Ingezonden stukken.
UK Pr VAFEC
Briefwisseling.
DE LEIDSCHE ZAAK.
hebben van iedere daad, die een nieuwe agitatie
zou kunnen teweegbrengen, maar zelfs door het
uitlokken van een koninklijk besluit waarbij het
minimum der wachtgelden van ontslagen onder
wijzers en onderwijzeressen werd verhoogd, als door
eene circulaire des heeren Thonissen aan de
gouverneurs der provinciën waarin aangegeven
werd de schoolwet niet in al zijn gestrengheid
toe te passen; door dit alles heeft de heer
Thonissen, minister van onderwijs en openbare
werken, ontegenzeggelijk blijken gegeven van wijs
heid en gematigdheid. Zijn laatste circulaire zelfs
laat niet onduidelijk doorschemeren, dat, mochten
de palliatieven die hij te hulp neemt, niet het
gewenschte gevolg hebben, dan het kabinet
nog zijn laatste woord niet heeft gesproken, en
het nog andere verzachtende maatregelen zou
kunnen voorstellen. De uitwerking van deze ver
zoenende daad van het kabinet van den 27e®
October bljjft niet achterwege. De algemeene
opgewondenheid komt tot bedaren.
De eenige, die nog heftig rumoer maakt, is de
door de geestelijkheid geïnspireerde, de ultramon-
taansche pers, die de roode vlag in de hoogte
steekt en het koninkrijk met de republiek bedreigt.
Dit revolutionnaire woelen is niet veel gevaarlijker
dan dat van die enkele Fransche schreeuwers.
Men lacht om dat bondgenootschap van anar
chisten met ultramontanen en men beschouwt dit
weinig stichtende tooneel als een les voor het
gansche land.
Te oordeelen naar hetgeen van buiten afzicht-
baar is heeft men dus een verandering ten goede.
Ongelukkig is de ware, de werkelijke politieke
toestand weinig gewijzigd. Alleen het intrekken
der schoolwet zou een gewenscht resultaat geven.
Deze door en door noodlottige wet kan niet gema
tigd worden toegepast, noch verbeterd, zij moet
worden afgeschaft, want het beginsel deugt niet.
Zij stelt de volksopvoeding in handen van de
geboren doodsvijanden van alle openbaar onderwijs.
Ondanks minister Thonissen en zjjn ambtge-
nooten en hen die van goeden wille zijn, zullen
de gemeentebesturen blijven voortgaan hunne scho
len te sluiten en hunne onderwijzers en onderwij
zeressen weg te zenden, alleen nit een zeer laak
bare zuinigheid. Vergeet niet dat, kort na de afkon
diging der schoolwet, minister Jacobs, de auteur dier
vervloekte wet, zich gedrongen gevoelde om in de
toepassing dier wet gematigdheid aan te bevelen
zonder bp machte te zijn den waanzinnigen ijver
der boeren te stuiten, die kans zagen de gemeente-
begrooting van eenige verzwarende posten te
ontlasten en het volksonderwijs in handen speelden
van monniken en zusters, onverschillig van welk
soort.
Niets heeft dit kunnen verhinderen.
Hierin was minister Jacobs machteloos en minister
Thonissen zal nog wel minder slagen.
De zitting vangt aan zonder de geringste voor
uitzichten zoo voor het kabinet als voor het land*
Veere, 6 November 1884.
Mijnheer de Eedacteur 1
Ofschoon ook door uw geacht blad herhaaldelijk
gewezen is op de groote verdiensten van mT D.
Van Eek als volksvertegenwoordiger, zal het u
misschien aangenaam zijn een paar feiten in her
innering gebracht te zien, die mede bewijzen,
hoe de waardige man steeds bereid was ook voor
locale belangen in de bres te springen, zonder
daarom het algemeen belang, dus ook van hen, die
hem thans verguizen, uit het oog te verliezen.
