N° 103.
128e Jaargang»
1885.
Zaterdag
2 Mei.
Eene afseheids-voorstelling.
SCHUTTERIJ.
Middelburg 1 Mei.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per 3/m. franco f 3,50:
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiën* 20 Cent per regel:
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels i,$0
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
xisrsoKjRiJ'vxjsro-
Geldleeningen der gemeente Middelburg.
MIDDELBURGSCHE COURANT.
Agenten zijn te Vlissingen: P. G. De Veij Mbstdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peul, te Zierikzee: A. C. De Mooij,te Tholen: W. A. Van Niküwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz,
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daobe en Cie., John F. Jones opvolger.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gelet op art. 6 van Z. M. besluit van 21 Maart
1828 (Staatsblad n° 6)
maken bekend
dat ter voldoening aan art. 6 der wet van den
11 April 1827, ten opzichte van de schutterij, van
den 15 Mei aanstaande tot den 31 daaraanvolgende,
dagelijks, (uitgezonderd zon- en feestdagen), van
des morgens 10 tot des namiddags 2 uren, ter
gemeente-secretarie zal gereed liggen het register
van inschrjjving, welk register op den 1 Juni
daaraanvolgende moet worden gesloten
weshalve alle ingezetenen dezer gemeente, zonder
onderscheid, gehuwd of ongehuwd, welke op den
lcn Januari dezes jaars bun 25e jaar zijn ingetreden
en hun 34e jaar nog niet hebben volbracht, (hoe-
danigen zjjn alle mannelijke ingezetenen, geboren
in het jaar 1860), worden opgeroepen en aange
maand om zich op voorschreven plaats en uur,
vóór den leo Juni a., ter inschrijving in het register
aan te melden, terwijl ter voorkoming van alle
misvatting, welke zoude kunnen ontstaan met
betrekking tot de verplichtingen, die bij voornoemde
wet op de schutterijen worden voorgeschreven,
aan belanghebbende ingezetenen dezer gemeente
wordt onder het oog gebracht:
a. dat, behalve zij, die op den 1 Januari van
dit jaar hun 25e jaar zijn ingetreden, zich mede
ter inschrijving voor de schutterjj moeten aange
ven die personen, welke hun 34e jaar niet vol
eindigd hebbende, ofschoon in andere gemeenfen
ingeschreven, sedert de laatste inschrijving in de
gemeente zjjn komen inwonen, alsmede de vreem
delingen, die sedert de laatste inschrijving in de
termen zjjn gevallen om, op grond van art. 2
der wet van den 11 April 1827, als ingezetenen
te worden beschouwd, met welke geljjk staan de
uit den dienst ontslagen militairen, voor zoo verre
deze in de jaren der schutterij verkeeren, welke
zich alzoo mede ter inschrjjving moeten aangeven
b. dat de verplichting en bevoegdheid tot den
schutterlijken dienst, en mitsdien tot de inschrjjving
en het domicilie van inschrjjving, benevens bjj
yerzuim gestelde straffen zijn geregeld bij de
artikelen 1, 2, 7, 8 en 9 der voorschreven wet.
Hiervan is afkondiging geschied waar het behoort,
den 1 Mei 1885.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
PICKÉ.
De Secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
Ér is een eigenaardige overeenkomst tusschen
de Haagsche Joffer en mevrouw Kleine-Gartman.
Als, volgens den roman, eerstgenoemde door aarts
hertogin Isabella gevraagd wordt of zjj meer in
Brussel is geweest, antwoordt zjj bevestigend.
Negen jaar geleden, zegt zij„Ik heb toen
verscheidene kennissen gemaakt, waaronder er
waren die ik vóór mjjn dood, en die is zeker
aanstaande bij mjjne zwakke gezondheid, nog
eens gaarne terug wilde zien."
Mevrouw Kleine is twintig jaar ouder dan
Jufvrouw Serlclaasop haar leeftijd weegt elk
jaaren al wenschen wij die verdienstelijke vrouw
nog jaren levens en rust toe; al zagen wij haar
nog gaarne langen tjjd voor de kunst, als leer
meesteres, gespaard zjj kan ons ontvallen.
Maar afgescheiden daarvan zjj staat op het
punt het schouwtooneel te verlaten en op 2ulk
een gewichtig oogenblik in haar leven moet zij
behoefte gevoeld hebben den velen kennissen,
bewonderaars en vrienden, die zjj door het gansche
land telt, vaarwel te zeggen, afscheid te nemen
van zoovelen, die haar vereerden en zoo dikwijls
toejuichten. En dat de behoefte aan een laatst
vaarwel wederkeerig is geweest, bleek overal,
waar zjj optrad.
