MIDDELBURGSCHE COURANT 3; FEUILLETON. Gemengde Berichten, 3BI J* VOE GSHL Maandag 23 Februari 1885. N9.45. Middelburg 21 Februari. GELUKSDAL. Brieven uit Zuid-Beveland. VAN DE VAN In de St Ct. worden vermeld eenige nalaten schappen van schepelingen en mariniers, die in den loop van het jaar 1883 zijn beschikbaar geworden, doch nog niet door de erfgenamen opgeëischt. Daaronder komt ook voor die van M. Vermaren matroos 2» kl., geb. te Hontenisae, zoon van Johannes en Rozalia Kruijt, den 17 Juli 1883 in het hospitaal te Bandjermassing overleden, tot een bedrag van 79.96§. Voor nadere inlichtingen zie men de SlCt, Het adres aan de tweede kamer der staten- generaal, houdende verzoek om heffing van een matig inkomend recht op tarwe en meel van tarwe, op te nemen onder de middelen teneinde in den klimmenden nood der schatkist te voorzien (in zijn geheel opgenomen in ons n° van lOPebr. jl.) is thans, van 123 handteekeningen voorzien, yerzonden. In een Vrjjdagavond gehouden vergadering der kiesvereeniging Plicht en Recht te Vlisaingen werd met eene geringe meerderheid van stemmen het besluit genomen, zich voorloopig niet bjj de Liberale Unie aan te sluiten. Na een levendig en langdurig debat kwam men voornameljjk tot dit besluit, doordat men in de voorloopige statuten der Unie bij art. 1 te onbepaald ziet omschreven, wat het doel en de werking dezer vereeniging eigenlijk is. Wanneer, zoo men hoopt, bjj de eerste vergadering op 5 Maart een en ander beter in dit artikel zal zijn bepaald, zal men nader over de al of niet toetreding van gedachten wisselen. De gemeenteraad van Wissekerke besloot Vrjjdag met algemeene stemmen niet te treden in het voorstel van den heer mr. L. A. Bybau, betreffende den aanleg van een telephoonverbinding tusschen die gemeente en Cortgene. Uit deze beslissing bljjkt, dat een vroeger, ons vanandere zjjde ge zonden, bericht omtrent deze zaak eenigszins voor barig was. Tot afgevaardigden naar de op 5 Maart a, te houden vergadering der Liberale Unie zijn door het bestuur der liberale kiesvereeniging te Zierik- zee benoemd de HH. m' J. Moolenburgh, lid der eerste kamer, en J. H. C. Hejjse, lid der gedep. staten van Zeeland. ZN.) Men schrijft ons uit Rotterdam Ik heb uwe lezers zoo getrouw mogeljjk op de hoogte gehouden van al wat hier dezen winter gedaan is in het belang van de werkeloozen, en moet hun dus nu ook het einde dezer lange geschiedenis mededeelen. Buiten hetgeen de commissie uit de werklieden- vereenigingen deed, die, terzijde gestaan door eene commissie van bijstand, eene inzameling hield en uit de opbrengst daarvan uitdeelingen deed, waarbij zjj heel wat treurige ervaringen van bedrog en misleiding opdeed, hebben allerlei vereenigingen en commi8sien uit die vereenigingen zich het lot der werkeloozen aangetrokken. De halve winter ging om met onderzoeken, rapporten opmaken en beraadslagingen, en eindelijk kwam men tot het resultaat, dat er werk verschaft moest worden, en men besloot zich daartoe tot het gemeentebestuur te wenden. Op dat oogenblik was echter het grootste leed reeds geleden, en de werkeloozen hadden voor een gued deel reeds langs den natuurleken weg werk bekomen. B. en W. waren dan ook van oordeel, dat het beter was de zaak nu maar stil te laten rusten. Mochten echter de heeren, die zich tot hen gewend hadden, er VAN H. V1LLINGER. „Nu zijn wjj onzen goeden naam kwijt", zei de bleeke, schuchtere Haver, de man der boerin, toen zij een half uur later zonder den ouden man het erf opreed. »Houd uw mond!" snauwde zjj hem toe en hjj bromde: »Dat doe ik al lang en weldra doe ik het heeleniaal". Daar zag hjj ook naar uithjj had een leeljjke hoest en hp was al heel lang ongelukkig, ofschoon hjj de mooiste vrouw uit het dorp had. Was hjj wel ooit in zjjn leven gelukkig geweest?. Hjj zat in de achterste kamer van het dettige boerenhuis en keek in zjjn wjjnglas. Zjjn vader had hem geminacht, omdat hjj een zwak, kribbig kind was en had alleen schik in zjjn oudsten zoon Prans gehad. Echter Blechts totdat deze