oostenrijk de vrede gesloten
werd, is een rustiger tijd aangebroken.
Stedelijk bestuur en particulieren wedijveren met
elkaar om de stad tot een der schoonste van Europa
te maken. In het nieuwe gedeelte verrjjst het eene
prachtige gebouw na het andere, worden nieuwe
bruggén gelegd, openbare wandelplaatsen geopend,
schoone monumenten opgericht; voeg daarbij de
overheerljjke ligging aan de beide oevers der
Moldan, de oude merkwaardige gedeelten, waar
onder het Hradschin en de eigenlijke Jozefstad met
de Jodenbuurt in de eerste plaats, dan zjj men
overtuigd, dat zulk een stad tot een bezoek uitlokt.
In het centrum der oude stad, die zich door een
zeer levendig verkeer, nauwe straten en stegen
en ouderwetsche hooge huizen onderscheidt, be
vindt zich de Groote Ring, de plaats, waaraan
zich de herinneringen aan de meest bekende
historische feiten uit de geschiedenis van Praag
knoopen, teven de plek der bloedigste tooneelen.
Voor het raadhuis werden hier in 1620, na den
slag bij den Witten Berg, zeven en twintig edel
lieden, aanvoerders van de protestantsche partjj,
ter dood gebracht. Weinige jaren later bad men
een herhaling van dit afgrjjselijk tooneel, toen
Wallenstein hier elf officieren, die zich in den
slag bij Lützen lafhartig hadden gedragen,
deed terechtstellen.
Het zjjn echter niet enkel duistere beelden, welke
verrijzen, als we op den Grooten Ring staan en
ons te midden dezer woelige, joelige, koopende en
verkoopende menigte een oogenblik aan eigen
gedachten overgeven. Groote feestelijkheden, toer
nooien vonden hier tevens plaats; dappere ridders
in schitterend harnas, dingende naar de gunst
der schoonste edelvrouwen, lieten hun briesende
rossen dartel zwenken, waar nu de eenvoudige
burger zjjn handelsbelangen berekent en de oude
magere paarden der huurkoetsiers knikkebollend
wachten tot de onzachte aanraking der zweep hen
tot een sukkeldrafje aanzet. Scherpe tegenstelling 1
De uiterlijke glans is minder geworden, de rid-
derljjke moed heeft plaats gemaakt voor onver-
zadelijke zueht naar materiëel voordeel, maar met
dit alles behoort het ruwe geweld des adels en
de almachtige heerschappjj eener kerk, waarvoor
allen ootmoedig bukten, tot het veriedene. Edelman
en priester staan niet langer boven maar naast
den burger, en het voortschrijden der beschaving
is een waarborg tegen terechtstellingen in massa,
nog alleen maar mogelijk in Rusland, dat hechte
bolwerk tegen moderne beschaving.
Den zjjmuur van 't raadhuis siert een kunstig