N° 7.
128e Jaargang
1885.
Vrijdag
9 Januari.
Middelburg 8 Januari.
«"'FEUILLETON.
EINDELIJK ONTMASKERD.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per 3/m. franco f 3,50;
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiën* 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,10
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Wordt vtrvolgd')
M1DÖELBIBGSCME COURANT.
w
w
Agenten zijn te VlissingenP.G. De Veij Mestdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peijl, te Zierikzee: A.C. De Moon, te TholenW. A. Van Nieuwenhüijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger.
Men schrijft ons
Prins Roland Bonaparte, die zich, in plaats
van op politiek, zooals andere leden zjjner familie,
op land- en volkenkunde toelegt, hetgeen wel zoo
wijs is, heeft in eene vergadering van het aard
rijkskundig genootschap te Parijs den wensch geuit,
dat de Nederlanders ook het oosteljjk gedeelte
van Nieuw Guinea bij hun rijk in den Indischen
Archipel zouden inljjven.
De bedoeling is zeker zeer loffelijk, en men
behoort den prins-geleerde dankbaar te zijn voor
zijne goede gezindheid omtrent onsmaar eene
andere vraag is, of zijn wensch instemming ver
dient. Wij bezitten reeds een tamelijk uitgestrekt
grondgebied op Nieuw Guinea, doch eigenlijk meer
in naam dan in werkelijkheid. Nadat in 1828 daarvan
bezit genomen was, werd er op de westkust eene
factorij gevestigd en zelfs ter bescherming van
deze een fort gebouwd, doch men was al zeer
spoedig genoodzaakt factorij en fort wegens het
slechte klimaat te verlaten. Sedert hebben wij
er nooit een Europeescb ambtenaar gehad, zoodat
het gezag, dat wij er uitoefenen, slechts fictief is.
Waarom zullen wij nu dit fictieve gezag uitbreiden,
en bij het bezit der Zuid-West- en Noordkusten
nog dat van de Oostkust voegen Wij zien niet
in, welk voordeel wjj daarvan kunnen hebben. De
minister van koloniën kan den Papoea's en Al-
foeren geen belastingen opleggen wij kunnen er
geen landbouwondernemingen vestigen, noch er
koloniseeren, en zoo er ooit door ons op Nieuw
Guinea eenig handelsvoordeel is behaald, dan kan
dit slechts zeer gering zijn geweest.
Nederland heeft genoeg aan de uitgestrekte en
rijke overzeesche gewesten, die het reeds bezit;
•wij behoeven waarlijk niet naar uitbreiding van
koloniaal bezit te streven. De Papoea's, die buiten
ons gezag staan, kunnen wij gerust aan anderen
gunnen.
Als Benedix in den vorm van een bljjspel een
sprookje heeft willen opdissehen, dan is hij in zijn
Studentenstreek daarin goed geslaagd.
Een rijke erfgename, die verliefd wordt op een
jongmensch, den redder van haar leven, bij gele
genheid van een rijtoer, waarbjj de paarden op
hol gingen. De reddereen arm jongmensch,
gewezen student die om een door hem uitgehaalde
streek van de academie werd weggejaagd, en door
zijne familie zeer onheusch wordt ontvangen. Men
begint bjj zulke gegevens al dadelijk te begrijpen,
dat men zich verplaatst zal zien in de sprookjes van
de duizend en een nacht en dat het slot der
geschiedenis zal wezen dat zjj elkaar krijgen.
Zoo was het dan ook. En nog twee oud-kame
raden van dien student kregen eveneens de partij
die zjj wenschten, al was die minder schitterend
en onverwacht.
Deze echt romantische stof, waarvan de jonge
EOMAN VAN
HUGO KUUZE
ELFDE HOOFDSTUK.
Warburg scheen nog meer te willen vragen,
maar zijn vriend trok hem ongeduldig naar de
deur en zei:
„Kom nu toch eindeljjk. Dat eeuwige vragen
is onuitstaanbaar. Wij zien den man immer
dadeljjk. Als het geld, dat hij van daag in de
bank brengt, maar echt is, dan is al het overige
ons onverschillig."
Warburg liet zich tegen zijn zin meevoeren.
Uit deze kamer kwam men in twee andere logeer
vertrekken, die geheel donker waren en waar het
waskaarsje een gebrekkig licht verspreidde. In
het laatste nam mjjnheer Rott een zonderling
gevormden sleutel uit den zak en zei
„Ik zal openen en u de mechaniek verklaren^
Vlak hierachter ligt de zaal. Ik ga niet mee.
Ik heb daar niets te maken. Het is een vroolijk
gezelschap, waaraan ik mjjn lokaal voor eenige
avonden verhuurd heb. Zoo ben ik buiten gevaar.