zjjn vader in de wielen was gaan rjjden 5 toen was al de liefde op Haver overgegaan en de vader wist niet, wat hjj doen zou om den tot nog toe verwaarloosden zoon alles te doen vergeten wat hem gezegd en aangedaan was. De arme jongen, die nooit precies geweten had, wat hjj wilde, liet zich nu in alles door zjjn vader leiden, deed zjjn zin en trouwde met de mooie, rjjke dochter van den herbergier. volstrekt op staan, dan wilden B. en W. wel een terrein op Pepenoord aanwjjzen, dat opgehoogd en bestraat kon wordenniet echter op kosten van de gemeente, maar van de bjjdragen, die de commissie van de burgerij zou moeten vragen, De voorzitter der vereeniging tot bevordering van fabriek- en handwerksnijverheid, een der vereeni gingen van wie de benoeming der commissie van onderzoek was uitgegaan, oordeelde met B. en W. dat men, nu de tijd reeds zoo ver verstreken was, van de geheele zaak maar moest afzien, en daarmede was de vergadering het eens. Men zou echter de eindbeslissing aan de gecombineerde commissie overlaten, die natuurlijk nu ook wel zich zal terugtrekken. En zoo hebben wij een tameljjk dwaas figuur geslagen. IJver van alle kanten om de werkeloozen te helpen; maar men werkeljjk tot helpen zal overgaan, bljjkt het dat men zjjn tjjd verpraat heeft en dat er geen hulp meer noodig is Bjj de Tweede Kamer is een adres ingekomen van C. Wolthekker, waarin deze zich er over beklaagt dat hjj van het overljjden van zijn zoon, verpleegd in het Koloniaal Militair Invalidenhuis op Bronbeek, eerst na diens begrafenis kennis bekomen heeft. Het is te hopen dat dit aanleiding zal geven tot een hartig woordje, en aan zulke onheusche gewoonten voor goed een einde worde gemaakt. In het ontwerp-zegelwet, dat aan de K. v. K. is toegezonden, stelt de minister van financiën" de volgende heffingen voorschuldbekentenissen, pakhuiscedullen en volgbriefjes, charterpartjjen, vrachtbrieven, cognossementen, koopbriefjes van effectenmakelaars 5 centeffecten 1 per mille loten 5 pCt. van den prijs (loterjjen over niet meer dan 100 vrjj)brandassurantiën 25 cent (5 cent bjj assurantie voor vasten tjjd tot premie beneden 10), zeeassurantiën f pCt. der premie' levensverzekeringen 50 cent (bjj betaling der bjj dragen per maand of korter termjjnen 5 cent), andere assurantiën 5 cent onderhandsche huur contracten voor gebouwen 25 cent (tot 150 vrij), voor andere onroerende goederen pCt. van deu huurprijs (tot 50 vrjj). Met quitantiën zjjn geljjk gesteld alle stukken, die ontvangst van gelden aantoonen, 0. a. ook re9us van postwissels. De opcenten worden afgeschaft en de prijs der formaatzegels gesteld op (de cjjfers tusschen haakjes wjjzen aan, wat thans de prijs der hoofd som is), 1.75 (thans 1) 1.25 (thans ƒ0.75), 0.75 (thans 0.50), 0.40 (thans f 0.25), 0.25 (thans 0.15). (Vad.) In een adres aan den minister van waterstaat beklaagt de heer C. L. Langendam, uitgever te Utrecht, zich over slechte bezorging van drukwerk door de posterjjen. De klacht die hjj uit is zeer ernstig. Van een veertigduizendtal door hem verzonden exemplaren van de Bttrekkingsgids ontving hjj zulk een groot getal als „geweigerd" terug, dat het vermoeden voor de hand lag, dat de bezorging dier bladen niet was beproefd, maar het woordje „geweigerd" door een postbeambte willekeurig was neerge schreven, om daardoor den uitgever van verdere zendingen af te schrikken en zich den dreigenden last van meerdere bezorging van den hals te schuiven. Bjj onderzoek bleek hem dit vermoeden gegrond. Twee ingezetenen van Assen verklaarden niets ontvangen te hebben. Zulk een willekeurige wijze van bezorging van gedrukte stukken door sommige postbeambten verdient zeker strenge afkeuring en verbetering daarin is dringend noodig. Het Wageningsch Weekblad en de Figaro lagen door een spel van het toeval zusterljjk ineenge strengeld op onze tafel. Veel overeenkomst hebben deze bladen niet, en toch ditmaal scheen bjj de redactiën dezelfde gedachte te zjjn gerezen, die elk op haar eigen wijze uitdrukte. Het W. W. schrijft: „Hier lachen de wereldlingen en schreien de vromen; maar aan 't einde der reis wordt het andersom dan jubelen Gods kinderen en kermen de goddeloozen." En de Figaro verhaalttwee deftige dames in Ja dat was een feest geweestDe oude boer was buiten zichzelven Van geluk over dat mooie meisje, met dat vurige haar en in den roes der bruilofts vreugde gaf de nog zoo sterke, door en door gezonde man het jonge paar al zjjne roerende en onroerende goederen ten geschenke dat was de nagel aan zjjn doodkist. De »roode" kreeg alles gedaan wat zjj wilde De jonge man deed den mond niet meer open en de oude, die anders voor niemand bang was, ont vluchtte heimeljjk zjjn eigen huis. Dat stond haar nu eigenljjk niet aan, vanwege de menschen, anders gat zjj niet om dien zuurkijkenden schoon vader hjj had toch niets meer na te laten en Haver had al lang zjjn testament moeten maken, waarin hjj haar, als zjj gjen kinderen kregen, zjjn geheele vermogen vermaakte. Over dit testament dacht hjj thans na. Die zaak met vader had hem wakker geschud. „Geschandvlekt", mompelde hjj af en toe »ge- schandvlfckt". Het deed hem aan, voor zoover zjjn levensmoede ziel nog voor aandoening vatbaar was, dat die bejaarde, zelfstandige, flinke man daar in Geluksdal onder de armen en veriatenen uit het dorp zat. „Vader! vader", prevelde hjj, »gij hebt het gewild gjj hebt dat huweljjk gewild ik ben altjjd bang geweest voor die roode heks. Nu heeft zjj ons allen in hff verderf ge stort en als ik dood ben neemt zjj Heihler zij hebben haast geen geduld meer om te wachten." een gesloten rijtuig rjjden in het Bois de Bou logne en zien de cocottes in hare weelderige equipages hare kostbare toiletten ten toon spreiden. „In het Paradijs," zegt de een, »zullen de minnaars toch voor ons zijn." {Amh. Crt.) Ongeveer een jaar geleden heb ik in een twee tal brieven den maatschappeljjken toestand van onze boeren en arbeiders besproken en van dezen een niet zeer verkwikkeljjk tafereel opgehangen. Het is er sedert niet veel op verbeterd. Al is 1884 geen slecht landbouwjaar geweest, wat de opbrengst betreft; door de lage marktprjjzen zjjn de winsten beneden een middelmatig peil gebleven of hebben hoogstens dit bereikt. Niet zonder reden worden dus dezelfde jeremiaden aangeheven. De pachters gaan nog altjjd gebukt onder hooge pachten, de eigenaars onder zware belastingen, ongerekend de hypotheken. De levenswjjze is dan ook bjj velen vrjj wat eenvoudiger geworden, al is voor het uiterljjke dat niet altjjd te bemerken. Alles zou ongetwjjfeld weer in het reine komen, zoo de overvloedige oogsten van weleer met de hooge marktprjjzen terug mochten keeren. Doch hoe Ruitne oogsten te verkrjjgen heeft niemand in zijn ïpacht. De boeren zeggendie komen van Boven. En dat is zoo. Iedere boer weet zeer goed, dat het aan hem staat door uitmuntende bewerking van den grond en goeden mest de kans op een rjjken oogst aanzienljjk te vermeer deren. Doch deze wetenschap baat niet veel, zoo de middelen ontbreken om haar in practjjk te brengen, geljjk met menigen landbouwer het ge val is. Geld moet hjj hebben om een schat uit den grond op te kunnen delven en hjj moet eerst den schat hebben, wil er geld zjjn. Een moeiljjk dilemma Maar verhooging der graanprijzen Dat is dan toch langs kunstmatigen weg mogeljjk door hooge invoerrechten op het buitenlandsche graan. Gewis. De protectie is thans algemeen aan de orde. Zoowel de groote kanselier van het Duifsche keizerrjjk als de minister van landbouw in de Fransche republiek jjveren voor bescherming van den handel in eigen verbouwd graan en zullen hun doel waarschjjnljjk bereiken. In de Belgische kamer is mede de protectie verdedigd en aanbe volen, hoewel daar met minder kans op succes, naar het schijnt. Wat wonder dus, dat er ook in ons vaderland meer en meer over het beschermingstelsel gespro ken wordt. Sommigen komen er openljjk voor uit, dat hoogere marktprjjzen en niets dan dit bedoeld wordtanderen, met verberging hunner ware ge voelens misschien, hoort men alleen van