Toen vóór eenige jaren het kanaal door Wal
cheren langs deze gemeente kwam en de landerijen
van vele eigenaars daardoor in twee deelen ge
scheiden werden, waren de betrokken ingenieurs
niet gezind den boeren aan deze zijde van 't
kanaal eenigen toegang tot de afgesneden gedeelten
hunner akkers en weiden te bezorgen. Om die
te bereiken zou dus voortaan de lange omweg
over Middelburg en Kleverskerke gemaakt moeten
worden.
Een onzer meest geachte landbouwers, dit gevaar
inziende en nergens gehoor vindende, spoedde zich
Hij keerde zich om, een donkere blos overtoog
zijn gelaat en hij stond een oogenblik sprakeloos
Eindeljjk zei hp aarzelend, verlegen
»Het verheugt mij u eindelijk aan te treffen,
mijnheer O'Brien? Ik heb u Zondag te vergeefs
gewacht."
»En ik dacht dat gij mjj steeds zocht te
ontwijken. Pierce, begrijpt gjj waarom ik hier ben
waarom ik u opgewacht heb?"
Hij hield op. Maar Gilmore zweeg en zag hem
schuw, van ter zijde aan.
»Oindat ik alles weet! Omdat ik al de
ellende van uw leven ken, omdat ik daar een
einde aan wil en kan maken
De jonge man was plotseling doodsbleek ge
worden en riep toornig uit
»Wie geeft u het recht om u met mijne
zaken te bemoeien, mijnheer O'Brien
»Gjj wilt weten wie mjj dat geeft? Goed
In de eerste plaats uw vader en vervolgens mijn
hart, de warme vriendschap, die ik u toedraag.
Zie mij niet zoo boos aan, mijnheer Pierce Gil
more! Ik weet heel goed wat gjj achter uw
toorn verbergt. Spaar mjj u dat te moeten zeggen,
daar het niet in mjjn ziel opkomt u te willen
krenken. Éen ding kon ik u niet sparen, arme
vriend; Jane weet alles!"
Groote God 1 Hebt gjj dat gedaanviel
Pierce heftig uitWilt gjj mjj het eenige geluk,
dftt ik bp mjjn ellende bezit, nog ontrooren, mjjn
daarop naaf Den Haag, bezocht den heer Van
Eek, legde zjjne grieven bloot en door de
krachtdadige tusschenkomst van onzen geachten
afgevaardigde, werd kort daarna het pontveer
aanbesteed, dat verschillende landlieden in dien
omtrek sedert onberekenbaar gemak en voordeel
aanbrengt.
Uit den laatsten tjjd herinnert ieder zich, dat
de minister Modderman eene wet voordroeg,
waarbij aan Veere eene der rijkswerkinrichtingen
toegedacht was. De kansen daarop stonden prachtig
tot aan de optreding van den tegenwoordigen
minister van justitie, wiens voorgestelde wjjzigingen
het bljjde uitzicht benevelden. Om het dreigende
gevaar zoo mogeljjk af te wenden, besloten de
Veersche kiezers met eenige andere ingezetenen
den heeren Van Eek en 't Hooft een schrijven te
doen toekomen, houdende beleefd verzoek het be
lang der gemeente in dezen wel te willen behar
tigen. En Eere en dank aan den heer Van
Eek 1 Hij liet zich niet onbetuigd maar streed
tot het laatste oogenblik krachtig voor onze
belangen en stemde ten slotte alleen tegen de
wet, die zooveel opgewekte hoop in rook deed
vervliegen. Al was nu de uitslag zijner jjverige
bemoeiingen hierbij niet zoo gunstig als in het
eerst aangehaalde geval, wees verzekerd, mjjnheer
de redacteur, dat de heer Van Eek er ons niet
minder dierbaar om geworden is. De heer 't Hooft
daarentegen bewaarde bjj de discussiën over dat
onderwerp een plechtig stilzwjjgen, natuurljjk ook
op ons zoo beleefd schrijven.
