N° 252. 127® Jaargang. 1884. Vrijdag 24 October. Onze Candidaten. 3 FEUILLETON. Middelburg 23 October. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiën* 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,1 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL. X)oor storm naar de haven. MIDDELRURGSCHE CO RAM. Agenten zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te KruiningenF. Van der Peul, te Zierikzee: A. C. De Moou, te TholenW. A. Van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Puhlicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. i. Dat de keuze van den burgemeester van Vlissingen tot candidaat voor de tweede kamer eene gelukkige keuze is, zal zeker ieder toe stemmen, die den toestand van Zeeland in het algemeen en van het district Middelburg in het bijzonder kent. Met die candidatuur toch plaatsen wij ons niet, zooals de heer De Savornin Lohman gis teren, wel niet met ronde woorden maar toch zijdelings en duidelijk genoeg, opmerkte, op een materieel maar op een zuiver practisch standpunt. Zelfs was de heer Lohman in dat opzicht niet consequentwant hij sprak toch van een beteren tijd, toen iedere stand, ook de handelsstand, was vertegenwoordigd. Bij den bloei van Vlissingen nu zijn de belangen betrokken van een groot deel van Zeeland, niet het minst van Middelburg en geheel Walcheren. De opkomst van Vlissingen wordt zoo van iemand, dan juist van den heer Smit verwacht. Dat de haventerreinen te Vlissingen eindelijk uit het beheer van den staat in dat van eene particuliere maatschappij zijn overgegaan is aan zijn volhardend streven te danken. Dat van dien overgang thans nog niet veel vruchten zijn te zien, is waarlijk niet de schuld van den heer Arie Smit. Bekend genoeg is toch de tegenwerking van de Maatschappij tot exploitatie van staatsspoor wegendie door hare tarieven en vooral bij de toepassing dier tarieven Botterdam bevoordeelt en Vlissingen tegenwerkt. De uitbreiding der mü Be Schelde tot een der grootste en beste fabrieken uit ons land kwam onder zijne leiding tot stand. Dat deze nog jeugdige onderneming, evenals al hare oudere zusters zoo in Nederland als in Enge land, lijdt onder de crisis in de nijverheid is een treurig verschijnsel, dat echter niet aan de personen maar aan de omstandigheden moet worden toegeschreven. Zal Vlissingen een badplaats worden Zij, die deze vraag schouderophalend beantwoorden, vam DORIS VON SPAETTGEN. TWEEDE HOOFDSTUK. Mijnheer Wilcox haalde diep adem, het lange spreken had den korten dikken heer wat verhit. Nu zag hij vorschend, als verwachtte hij antwoord, in het verbrande gelaat van den Ier, dat weer die zachte, bijna droomerige uitdrukking had, -welke mevrouw Von Hom gisteren avond ook reeds opgemerkt had. En daar die met zijn geheele persoonlijkheid in strijd was kon mijnheer Wilcox zich niet weerhouden van te zeggen »Weet ge wel, O'Brien dat gij tusschenbeiden den indruk geeft alsof gjj twee naturen vertegen woordigt. Somtijds zijt gij de diepe denker, de ernstige man van ondervinding; maar dan hebt gjj ook weer iets over u van een gelukkig, tevreden kind, dat niets van het leed dezer wereld afweet. BenijdenswaardigMenschen, die alles zonder harts tocht, objectief beschouwen, zijn de gelukkigsten. Waarom zijt gij nooit getrouwd?" O'Brien nam zijn sigaar uit den mond en zei lachend sOmdat vrouw en kind bij mijn nomaden leven maar onnoodig ballast zouden geweest zijn, als ik ze meegenomen had; en wanneer ik ze thuis gelaten |iad zou ik spoedig voor een model echtgenoot zullen het moeten erkennen dat, als Vlissingen een zeebadplaats wordt, dit aan het initiatief van Smit zal te danken zijn. De belasting op het gemaal wordt met 1 Jan. 1885 met ,/3 verminderd: ziet hier een practisch resultaat van des burgemeesters beleid. Met een zeldzame energie zet hij door om te