een aandoenljjke belangstelling in 's lands schatkist bljjk geven. Ook in Zuid-Beveland hebben, naardat ik hier en daar uit de gesprekken meende op te merken, weinig boeren met het vrjjhaudelsstelsel op. Wie zegt ons of dit windgesuis niet de voorbode van eenen storm is, welke de handelswereld in beroering brengen zal. Het zou zeker een zegen voor Nederland en in het bijzonder voor het zoo bjj uitstek yan den landbouw levende Zuid-Beveland zjjn, zoo de boer in beter doen kon geraken. Waar de boer het goed heeft, is overal welvaart. Maar zou verhooging der graanrechten nu wel het juiste geneesmiddel zjjn Door deskundigen is reeds ook in dit blad geconstateerd, dat de verhooging zeer aanzienljjk moet zjjn, wil het helpen. Stelt even, dat de verhooging er kwam, ongetwjjfeld zouden de boeren betere prjjzen kunnen bedingen, maar even zeker zouden zij weer tegen elkaar op gaan pachten en bieden. Het meerendeel bleef in dezelfde positie als thans en de groote grondeigenaars en kapita listen staken de winsten in hunne zakken. Daarenboven is het aangeprezen middel m. i. onzedeljjk, daar duizenden uit den kleinen burger stand en ook wel van beter komaf weer duur brood moesten eten. Was het volstrekt nitgemaakt dat het protectionisme voor de boeren eene weldaad was, dan zou dit in de landbouwdistricten wel te verduren zjjn, maar thans, nu zoo weinigen weelde hebben, zou duur brood een ramp zjjn en wel eens rampzalige gevolgen na zich kunnen sleepen. Hij hoorde lachen en keek uit het raam. In den tuin liepen twee menschen met de armen om elkaar heen geslagen. »Lieve God zuchtte hjj," zij schaamt zich niet eens meer, en ik leef toch nog ja ik leef nog! gilde hjj als trof hem plotseling een denkbeeld, „wacht, gjj zult mij niet uitlachen, dat zult gij niet 1Hjj sloot het venster en verliet het huis zoo snel hjj kon. Het was een mooi paar dat daar tusschen de groenie bedden en vruchtboomen wandelde. „Dat noem ik g en leven, die jaren die ik hier in huis doorgebracht heb," zei de boerin, „nu eerst weet ik wat leven is, Heihler, sedert ik u ken wjj behooren bij elkaar, want knapper menschen dan wjj zjjn er niet." Heihler, een zwartoogige jager drukte h,.ar in vervoering aan zjjn hart *Mjj behoort gij toe," fluisterde bjj, »en zweer mjj, dat gjj nog nooit aan een ander gedacht hebt, Priska 1 Zjj schudde het hoofd. „Dat kan ik niet zie mjj aan Heihler, ik zeg nooit een leugen ik ben ruw en wat mjj niet aanstaat, dat ruim ik uit den weg, maar liegen doe ik niet. Ik heb één liet gehad, Frans den oudsten zoon van den boer, die heeft een andere genomen en uit woede en ergernis daarover en opdat niemand zou weten, wat er in mjj omging, heb ik Haver genomen Zjj lachte schamper. sGoed heeft hjj het niet bjj mjj gehad, dat kunt gjj gelooven Neen. Wil men de schatkist stjjren, menzoeke het niet in eene belasting, waarvan het heet, dat het buitenland die opbrengt en in waarheid de min- en onvermogenden ten onzent het doen. Door ver standige bezuiniging en rechtvaardige belastingen mag dit uitsluitend geschieden al is het er verre van daan dat het altjjd zoo gebeurt. En willen onze landbouwers vooruitgaan, laten zjj zich yereenigen om lagere pachten en minder fabelach tige sommen voor een stuk grond te geven. Ge leidelijk zullen dan, zoo de weersgesteldheid meewerkt en zjj den grond goed bljjven bewerken, hunne zaken weer den natuurlijken loop nemen dit geloof ik stellig, al bljjft het natuurljjk het geloof van een leek. De arbeidersstand is er mede niet op vooruit gegaan. Men spreekt hier en daar reeds van vermindering der toch zoo uiterst geringe dagloonen. En al heeft deze reeds hier en daar plaats, dit zou zeker op menige boerderij gebeuren, indien de oestercultuur zoo velen niet tot zich trok en daardoor de werkkrachten der boeren verminderde en de loonen in deze gedrukte tjjden stabiel deed bljjven zelfs op plaatsen, op tameljjken afstand van het oesterdistrict verwijderd. De Zuid-Bevelandsche boerenarbeiders hebben het protectionisme weinig te vreezen, daar