Doch dat belet niet", voegde hjj er fluisterend bij,
„dat ik beneden en op het voorplein goed uit
mjjne oogen zie. Het zou al heel raar moeten
loopen als de politie mij nog eens to pakken
juffrouw Hirschbach zoo veel hield, was bewerkt j
op eene wijze, waardoor Benedix weer bewijzen
schonk van zijn menschenkennis. Wantdehoofd-
intrigue moge onnatuurlijk zijn geweest, even
onnatuurlijk als de titel van zijn stuk, de bijzaken
deden ons een blik slaan in het rijke menschen-
leven.
Veel over dit stuk te zeggen valt er niet. Men
herkent er dadelijk Benedix weer uit, die het
meest zijn kracht zocht in sterk gekleurde toestan
den en in gemoedelijke grappigheid, die nu en
dan in ruwheid ontaardt.
Het stuk werd uitstekend gespeeld. Bjj zulke on
waarschijnlijke stukken kan een weinig chargeeren
geen kwaad de actrices en acteurs wisten zich
echter voor al te groote overdrijving te wachten.
De heer Van Kuyk had het leeuwenaandeel
en hij verwierf aller bewondering voor de uitste
kende wijze, waarop hij de hoofdrol vervulde.
Mevrouw Frenkel had slechts een bescheiden
rol, die zjj toch met zeer veel zorg speelde.
Voordat Benedix's blijspel werd gespeeld, be
groette de heer Van Kuyk het publiek met een
welgemeenden heilwensch. Daarin herinnerde hij
aan hst verlies, door ons vorstenhuis geleden, aan
Neêrlands hoopons prinsesje. En het gelaat
van menigeen drukte verwondering uit, toen de
spreker ook herinnerde aan hetgeen ons Zeeuwen
gold, aan wat in 1884 te Middelburg en te
Vlissingen voorviel. Het was voorzeker een
eigenaardige attentie en bjj menigen wensch drukte
het publiek door barteljjk applaus zijn instem
ming uit.
Dat was vooral het geval bjj de woorden aan
het adres van onzen nieuwen commissaris des
konings, jhr mr De Brauw, bjj de hulde, den
edelen Daan Van Eek" gebracht, en niet het
minst bjj den wensch
"Zij, te midden van uw vriendschap
En uw achting, menig jaar
Toegewenscbt den vroeden burger
Middelburg, uw Stoppelaar".
De heer Van Kuyk toonde zich goed op de
hoogte van het werken en streven van onzen
vroegeren secretaris. Ook het tweedaagsch mu
ziekfeest en de gastentoonstelling werden herdacht
Bjj het eerste riep de heilwenscher de zangver-i
eeniging Oefening en uitspanning toe
"Was het tweedaagsch feest 't bewijs u
I)er waardeering uwer stad
Strooie zij vaak in de toekomst
Frissche lauwren op uw pad.
Bloei uw kunstkring nog veel jaren,
Middelburg ten roem, tot eer,
Nadre dan uw roemvol pogen
Der volmaaktheid meer en meer
De gastentoonstelling gaf tot deze ontboeze
ming aanleiding
«Hoog de ster
Van verlichting, van beschaving
Straal haar glans dan heinde en ver.
Zjj de richtsnoer van uw leven
kreeg. Die heeft mjj al last en onkosten genoeg
bezorgd."
De mechaniek was zeer eenvoudig. Het slot
moest overeenkomstig den sleutel gesteld worden;
dan schoof naast de veer van het slot ook een
grendel weg, die aan wêerszjjden van de deur
gemaakt was.
Geheel nieuw", pochte Theophil Rott. »Als
de politie werkelijk in de zaal kwam, zou zij niet
hierheen kunnen en er ook niet aan denken. Die
deur is van buiten gegrendeld. Hoe kan er dus
iemand in deze kamer gekomen zijn
Den heeren veel succes wenschende verwjjderde
hjj zich.
Warburg onderzocht herhaaldeljjk de mechaniek
en stak den sleutel bjj zich. Door de deur kwam
men in een kabinetje, dat door een neergelaten
portière van de zaal gescheiden was.
Hier heerschte een tooverachtige schemering
langs de wanden stonden divans. In het midden van
het plafond hing een lamp, waarvan het licht door
een grooten kap gedempt werd. Warburg hield
zjjn vriend, die de portière wilde oplichten, nog
even tegen.
»Laat ons eerst zien wie zich in de zaal
bevindtdoor deze opening hebben wjj een vol
doend overzicht."
Aarzelend voldeed dé ander aan zjjn verzoek en
kwam naast hem staan.
Reeds bjj het binnenkomen had hun een luid
gelach tegen geklonkennu zagen zij de personen
vlak voor ?ioh,
Het vervullen van uw plicht.