bereiken wat hij zich tot doel koos. Waar hij soms mocht dwalen in sommiger oogen, daar zal men in ieder geval moeten erkennen, dat hij steeds de belangen van Vlissingen trachtte te bevorderen. En nu zulk een man, toegerust met zooveel ervaring,' met kennis van de behoeften die een groot deel van Zeeland heeft, met de middelen die het kunnen opbeuren maar ook met de pogingen die worden aangewend om hem in zijn streven tegen te werken, zich bereid ver klaarde om in 's lands vertegenwoordiging, waar noodig en mogelijk, die belangen te be pleiten, daar meenen wij dat het een plicht der kiezers is, ook in hun eigen belang, om hem een mandaat op te dragen. Smit is een practisch man bij uitnemendheid, en waarlijk in onze tweede kamer is aan zulke mannen behoefte. Ook elders toont men dit te begrijpen door een man als Duyvis te kiezen en een als Stork candidaat te stellen, beiden bekende industri- eëlen. Nieuw bloed, mannen die voor handel en nijverheid een open oog niet alleen, maar ook een warm hart hebben, die kunnen omdat zij kennen, zij zouden een aanwinst voor caze kamer zijn. Naast Van Eek, steeds vol toewijding aan onze belangen, en die op meerdere ervaring op parlementair gebied kan bogen, zal de heer Smit zeker een goede plaats innemen. Maar daarbij brengt men in den heer Smit, die de liberale beginselen is toegedaan en zich op een geheel onafhankelijk standpunt plaatsen kan, een nieuweling in de kamer, onbekend met den partijstrijd, met de onderlinge veten, waarboven ook de heer Van Eek zich steeds heeft geplaatst, en waardoor in den laatsten tijd zoo vaak de belangen van ons land werden benadeeldde bevordering daarvan werd te gengehouden. Ook daarom doet men een verstandige keuze door den heer Arie Smit bij de verkiezing op a. Dinsdag te stemmen, in plaats van den on bekenden mr. 't Hooft, die zich uitsluitend met Noord-Brabant's belangen schijnt te bemoeien. Door een groot aantal liberalen, uit verschillende deelen van ons land, is de navolgende oproeping verspreid Onverwacht, en daarom kwalijk voorbereid, ziet bet Nederlandsche kiezersvolk zicb geplaatst voor een strijd, die in felheid eiken voorgaanden schijnt te zullen overtreffen, niet het minst omdat het met eene nieuwe en ruimere grondwetsherziening in het verschiet nu om geheele vernieuwing van de volksvertegenwoordiging is te doen en dus om eene uitspraak, die de richting van ons staats beleid vermoedelijk voor tal van jaren bepalen zal. De kerkelijke partpen worden blijkbaar geprik keld door de hoop op eene overwinning, welke de meerderheid aan hare zijde brengten inderdaad wij behoeven niet te ontveinzen, dat alleen de krachtigste inspanning onzerzijds zulk eene overwinning kan maar dan ook zeker zal tegenhouden. Gold het bp den naderenden strijd enkel een vraag om wat meer of wat minder in zake van openbaar onderwijs; had de toeleg geen ander doel dan om bij eene nieuwe regeling van het lager schoolwezen tot eene betere verhouding tusschen staats- en gemeentezorg, vooral om tot eene betere verdeeling van de geldelijke lasten te geraken er zou onzerzijds meer neiging bestaan om dien toeleg te steunen dan om zulk eenen in den weg te treden. Maar nu men onverholen verkondigt, dat de strijd gericht is tegen de hoofdbeginselen van ons lager onderwijs, zooals de wet van 1857 die ontwikkeldenu het voortbestaan van onze gemengde openbare school zelf de inzet wordt, - krijgt de aanstaande verkiezing een karakter waarvan de groote en ernstige beteekenis niemand ban ontgaan. In dien verkiezingsstrijd zijn enkel voor- en tegenstanders bestaanbaar, geen onzpdigen. Dat daarom van allen, die den toeleg der ker kelijke partijen veroordeelen, niemand ook de allerlaatste niet terugblp ve, opdat op niemand de verantwoordelijkheid kome te rusten, dat hij door zijne onthouding toestanden hielp voorbe