N° 242. 127® Jaargang. 1884. Maandag 13 October. FEUILLETON. Het witte Huisje. Middelburg 11 Octobei Dit blad verschijnt. dagehjks> met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiën* 20 Cent per regel: Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Inspectie en Exercitie ZB lR^ISriD WIE] IE IR,. Salvatore Farina. x. COURANT. Agenten zijn te Vlissingen: P. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te GoesA. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Pei.il, te Zierikzee: A. C. Ds Moou, te TholenW. A. Van Nieüwenhdijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peijl Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie„ John F. Jones opvolger. BTJ DE De burgemeester en wethouders van Middelburg, gelet op art. 20 der verordening op de brandweer in deze gemeente, van den 24 Mei/2 Aug. 1882; maken bekend dat de inspectie en exercitie met een gedeelte der brandspuiten, volgens voordracht van het bestuur over de brandweer, zal plaats hebben Dinsdag den 21 October a. met spuit E te 9J, met spuit L te 10§, met spuit S te lil en met spuit W te li ure. Weshalve de bedienden, aan die spuiten geplaatst, opgeroepen worden zich te voorschreven uren aan de onderscheidene brandspuithuisjes te bevin den, zullende bij niet verschijning, tegen hen proces-verbaal worden opgemaakt tot toepassing der bij de verordening vastgestelde straften, be staande in eene geldboete van 1 tot f 25 en eene gevangenisstraf van een tot drie dagen, te zamen of afzonderlijk. Hiervan is afkondiging geschied waar het be hoort, den 10 October 1884. De burgemeester en wethouders van Middelburg, P I C K De secretaris. Gr. N. DE STOPPELAAR. De Goexche courant uit hare bevreemding dat wij de candidatuur-Van Karnebeek bestreden. Zij heeft ons echter, zooals uit hare opmerking blijkt» niet goed begrepen. Wij noemden de candidatuur nietraadzaam omdat wij den naam van den heer Van Karnebeek ongeschikt achten om de liberalen tot krachtsinspanning aan te sporen. Zij mag daaruit echter niet opmaken dat, al verschillen wij over de vraag omtrent de al ot niet wenschelijkheid, wij zulk een candidatuur, werd zij eenmaal gesteld, niet evenzeer zouden steunen als zij. Jhr. Van Karnebeek is een bekwaam, een achtenswaardig man, dien wij zeer gaarne een zetel in de Tweede kamer, vooral uit Zeeland, hem aangeboden, zagen innemen. Maar zelfs in het district Middelburg, waar hij tneer nog bekend is en dientengevolge meer nog •werd gewaardeerd dan in Goes, zouden wij huive rig zijn om hem candidaat te stellen. Wat b. v. in het district Goes een naam van Eakebeeke zou kunnen doende liberale kiezers aansporen om zelfs bij het vooruitzicht op een hopeloozen strijd met alle macht op te komen, zal de candidatuur-Van Karnebeek niet kunnen. En ook ter wille van onzen gewezen commissaris des konings zouden wij het betreuren als hij ten minste niet een flink aantal stemmen verkreeg. Veel daarover echter uit te weiden achten wij thans niet gewenseht. De liberale kiesvereeniging zal weldra beslissen, 3L5. Naar liet Italiaan sch VA N De verschijning van Rozetta aan het strand van Albissola had het stille leven der beide oudjes zoodanig verstoord dat ik bezorgd werd voor hun gezondheid. Zij spraken bijna nooit meer over hun kind, dat zoo weggegaan was zonder hen te omhelzen, maar zij dachten er gedurig aan. En eens zei hij tot mij »Het is alsot zij ten tweeden male het huis ontvlucht is." Zij kwamen meer dan vroeger aan het strand, niet zoo zeer in de hoop dat de ondankbare zou terugkomen, maar om in het huisje te gaan waar zij zich ontkleed had, om op het zand, dat niets bewaart, hare voetstappen te zoeken, om naar het naburige Savona te kijken, waar de onverschillige schoone misschien thans een bad nam. Zij dachteD er niet aan dat zij haar, de ondank bare, de onverschillige, de schoone zouden terug ziendaar hadden zij zich overheen gezet zij hielden zelfs niet meer zooveel van haar als vroeger. Een ding echter