N° 298. 127® Jaargang. 1884. \Y oensdag 17 December. FEUILLETON. Middelburg 16 December. EINDELIJK ONTMASKERD. Advertentien* 20 Cent per regel; Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,S0 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. In en over Zeeland. mjjn weten nog nooit in onze gemeente vporge- delbll courant. Agenten zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te KruiningenF. Van der Peijl, te ZierikzeeA. C. De Mooij, te TholenW. A. Van Niedwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. Wie zich tegen 1 Januari 1885 op ons blad abonneert ontvangt de nog in dit kwartaal ver schijnende nommers kosteloos. Op onze leestafel liggen eenige werkjes die eene zeldzame overeenkomst hebben. Zij staan nl., het een meer, het andere minder, in nauwe be trekking tot ons gewest. In de eerste plaats geldt dit wel van het bun deltje schetsen dat de heer Nagtglas bij de firma J0. W. Altorffer uitgaf onder den titelUit het Zeeuwsche volksleven. Deze schetsen verschenen eertijds in de Zondagseditie van het Handelsblad en wij bekennen eerlijk dat wij ze toen niet ge lezen hebben, omdat de eerste dag der week steeds zulk een stroom van bladen ons brengt dat ons de gelegenheid ontbreekt om de letterkundige bijdragen, die daarin voorkomen, te lezen. Zoo zullen er velen zijn en weer anderen zullen het Amsterdamsch blad in het geheel niet lezen. Daarom was het een goede gedachte om die schetsen, in éen bundel vergaard, afzonderlijk uit te geven. Thans lazen wij ze wel, en met zeer veel genoegen. De heer Nagtglas is een bekende in onze provincie en vooral in Walcheren en Bevelandaan hem was het daarom gerust toevertrouwd om zulke schet sen te schrijven, ook omdat hij een fijn opmerker is en iemand vol gevoel die met zachte tinten het menschelijk leven weet te schetsen. Zijn warm hart, zijn liefde voor al wat goed is en edel, dat hem juist in den omgang voor velen zoo aange naam maakt, spreekt uit bijna iedere schets, en daarom vooral maken zij zulk een gunstigen indruk. Wie, evenals hij, als vreemdeling eenmaal den Zeeuwschen bodem betradgelukkige jaren er sleet en, bij teleurstelling, toch zooveel goeds er ondervond en misschien nog ondervindt, doet het vooral goed te lezen van die flinke karakters onder mannen en vrouwen, omdat men ze ook zoo ontmoet heeft. Want daar zijn er nog velen onder de plattelandsbevolking van die figuren zooals de heer Nagtglas ze ons schetst in Maatje en Cornells, en in Hubrecht en Rika. Al legt de schrijver over de werkelijkheid een waas van poëzie, der waarheid wordt daardoor niet te kort gedaan, en ook dit noemen wij een ver dienste omdat daardoor niet uitsluitend model- menschen ons worden geschilderd, een gebrek waaraan andere schrijvers zich zoo vaak schuldig maken. Wij leveren geen critiek over de werken die men ons zendtdit zou niet mogelijk wezen, omdat zij vaak zoo verschillen in strekking. Wij stellen ons slechts ten doel de aandacht onzer lezers, en ditmaal ook van onze lezeressen, te vesti gen op hetgeen naar ons gevoelen dit verdient. koman van HUGO KUUZE „Om de waarheid te zeggen had ik liever dat Udo van daag 'thuis was", zei de waard. »Weet ge heer dijkgraaf, als gij weg zijt wil ik ook nog eens naar den dijk en dan is het huis geheel zonder toezicht. Want moeder zal wel bjj de vreemde dame blijven; die is zieker dan mijn oudje wil bekennen." »Ook goed 1 Dan een andermaal Udo I Da nu mijn jongen, ik wacht met ongeduld op het rijtuig. Zeg dat zjj er de zwarten voorspannen. Die zijn wel wat ouder, maar zjj loopen des te geljjker. „Wie is die zieke dame, Karpinsky", vroeg de dijkgraaf toen Udo weg was. »Kent gij haar? Is zjj hier uit den omtrek?" »Ik weet het niet," zei de ander aarzelend, „maar ik heb zoo mjjne vermoedens. Herinnert gij u nog die spitsboevengeschiedenis, die hier in het jaar 59 heeft plaatsgehad en die mjj toen der tjjd bjjna voor altijd ongelukkig had gemaakt „In het jaar 59 het jaar der mobilisee ring?" vroeg zijn toehoorder. „Gij meent toch niet dien gemeenen