MIDDELBURGSCHECOURANT
Nationale Militie.
FEUILLETON.
BIJVOEGSEL
Maandag 30 Maart 1885. N°. 75.
Tweede zitting van den Militieraad.
Middelburg 28 Maart.
Brieven uit de Hofstad.
VAN DS
VAN
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
brengen ter kennis van de totelingen dier ge
meente, beboorende tot de lichting van het jaar
1885, die door den militieraad voor den dienst der
militie zijn aangewezen of omtrent welke nog geene
uitspraak is gedaan, dat die raad op Maandag den
13 April 1885, des voormiddags te 10 uur, in het
gewone lokaal in de Abdij eene tweede zitting zal
houden, om uitspraak te doen omtrent alle in de
eerste zitting niet afgedane zaken, alsmede omtrent
hen, die als plaatsvervangers of nummerverwisse-
laars verlangen op te treden, en dat, bijaldien
nopens hunne redenen van vrijstelling nog geen
uitspraak is gedaan of zij zich in den dienst der
militie wenschen te doen vervangen, zij op gemelden
tijd voor den militieraad moeten verschijnen, ver
gezeld van de personen, die als plaatsvervangers
of nummerv er wisselaars voor hen verlangen op te
treden en voorzien van de navolgende stukken
1°. wat den plaatsvervanger betreft
a. van een getuigschrift, dat hjj is ingezeten,
ongehuwd of kinderloos weduwnaar, niet beneden
de 21 jaren oud, en dat hij een goed gedrag heeft
geleid. (Dit getuigschrift wordt afgegeven door
den burgemeester)
b. van een bewijs, dat hjj zijn plichten ten
aanzien van de militie heeft volbracht, of dat hjj
er geene te volbrengen had;
c. indien hij vroeger als militair of op 'sland
vloot mocht hebben gediend, van een bewijs van
ontslag en een getuigschrift van goed gedrag,
afgegeven door den kommandant van het korps,
waarbij hij laatstelijk heeft gediend. (Dit getuig
schrift kan bjj dien kommandant worden aan
gevraagd)
d. zoo hjj minderjarig is, van een bewijs van
de toestemming van zjjn vader of voogd, om als
plaatsvervanger op te treden;
2°. wat de nummerverwisselaars betreft:
a. van een bewjjs,afgegeven door den burgemeester
der gemeente, waar hjj voor de militie is inge
schreven en onder anderen inhoudende, dat hjj tot
dusverre tot geen dienst bjj de militie is verplicht
geweest
b. van de hierboven onder litt. c en d vermelde
stukken
c. zoo hjj voor de militie is ingeschreven binnen
eene gemeente van een ander militie-district, dan
waartoe de loteling behoort, wiens dienst hjj
Verlangt waar te nemen, van een door den voor
zitter van den militieraad van dat district afgegeven
uittreksel uit het lotingsregister, waarop hjj voor
komt, bevattende de daarin te zjjnen aanzien
vermelde opgaven.
Nadat de persoon, die als plaatsvervanger of
nummerverwisselaar zal optreden, als zoodanig is
toegelaten, zal door of van wege den loteling, die
zich doet vervangen, aan den militieraad moeten
worden overgelegd een afschrift van de notarieele
akte van overeenkomst over de vervanging in den
dienst.
Tot afgifte van de stukken, hierboven onder 1
a en d en 2 a bedoeld, zal op Donderdag den 2
April e. k., des voormiddags van 10 tot 12 uur,
in een der lokalen van het raadhuis zitting worden
gehouden.
Wie als plaatsvervanger verlangt op te treden,
zal alsdan vergezeld moeten zijn van twee bjj den
burgemeester bekende en ter goeder naam en faam
staande meerderjarige ingezetenen, die de vereischte
verklaring omtrent het gedrag enz. ran den plaats
vervanger kunnen afleggen en onderteekenen.
