12 T Dinsdag N°"279. 25 November. Dit blad verschijnt da ge lij ks> met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiën° 20 Cent per regel: Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,1 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Middelburg 24 DTovember. FEUILLETON. Db flemi zepviert altijd! GORDON STABLES «r* Agenten zijn te ViissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te KruiningenF. Van der.Peijl, te ZierikzeeA. C. De Mooij, te TholenW. A. Van Nieüwenhüijzbn, en te Ter Neuzen A. Van der Peijl J z Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. Wij herinneren, de kiezers te Middelburg aan de stemming voor een raadslid, waartoe Dinsdag (morgen) van 's morgens 9 tot 's namiddags 4 uur gelegenheid bestaat. Wij hopen dat allen zich zullen beijveren om aan mr. O. W. Bïe Stoppelaar een groot aantal stemmen te verschaffen. De regeering neemt thans zooveel mogelijk maatregelen om te voorkomen dat de cholera uit andere streken ons land binnendringe. Aan alle grensstations moeten reizigers uit Frankrijk en België aan een onderzoek worden onderworpen; op de meeste plaatsen aan de grenzen, o. a. te Sas van Gent, Hulst en Terneuzen zijn gelegen heden ingericht tot opneming van door cholera besmette reizigers en ook maatregelen genomen tot ontsmetting van verdachte goederen. De ha vens aan de Middellandsche zee zijn verder hesmet verklaard. Ziedaar voorzorgsmaatregelen die elk verstandig mensch zal waardeeren. Toch verwachten wij een stem in anderen geest. Wij vermoeden dat de afgevaardigde van Mid delburg, mr L. W. C. Keuchenius, de regeering over haar optreden tot wering van die vreeseljjke ziekte zal interpelleeren en haar zijne scherpe afkeuring daarover zal doen hooren. Hij, de anti-vaccine-man de bekrompen strijder tegen al wat hij gelieft te noemen Godverzaken, moet, wil hij consequent wezen, zich ook verzet ten tegen alles wat wordt gedaan om ons te be hoeden tegen het dreigend gevaar. Volgens zijne leer moeten wij alles slechts overlaten aan hooger macht en mogen wij niet anders dan in lijdzaam heid afwachten de dingen die komen zullen. Van voorzorgsmaatregelen tegen de cholera mag bij hem geen sprake wezen. Wanneer zal de heer Keuchenius zijn interpel latie in dien geest houden? Wij hopen spoedig. Dan eerst zullen de bewoners van het district dat hem afvaardigt en waarvoor het zulk een eer heet dat hij zitting namhem in zijne ware gedaante leeren kennen. Die eer moet dan al verbazend groot wezen, want men dreef de komedie zoo ver dat men aan de Gorinchemsche kiezers eene dank betuiging richtte omdat zij aan ons den heer Keuchenius afstonden. Welk een bespottelijke huichelarij. Zij die zich slechts als marionetten laten gebruiken brengen elkaar nog complimentjes. En wat zal het district Middelburg vol bewon dering opzien tegen een aldus afgestaan afgevaar digde, wanneer hjj een pleidooi levert om ons toch vooral niet tegen de cholera te behoeden, en ons land aan het gevaar blootstelt door die ziekte geteisterd te worden. Het ontwerp-adres van antwoord der tweede kamer op de troonrede, gelijk het na het afdee- doob De pkinnen van Von Hausen kwamen ongeveer hierop neerBernezell moest Rudolf in het ge bergte gaan opzoeken en hem beletten om in de eerste twee maanden thuis te komen. Hjj mocht zich onder geen voorwaarde in al dien tjjd in den omtrek van het dorp vertoonen, noch Greta, met wie hjj verloofd was, zien. De «oude roofvogel," zooals Bernezell hem noemde, zou alles betalen, maar de jonge man moest in Parjjs ge houden worden, te midden der grootste vrooljjk- beid, en geen oogenblik tijd hebben om aan huis te denken. Hjj mocht ook niet schrjjven en ala hjj het deed moesten zjjne brieven vernietigd worden. «Hjj zou ook een misstap kunnen doen in het gebergte en in een spleet vallen 1 De grjjsaard wreef zich in de handen en grin nikte van pleizier. «Heerlijk, heerlijk, heerljjk," was al wat hjj kon uitbrengen. «ha, ha, ha. Mooi! De deugd zegeviert altijd in het einde, he, he Bernezell lachte hem in zjjn gezicht uit en mompelde „Van alle oude zondaars, die ooit