Dezen heer hebben wjj derhalve hoegenaamd
niets te danken en van zijn geestverwant Keuche-
niu8 evenmin iets te hopen. Nu deze, met onze
bjjzondere belangen eveneens totaal onbekende
heer tegenover den waardigen Van Eek staat is
de keuze voor de meesten onzer niet moeiljjk.
Weet althans, dat het meerendeel der kiezers
alhier en daaronder zeer ernstige en godsdienstige
lieden, afkeerig is van het opzweepen der heillooze
kerktwisten en dat zjj ook daarom hunne stem
zullen uitbrengen op hunnen Van EcTc." Neen,
zjj althans willen zich niet aan de grofste ondank
baarheid schuldig maken. Zij zullen zich niet als
schapen laten' leiden ter wille van een streven,
dat ramp en onheil over ons gezegend vaderland
brengen moet. Mocht het binnen eenige dagen
blijken, dat de meerderheid der overigens goede
lieden onder de kiezers in dit district toch onze
dierbaarste belangen aan twee vreemdelingen wil
opgedragen zien, dan sluiten wjj ons geheel aan
bp een der onzen die dezer dagen ten behoeve van
zoodanige onnoozelen opmerktezij weten niet
wat zp doen.
Het aan u overlatende, al of niet eenig gebruik
te maken van bovenstaande mededeelingen, die n
ook namens vele myner medekiezers geworden,
verblpt ik, hoogachtend.
Uw dienstv. dienaar
X.
Mpnheer de Eedacteur
Naar aanleiding van uw schip ven in de Mid.
delburgsche couranten van Donderdag 30 Oct. en
Dinsdag 4 Nov., dat het uw streven is te waken
voor de eer van het Leidseh studenten-corps, kan
ik niet nalaten u ouder het oog te brengen, dat
de wpze waarop u dit beoogt al zeer vreemd is.
Immers u veroorlooft u, op geruchten en »men
zegt" afgaande, een taal tot ons te voeren, die
wp op zpn zachtst genomen in uw blad niet hadden
kunnen verwachten. Terwpl u zelf zegt, dat gij
geen feiten noemt, doch slechts geruchten, dat
het niet wenschelpk is over de zaak te schrpven,
geeft gp u geheel over aan die geruchten, en, in
verontwaardiging losbarstende, veronderstelt gp
reeds gemeenheden, gp eischt reeds voorbeeldige
straf voor hen, die de laagheid hadden het leven
van hunne kameraden te verwoesten, en verklaart
ten slotte, dat men aan onze hoogeschool stelsel
matig joDge menschen mishandelde alleen uit
zucht om hun leed te berokkenen.
Ik vraag u, mpnheer de redacteur, is dit de
roeping vervullen, die een dagbladschrpver is
opgelegd, is dit strpden voor recht en waarheid,
en met onpartpdig oog alles beschouwen?
Wat de gebeurtenissen betreft, hiervan ben ik
vrouw afkeerig van mjj maken Nu zal zp mp
verachten, verstooten. Nu is
Die laatste woorden drongen bp na onverstaanbaar,
steunend uit zpn beklemde borst. John legde
wederom de hand op zpn schouder en zei bemoe
digend
>Neen Pierce Integendeel, nu eerst zult gp
uw vrouw en kinderen geheel bezitten 1 Want
het vertrouwen, een eerste vereischte voor volkomen
geluk, dat ontbrak tot nog toe tusschen u beiden.