Hiervan is afkondiging geschied, waar het be
hoort, heden den 27 Maart 1885.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
P I C K
De secretaris,
A. DE VULDER VAN NOORDEN.
27 Maart 1885.
Bjj het lezen van menig bericht omtrent rampen
en misdaden, dat uit het buitenland tot ons komt,
roemen wij terecht ons gezegend landje. Hoewel
door moeder natuur, ik zal niet zeggen misdeeld
getuigen de heerljjke streken van menige pro
vincie maar toch niet verrijkt met die grootsche
scheppingen, die andere landen bezitten, is het
juist daardoor voor zoovele onheilen gespaard, die
elders voorvallen, en zijn hier tal van misdaden,
in den vreemde een gewoon verschijnsel, een
gelukkige uitzondering. Het is echter of in den
laatsten tijd ook die schaduwen van vreemde
rijken, wat misdaden betreft, den in zekere opzichten
zonnigen bodem van ons Nederland komen ver
duisteren. Moeilijk toch kan men tegenwoordig
een nieuwsblad opnemen, waarin niet van een
of meer moorden of doodslagen wordt melding
gemaakt. Het heeft er allen schijn van, alsof velen
erop uit zjjn om den tegenstanders van de
afschaffing der doodstraf een wapen in de hand
te geven, om die moderne philantropie in het
strafrecht te bestrjjden. Gelukkig evenwel, dat
het tijdelijk toenemen van groote misdaden evenmin
de noodzakeljjkheid der doodstraf bewijst als een
7 vermindering het doeltreffende der afschaffing
aantoont, gelijk vele kortzichtigen meenen, dat
de tegenstanders dier straf bewezen. Maar niet alleen
schijnen de vergrjjpen tegen het leven in aantal
te vermeerderen, ook hun aard krijgt een voor
ons ongewonen, een echt buitenlandschen tint
in den moord te Rotterdam op den Japanschen zaak
gelastigde zien we een wraakoefening der teleur
gestelde liefde, wegens ontrouw, zooals Frankrjjk
er zoovele te aanschouwen geeft. Een ander geval
dan de laatste dagen, waarvan de op Zondagavond
d:uk bezochte Spuistraat alhier het tooneel was,
herinnert aan Italië, waar de rustige wandelaar
soms onverhoeds door een als het ware onzichtbare
hand op een dolk- of messteek wordt onthaald.
Alleen is het de vraag, of het arme slachtoffer
l in Den Haag wel een waarljjk rustig wandelaar
mag heeten. Het was hier het tegenovergestelde
als te Rotterdamniet te weinig, maar te veel
liefde was hier de oorzaak van den aanval, zjj
het ook dat in beide gevallen het woord liefde
een wel wat verschillende beteekenis heeft. Nu,
dat woord heeft er zooveleHad de nu ernstig
verwonde jager niet zjjn liefde" zoo in het
voorbjjgaan aan een dienstmeisje willen opdringen,
dan zou waarschjjnljjk niets zjjn voorgevallen,
want dat er een innig verband bestaat tusschen
dien aanval uit »liefde" en den daarop gevolgden
minder liefelijker), is zoo goed als zeker. Het gebeurde
moge een les zjjn voor onze soldaten, die zich
soms ergerlijk plegen aan te stellen op zoo'n Zondag
avond, vooral tegenover de plaatsvervangsters van
de vroegere neepjesmutsen. Herhaaldelijk ontstaan
daaruit dan ook vechtpartjjen, waarbjj onze krjjgs-
helden maar al te veel hun zjjdgeweer ontblooten.