diefstal, die tot op den hui- digen dag nog niet opgehelderd is en zoo afschu tsel jjk eindigde met den zelfmoord van den armen En dit is mei de schetsen van den heer Nagt glas en'1 'e werkjes die wij hieronder noemen het geval. Eene opmerking of liever een vraag ten slotte. Op zichzelf is hetgeen onze vroegere stadgenoot schreef allerverdiensteljjkst en schenkt het ons een blik op het leven der boeren-bevolking op Walcheren en Zuid-Beveland met zijne eigenaar dige gebruikenmaar er is nog ruimer veld in ons gewest ter bearbeiding overig, en daaraan wordt zoo weinig gedacht. Zou de heer Nagtglas ook nog stof vergaard hebben voor een vervolg op die schetsen, een ver volg dat ons een blik doet slaan in het volksleven in Zeeuwsch-Vlaanderen, in de steden? Of vindt men daar geen dankbare stof ter bewerkinggeen eigenaardigheden zoo geschikt om beschreven te worden Aan hem, die toonde een deel van Zeeland zoo goed te kennen, om antwoord te geven op deze vraag. Onbescheiden zou het wezen wanneer wjj den sluier oplichten over de band die er bestaat tus- schen Zeeland en de volgende werkjes, door den heer H. A. M. Eoelants te Schiedam uitgegeven Sneeuivwitie, De Varkenshoeder, Asschepoetster, de Kamerdienaar en de witte slang en Blauwbaard. In Middelburg kent men ze en is de geschikt heid van eenige voor eene opvoering door kinderen reeds zeer voldoende gebleken. Voor het musicaal gedeelte zijn bekende en allerliefste melodieën gekozen, die, zoowel als de begeleiding, geheel binnen de grenzen der kinder krachten vallen. De samenstelling van het geheel is geschied door iemand, die bljjkbaar zeer ver trouwd is met het zangonderwijs der kinderen, en ook hiermee toonde liefde te bezitten voor het opkomend geslacht. Vooral de drie eerstgenoemde werkjes zijn bepaald juweeltjes en men behoeft slechts een proef ermee te nemen om te ontdekken hoezeer zij in den smaak der jeugd vallen, vooral omdat de tekst zoo bevatteljjk en aardig is. De uitgever zorgde voor een uitlokkend gewaad en zal zeker wel ondervinden dat deze werkjes meer en meer de lievelingen van de kleinen worden. Men was zoo beleefd ons een levensbericht van den heer G. A. Vorslerman van Oyen, onderwijzer te Aardenburg, door een oud-leerling te zenden, een schets, niet in den handel. Het is dus niet om onze lezers aan te sporen zich deze aan te schaffen dat wjj wijzen op deze biögraphie van een man, in onze gansche provincie bekend en die in een deel daarvan werkzaam is ten nutte van 't algemeen. Wij doen dit uit waardeering voor hem dien zelfs zijne vijanden en gelukkig heeft hij die, want ware dit niet zoo, hjj zou geen man van karakter wezen, zooals hij zich steeds toonde maar vooral zijn vrienden en leerlingen moeten bewonderen om zijn werkkracht en zijn jjver. In Jan.1860 werd hij hoofd der school te AardeDburg; en zijn aanstaand jubilé gaf een zjjner leerlingen deze schets in de pen. Bjj dat feestgetjj mag de ritmeester „Juist dien meen ik; vriend. De moeder van dien overleden officier, een majoorsweduwe Von Brusting, die in dien tjjd eenige dagen hier geweest is, woont op het landgoed Hochzehren bjj S.Gjj herinnert u haar toeh wel, Schrö- der De dijkgraaf knikte en de oude man vervolgde. „Gjj kunt nagaan hoe ik van daag schrok toen die dame mjj mededeelde dat zij naar het slot Hochzehren moest. Zjj noemde wel geen naam, maar het zal zeker de dochter der majoors weduwe zijn, die in het vaderland terugkeert. Ik herinner mij dat die dame mij toen vertelde dat zij slechts éen dochter had, die heel ver weg getrouwd was. Als ik mjj niet vergis, in Zwit serland," „Nli valt mjj ook alles weer in," zei de djjkgraaf, »Ik was toen juist dorpssehout en moest overal bjj zijn. Het was een treurige ge schiedenis." Wat treurigstoof Karpinsky op, >ge- meen, laag was het. Ik kan mjj er na zooveel jaren nog niet overheen zetten; zoo'n smaad als mijn huis door dien diefstal aangedaan is. En dan die brave, knappe officier op zoo'n manier aan zjjn einde te moeten komen „Gij hebt geljjk wat den ritmeester