Ga nu naar haar toe en biecht haar alles, alles
»Dat kan ik nooit 1 Gp kent Jane niet. O
ik moest zoo handelen, al dreigde mpn hart vaak
er onder te bezwpken Haar, die voorname dame,
mocht het aan niets ontbreken, zp mocht niet
weten welk een vernederende betrekking haar maD
vervult 1 En nu moet ik haar onder de oogen
komen, moet ik haar zeggen
»Dat Pierce Gilmore haar uit liefde al die
offers gebracht heeft," viel O'Brien hem in de
rede; »dat hp al die vernederingen met blpdschap
voor haar verduurd heeft. Denkt gp dat ik Jane
niet ken
De jonge echtgenoot schudde ongeloovig, treurig
het hoofd. Zp gingen zwpgend voort tot bp zpn
huis; daar bleef O'Brien stilstaan en zei
»Voor heden zeg ik u vaarwel, vriend Pierce
morgen wacht ik u in mpn hotel, dat wil zeggen
na den middag, 's Morgens zal ik daar ginds",
hier wees hp in de richting der restauratie, »eea
evenmin als u voldoende op de hoogte om een
goed oordeel te vellen. Ja, er is een novitius
gestorven, er is een novitius wegens krankzinnig
heid van hier verwpderd, doch in hoeverre de
groentpd hieraan schuld heeft, dit zal én door de
doktoren, én door de justitie voldoende aan het
licht gebracht worden.
Het oordeel van deze h. h. vooruit te loopen,
mpnheer de redacteur, is dus zeer verkeerd, vooral
daar het u zulk een taal in den mond legt.
U bp voorbaat dankzeggende voor het opnemen
dezer regelen verblpf ik
Uw dw.
W. K. Buevbi,
Leidseh student.
Leiden, 6 Nov. 1884.
Ziedaar alweer een jongmensch dat zich op een
hoog voetstuk plaatst en, als ware hp iemand van
gezach, zjjn orakeltaal, overvloeiende van alge
meenheden, laat hooren.
Welk een wpsheid verkondigt hpWelk een
n eiiw licht doet hp over de zaak schpnen
Multatuli beklaagt zich in zpn werken zoo vaak
dat men zoo slecht leest. In de kunst van goed
lezen heeft de heer Brevet het ook al niet ver
gebrachten vóór hp zich erop toelegt verma
ningen uit te deelen zp hem ook het terharte
nemen van Multatuli s wenk, hem zeker niet on
bekend, aanbevolen. Om ten opzichte van het
door ons geschrevene zpne onjuiste redeneering
in het licht te stelleD herhalen wp hier enkele
zinsneden uit het door ons vroeger gepubliceerde.
Na opsomming van de loopende geruchten
schreven wp
»Van dergelpke geruchten zouden wp geen
melding maken, wanneer wp geen grond voor de
waarheid ervan hadden; zelfs deelt men ons nog
nadere bpzonderheden mee die wp onzen lezers
sparen".
»Wanneer do jongelui zich, bp de behandeling
der pas aangekomen studenten, bepalen tot aar
digheden, tot dwaasheden, zal niemand daartegen
bezwaar hebben, maar wanneer zp de toevlucht
nemen tot baldadigheden, tot gemeenheden zelfs,
dan eischen de waardigheid van het
studentencorps en de eer der Leid-
sche hoogeschool om daaraan paal
en perk testellen.
„Bij het geval in Utrecht was nog brooddron
kenheid in het spelbp het gebeurde te
Leiden was het, dunkt ons, nog veel erger,
daar heeft men stelselmatig jonge menschen mis
handeld alleen uit zucht om hun leed te berok
kenen".
Ziedaar onze woorden, die, zooals van zelf
spreekt, alleen betrekking hebben op het voor
gevallene en nu zal ieder, die beter leest dan
de heer Brevet, er zeker te vergeefs in zoeken
wat hp durft beweren dat er in staat, nl. dat
men aan de Leidsche hoogeschool stelselmatig
jonge menschen mishandelt.
Het lust ons niet om met den heer Brevet over
de roeping en de plichten van de pers te debat-
teereu. Alleen merken wp dit op
Het is de roeping der pers vooral om, zon
der aanzien des per soon s, te helpen over
slechte daden het volle licht te doen schpnen;
zp moet dat vaak doen als waarschuwing voor
anderen.
In vele gevallen heeft zp meegeholpen om aan
het beleedigd rechtsgevoel voldoening te schenken;
om licht te verspreiden, om waarheid en onwaar
heid van elkaar te doen onderscheiden.