Ik geef toe, dat zjj ook wel eens door .burgers"
worden beleedigd en lastig gevallen, maar veelal
is toch de oorzaak van die twisten bjj de mili
tairen te zoeken. En dan komt dat ongelukkige
kaasmes voor den dag, dat zjj steeds aan de zijde
hebben, in plaats van het stilletjes met vet be
smeerd naast den ransel in de kazerne te laten
hangen. Ik kan maar niet vatten ofschoon
ik toch ook nog wat militair bloed in mjjn aderen
voel, want ik ben indertjjd rustend schutter ge
weest waarom die eene soort van ballast zoo
moet worden voorgetrokken boven de andere, en
waarom de eer van een militair niet gemoeid is
bjj het tehuis laten van zijn geweer, wel bjj het
niet omgord zjjn met zjjn sabel. Maar die mili
taire eer en dito begrippen zjjn vreemde, onbe
grijpelijke dingenIemand met een burgervemt&nd
zou bjjv. denken, dat als 's Maandagsmorgens de
grenadiers en jagers, zegge een geheel regiment,
uitrukken om een militaire wandeling te gaan
maken, die verdedigers des vaderlands niet zoo'n
bijzondere haast hebben, dat het op een halve
minuut aankomt, en dat de tjjd veel kostbaarder
is voor iemand die per rjjtuig of per tram naar
het station moet, voor een geneesheer, naar wien
vele patiënten ongeduldig uitzien, en voor meer ande
ren. Maar zoo denken de militairen er niet over. Ik
heb bjj zulke gelegenheden meermalen een militair
het paard bjj de teugels zien vatten om hetdoor-
rjjden te beletten, en zelfs voetgangers met de
kolf van het geweer zien terugduwen; eerst moet
het gansche regiment zjjn voorbijgetrokken, meenen
zjj, en dan mogen ook de „burgers" van de pu
blieke straat gebruik maken. Natuurljjk hebben
de militairen geenerlei bevoegdheid tot die han
delingen, en is de „burger" mits slechts zorgende
geen botsingen te veroorzaken, in zjjn recht, tenzjj
een plaatseljjke vèrordening, in het belang der
openbare orde en veiligheid der wegen, het gaan
of rjjden tusschen twee leger-afdeelingen verbiedt.
Om nu tot zulk een wettelijke regeling te ge
raken heeft de kolonel plaatselijke kommandant
der Residentie een verzoek tot den gemeenteraad
gericht. Orde moet er zjjn, dit staat vast, en dat
dus maatregelen genomen worden om het verbreken
van aaneengesloten colonnes te verbieden, daarmede
heb ik vrede, maar ik hoop toch van harte dat
in deze ook op de belangen van niet-militairen
zal gelet worden, door bjjv. te bepalen, dat na
iedere afdeeling van een niet te groot aantal
manschappen gelegenheid tot doortocht moet ge
geven worden.
Waar de militaire autoriteiten voorziening in
hunne belangen van de burgerljjke verzoeken,
mag omgokeerd aan de militaire ook wel een
dienst worden gevraagd ten behoeve voor de maat
schappij in het algemeen, althans van die in Den
Haag. Het is regel, dat de grenadiers en jagers des
Maandags met volle muziek uitrukkendie muziek
is bekend, beroemd en geliefd en vandaar dat velen
haar gaarne hooren. Even bekend, doch daaren
tegen berucht en verfoeid zijn de Maandaghouders,
en dezen vooral schjjnen erg op de muziek gesteld.
Men ziet althans gewoonlijk een honderdtalman
nen in hun werkpak geregeld voor den troep loopen
en de wandeling voor een groot deel medemaken.
Dat vroolijk schouwspel der uitrukkende troepen,
opgeluisterd door opwekkende muziek, verleidt
velen hun werk in den steek te laten en geeft een
aangename bezigheid aan hen, die gewoon zijn
ook van den Maandag een rustdag te maken.
Bestond die verleiding niet, wie weet of het
Maandaghouden niet verminderen zou. Men zou
er de proef gemakkeljjk van kunnen nemen, dunkt
mjj, want de keuze van een anderen dag voor die
militaire wandeling zal toeh wel geen bezwaar
opleveren. Het middel zij den regiments-kom-
mandant ernstig aanbevolen, en ik hoop, dat
deze opmerking hem moge bereiken.
Van Maandaghouden tot de drankwet is maar
een enkele stap, of eigenljjk zelfs geen. Hoe het
met de herziening der drankwet zal afloopen,
schijnt niet twjjfelachtig. Het regeeringsvoorstel
mege niet te zeer verslapping beoogen en de
beginselen der wet vrij wel onaangetast laten, de
heeren kamerleden zullen wel alles in het werk
stellen om hun tapperskiezers te believen, en een
reeks van amendementen wordt voorbereid om
de kracht der wet zooveel mogelijk te verlammen.