geleefd hebben lingsonderzoek door de commissie van redactie vastgesteld is en heden in openbare beraadslaging komt, men zie Laatste berichten luidt als volgt: «Sire! De tweede kamer der staten-generaal waardeert het met dankbaarheid, dat de verga dering der volksvertegenwoordiging weder door uwe majesteit mocht worden geopend. «Diep doordrongen van den ernst der haar opgelegde taak, zal zjj doen wat in haar vermogen is om te voorkomen dat 's lands belangen schade lijden door de stoornis, in de gewone parlementaire werkzaamheden ondervonden. Belangrijke wetsontwerpen, waaronder voor stellen tot herziening der grondwet, zjjn haar reeds bekend of in haar vorige bjj eenkomst aan gekondigd. Aan deze en aan de verdere onder werpen van wetgeving, welke zjj zal hebben te overwegen, met name ook aan de regeling der voogdij van Uwer majesteits beminde dochter, zal zjj met nauwgezetheid haar zorgen wjjden. „Moge de almachtige den arbeid van Uwe majesteit en van de staten-generaal met zjjn onmisbaren zegen bekronen." De heer Van Houten heeft op nieuw een staat kundigen brief geschreven en daarmee een tweede tiental geopend. De politieke omstandigheden schjjnen hem de voortzetting dezer uitgaaf', althans nog gedurende eenigen tijd, te eischen. In dit of het volgende zittingjaar moet de herziening der grondwet aan de orde komen, en het is noodig, dat het publiek ten aanzien der houding, die de verschillende Iractiën der staten-generaal hierbjj aannemen, veelzjjdig worde voorgelicht. Bjj de door de liberale dagbladen aangenomen gedragsljjn is het voor hem onmisbaar te dien einde tjjdeljjk een eigen orgaan te hebben. Volgens den schrjjver wordt de publieke opinie door eenige dagbladen tegen bepaalde personen in het harnas gejaagd, vooral tegen de aanhangers der Kappeyniaanache fractie. De uitslag der gehouden verkiezingen is de vrucht van deze bearbeiding der pers door eenige liberalen, die langs dezen weg overwicht in hunne partjj en de uitsluiting van. degenen, die hun in den weg stonden, hoopten te bereiken. Een vjjf- tal progreasistische liberalen viel reeds ten offer aan de jarenlang in de genoemde organen opge wekte meening, dat zjj en hunne politieke geest verwanten eene krachtigé en eendrachtige liberale staatkunde onmogeljjk maakten. Eu nu reeds worden de slachtoffers als met den vinger aange wezen, die bjj de eerstvolgende verkiezingen in het zand zullen bjjten. Aan de verdediging nu van de aanhangers van Kappeyne tegenover de Gleichman-Borgesius-club is deze elfde brief geheel en al gewjjd. Aan het slot daarvan zegt de schrijver; „Niet genoeg kan het worden herhaaldde eenheid der liberalen kan slechts wortelen in eenheid van staatkunde, in de samenwerking tot eene in hoofdtrekken door allen gewenschte op., lossing van het meest op den voorgrond tredende „He he Wat zegt ge riep Von Hausen die hem niet verstaan had. «Ik zei dat gjj zoo'n koddige oude ziel zjjt," gilde Bernezell. «Ha ha! koddig ja maar niet oud, hoor Dien zelfden avond telde de gierige Von Hausen Bernezell een voor een de goudstukken voor, want de gemzenjager moest den volgenden dag vroeg op weg gaan „Ik beken," zei Von Hausen, «dat hetgeljjk staat met een vrouw te koopen. Een drommelsch dure zaak. Maar ik kan u vertrouwen.'1 «Zeker; de deugd, weet ge, zegeviert in het eind. „Ga voort, ga voort;" riep Von Hausen; «goeden nacht. Ga nu naar huis en slaap." „Ja wel ga naar huis en slaap," dacht Ber- fiezell, terwjjl hij met zjjn geweer over den schou der voortstapte; maar niet voordat ik Greta gesproken heb," Zoodra hjj het dorp uit was begon hjj de berg helling te beklimmen. Heel hoog midden op den berg flikkerde licht het was nu donker en dat licht scheen door Greta's venster. Het was een eenvoudige hut, maar heel schilderachtig en rustig. Greta woonde daar met haar moeder, en zorgde voor de geiten en voor de raelkerjj, want de oude vrouw verliet zelden haar stoel. Greta kwam Bernezell tegemoet loopen en vatte met hare kleine blanke handjes zjjne groote grove handen. Was hjj geen vriend van haar minnaar Zjj bracht hem binnen j de oude vrouw knikte