N° 246,
127* Jaargang.
1884
Vrijdag
17 October.
Middelburg 16 October.
Dit blad verschijnt, dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per 3/m. franco f 3,50;
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiën* 20 Gent per regel:
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,J0
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
Een. muis die een berg baarde.
MIDDELBIIRGSGHE COURANT.
Agenten *ijn te Vlissingen: P. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. De Mooij, te TholenW. A. Van Niedwenhduzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger.
De Maandag te Amsterdam gehouden bij
eenkomst ter verkrijging van meer licht over
de bestaande minder gunstige verhouding tus-
schen de Amsterdamsche afgevaardigden heeft
zeker volkomen aan haar doel beantwoord,
waar het geldt duidelijk te doen uitkomen hoe
diep de klove is die tusschen de liberale
'kamerleden onderling bestaat.
Waar terecht is opgemerkt dat de bespreking
die men wilde provoceeren niet alleen voor de
hoofdstad maar voor de gansche liberale partij
in ons land van belang was, heeft hetgeen nu
plaats heeft gehad nog duidelijker gesproken.
De bijeenkomst zou ons een blik gunnen in de
gebeurtenissen der laatste jaren, sedert Kap-
peyne als minister aftrad. De beide partijen,
de heer Tak en de zijnen aan den eenen kant
en de heer Gleichman, Dirks, Gildemeester en
Ki.st aan de andere zijde, waren uitgenoodigd
Lftnne grieven tegenover elkander bloot te
leggen. Het gezond verstand der laatstge
noemde vier heeren heelt ons zulk een onver
kwikkelijk schouwspel bespaard. Wie ooit zich
een illusie heeft kunnen vormen dat zulk
eene bijeenkomst twee partijendie dage
lijks elkaar op politiek terrein ontmoeten en
het toch niet eens zijn kunnen worden,
langs kunstmatigen weg tot verzoening zoude
kunnen brengen moet zeker de geschiedenis
der laatste jaren niet kennen.
Met volle recht antwoordden dan ook de
vier afgevaardigden, de heeren Gleichman c.
op de tot hen gerichte uitnoodiging
„Geldt Ket hier een kibbelpartij tusschen
eenige afgevaardigden met hulp van weder-
zijdsche goede vrienden bij te leggen Zoo
ja, zij zouden allen verdienen geweerd te
worden, want dan hadden zij de belangen van
het land sinds geruimen tijd doen achterstaan
bij futiliteiten.
„Of de verschilpunten zijn in een paar uren
uit den weg te ruimen en daarmee zou de
staf gebroken zijn over ons geheel verleden;
6f de grond ligt dieper en dan haten geen
conferentiën.
„Dat de grond dieper ligt, behoeft voor nie
mand een geheim te zijn. Gemeenschappelijk
handelenverstandhouding op politiek gebied
is onmogelijk gebleken, niet slechts men
lette er wel op tusschen de minderheid en
de meerderheid der Amsterdamsche afgevaar
digden, maar tusschen die minderheid en over-
groote meerderheid der liberale partij".
In bijeenkomsten, voor alle kiezers toeganke
lijk, zooals in Zaandam een werd gehouden
toen mr. Kappeyne was aanbevolen, kun
nen aan een nieuwen candidaat inlichtingen
worden gevraagd omtrent zijne meening over
de vraagstukken van den dag, of van afgevaar
digden rekenschap worden gevorderd over
hunne houding. Maar het nut van een verga
dering als Amsterdam ons te aanschouwen
heeft gegeven zien wij niet in.
Naief klonk zelfs de vraag van hen, die daar
toe het initiatief hadden genomen of het waar
was „dat tusschen de tegenwoordige afgevaar
digden van Amsterdam eene scheuring bestaat,
welke samenwerking op vele punten onmo
gelijk zou maken."
Ligt toch niet de geschiedenis van ons politiek
leven daar voor ons als een opengeslagen boek,
waarvan elke bladzijde getuigt van tegenwer
king en benadeeling van 's lands belang
Men deed dus niet meer dan vragen naar
den bekenden weg, met de wetenschap dat
men op die vragen niet anders verkrijgen kon
jjlan antwoorden, die te voorzien waren.