Als deze regelen onder de oogen mjjner lezers
komen zal de beslissing waarschjjnljjk reeds ge
vallen zjjn. Het moet treurig zjjn voor den heer
Modderman om zóó zijn werk te zien afbreken,
nadat het nog niet eens heeft kunnen bewjjzen,
welken invloed ten goede het kan hebben. En
als de regeering nu maar flink partjj koos en
alle pogingen tot verslapping beantwoordde met
de onverbiddelijke bedreiging van intrekking van
het wjjzigingsontwerp zouden de heeren, gedachtig
aan het spreekwoord .beter een half ei dan een
leege dop," wel afzien van hun droevig werk,
maar de geringe ingenomenheid van den minis
ter Heemskerk met deze wet is meermalen ge
bleken en zjjn ambtgenoot van justitie is niet
tegen hem opgewassen. En toch mocht zjj wel
pal staan om den eerbied voor de drankwet bjj
het volk niet te verminderen, een eerbied, die bjj
velen toch al niet zoo heel groot is, omdat eigen
belang sterker werkt. En ware het nog maar
alleen eigenbelang, waarmede de drankbestrijders
moet men nooit aanmoedigen. Dat was hetgeen
Butts zei.
Wjj stonden voor de toonbank, illustraties en
tijdschriften te bekjjken en den catalogus na te
zien.
«Laat ons die schetsen eens zien, Butts" zei
Halsey, die, evenals wij, terstond na zijn kennis
making met het Sandbeacher factotum, het
mjjnheer als een artikel van weelde had beschouwd.
„Daar de dames zoo tegen dit meisje zjjn,
moet zjj zeker mooi zjjn" merkte Merry aan,
wiens naam bij wjjze van uitzondering niet in
tegenspraak was met zjjn karakter. „Ik veron
derstel zelfs dat er eenige verdienste in die
schetsen moet zjjn, omdat vriend Butts er zoo
minachtend over spreekt."
Maar neen, er was hoegenaamd geen verdienste
in, behalve die van geduld, dat verkeerd te pas
gebracht was. Butts, die geheel onvatbaar was
voor spotternij, omdat hjj haar niet begreep, haalde
de teekeningen uit een lade en legde ze, schouder
ophalend, voor ons. Het waren gezichten uit den
omtrek van Sand beach, de zee bjj dag en bij
maanlicht, en zjj verrieden slechts een zeer ge
brekkige kennis van kleurenmengeling. Het waren
treurige schetsjes, met blauwe vlekken voor wolken)
grjjze voor de zee en bruine voor het zand. Het
was het werk van een schoolmeisje, niet zóo slecht
om belachelijk te zjjn, maar niet goed genoeg
om er een oogenblik naar te kjj ken. Merry Clowes
en ik wierpen er een blik op en daarmede uit.
Clowes, die eenigszins bitter was, zei iets scherps
te kampen*haddenDe goede bedoelingen der wet
worden echter ook door anderen miskend, die niet
geldelijk daarbij zjjn betrokken. Treurig genoeg
geeft de spes patriae, de studeerende jongelingschap,
geyen de aanstaande handhavers van recht en
wet het voorbeeld tot bespotting. In een onzer
academiesteden toch bestaat een studentengezel
schap onder den naam Ommerschansiana, waarvan
alleen zjj lid mogen zjjn, die op de treurige eer
kunnen bogen van wegens dronkenschap veroor
deeld te zjjnDronkenschap en veroordeeling daar
voor is hun nog niet voldoende; zjj moeten zich ook
nog tooien met een insigne, dat alleen voor hen, die
het zoover brachten, bereikbaar is! Treurige opvat
ting van wat den jongeling van goeden huize, den
aanstaanden advocaat of ambtenaar, leden van
wetgevende vergaderingen, van de rechterljjke
macht tot eer en sieraad strekt. Is men in die
academiestad den vroegeren hoogleeraar in het
strafrecht mr. Modderman vergeten, of althans
eert men hem daar zóó weinig meer, dat men de
heilzame vrucht van zjjn arbeid op die wjjze durff
beschimpen
Niet alleen in verband tot de drankwet, maar
ook met betrekking tot de hier bestaande vacature
van lid der tweede kamer is de naam van den
oud-minister van justitie Modderman in de laatste
dagen nog al eens genoemd.