betreft," stemde Schröder toe. „Maar wat uw huis aan gaat, dat heeft er toch zeker niet onder geleden; vriend. Iets zoo ongehoords was wel is waar bjj heer Van Oyen dankbaar terugzien op hetgeen achter hem 'ligt. Meer en welsprekender dan het familiewapen dat vooraan deze levensschets prijktbeter nog dan hetgeen zjjne voorvaderen deden, getuigt hetgeen hp zelf verrichtte, en dat in het slot van dit boekje bevat is, van zijne bekwaamheid, zjjn jjver, zjjne toewjjding aan de zaak van ontwikkeling en beschaving. Die man heeft recht zijn jubilé met trots te vierenals hij dwaalde was het zjjn te groote jjver die hem daartoe voerde. Een waardige feestviering worde hem daarom door velen bereid Wjj bezichtigden de twee schilderijen, door onzen vroegeren stadgenoot, den heer H. J. Van der Weele te 's Gravenhage, tentoongesteld in het gebouw der teeken-academie alhier. De jury der Londensche tentoonstelling schonk daaraan de bronzen medaille. Een meer bekwame band dan de onze zal wel licht beter de verdiensten van deze schilderstukken uiteenzetten wij vestigen daarop alleen voorloopig de aandacht. Zjj verdienen ten volle eene bezich tiging, omdat zjj de welsprekende getuigen zijn van de rassche schreden, waarmee de heer Van der Weele voorwaarts gaat op het pad der kunst. In de tweede kamer zijn heden de door de regeering ingediende kredietwetten rondgedeeld. Als regel is daarbij gevolgd de sommen uit te trekken geljjk aan die voor 1884, behalve enkele noodzakelijke uitzonderingen, zooals voor veeziekte, onder wij suitkeeringen aan gemeenten, uitgaven voor kanonnen, kruit en het vestingstelsel enz., voor de voltooing.der gevangenissen te Breda en te 's Gravenhage en voor kosten der opening van het rijksmuseum te Amsterdam in het a. voorjaar. Naar wjj met zekerheid vernemen, schijnen de nog steeds gevoerd wordende onderhandelingen tusschen de stoomvaartmaatschappij Zeeland, de Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen en de London, Chattam Dover tot een gunstig resultaat te zullen leiden en bestaat er dus alle kans dat de gerezen moeilijkheden zullen worden opgelost. Eerst heden kan dit met eenigen grond worden gemeld. Tot nutoe waren alle berichten daarom trent hoogst voorbarig. Wjj ontleenden gisteren aan de. Hollandsche bladen eene mededeeling omtrent verplaatsingen bij het garnizoen alhier, te Bergen op Zoom en te Vlissingen. Deze mededeeling was niet geheel juistmen is zoo vriendeljjk ons daarop opmerk zaam te maken. De lc luit. H. J. Von Bracken Fock is op verzoek van Bergen op Zoom naar Middelburg overgeplaatst; daartoe heeft hij geruild met luit. Feber. De 2° luit. A. H. Van Alphen De Veer is, eveneens op verzoek, overgeplaatst van Vlissingen naar Bergen op Zoom. komen, maai' u of uw naam kon het toch niet benadeelen. Iedereen kent een uur in den om trek vader Karpinsky en weet wat hjj aan hem heeft. Weet ge wel dat ik indertjjd zware ver moedens had tegen dien graanhandelaar en zijn bloedverwant zjjn zwager geloof ik. Maar het heeft niets gegeven. Hjj heeft zich schitterend van alle blaam gezuiverd en is thans een groot man in Berljjn." „Hm, een groot man", bromde de ander. „Dat schijnt misschien maar zoo." >Maar. t wilde de djjkgraaf in het midden brengen. „Gij hebt geljjk", viel de waard hem in de rede. »Hij heeft een groot bankiershuis in Berljjn en is zelfs koninklijk agent geworden. Door hooge protectie, geljjk hjj mij zelf beteekenisvol zeide, toen hjj eens hier door kwam. Maar ik weet het niet, Schröder, in mjjn oogen is hjj de gemeene schurk, die den anderen tot zelfmoord heeft gebracht. Het was zoo'n fatsoenljjk, be minnelijk man, die ritmeester Von Brusting. Volstrekt niet trotach of hoogmoedig, zooals an ders onze officieren, vooral die van de garde. Maar al Wat wij daar nu over praten is ijdel," viel hij zich zelf in de rede als om iets onaan genaams van zich af te zetten. „Ik zal u liever nog een hartversterking bezorgen, vriend. Dat zult gjj op uw nachtelijken tocht wel kunnen gebruiken want van slapen zal niet veel komen." Karpinsky verwjjderde zich snel en de djjkgraaf Weel peinzend achter. 