Wjj zullen niet zeggen, dat daaraan geheel
is toe te schrjjven de talrjjke opkomst, gisteren
avond, in bet komediegebouw te Middelburg,
De burgemeester en wethouders van Middelbtuc
maken bekend
dat op den 29 April 11. in de openbare zitting
van den gemeenteraad heeft plaats gehad de ge
wone uitloting
a Van 2500 der geconverteerde schuld dezer
gemeente ad 5% ter aflossing waarvan zijn aange
wezen de nos. 392, 435 (gesplitst) 50, 339 (gesplitst)
93 (gesplitst)
b van ƒ1000 der leening 4§ groot ƒ20,000
(1876), en dat ter aflossing is aangewezen n° 6;
c van 2000 der leening 4% van 55000 (1881),
waarvan ter aflossing zjjn aangewezen de n°' 35 en 52.
De stukken zijn van 1 Juli a. ontvangbaar ten
kantore van den gemeente-ontvanger.
Middelburg, den 1 Mei 1885.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
PICKÉ
De Secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN-
Omtrent de toepassing van art. 82 der wet op
het lager onderwjjs in onze provincie, herinneren
wij, als vervolg op ons hoofdartikel van gisteren,
dat, behalve te Kloetinge, eene verordening tot
wering van veldarbeid is vastgesteld te Cats,
Colijnsplaat en Nisse.
Verder lazen wij in het provinciaal verslag
over 1883.
„Van de bevoegdheid, bjj art. 82 al. 1 der wet
toegekend, werd in 1883 door geene enkele ge
meente in deze provincie gebruik gemaaktde
raad van Hoofdplaat verwierp eene hem daartoe
aangeboden concept-verordening, terwijl die te
Goes afwijzend beschikte op een verzoek om
bepalingen tegen den veldarbeid van kinderen
vast te stellen, op grond dat dit in die gemeente
niet noodig is. Er is trouwens te Goes betrek-
keljjk weinig schoolverzuim, hetgeen hoofdzakelijk
te danken is aan de werkzaamheid eener ver
eeniging tot wering van dit kwaad. Ook te
Middelburg is eene dergelijke vereeniging met
goeden uitslag werkzaamin een 14tal andere
gemeenten werd art. 82 al. 2 der wet (bevordering
van schoolbezoek door uitreiking van belooningen
en eereblijken) toegepast."
De Staatscourant bevat de wet van den 16en
April 1885, houdende nadere wjjziging der wet
van 28 Juni 1881 (Stbl. n° 97), tot regeling
van den kleinhandel in sterken drank en tot
beteugeling van openbare dronkenschap.
Tot administrateur aan het departement van
waterstaat, handel en njjverheid is benoemd mr
J. C. de Marez Oyens, met toekenning van een
eervol ontslag als referendaris aan het departement
Mevrouw Kleine trad hier, meenen wij, te weinig
op om zoovele vrienden te tellen, doch men kent
haar genoeg om verlangend te wezen haar te zien
spelen vooral nu voor het laatst daartoe
gelegenheid bestond.
Maar wat wel getuigde van sympathie voor
haar persoon en van waardeering harer talenten
waren de ovaties, die haar werden gebracht, en
die het kenmerk droegen van welgemeende har
telijkheid.
Van haar ontvangst aan het station maakten
wjj reeds melding.
Toen zjj des avonds voor het eerst optrad weer
klonken van achter de schermen luide fanfares
en werd haar door jhr. mr. W. H. Snouck Hur-
gronje uit naam van de afdeeling Middelburg van
het Ned. tooneelverbond een keurige bloemruiker
overhandigd;
Na het zevende tafereel van Jufvrouw Serkldas
bood de heer Jae. de Kanter namens de Vereeni-
eeniging t. b. v. g. v. o. k. der gevierde tooneelkun-
stenares een prachtige corbeille met heerlijke
bloemen aan.
Hjj sprak daarbij eenige woorden van groote
waardeering, betuigde zijn leedwezen, dat mevrouw
Kleine het tooneel ging verlaten, dankte haar
voor het verschaft genot en wenschte haar nog
vele jaren van welverdiende rust toe.
Mevrouw Kleine betuigde haren dank aan hem
en aan het publiek voor de vriendelijke attentie-
Zij verzekerde, dat het haar leed deed te moeten
scheiden van het tooneel en van het publiek, dat
van koloniënbenoemd tot referendaris aan het
departement van waterstaat, handel en nijverheid
M. G. de Bloeme, met toekenning van een eervol
ontslag als commies aan de algemeene rekenkamer.
Tot secretaris van den raad van toezicht op de
spoorwegdiensten is benoemd mr W. Vissering,
met toekenning van een eervol ontslag als com
mies aan het depa rtement van waterstaat, handel
en njjverheid.