Het plan scheen bestaan te hebben hem yan
liberale zjjde candidaat te stellen, wat zeker een
allergelukkigste keuze zou zijn, die veel kans van
slagen zou aanbieden. En met het oog op de
werkzaamheden, die nog noodig zijn om het nieuwe
strafwetboek in werking te doen treden, zou zjjne
verkiezing een belangrijke aanwinst voor de kamer
zjjn. Wie kan betere adviezen geven dan de
maker van het wetboek, die tevens de meeste
ontwerpen betreffende de invoering heeft samen
gesteld Maar de heer Modderman schjjnt geen
candidatuur te hebben willen aanvaarden tegenover
zjjn persoonljjken vriend, hoewel geen geestverwant
in de politiek, Schimmelpenninck van der Oye.
Misschien zal zich echter vóór de behandeling van
de genoemde wetsontwerpen, die door de plannen
tot grondwetsherziening en andere omstandigheden
wel eens op de lange baan kon geschoven worden,
nog wel een gelegenheid opdoen om den heer
Modderman een zetel aan te bieden, als hjj dan
ten minste de candidatuur wil aannemen. Men
zegt, dat hjj liever een hooge rechterljjke betrek
king zou bekleeden, en de vacature in den Hoogen
Raad maakt het vervullen van dien wensch
gemakkelijk, als de kamer, in hare bezuinigings
woede, maar van de benoeming van een nieuwen
raadsheer weten wil.
Wie nu de candidaat ran de Grondwet zijn zal
moet morgen beslist worden. De lust om zich te
doen stellen schijnt niet groot te zjjn; althans
vele geschikte personen bedankten voor de eer.
Men schjjnt thans het oog te hebben gevestigd op
den vroegeren afgevaardigde nit Middelburg, mr.
D. van Eek, die uit oude relaties misschien wel
bereid zou zijn.
Bjjzonder aanlokkend is anders het kamerlid
maatschap tegenwoordig niet. De daden van ons
lagerhuis bestaan bjjna uitsluitend in afbreken, en"
verder meent men het land te redden met ellen
lange redevoeringen tot verheerljjking van de
antirevolutionaire staatsleer of vol liefeljjkheden
voor de tegenpartij, terwijl beide zjjden samen
treffen, waar het de bureaucratie geldt. Deze vcforal
heeft tegenwoordig wat te ljjden. En als de tegen
haar geslingerde banbliksems dan nog maar altijd
een goede reden hadden 1 Maar hoeyeel er
inderdaad, haar goede zjjde niet te na gesproken,
ook tegen de bureaucratie te zeggen valt, daaraan
heeft men nog niet genoeg zjj moet ook verant-
woordeljjk worden gesteld voor zaken, waarmede
zjj hoegenaamd niets te maken heeft. Zoo vond
dezer dagen de heer Gratema bjj de bespreking
van het burgerljjk pensioenfonds gelegenheid om
weer eens ferm op die bureaucratie af te geven.
Die ambtenaren verbeelden zich eigenaren van dat
fonds te zijn, dat komt door die vervloekte
bureaucratie, die alles tot eigen voordeel en gemak
wil aanwenden, ziedaar der langen Rede kurzer
Sinn. Maar wie zijn nu die ambtenaren, die uit het
pensioenfonds genieten en zich das eigenaren
over de dwaasheid om meisjes te leeren papier
en verf te vermorsen, in plaats van haar te laten
koken en naaien. Maar Halsey bekeek de teeke
ningen een voor een zeer aandachtig, alsof er
schoonheden in waren, die wjj niet ontdekt hadden,
en voor hem alleen zichtbaar waren. Aan de
laatste gekomen hield hjj die wel yjjf minuten in
de hand en daar hjj zeer goedhartig was en
medeljjden gevoelde met al wat zwak en lijdend
was, riep hij uit
„Arm kindVerbeeld u een meisje, dat
probeert om zich te verhuren, teneinde haar kleine
beetje kennis aan anderen mede te deelen en overal
het hoofd stoot, omdat er een noodlottig geheim
in haar jong leven is, dat zjj wenscht te bewaren.