En dit nu was onze bedoeling met ons schrpven
over de Leidsche zaakwp handhaven dan ook
al het door ons geschrevene en wp houden vol,
wat uit het bovenstaande reeds blpkt, dat boven
dien onze pen werd bestuurd door medelpden met
de slachtoffers en hunne betrekkingen en door
belangstelling in de eer van het studentencorps,
die zoozeer wordt benadeeld door sommigen welke
er zich op toeleggen om, zooals zp dat studenti
koos gelieven te noemen, nieuwelingen te »don-
deren."
Wp gelooven niet ver van de waarheid te wezen
als wp beweren dat dit laatste hierbp ook het
geval is geweesten nu moge men van zekere
zpde trachten het gebeurde te verzachten, zoo iets
is in dergelpke gevallen niet vreemd.
Tegenover dit schrpven van den heer Brevet
schikking gaan maken. Gp moogt er niet meer
heen gaan; dat eisch ik van u!"
Mpnheer O'Brien!"
Ja ik verlang het ten stelligste. En hier
hebt gp een banknoot maak daarmede schoon
schip en houd u gereed voor de reis naar Ierland
naar uw vader."
Ook hier kreeg hp geen ander antwoord dan
een onderdrukt snikken. Een paar minuten later
betrad Pierce zpn woning.
De voorkamer was ledig. Jane scheen reeds te
ruste gegaan te zpn. Hp haalde ruimer adem.
Maar het gas brandde nog hoog en daar lag,
achteloos op een stoel geworpen, haarzpden
avondmantel, met de hem bekende kanten sluier.
Wat beduidde dat Was zp 's avonds nog uit
geweest. Missschien met O'Brien, wie weet?
Een gevoel van schaamte en toorn maakte zich
van hem meester. Nog geheel onder den indruk
van het zoo even gevoerde gesprek trok hp werk-
tuigelpk zpn jas uit, ging met een zucht aan de
tafel zitten, waarop een fpn handwerk van zpn
vrouw en eenig speelgoed door elkaar lagen en
liet het hoofd op de handen rusten.
Jane was nog niet naar bed. Daar stond zp
tegen de reet van de slaapkamer deur, in haar
witten peignoir met loshangend haar en tuurde
onafgebroken in het salon, met diepe smart, doch
innige opofferende liefde op het gelaat. Zp had
hem hooren komen, had hem sidderend afgewacht
staat een brief dd. 5 Nov., van eene andere zpde ons
geworden, die een bevestiging van het door" ons
geschrevene bevat; en op grond van deze en eene
andere bjj ons ingekomen missive beide brieven
zpn niet voor publiciteit vatbaar, maar wel voor
belangstellenden te lezen verklareD wp dan ook
zeer weinig te hechten aan de tpding dat de groen
uit Noord-Brabant door eigen onvoorzichtigheid
eene maagziekte zich berokkende, terwpl evenmin
het in onze oogen iets afdoet aan de zaak of de
novitius, die in een krankzinnigengesticht ver
pleegd wordt, reeds vóór zpne komst te Leiden
sporen van geestverwarring toonde. Eeden te meer
moest dit dan geweest zpn om hem niet te laten
groenloopen, of ten minste met consideratie te
bejegenen.
Eerst als ons bewezen kan worden dat dit is
geschied, en dat het gebeurde zpn toestand niet
heeft verergerd zoodanig dat zpne opname in het
gesticht noodzakelijk werd, eerst dan heeft-men
recht om tegen onze mededeelingen op te komen.
Als de heer Brevet nog eens lust gevoelt om
in ons blad te schrpven dan verleenen wp hem
in 't vervolg alleen daartoe plaats op voorwaarde
dat hp bescheidener toon aansla, want de naam
van Leidseh student legt hem wel veel verplich
tingen op, maar geeft hem allerminst het recht
om de grenzen der beleefdheid te overschrjjden.
Eed.
Het bovenstaande was reeds door ons geschreven
toen wp nog het volgend stuk ter opuame ont
vingen, waarbp wp alleen opmerken dat de be
wuste naam, aan den heer Eomme niet genoemd
behoeft te worden. Wp weten dat hp dien reeds
kent.