'Weldra stond een eenvou- Bjj het heden alhier afgenomen examen voor apothekersbediende trokken zicb twee der vier manneljjke candidaten terug. Geslaagd zjjn de heeren J. A. E. Hoek, geb. te Alkmaar, en G. J. Stroomberg, geb. te Amsterdam. De heer A. Van Lier meldt ons dat, hoewel het zjjn plan was ditmaal ook in Goes op te treden, hjj daarvan heeft jmoeten afzien. Uit de G. Cf. blijkt dan ook dat hjj had gewenscht Donderdag aldaar Medea te geven, maar het dan plaats hebbend Nuts/eest verhindert dit. Het gezelschap treedt op deze tonrnée door het zuiden van ons land in het geheel niet te Goes op. Des te meer reden, dunkt ons, voor Middelburg om den heer Van Lier geen teleurstelling te bereiden door een slechte opkomst. Wjj mochten anders voor het vervolg eens verstoken bljj ven van het voorrecht dit gezelschap, met mevrouw Théo Frenkel Bouwmeester en den heer Van Kuyk, te zien optreden. Wellicht gevoelen ook uit Beveland eenige minnaars van het tooneel en bewonderaars van deze actrice zich opgewekt om de voorstelling hier bij te wonen. In de Maandag te Heinkenszand gehouden vergadering van den gemeenteraad, is tegen 1 Jan. tot gemeente-vroedvrouw benoemd mej. N. M. Van den Berg aldaar. Tevens werd tot lid van het algemeen armbe stuur herkozen de heer B. J. Vermande. Uit Colijnsplaat wordt aan de G. Ct. gemeld Dat de firma Van den Broeke en Poelman te Yerseke klaarbljjkelijk hoogst voldaan is over de verkregen resultaten bij hare oester-industrie alhier, bljjkt voldoende daar de eerste lading nieuwe pannen, groot 40,000, voor het jaar 1885 reeds is gelost. Voortdurend worden de oesters van de pannen, die dezen zomer zjjn gelegd, afgestoken, hetgeen aan vele handen werk geeft, en. zjjn onze infor- matiën juist, dan zjjn er opmetingen gedaan om alhier eene oesterput aan te leggen, hetgeen in het aankomende voorjaar zal moeten geschieden. Te betreuren is het dat geene andere firma's alhier de oester-industrie uitoefenen, daar ei' voldoende ruimte is bjj zekeren aanslag. Met 14 stemmen verkozen de ingelanden vaü den Hoofdplaatpolder tot dijkgraaf den heer B, J. Thomaes. De aftredende voorzitter, de heer J. Bs Temmerman bleef 3 stemmen in de minderheid. De heeren P. Noordhoff en S. M. Smit, uitge vers te Groningen, onder de firma Noordhoff en Smit, hebben zich, in een adres aan de tweede kamer, aangesloten bjj de ingebrachte bezwaren tegen de zg. letterkundige overeenkomst met Duitschland. Ook zij zjjn overtuigd van de groote nadeelen, welke bjj goedkeuring van die overeen komst den Nederlandschen boekhandel en aanver wante vakken bedreigen. dig warm maal voor de twee vrienden en nauwe lijks hadden zjj dit genuttigd of zij hoorden het rjjtuig aankomen. Udo trad met een rood gelaat de kamer in ett zei i „Tante laat u hartelijk groeten, zjj is doods bang dat de jjsgang ongelukken zal veroorzaken; De vuren op den dijk hadden haar al op de hoogte gebracht en zjj zendt u van allerlei. Het is in de wagenkist gepakt. Tante laat u bovenal verzoeken om u toch niet noodeloos aan gevaat bloot te stellen." „Best, mjjn jongen. Ik weet alles. Maar nu zeg ik u vaarwel. Groet nw moeder van mjj Udo! Morgen is, naar ik hoop, alle gevaar voor ons voorbij en kunnen wjj den kerstavond gezellig in den familiekring doorbrengen." Met een harteljjken handdruk wilde hjj ver trekken toen eensklaps de deur met drift open- gestooten werd, „In Godsnaam, heeren 1" riep snikkende de jongste der twee vreemde dames. Waar ia die lieve oude vrouw, die ons naar onze kamers ge bracht heeft Mjjn moeder sterft en en o helpt mij toch 1" Verschrikt hadden de aanwezigen haar aange hoord; in allen blikken lag diep medeljjden. »Ik zal moeder dadelijk waarschuwen", sprak de jonge dokter, die het eerst tot bezinning kwam.) „zjj zal zeker terstond komen. En ik voegde hjj er met eenige verlegenheid bjj »ben arts van beroep. Als gjj het toestaat aal ilt mede-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1