Misschien is het de eer van haar vader of haar
moeder, welke zjj zoekt op te houden. Maar
Butts en zjjne damesklanten verkiezen niet in te
zien, dat, indien dit mooie meisje een slechten
aanleg had, zjj hen niet lastig zou vallen om een
betrekking of om geld.
Zjj doen haar in den ban de dames door
haar neus op te trekken als zjj langs haar heen
gaan, de kuische Butts door haar van achter zjjn
lessenaar te beleedigen ener over te peinzen of hjj
haar zal toestaan om haar tjjd te korten met zjjne
boeken, waarvoor zjj reeds vooruit betaald heeft.
Daarop beproeft zij dit om aan den kost te komen
en Butts legt de teekeningen in een lade, met
het voornemen van ze niet te verkoopen, uit vrees
van de onzedeljjkheid aan te moedigen. Op een
goeden dag, als zjj al de hulpmiddelen, die zjj
3VE A. IR,
het meisje zonder getuigen.
door N. N.
I.
Maar Butts was er vol van, even als alle Sandbea"
chers, omdat van alles wat men daar ooit beleefd
had dit voorval het dichtst bjj een schandaaltje
kwam. Het schjjnt, dat juffrouw Child twee
antwoorden op hare advertentie had gekregen,
maar daar men niets van haar vroeger leven te
weten kon komen, was zjj natuurljjk niet geslaagd.
Al wat zjj kon zeggen was dat haar moeder dood
was, en dat zjj haar vader, die haar moeder jaren
geleden verlaten had, nooit gekend had. Eerst
scheen haar moeder in goeden doen te zjjn, doch
later werden zjj zeer arm en moesten met de
naald in haar onderhoud voorzien. Hoe lang haar
moeder dood was Zes jaar. En tvat had zjj
sedert gedaan? Gewerkt. Waar? Dit wilde zjj
niet zeggen, evenmin als zjj de plaats wilde op
geven, waar haar moeder gewoond hadof hoe
het kwam, dat zjj zelf, nadat zij genoodzaakt was
geweest om voor haar brood te naaien, nu eens
klaps in staat was om gouvernante te worden.
Op die laatste vraag had zij eenvoudig geantwoord,
dat zjj menschen gevonden had, die goed voor
haar geweest waren. Dit alles was erg verdacht.
Butts scheen het te beschouwen als bedrog met
voorbedachten rade, een beleediging aan Sandbeach,
dat iemand zich daar kwam vestigen, zonder er
op voorbereid te zjjn om volledig rekenschap af
te leggen, des noods in druk, van zjjn of haar
leven, van de geboorte af aan. Hij begon te
twjjfelen of hij wel goed gedaan had met haar
op zijn bibliotheek te laten inteekenen en boeken
mede naar huis te laten nemen, die dan later
weer in de reine handen van mensehen kwamen,
die wel navraag konden ljjden.
Het is waar, zjj verscheen nu zelden meer in
zjjn leeskamer om de advertenties in de Times
na te zien, zoo als in den beginne. De dames
lezeressen hadden haar weg gekekenin haar
tegenwoordigheid werd er geen woord gesproken,
de rokken werden schieljjk weggetrokken, opdat
zjj de hare in het voorbijgaan niet zouden aan
raken; en meer dergeljjke maatregelen, die af
doende bleken te zjjn. Doch nu en dan kwam
zjj boeken terug brengen en andere halen en een
paar dagen geleden, voegde Butts er bjj, was zjj
tegen het vallen van den avond heel stil in den
winkel geslopen en had hem een twaalftal water-
verfteekeningetjes gebracht, met het verzoek of
hjj die voor haar wilde verkoopen. Hjj had die
schetsjes voor de aardigheid gehouden en aan
eenigen van zjjne damesklanten laten zien, die
zich zeer vermaakt hadden over de onbeschaamd
heid van dat meisje. Hjj had er natuurljjk geen
een van verkocht en hjj wist ook niet, of hjj het
wel doen zou, al bood er zich een gelegenheid
voor aanwant menschen die men niet kent,