staatkundige vraagstuk, en dat is op dit oogenblik de nieuwe regeling van het kiesrecht. Rivaliteiten tusschen personen bestonden er steeds, en zullen er bestaan, zoolang er staatkundig leven is. En zjj zjjn slechts sehadeljjk, als de zaken op den achtergrond treden. Waar groote zaken nagestreefd worden treden zjj van zelf binnen hare gepaste grenzen terug, die zjj helaas in den laatsten tijd, bij gemis aan zakeljjke overeenstemming, zjjn te buiten getreden. „Dan zullen ook van zelf de waardigsten en bekwaamsten op den voorgrond komen en de kleine kabaaltjes ophouden, waarin de liberale partjj dreigt onder te gaan." Zooals wjj Zaterdag meldden dat gebeuren zou, had heden de herdenking van het eeuwfeest der inwjjding van het oude mannen- en vrouwenhuis en van het 25jarig bestaan van het armweeshuis alhier op eenvoudige wijze plaats. in een der bovenzalen van eerstgenoemd ge sticht, evenals beide gebouwen feesteljjk met groen en bloemen versierd, vereenigden zich tegen half een alle verpleegden. Aan de eene zjjde de oudjes, waarvan velen hoog bejaard of aan ongeneeslijke kwalen lijdende, en aan den anderen kant de jeugdige armweezen. Eigenaardige tegenstelling Toen de voorzitter van het bestuur der gods huizen, de heer J. J. I. Sprenger, de dames regentessen mevr C. H. A. De StoppelaarVan Ejjs, mevr. C. J. Yan den Thoorn—Le Nobel, mevr. de wed. M. Van den Broecke—Rietveld Loeff, mevr. J. E. Van Citters—Erraerins en mej. Ceulen, benevens de regenten de heeren J. Fak Brouwer Mz. en G. Alberts Lz., met den secr.- penn. van het bestuur der godshuizen, den heer J. A. Zip, de zaal binnenkwamen, verwelkomden de oudjes hen door een feestzang op de wjjs van het volkslied. „'t Is feest," zbo klonk de trillende stem der in hun beste pakje gestoken verpleegden, 't Is feest op dezen dag Zoo zingen we al te gaar Thans past geen treurtoon, geen geklag, Maar zang en feestgebaar. 't Gesticht, ons dierbaar, zien wij aan; De blijdschap rijst ten top, Keeds heeft het honderdjaar bestaan Herbergzaam nam 't ons op. En toen zjj in het laatste couplet «de goedheid roemden en den naam van aller heeren Heer", en „hulde en dank brachten aan het geacht bestuur," blonk er tusschen meniger wimpers een traan. De voorzitter van het bestuur der godshuizen, de heer J. J. I. Sprenger, nam daarop het woord, 't Was zijn voornemen geweest, zeide hjj, een overzicht te geven van hetgeen tot de stichting van het huis aanleiding had gegeven en van de inwjjding, maar wjjl de Midd. Ct. zoo vriendelijk was geweest een zeer juist en volledig overzicht daarvan te geven kon hjj volstaan met daarnaar te verwijzen. Hjj meende aan dat overzicht niets anders te moeten toevoegen ,dan dat sedert de oprichting ruim 1700 personen in het gesticht en wees op een stoel naast het knappende hout vuur. Greta had zich juist voor den avond verkleed en haar pakje was hoogst eenvoudig maar net, Zjj was tenger en slank gebouwd, met schitterende oogen en een levendig gelaat. Zjj deed Bernezell vijftig vragen, bjjna allen over hetzelfde onderwerp en toen de jager haar moeder goeden nacht zei en heen ging wenkte hjj Greta hem te volgen. «Hjj heeft mjj iets te zeggen", dacht Greta en kreeg een kleur van nieuwsgierigheid. Al de belden van dit verhaaltje 'zjjn zeer nede rig, maar in Greta's oogen was haar Rudolf vol strekt niet nederig. In de heele vallei was geen jonkman zoo groot, zoo strerk, zoo gezond, zoo flink, als Rudolf, al was hjj slechts geitenhoeder. Niemand kon zoo moedig als hjj van de eene rotspunt op de andere springen, of een steilen berg beklimmen met den bjjl in de hand en zjjn luid glou-glou bjj zons op- en ondergang klonk ver over heuvel en dal en werd van piek tot piek herhaald. En Greta, dat lieve kind, had hém zoo harteljjk, zoo innig lief. Er scheen een stukje van de maan door de toppen der pjjnboomen, genoeg om het voetpad naar de bron te verlichten. Hier stond een bank en Bernezell zei geen woord voordat hjj daar was. Om de waarheid te zeggen wist de brave gemzenjager niet goed hoe hjj het zou aanleggen of wat hjj zonder oneerljjk te zjjn aan het