reiden als nu België doorleeft, en den triomf bevorderen van beginselen, die hoe men het ook verbloeme als laatste en bitterste vrucht kerkelijke overheersching brengen moeten. Onder de onderteekenaars komen voor de heeren J. A. A. Fransen Van de Putte, jhr mr J. W. C. De Jonge Yan Ellemeet en J. J. Ochtman te Goes, mr D. A. Berdenis van Berlekom J. P. I. Buteux, inr.W. A. Van Hoek en jhr mr D. G.Van Teylingen te Middelburg, en mr C. J. Fokker te Zierikzee. Bij koninklijk besluit is bepaald dat de stem briefjes, ter verkiezing van leden der tweede kamer van de staten-generaal, in de hoofdkiesdis- trictén Middelburg, Goes, en Zierikzee op 28 October e. k. en, zoo herstemming mocht noodig zijn, op 11 November daaraanvolgende in te leveren, zullen worden geopend respectievelijk op 30 October en 13 November eerstkomende. uitgekreten zijn en dan geloof ik," voegde hij er aarzelend bij, dat de rechte nooit gekomen is. Ik had op elke vrouw niet iets, maar heel veel aan te merken en het vrouwelijke geslacht misschien op mij ook. En zoo ben ik tot nu toe eenzaam door het leven gegaan." »Tot nu toe?" vroeg de oude heer met een guitig lachje, »datis nu eens een verstandig woord, daarin licht toch de mogelijkheid opgesloten dat als de rechte nog kwam all right, kpk maar eens in Amerika rond, O'BrienWij hebben in New-York prachtige meisjes, maar een ding moet ik u vooruit zeggenold Ireland verheugt zich niet in de gunst der Yankee dames en uw per soonlijkheid moet veel vooroordeelen helpen over winnen. A propos, zal ik u met mevrouw Von Hom in kennis brengen Zij is een verstandige dame, die veel gereisd heeft en aangenaam weet te praten." »Dank u zeer, mpnheer WilcoxIk heb mij zelf gisterenavond reeds voorgesteld; maar toch slechts een paar woorden met haar gewisseld'4 antwoordde John O'Brien. »Zoo, het is te hopen dat gij de moeder ook leert kennen, die is allerliefst, een deftige vrouw. Gij zult vele punten van aanraking met haar hebben, daar mevrouw White, eer ze naar Amerika kwam, bijna altijd in Ierland gewoond heeft," zei de oude heer, weer op en neer loopende. »In Ierland Dat is interessant. Hoe heet zij van zichzelf vroeg O'Brien met belangstelling. »Ja, dat weet ik niet. Alleen heb ik gehoord dat zij familie was van de Glens, op wier kasteel zij grootgebracht is. Maar dat moet in uw buurt bij Cork liggen, bedenk ik mij. Kijk eens aan, dan is zij nog een halve landgenoot van u." Waarlijk, familie van de Glens?" riep O'Brien, als geëlectriseerd, uit. „Van Jacob Gleni wiens dochter, gelijk hij en iedereen beweert, een mésaillance gedaan heeft, door een besten, braven jongen te huwen die evenwel niet van hooge geboorte was en die daarom door haar vader verstooten isBij St. Patrick dat zou een gewich tige ontdekking zijn 1" Beate O'Brien. Gij vraagt veel te gelijk- Ik kan u heusch niet meer van de menschen vertellen. Mevrouw Von Hom zal u zeker alles mededeelen wat gij weten wilt. Laat ons nu gaan ontbijtenEr is al tweemaal gescheld. Wij zijn de laatstenIk heb een razenden honger 1" Zij daalden af naar het Balonde jonge vrouw zat niet op haar gewone plaats en kwam in het geheel niet aan het ontbijt, hetgeen als iets zeer buitengewoons opgemerkt en besproken werd. »Is mevrouw Von Hom ziek?" vroeg O'Brien den hofmeester. »0 neen mijnheer! mevrouw is een kwartier geleden hier geweest om het ontbijt voor mevrouw White te halen." Dit klonk heel natuurlijk en toch fronste O'Brien het voorhoofd. Hij kon zich niet uit het hoofd zetten dat zij hem ontweek, dat zij zijn bewondering ongepast, zijn gedrag belachelijk gevonden had. Hjj legde mes en vork neer en stond op, Heden namiddag werd in het Schuttershof deEdele Handboog alhier, onder voorzitterschap van den heer J. C. Lantskeer, eene algemeene vergadering gehouden van. het departement Middelburg der Nederlandsche maatschappij tot bevordering van Nijverheid. Na afdoening van enkele zaken van huishoude- lijken aard werd door den voorzitter, op verzoek van het hoofdbestuur der maatschappij, aan den heer H. J. E. Gerlach alhier de gouden medaille der maatschappij met daarbij behoorend getuigschrift en eene (som van 100 overhandigd, aan dezen toegekend voor zijne landhuishoudkundige beschrij ving van Walcheren c. a. in antwoord op de door de maatschappij uitgeschreven prijsvraag n°. 