Niet 43 plaatsen als adelborst bij de mariniers
zjjn open, zooals wij gisteren door een drukfout
meldden, maar slechts 3; voor den zeedienst kunnen
30 jongelieden geplaatst worden.
Het gerucht, dat de ministerraad aan Z. M.
geadviseerd zou hebben, het verzoek om ontslag
van den heer Grobbée als minister van financiën
niet aan te nemen, wordt volgens de Tijd vrij
algemeen voor een verdichtsel gehouden.
Wel verneemt men, dat er inderdaad sprake van
geweest is, om den heer Grobbée voorloopig althans
nog in functie te doen blijven. Als dit zoo is,
zal men waarschjjnlijk bjj het verschijnen van het
atdeelingsverslag over het wetsontwerp betreffende
de verdeeling van het personeel tusschen het rijk
en de gemeenten, daar wel iets meer van vernemen.
Het hoofdbestuur van de Maatschappij tot nut
van V algemeen heeft een circulaire verspreid,
waarin erop wordt aangedrongen om, teneinde
het tot stand komen der veel besproken kweek
schoolvoor bewaarsohoolhouderessen te bevorderen,
giften te schenken of deel te nemen in de rente-
looze geldleening, uitgeschreven op stukken van
1000, die splitsbaar zjjn in onderdeelen van
100.
De secretaris van het departement Groningen
ontving yan een stadgenoot de toezegging van
500 in die rentelooze leening, onder voorwaarde
het geheele bedrag op deze wijze worde bjjeen
gebracht.
Gisteren middag te 1 ure kwamen de ridders
van de Militaire Willemsorde beneden den rang
van officier te 's Gravenhage samen in het gebouw
van het Kon. Zool. Bot. Genootschap waarvan, ter
eere der dapperen, het rood, wit en blauw wapperde.
Voor eene goede ontvangst was natuurljjk gezorgd.
Een der zalen was voor de ridders gereserveerd
en sierlijk met groen en bloemen getooid, terwijl
voor den feestredenaar, majoor Kielstra van het
Indische leger, lid van de tweede kamer, een
catheder te midden van een fraaie verzameling
planten was opgesteld.
Toen de deelnemers aan dit jubelfeest, 39 in
getal, waren aangekomen, hield de voorzitter van
de commissie voor de feestviering, de heer C.
Reedijk, een toespraak, waarin hjj zjjn kameraden
en oud-wapenbroeders een hartelijk welkom toeriep.
Hjj wees erop, dat de koninkljjke residentie
getoond had hart te hebben voor de oud-strijders
door de ontvangst hun bereid en hoopte, dat die
belangstelling dan ook niet beschaamd zou worden.
haar zoo waardeerde, maar het moest. Doch on-
vergeteljjk zouden voor haar bljjven de herinnerin
gen aan Zooveel waardeeringaan zooveel
sympathie;
Aan het slot der voorstelling, toen zjj onder
herhaalde toejuichingen van het publiek, dat
de beleefdheid had eenparig van zjjn zetel op te
staan, weer op het tooneel verscheen, hadden zich
daar ook vereenigd, deleden van het Kleine-Gart-
man-comité en, nadat het applaudissement was
bedaard, sprak de heer mr. G. N. de Stoppelaar
tot mevrouw Kleine het volgende
„Geachte mevrouw Kleine.
„Dat Middelburg uwe groote gaven als tooneel-
speelster ten hoogste waardeert, zal ik u wel niet
behoeven te verzekeren. Reeds de talrijke opkomst
heden avond en de u ten deel gevallen toejuichingen
strekken daarvan ten bewijze,
„Alleen dus een woord van dank, dat gij zoo
welwillend geweest zijt om, ofschoon gjj in uwe
langdurige loopbaan slechts enkele malen te
Middelburg hebt kunnen optreden, te willen voldoen
aan ons verzoek, om die plaats niettemin te doen
opnemen onder die steden, welke met eene afscheids-
voorstelling uwerzjjds zouden vereerd worden en
waardoor wjj in de gelegenheid gesteld zjjn u,
Neerlands eerste tooneelspeelster, nogmaals te
kunnen bewonderen.
„Middelburg is u geachte mevrouw, daarvoor
zeer-erkenteljjk; het waardeert deze uwe bereid
vaardigheid ten fcoogste; met dankbaarheid her
innert het zich nog, hoe welwillend gjj u in 1872
bereid verklaard hebt voor bet eerst op het toen
aldaar gehouden Nederlandsch taal- en letterkundig
congres als declawatrjce te willen optreden<
maar dat allen zouden toonen haar op hoogen
prjjs te stellen.