Wij willen de ontwerpers van het plan tot
die bijeenkomst niet voor zoo onnoozel houden,
dat zij dit niet zonden hebben ingezieneven
min kunnen wij aannemen dat zij nog op ver
zoening hoopten, zoodat wij voor het naast
gelooven, dat hunne bedoeling is geweest om
hen, die hoofdzakelijk of liever alleen schuld
hebben aan den tegenwoordigen, ongezonden
toestand der liberale partij, zeiven te doen
constateeren, dat zij een beletsel waren om
de gewenschte verbetering te verkrijgen waar
naar alle liberalen in den lande zoozeer
verlangen. En terecht merkte de heer Wertheim
op dat er voor de afwezige vier Amsterdamsche
afgevaardigden moed toebehoorde om niet
aan de uitnoodiging te voldoen. Het woord
is meestal veel machtiger dan het schrift
maar het eenige resultaat van een bespre
king tusschen beide partijen zou, naar ons
gevoelen, geweest zijn dat de onpartijdige
hoorders tot de overtuiging kwamen hoe
klein onze politieke mannen toch zijn, waar
zij zich verdiepen in persoonlijke quaestiën
en 's lands zaken daaraan ten offer brengen.
Maar stellen wij de mondelinge mededeelingen
van den heer Tak tegenover het kalme,
waardige, schriftelijke betoog van de heeren
Gleichman c. s., dan moet men tot de over
tuiging komen dat niet de moed hun ontbrak
om te verschijnen maar dat zij het juist in"
zagen en een grooten dienst aan de liberale
partij bewezen, toen zij besloten zich niet te
wagen aan besprekingen die waarschijnlijk op
kibbelarijen zouden zijn uitgeloopen, stichtelijk
misschien voor den grooten hoop maar weinig
eerbiedwekkend voor de partij.
En die treurige toestand, die groote ver
warring en het nadeel, dat 's lands belangen
hebben ondervonden, zijn een gevolg van de
ondoordachte handelwijze van den vroegeren
premier, den gewezen minister Kappeyne.
Toen in 1879 een ministerieele crisis ont
stond tengevolge der verwerping van de
kanalenwet, weet men dat de heer Kappeyne
als voorwaarde om aan te blijven stelde
grondwetsherziening. Deze moest geschieden 'i
en toen aan zijn eisch niet kon worden vol
daan legde hij zijn portefeuille neer.
Zijn advies aan onzen koning luidde tevens
om, zoo de vertegenwoordiging onverhoopt niet
mocht meegaan met zijn plannen, de kamers
te ontbinden.
Het was voorzeker een gewaagd spel om
zoo ondoordacht en plotseling met een plan
van zulk eene wijde strekking voor den dag
te komenmaar de houding van den toenmali-
gen premier zou nog te rechtvaardigen geweest
zijn wanneer zijn voorstel tot grondwetsher
ziening de sporen had gedragen van ernstig
en goed doordacht te wezen. Er is geruimen
tijd beweerd dat de heer Kappeyne slechts
een middel had gezocht om zich te kunnen
terugtrekken en daarom zoo plotseling het
plan ontwierp van grondwetsherziening.
Welnu, na eenige jaren in het onzekere
gebleven te zijn wat het groote plan van den
minister was geweest, is hieromtrent ook thans
opheldering gegeven. Mr. Arntzenius heeft,
wij deelden in het kort het reeds mee, dezer
dagen ons het geheim ontsluierd en bekend
gemaakt dat de schets van grondwetsherziening,
door den heer Kappeyne gemaakt en waarmee
hij wilde staan of vallen, een manoeuvre die
op zijn val is uitgeloopen, de volgende wijzi
gingen bevatte i
„De Tweede Kamer nou bestaan uit 100 leden.
De vereischten van het kiesrecht zouden
geregeld worden door de wet.
„De Eerste Kamer nou 50 leden tellen; de
beperking der keuze tot hoogstaangeslagenen ver
vallen.
Ue tijd van zitting werd voor de leden der
Tweede Kamer op 5, voor die der Eerste op 10
jaar gesteldterwijl alle leden van beide lichamen
ie gelijk zouden aftreden.
-Het kiesrecht voor de Provinciale Staten en
de Gemeenteraden zou insgelijks bij de wet gere
geld worden.
Aan het Reglement van Orde der Kamers zou
overgelaten worden te regelenhoe het voorbereidend
onderzoek van 's Konings voorstellen geschiedt.