567. De voorzitter verklaarde de taak, hem door het hoofdbestuur opgelegd, gaarne te vervullen. De leden der maatschappij weten toch hoeveel moeite de heer Gerlach zich zoowel voorleden jaar als dit jaar getroost heeft om het thans behaalde succes te verwerven. Hjj wees op den lust en den ijver die noodig waren om, waar de heer Gerlach ten vorigen jare niet slaagde, op nieuw de handen uit de mouw te steken en opnieuw in het strijdperk te treden. Den heer Gerlach, zoo namens zich zeiven als namens de leden, geluk wenschende met de ont vangen onderscheiding, uitte de heer Lantsheer verder den wensch dat deze bekroning hem een spoorslag moge zijn om op den ingeslagen weg voort te gaan, om in het belang der provincie, in het belang van Walcheren en ten nutte van den landbouw werkzaam te zijn. De heer Gerlach dankte voor de waardeerende woorden van den voorzitter. Het doel, dat hij met het schrijven zijner brochure beoogde, was geen ander dan om de groote gebreken bloot te leggen die den landbouw en de veeteelt nog aankleven* Wanneer dan ook zijne brochure, behalve door de leden der maatschappij, door de landbouwers wordt gelezen en enkelen der laatsten daardoor het oog wordt geopend en zij tot verbetering van wat verkeerd is overgaan acht hij zich ruimschoots voor zijne moeite beloond. De onderscheiding, hem toegekend, verklaarde de heer Gerlach op hoogen prijs te stellen, en zeker zal die hem aansporen in de eens ingeslagen richting voort te gaan. Steeds zal hjj bereid gevonden worden om te doen wat zijne hand vindt te doen in het belang van den vaderlandschen landbouw in het algemeen, in het belang van den Walcherschen in het bjjzonder. De fraaie medaille draagt aan de eene zijde het randschriftNederlandsche maatschappij ter bevordering van nijverheid benevens het wapen der maatschappij, aan de andere zijde vermeer dering van volkswelvaart het doel der maatschappij Aan H. J. E. Gerlach 1884. In dezelfde zitting werd, in plaats van de heef De Fremery, de heer Gerlach tot bestuurslid gekozen. Bij kon. besluit is de militie-commissaris iü Zeeland, luitenant-kolonel J. F. Van Regtereh, overgeplaatst naar het 3de district van Noord- Brabant. Zie laatste berichten van gisteren.) Veere, 23 Oct. In de Woensdag gehoudeii raadsvergadering werd, op voorstel van den bur gemeester, door den raad een besluit genomen dat ook elders navolging verdient. Ten einde den werkenden stand dezen winter voor armoede te bewaren, en daardoor zoo mogeljjk diefstallen enz. te voorkomen, stelde de voorzitter voor aan hoofden van arme huisgezinnen werk tè verschaffen door het doen afgraven van een ge deelte der omwalling en te dien einde eene geld- leening aan te gaan van 5Ö0. Alweer naar boven vroeg mijnheer Wilcoi die met grooten smaak zal te eten. »Ja, ik kan het hier beneden niet langer uithoudende zon schijnt te verleidelijk. Wat doet gij straks mijnheer Wilcox?" »Ik ga naar de rookkamer om oude couranten te lezen." Apropos, de eigenaar 1" zei O'Brien zich nog eens omkeerende, om den ouden heer zijn koker te geven. »Dat had ik bijna vergeten." O dank je welIk zou er wel om gevraagd hebben. Kom maar gauw bij ons. Dan praten wjj weer gezellig." Die laatste woorden kon O'Brien niet meer gehoord hebbenhij had het salon reeds verlaten. [Wordt vervolgd^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1