En mocht 't duister u omzweven
Mocht de twijfling u doen heyen
Zij dan Goelhe's woord uw streven:
Licht, meer licht en immer licht
Ook Vlissingen werd herdacht. De herinnering
aan het door den burgemeester gedaan verzoek
om ontslag, waarop later is teruggekomen, ont
lokte den heer Van Kujjk dezen wensch
«Blijve aan 't hoofd van uw gemeente,
In het algemeen belang,
Uw geachte burgervader,
Arie Smit, zijn leven lang."
En hoe goed de heer Van Kujjk het voor heeft
met Zeeland's zeeplaats, bewees hij door zjjn wensch
tot voorspoed van handel, nijverheid, scheepvaart
enz., te besluiten met deze woorden
»En dat weldra heel het land u
Zijn voornaamste hadplaats noem
Het was zeker goed gemeend, al ligt zoo'n toe
komst nog wel wat in al te ver verschiet.
Aan winkeliers, handelaars in 't algemeen
werden natuurljjk ook goede zaken toegewenscht.
En voor zichzelve verzochten
»De directie en de artisten
Uit den schouwburg van Van Lier"
voortdurend de ondersteuning van het publiek
en een goedgunstig oordeel over begane fouten.
Ons dunkt dat het den heer Van Lier, legt hjj
er zich vooral op toe om het publiek goede en
zoowel oude als nieuwe stukken te laten zien,
daaraan niet zal ontbreken. De avond van gis
teren bewees hem dat hij hier een dankbaar
publiek vindt.
De bevolking van Wolfaartsdjjk bestond op 31
Dec. 1884 nit 1002 m. en 1058 vr. of 2060 personen.
In den loop van het jaar werden geboren 50
jongens en 39 meisjes en vestigden zich 58 m.
en 53 vr.
Overleden zjjn 26 m. en 21 vr. en naar elders
vertrokken 67 m. en 74 vr.
De bevolking vermeerderde met 12 personen.
Er werden 20 huweljjken gesloten.
Sedert de opening van het telephoonkantoor in
die gemeente, op 12 Juli van het vorige jaar,
werden behandeld 727 telegrammen, en wel ont
vangen 318 en verzonden 409.
Axel telde op 31 Deo. 1883 eene bevolking van
3158 personen, 1577 m. en 1581 vr.
Dit aantal vermeerderde doordat werden geboren
64 m. en 71 vr. en zich 67 m. en 57 vr. in de
gemeente vestigden. Daarentegen verminderde de
bevolking weder doordat overleden 33 m. en 35 vr.,
terwjjl uit de gemeente vertrokken 94 m. en 85 vr.
De bevolking op 31 Dec. 1884 bedroeg alzoo
1581 m. en 1590 vr., te zamen 3171 inwoners.
Er werden 21 huweljjken gesloten als 17 tus
schen jonkmans en jonge dochters, 2 tusschen
weduwnaars en jonge dochters en 2 tusschen
weduwnaars en weduwen.
De vrij groote zaal werd door een gaskroon
benevens eenige pitten langs de wanden verlicht.
Vlak tegenover de portière bevond zich het buffet
dat met koof®, gerechten en tal van flessehen
voorzien was. Daarvoor stonden twee jonge dames
in kostbare vreemde costumes,
Haar hoofdbedekking bestond uit een soort van
muts, waarvan lange sluiers afhangen. Wijde,
bonte zijden japonnen met lange sleepen, en wjjde
open mouwen, fijne witte boezelaars, waarop allerle
dieren en bloemen geborduurd waren, en een
menigte sieraden maakten het toilet uit. Of die
sieraden echt waren, konden de heeren niet on
derscheiden, doch de groote hoeveelheid recht
vaardigde eenigen twjjfel hieromtrent.
Voor die twee dames stond een jong mensch
met een geblaseerd uiterljjk, in wien men aan
zjjn zorgvuldig stjjfgemaakten knevel, zijn in 't
midden gescheiden haar, en zijn houding als een
lantaarnpaal, terstond een officier in burgerkleeren
herkende.
Uit die groep was het gelach opgegaan, dat
thans herhaald werd toen de incognito luitenant
zijn champagneglas tegen dat der beide dames
aanstiet.
Bedienden schenen er niet te zjjn, want de
cavalier nam zelf een nieuwe flesch uit het jjs en
ontdeed die, niet zonder inspanning, van het jjzer-
draad. Rechts van die groep stond een derde
dame in hetzelfde toilet, met den rug naar de
heeren toe, achter den stoel van een oudachtig
beer, die veel goud en banknoten voor aiob had
Levenloos aangegeven werden 4 m. en 2 vr.
Twee tweelinggeboorten hadden plaats.