„Uit art. 178 werden weggelaten de woorden
aangeworven uit vrijwilligershetzij inboorlingen
of vreemdelingenin art. 180 werd eenvoudig
gezegd, dat de wet den verplichten krijgsdienst
der ingezetenen regeltterwijl verder de artikelen
181—185 en 186 2, 188 en 189 zouden
vervallen."
Op zich zelf zouden vele punten die hierin
voorkomen bij de liberalen geen bestrijding
vinden, maar het geheele voorstel draagt te veel
de sporen van overhaasting, voldoet te weinig
aan de eischen die men aan een doorwerkt
plan tot grondwetsherziening kan stellen, dan
dat men niet te meer verbaasd zou wezen over
de houding, destijds door den heer Kappeyne
aangenomen; en men zich zeer goed begrijpen
kan dat zijn collega's, die van dat fameuse
voorstel niets wisten, hem hun steun verder
ontzegden.
Op zulk eene wijze tracht men geen bran
dend vraagstuk als grondwetsherziening op te
lossen, en voor zulk eene verandering, als de
heer Kappeyne voorstelde, legt men niet zoo
veel in de waagschaal. Van het oogenblik dat
bij dit deed toch dagteekent de schromelijke
verwarring in de liberale partij.
Dat voorstel, zoo eenvoudig, heeft aanleiding
gegeven tot een berg van moeilijkheden, van
onaangenaamheden en wat erger is van ach
teruitgang der liberale partij.
Daaraan een einde te maken is een hoogst
moeilijk werk, omdat het kan gepaard gaan
met de nederlaag dier partij op staatkundig
gebied. Zulk een ondergang kan strekken tot
loutering, tot verbetering wellicht. Gedemo
raliseerd is de gansche partij door al hetgeen
een gevolg is geweest van dien ondöor-
daehtenstap van den minister Kappeyne, zoo
gedemoraliseerd dat de invloed zich door het
gansche land doet gevoelen en over het geheel
de belangstelling bij de vrijzinnigen in ons
land tot een bijzonder treurige laagte is gedaald.
Amsterdam zal waarschijnljjk een genees
middel toepassen, dat daar, maar daar ook alleen,
kan worden gebezigd. De heer Tak zal
waarschijnlijk vallen en, hoe zeer wij het be
treuren onzen vroegeren afgevaardigde, den
man dien wij om zijn bekwaamheden en zijn ijver
steeds waardeerden, te moeten zien heengaan
uit de kamer, de heer Wertheim had gelijk
toen hij zeide dat, bestaat er geen kans om
de hoog noodige aansluiting te verkrijgen, de
heer Tak zijn zetel moet ruimen. Maar of
elders dat middel aan te raden is blijven wij
betwijfelen en wij vinden het zelfs gewaagd
het te beproeven.
Belangrijke gebeurtenissen staan voor de
deurwij bevinden ons op een keerpunt, en
de naaste toekomst kan een verandering ons
brengen van ver strekkende gevolgen.
Maar in ieder geval kan er eene zuivering
in de politieke atmosfeer plaats hebben be
houdt de liberale partij haar meerderheid dan
hopen wij dat zij van ander gehalte zal wezen
dan de tegenwoordige, degelijker en steviger!
Gaat zij eronder, dan zal dit de laatste
vrucht wezen van het politieke spel van Kap
peyne in 1879en naar wij hopen het begin
tevens van een hernieuwd leven der liberalen,
een leven van toewijding aan 's lands belangen
en niet aan persoonlijke veeten.
Want in hoofdzaak, het is in Zaandam en
nu weer te Amsterdam gebleken, is men het
over politieke vraagstukken nog steeds eens.
De rijksmiddelen vertoonen over September 1884
weder een kleinen achteruitgang, van 76,000,
bij Sopt. 1883. De meerdere ontvangsten over de
eerste negen maanden zijn daardoor tot 131,000
geslonken.
De vermindering spruit in hoofdzaak voort uit
de indirecte belastingende registratie gaf in
September jl. 90,000, de successie 1 ton minder.
Over de 9 maanden zijn die belastingen reeds 8
ton ten achter bij 1883; want ofschoon uit de
nalatenschappen 370,000 meer werd ontvangen,
gingen hypotheek, zegel en registratie te zamen
13 ton achteruit.