meisje zeggen mocht. Misschien had hjj den gierigaard verpleegd werden. Thans is dat aantal een 80. Spreker wees er verder op dat de verpleegden het onthaal, dat hun beden wacht, te danken hebben aan de welwillendheid van vele hunner medeburgers, sprak den wensch uit dat de dag door hen genoegljjk zal worden doorgebracht en eindigde de toespraak tot de oude lieden met de hoop dat de woorden aan den ingang geschreven: Vrede zij dezen huize, steeds waar mogen bljjven en er steeds vrede eensgezindheid en liefde tot den naaste mogen gevonden worden. Daarop sprak de heer Sprenger ook de weezen toe. Hen ook wekte hjj op tot dankbaarheid, tot eensgezindheid, tot goed gedrag en tot vïjjt, opdat zjj, door zich tot nuttige leden der maatschappij te vormen, hun die voor hen zorgden eer aan doen. Een der verpleegden in het oude mannen- en vrouwenhuis, Van Endhoven, bedankte, in goed gekozen woorden, de regenten voor alles wat zjj voor hem en zjjne mede verpleegden doen, wekte de laatsten op tot eensgezindheid, tevredenheid en, met Tollens' dichtregelen, ook tot verdraag zaamheid. Namens allen uitte hjj daarna de beste wenschen voor regenten en regentessen. Daarop sprak ook een der weezen, Jongepier, een woord van dank, daarbjj namens zjjne mede- weezen de belofte afleggende dat zjj, zooveel in hen is, trachten zullen door vljjt en gedrag te toonen hoezeer zjj op prjjs stellen hetgeen voor hen wordt gedaan. Hierop zongen de weezen een tweetal coupletten van een lied, dat ook bjj de plechtige inwjjding van het gesticht was gezongen en dat door den heer W. Appel gedicht en den heer W. R. Ceulen op muziek gebracht is. „Heb dank," zoo luidde het laatste couplet, Heb dank, regentenschaar, Heb dank uit vol gemoed Gij maakt, al valt die taak soms zwaar, Ons 't droevig leven zoet. En gij, o God van liefde en trouw, Die ook ons weezen hoort, Bewaar, beveilig dit gebouw, Der weezen toevluchtsoord 1 De voorzitter dankte met een Onkel woord voor het gesprokene en voor den zang, waarop de regenten en regentessen zich verwjjderden, niet echter voordat hun door al de aanwezigen het laatste vers van Psalm 134 Dat 's Heeren zegen op u daal, was toegezongen. Als eene bjjzonderheid verdient vermelding dat de regentessen van het armweeshuis met een enkele uitzondering mej. Staes is naar elders vertrokken - ook bjj de inwjjding van dat ge sticht deze betrekking vervulden. Op de tafels der verpleegden prijkten heden middag dezelfde gerechten die voor honderd jaar werden aangeboden, terwjjl ze ook heden avond ruim worden onthaald. Ook voor andere amusementen is gezorgd, o. a. wordt door een goochelaar eene voorstelling gegeven, terwjjl heden avond eene fraaie illumi natie wordt ontstoken. Met 1 December jl. wordt van Philippine naai1 Hansweert verplaatst de commies der 3de klasse bjj 's rjjks-belastingen, de heer .1. Van den Abeele-. Men schrijft ons Wanneer men, vooral in dezen tijd, van hei spoor in Oosteljjk Zeeuwsch-Vlaanderen gebruik maakt, kan men niet nalaten een vergeljjking te maken tusschen de exploitatie van onze goede, echt Nederlandsche spoorwegmaatschappjjen en- die van de ljjn Terneuzen—Mechelen en Terneuzen Gent. Overal in ons lieve vaderland hebben we ruime; luchtige, goed verwarmde en verlichte stations en wachtkamers; hier zjjn de stations armzalig, van buiten en van binnen allesbehalve net, de zjjn geld in het aangezicht moeten werpen, heni voor een schurk uitmaken en zeggen dat hjj niets met zijne plannen te maken wilde hebben, „Maar", dacht hjj, «als ik dat doe, is mjjn vriend zjjn leven geen dag zeker. Er is in deze bergstreken, wel meer een moord gepleegd een moordenaar, is gemakkeljjk te huren. Neen, ik neem het geld aan en houd Rudolf een poos weg. Ik zal het geld niet uitgeven, ofschoon ik een broer in Pa rjjs heb, die big zal zijn van ons te zien. En bet goud zal ik als een geschenk aan de moeder van Greta zenden als haar dochter getrouwd is. Zjj behoeft niet te weten waar het van daan komt, en het zal haar jaren lang onbezorgd doen leven." {Wordt vervolgd.}

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1