De N, R. Crt achrjjft:
In het voörïoopig verslag der tweede kamer
over hoofdstuk VI wordt inlichting gevraagd
aangaande het pas gebouwde stoomschip Sommels'
dijk, en of het waar is, dat een Engelsch ingenieur,
de heer Read, door den minister is ontboden om
een onderzoek in te stellen naar den toestand van
het materieel onzer zeemacht."
In afwachting van het antwoord des ministers
hebben wjj een en ander mede te deelen, dat op
het beleid van zaken bij onze marine, helaas,
geen gunstig licht werpt.
Op de werf te Amsterdam wordt een jjzeren
zeilkorvet (Nautilus), bestemd voor opleidings
vaartuig, gebouwd. Over de geschiktheid van dit
vaartuig is twjjfel gerezen; waarom de beroemde
Engelsche scheepsbouwmeester Sir Edw. Reed (niet
Read), lid van het parlement, door den minister
is uitgenoodigd om rapport te komen nitbrengen.
De heer Reed is in December eenige dagen hier
geweest, en moet verklaard hebben, dat de Nautilus
van eene zonderlinge constructie was, doch hem
niet onzeewaardig voorkwam. Om welke redenen
is ons onbekend, maar dezer dagen is de heer
Hudson, een der ingenieurs van Sir Edward, hier
geweest, om nadere opmetingen en aanwjjzingen
te doen. Inmiddels had de minister gelast den
bouw van het schip zooveel mogeljjk te vertragen.
De Sommelsdijlc is te Hellevoetsluis in dienst
gesteld, met bestemming naar West-Indië. Eerst
had men moeiljjkheden met de plaatsing der
kompassen. Vervolgens is het schip te Nieuwediep
onzeewaardig bevonden. Equipage en état-major
zjjn toen overgegaan op de Bonaire, welk schip
in zjjne plaats naar de West is gestevend. Men
zegt, dat de Sommelsdijk nu naar Engeland moet,
om daar onder handen te worden genomen.
Voor ons goede geld schepen gebouwd, die
onzeewaardig blijkenEngelsche ingenieurs ge
roepen, om de regeering in te lichten over het
werk onzer ingenieursknoeiwerk van onze werven
naar Engeland gesleept om daar, zoo mogeljjk,
terecht gebracht te worden is het ook erg en
hapert er ook iets aan het beleid van zaken?
Men achrjjft ons uit Amsterdam
Van de kiesvereeniging De Grondwet wat'eü
heden avond 15 leden, met inbegrip van het bestuur,
bijeen om het bekende schema te bespreken tot
oprichting eener liberale Unie. De voorzitter mr
H. L. M. Luden zeide dat er aanvankelijk bjj het
bestuur wel eenig bezwaar bestond om de uit-
noodiging tot samenwerking bjj de oprichting të
aanvaarden, omdat men meende dat van den kant
der liberale Unie een zekere dwang op de onder
scheidene kiesvereenigingen zou worden uitgeoefend,
die in strjjd zoude zjjn met de grondbeginselen
van het liberalisme. Dat dit echter niet het geval
zal zjjn, daarvan heeft het bestuur op de eersté
bijeenkomst volle zekerheid verkregen. Evenzoo
dat het niet in de bedoeling ligt, dat de liberale
Unie als centrale kiesvereeniging zal optreden;
Het doel is alleen te trachten elkander voor të
lichten, waarbjj dan het bespreken der beginselen
op den voorgrond zal treden. Mocht echter bjj
het optreden der Unie zich een kracht openbaren;
die niet naar den zin was van deze of genë
vereeniging, dan was het aan die vereeniging
overgelaten daaraan een einde te maken. Dat dé
liberale Unie voornamelijk den godsdienst en zjjnë
liggen. Zij fluisterde hem gedurig iets in het
oordoch hjj scheen geheel in 't spel verdiept
en sloeg bjjna geen acht op haar.
Er zaten nog verscheiden jonge en oudere hee
ren om de speeltafel, die Warburg echter geen
van allen kende. Alleen den bankhouder kon hjj
niet te zien krijgen, daar deze hem ook den Tug
toekeerde. Thans verloor zjjn vriend het geduld,
»Kom nu," zei hjj, „het zal in het oog
vallen dat wjj hier zoo lang verborgen staan te
kjjken. Waarachtig 1 Daar wordt den bankhouder
kennis gegeven van onze komst. Ziet gjj wel,
de kellner brengt hem een boodschap 1
De kellner met het sluwe gelaat was door een
behangseldeur in de zaal gekomen en sprak met
den man die de kaarten afnam.
Het spel was uitEr ontstond een gegons,
dat vooï de luisteraars onverstaanbaar bleek. De
bankhouder stond op en trad op de portière toe;
De twee heeren verlieten thans het cabinetje en
begaven zich in de zaal, waar alle spelers nieuws
gierig in het midden stonden.