De invoerrechten hebben van September jl.
50,000 meer ingebracht, maar dit. was nog niet
voldoende om tegen de daling der vorige maanden
op te wegen; bij 1883 zijn zij nog ƒ20,000 ten
achter.
De meeste overige middelen zijn daarentegen
in gunstiger toestand geweest. De directe belas
tingen brachten reeds ƒ316,000 meer in, de ac-
cijnsen 342,000 meer, de posterijen 180,000
meer, de loodsgelden ƒ31,000 meer. De telegraaf
evenwel 34,000 minder.
De vooruitgang bjj de accjjnsen is niet algemeen
geweest. Meer werd dan in 1883 ontvangen uit
het gedistilleerd ƒ714,000 (vooral wegens de
groote inslagen in Juli vóórdat de accjjns-verhoo-
ging intrad, zoodat in Aug. en Sept. minder dan
in 1883 werd ontvangen)verder uit zout 141,000,
uit zeep ƒ68,000, en bieren en azjjnen 26,000.
Daarentegen bleef de suikeraccijns nog 480,000
ten achter, de wjjnaccjjns 67,000, het geslacht
ƒ60,000.
De uitkomst over de verloopen 9 maanden
toont derhalve, dat het tijdperk van stilstand in
de vroeger vrij geregeld voorkomende jaarlijksche
stijging van opbrengst nog niet is afgeloopen. De
nieuwe bepalingen omtrent suiker en gedistilleerd
zullen echter voor de laatste drie maanden haar
uitwerking nog moeten toonen. Hbld
Herbenoemd tot burgemeester van St. Laurens de
heer P. J. Davidse, van Westkapelle de heer W.
De Rapper en van Serooskerke (W) de heer I.
Riemens. Zie laatste berichten van gisteren
Benoemd tot lid van het bestuur der water-
keering van den calainiteuzen Nieuw-Neuzenpolder
D. Scheele Janszoon; tot dijkgraaf van het water
schap Groot Sint-Anna en Nieuwehoven J. De
Hullu.
Door den heer mr W. A. Van Hoek te Mid
delburg is aan het bestuur der Centrale liberale
kiesvereeniging in het hoofdkiesdistrict Goes bericht
dat hjj geene candidatuur voor de tweede kamer
kan aanvaarden.
Naar de Goesche Ct meldt heeft de antirevolu
tionaire kiesvereeniging aldaar de heeren jhr mf
De Savornin Lohman en jhr mr Pompe van Meer-
dervoort weder candidaat gesteld voor de aan*
staande verkiezing, hoewel erkend werd, dat de
richting der beide heeren op politiek gebied niet
geheel dezelfde was.
Deze candidatnren waren te wachten, want wie
had men anders moeten stellen
Dinsdag 21 October a., des middags uur,
zal te Goes (vermoedeljjk in het gebouw der
jongelingsvereeniging, Wijngaardstraat) eene ver
gadering worden gehouden der Zeeuwsche kiesver
eeniging Luctor et Emergo, bjj welke gelegenheid
jhr mr A. F. De Savornin Lohman als spreker zal
optreden.
Schouwen-Duiveland, 15 October. Dé
Liberale Kiesvereeniging, heden avond te Zierikzee
vergaderd, benoemde tot bestuurslid den heer H. G;
Mulock Houwer en stelde met algemeene stem
men er waren 38 leden tegenwoordig tot
candidaat voor de aanstaande verkiezing van een
lid der tweede kamer het aftredend lid, dat vooraf
met een kort en waar woord van den heer mr J.
Moolenburgh was aanbevolen.
Als de liberale kiezers in ons district zich met
deze keuze vereenigen en ik houd mjj daarvan
overtuigd dan zal onze vorige vertegenwoor
diger, de heer J. J. Van Kerkwjjk, ondanks de
snorkerjjen van d' Kuyper, met groote meerderheid
gekozen worden: eene onderscheiding die hjj ten
volle verdient.
Deze gerustheid mag echter voor niemand een
reden zijn om stil te zitten of thuis te bljjven. De
tegenpartij heeft nog wel geen candidaat gesteld,
maar het hout, waaruit zjj er bjj eene vorige ver
kiezing een gekorven heeft, is nog niet verbruikt
en wie weet welke verrassingen er nog onder den
mantel van den paus der orthodoxen verborgen zjjBi