velen hunner tegen vastgestelde prjjzen tarwe van hunne meesters opdoen en vooral de boeren grondeigenaars wellicht wat meer zouden laten verdienen. Voor de arbeiders zou het vooral gewenscht zjjn, dat de welvaart der boeren toenam, want hun toestand is diep beklagenswaardig. De steedsche werkmansstand klaagt en mort veel en luid. Het is goed, dat zjj hunne grieven bekend maken. Maar waarljjk onze weinig revolutionaire boerenarbeiders hebben harder lot. Hadden zjj het inkomen van vele mokkende en wrokkende werklieden, zjj waren den koning te rijk. Politie te Middelburg. Aan het bureau van politie zjjn als gevonden gedeponeerd een springtouw met klosjes (nieuw), een psalmboek (oude druk) benevens twee zak doeken, een witte gemerkt M. D. en een waarop figuren gedrukt. Het voor een paar jaren geleden nieuw gebouwde, nette gemeentehuis te Kloetinge, waarin tevens de secretaris zjjn woning heeft, zal weldra niet meer als zoodanig worden gebruikt, maar tot woonhuis worden ingericht voor den tegenwoor- digen geneesheer. De woning van dezen behoort aan den ambachtsheer, die er ten behoeve zijner jachtpartijen een onbezoldigd rjjksveldwachter in zal plaatsen. De secretarie der gemeente Kloetinge wordt dan weder overgebracht in hetzelfde lokaal der dorpsherberg, waarin vroeger de belangen der gemeente werden besproken. Er is sprake van om op het te verlaten ge meentehuis nog eene verdieping te bouwen, dat zeer zeker een goed effect zal maken daar het thans naast de groote engrootsehe pastorie maar nietig uitkomt. Vóór eenige weken gaf het fanfarengezel- schap te Cortgene een openbare uitvoering in die gemeente, bjj welke gelegenheid de rederijkers van Wissekerke een paar tooneelstukken opvoerden. Op 's konings verjaardag voerde de fanfare een goed programmate Colijnsplaat uit, en op Donderdag a. zal zjj, ter gelegenheid eener opvoering door de Rederijkersvereeniging van Wissekerke, een tegen bezoek aan dezen kring brengen. Deze samen werking wordt op Noord Beveland als een gunstig teeken van publiek leven beschouwd en kan voor beide gezelschappen, bjj verstandige leiding, niet dan goede resultaten opleveren. Uit IJzendpke schrijft men ons: Donderdag hield de heer G. A. Vorsterman van Oyen alhier zjjne aangekondigde voordracht over het paard. Spreker behandelde achtereenvolgens den bouw, de voornaamste paardenrassen, de op voeding van het veulen en de voedering van paarden in 't algemeen, terwjjl enkele wenken betrekkelijk het fokken werden gegeven. De voordracht werd bjjgewoond door niet meer dan een tiental toehoorders, nog niet allen land bouwers. Moge de reden van die geringe opkomst - „Maar de andere zou het goed gehad hebben,'1 bromde de jongeman, »en dat kan ik niet velen." „Door u heb ik hem heelemaal vergeten," verzekerde zjj hem, „als gjj de waarheid niet hooren kunt, dan zjjt gij niet de ware, voor wien ik u hield. Kijk, mijn vader heeft als vrijwilliger gediend en ik ben zjjn kind; hjj kon het de re geering niet naar den zin maken en ik den schoolmeester niet. Zoo ben ik, en wie mjj zoo niet hebben wil, die moet mij maar laten loopen." „Ik laat u niet loopen," fluisterde Heihler. Moorden, stelen, brandstichten, alles zou ik voor u over hebben Hjj lachte, koud, zegevierend, zelfbewust en stampte op den grond. »En dat ik zoo lang moet wachten. Al sedert weken ziet hjj er uit als een geest en nog altjjd leeft hij en de oude „De oude is in Geluksdal, wat mjj be treft mag hjj er bljjven laat de menschen praten, wat kan ons dat schelen Ik moest hem plagen, dien ouden man, ik moest, zie Heihler hij had net de oogen van mijn Frans en ik ben bljj dat ik hem niet meer behoef te zien." Aan het einde van den tuin was een heuveltje met een kamperfoelieprieël daar gingen zij heen. In het priëel was het donker, maar aan den voet van den heuvel lag het dorp vreedzaam en stil; aan de bron putte een meisje water en de maan spiegelde zich in den kletterenden straal. Heihler

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1885 | | pagina 5