Mpnheer de Eedacteur 1
In uwe courant van 4 dezer komt een tegen
spraak voor op een artikel over 't groenloopen te
Leiden in uwe editie van 30 October 11. opgenomen.
'k Neem gaarne aan dat de heer Rotume veront
waardigd was over 't geen in dat artikel werd
medegedeeld omtrent den groen die, tengevolge
van overmatig wpn drinken, eene maagaandoening,
zou gekregen hebben.
Toch is mp een novitius uit Noord-Brabant mot
name bekend en 'k zal diens naam u noemen,
teneinde den heer Eomme in de gelegenheid fe
stellen, dien, desgevraagd, door uwe tusschenkomst
te vernemen die, na een kortstondig verblpf te-
Leiden, naar Noord-Brabant moet zpn terugge
keerd, lpdende aan eene maagcathar en daar
genezing heeft gevonden, zp 't dan met of zonder
geneeskundige hulp- (Dit werd mjj onlangs door
een familielid van dien novitius verteld en 'k heb
nog geen reden om aan de waarheid te twjjfelen).
Doch wat hiervan ook wezen moge, van meer
beteekenis zpn, dunkt mp, de feiten dat een nieuw
aangekomene tpdens het groenloopen aan delirium?
nervis bezweek en een ander nagenoeg terzelfdec
tpd krankzinnig werd.
Wenschelpker ware het dat de geruchten., die
daaromtrent loopen en die, bevatten zp maar eenige
waarheid, mpne en ieders verontwaardiging zouden
opwekken, met eenigen grond weêrsproke» konden
worden.
Bp voorbaat, mpnheer de redacteur, mpn dank
voor de opname dezer regelen.
Hoogachtend, uw dv. dienaar,
Geen Correspondent-
7 November '84.
X. te Middelburg beklaagt zich bp ons over
eene bejegening, hem Woensdagmiddag overkomen.
Om half drie kwam hij met zpn karretje aan de
Abdp, maar hem werd, met het oog op de zitting
der provinciale staten, die eerst te drie uren begon»
de toegang geweigerd.
Daarentegen liet men equipages en het rptuig
van 't hotel de Abdij passeeren.j
Hp voegt bp zpne klacht eenige beschouwingen
over gebrek aan vrpheid in ons land, die echter
aan de quaestie zelve niets afdoen.
Wp hadden het beter gevonden als X, waar bjj?
meende dat hem onrecht was gedaan, zich tot heb
hoofd der politie had gewend. Of deed hp dit
reeds
Het is, dunkt ons, ook wel wat overdreven, dat
men een half uur van te voren de passage in de
Abdp afsluit, maar overigens gelooven wp dat X.
onbillpk is waar hp het kwalpk neemt, dat het
hotel-wagentje wel mocht inrpden. Zou hp dan
wenschen dat men den toegang tot iemands woning
belette en zelfs een zaak door zulk eene bepaling
benadeelde? De equipages die toegelaten werden
zpn wellicht van leden der staten zeiven geweest.
Aan J. V. te Urk. Hetgeen u wenschte is
gisteren geschied.
elke zpner bewegingen gade geslagen. Was die
ineen gestoken gestalte, met die verwrongen?
trekken inderdaad haar man haar Pierce. Lieve
God wat was hp in Amerika veranderd 1 Was
zp dan tot nog toe blind geweest Ja, blind,
zelfzuchtig, gevoelloos 1 Zp had slechts aan zich
zelf gedacht. In haar tameloozen hoogmoed, haar
verspilzucht was nooit de vraag bp haar opge
komensHoe komt gp aan het geld om mpne
grillen te bevredigen en als hp haar dan eens,
zooals voor een paar dagen, bedeesd tot zuinigheid
maande, dan lachte zp hem uit en zei dat hp
hypochonder, tobberig werd.
Wordt vervolgd.)
Gedrukt by de Gebr» Abrahams, te Middelburg.