Met een luid hoeral werd deze welkomstgroet
door de aanwezigen beantwoord.
Daarna hield de heer E. B. Kielstra eene feest
rede, die met een donderend, door allen herhaald,
sLeve de koning" eindigde.
Aan Z. M. den koning werd het volgend telegram
gezonden
»De ridders der Militaire Willemsorde beneden
den rang van officier, te 's Gravenhage vereenigd,
brengen hun eerbiedige hulde aan hun Doorluch-
tigen Grootmeester en spreken hun beste wenschen
uit voor het Stamhuis van Oranje".
Ook werden telegrammen verzonden aan R. J.
graaf Schimmelpenninck van Njjenhuis, generaal
Smits, van Bronbeek, vice-admiraal jhr. De Casem-
broot en anderen, voor de hulp en bljjken van
belangstelling, welke de ridders van die heeren
bij gelegenheid dezer feestviering ondervonden
hebben.
Het muziekkorps van het bataljon jagers luisterde
de feestelijkheid op en bracht een concert ten
gehoore, waarvan het eerste nommer een feestmarsch
was, aan de ridders opgedragen.
De officieren der schutterij en van het garnizoen
kwamen de ridders complimenteeren, en onder
hielden zioh vooral met den grjjzen Hobein, die
te midden zijner mede-ridders als 't ware weder
met jeugdig vuur bezield was.
Vanwege de vereeniging Het Eereteeken voor
belangrijke krijgsverrichtingen werd den feestvieren
den een prachtige bloemkrans vereerd.
In optocht, voorafgegaan door een piket huzaren,
de muziek van de jagers en de corporatie van de
zooeven genoemde vereeniging en besloten door
het muziekkorps der sted. schutterjj en insgeljjks
een piket huzaren, ging men naar het Buitenhof,
waar de stoet om het standbeeld van koning
Willem II defileerde.
In het hotel Maassen vereenigden de ridders zieh
daarna aan een feestdisch.
De feestzaal was smaakvol versierd. De muziek
van de kleine kapel luisterde het diner op. De
ridders werden met fanfares ontvangen.
Gedurende het diner werd een telegram van
Z. M. de koning terug ontvangen. Het luidde
'Z. M. de koning draagt mij op aan de ridders
zjjn hartelijken dank voor de aangeboden hulde
over te brengen.
De koning-grootmeester wensoht den vereenigden
dapperen geluk met hun vaderlandslievend streven
om de instelling der orde te herdenken.
É°ELL."
BIjjkens het 29° jaarverslag over 1884 van het
logement voor vrouwelijke personen Te Huis, op
gericht door de vereeniging 1 er verbreiding def
waarheid en gevestigd op de Prinsengracht te
Amsterdam, logeerden daar in 1884 716 personen
van onderscheidene gezindheden, met 10719 logeer-
dagen.
In 1884 kwamen van buiten Amsterdam uit
175 verschillende plaatsen van het binnenland 529,
„Namens eenige Middelburgsche kunstvrienden
heb ik het genoegen u hierbij aan te bieden eefi
album met eenige photographische afbeeldingen
dier stad dat, naar zjj hopen, met hetgeen daaraan
is toegevoegd, u niet ongevallig zal zjjn en waar»
van de bezichtiging later u nog nu en dan aan
Middelburg zal kunnen herinneren.
Aller harteljjke wensch is, dat gjj aan het
einde van uwe zóo eervolle loopbaan, nog velé
jaren in ruime mate van de Welverdiende rust
zult mogen genieten en dat gjj in uwe betrekking
tot de Nederlandsohe tooneelschool nog geruimeu
tjjd uwe krachten aan de verheffing der Neder-
landsche tooneelspeelkunst zult kunnen bljjven
wjjden.
„Ten slotte nog een woord van hulde en dank
aan de dames en heeren leden van de afdeeling
Amsterdam der koninklijke vereeniging het Neder-
landsch tooneel, die op eene zóo verdienstelijke en
niet minder welwillende wjjze mevrouw Kleine
heden avond hebben ter zijde gestaan. Aan allen
een tot wederziens
„En nu, lang leve mevrouw Kleine."
Na dit gesprokene weerklonken opnieuw fanfares,
en betuigde het publiek, dat dien avond onuitput-
taljjkscheen in toejuichingen, door een welsprekend
applaus zjjn instemming.
Nogmaals betuigde mevrouw Kleine met enkele
woorden haar dank aan den spreker en aan alle
aanwezigen. Zjj koD, overstelpt als zjj was van
aandoening, niet veel woorden bezigen. „Dank,
innige dank" riep zij het publiek toe »God zegene
u allen en schenke u veel geluk".
En hier scheidde het scherm baar voor altjjcj
van het Middelburgsche publiek!