bedroefde hen en dat was dat Rozetta Mariaccia benadeeld had. Eerst kwam aievrouw Lucia tot de ontdekking en later haar en bij de moeilijkheid om eene goede keuze te doen is het niet goed thans openlijk een strijd te voeren over eene quaestie die beter onder de leden kan besproken worden. Het Vad. schrijft: „Een gerucht, dat er een verzoening ophanden is tusschen de groote meer derheid der liberale partjj en de bekende sc'neur- makende leden in de tweede kamer, blijft aan houden. Zelts wordt gemeld, dat er een vergadering gehouden is, waarin alle Amsterdamsche afge vaardigden zich zouden hebben verbonden voortaan éen lijn te zullen trekken. Voor hen, die op de hoogte zijn van den toestand, behoeft het zeker geen betoog, dat dit niet waar kan zijn. De mogelijkheid, dat vrienden van de kleine fractie, wier herkiezing gevaar loopt, nog een poging zouden willen doen om op die wijze een nederlaag bij de stembus te voorkomen, zullen wij volstrekt niet betwisten, maar ongerijmd is bet aan te nemen, dat van een dergelijk plannetje iets zou kunnen komeD. De strijd, die bij de stembus moet worden uitgestreden, geldt trouwens ook niet een verschil tusschen de Amsterdamsche afgevaardigden onderling, maar een strijd, waartoe een klein clubje, dat de eendracht heeft gestoord en bij voortduring liberale hervormingen tegenwerkt, de overgroote meerderheid van de liberale partij, heeft genoodzaakt." Wij zouden het betreuren wanneer liet Vad. gelijk had en er van eene verzoening niets zou kunnen komen. En waarom zou dat ook niet kunnen Wij wezen er reeds op dat in verklaard liberale distric ten onderlinge strijd niet gevaarlijk is maar dat deze slechts zeer gering in aantal zijn en in andere elke verdeeldheid de noodlottigste gevolgen kan hebben. Wil het Vad. d tort et a, travers, ten believe der Gleichmanianen, ook daar dien strijd aanmoedigen dan speelt het gevaarlijk spel. Eene verzoening kan op dit oogenblik wel degelijk nuttig wezen; en de leden der fractie-Kappeyne zul len, dunkt ons, thans voldoende geleerd hebben dat wij genoeg hebben van hun tegenhouden van alle maatregelen die onzen financieelen toestand kunnen verbeteren. Hun eigen belang zal hun voor het vervolg wel voorzichtiger doen zijn. Burgerplicht te Amsterdam vergadert Donderdag avond om zeven candidaten voor de tweede kamer te stellen. Met belangstelling ziet zeker het gansche land tegemoet welke besluiten daar ge nomen zullen worden. Wjj kunnen ons zeer goed voorstellen dat de redactie van de Amsterdammer zich gekwetst heeft gevoeld in hare majesteit toen wjj waar schuwden tegen hare berichten over de Kappeyni- aansche kamerleden. üp hoogen toon wil zij ons de les lezen over onze opmerking en achter een stroom van woorden verbergt zij de zwakheid van haar argumenten. Dat de zetels van enkele liberale leden zijn man ook, dat zij van den dag af, waarop Rozetta versohenen was, Mariaccia niet meer konden uit staan. En gij moet niet denken dat het hier ot daar aan lag, het kwam alleen omdat het gemoed der beide oudjes verhard en gesloten was. Mari accia zong als altijd, zoo kwam het mij ten minste voor; maar de oudjes verzekerden mij dat het arme kind veel minder zong en bjj voorkeur wee moedige liederen. Overigens deed mevrouw Lucia alles om het haar niet te laten merken en de korporaal ook. Het waren goede rechtschapen lui, die inzagen dat Mariaccia de zonden van Rozetta niet behoefte te misgeldenmaar als zij nu, ondanks hun goeden wil om hun kwade gezindheid te verbergen, die toch lieten blijken en het meisje minder vrooljjk was, wat konden zij daaraan doen En welbezien hadden zjj Mariaccia toch ook niet in huis geno men om van haar te gaan houden volstrekt niet. Zij hadden haar genomen om den vloer te vegen, en de spinwebben van de muren te ragen; als loon daarvoor kleedden zij haar, gaven zij haar den kost en lieten haar zingen zooveel zij wilde, wilde zij niet, des te erger voor haar. Zooals ik reeds gezegd heb kwam het mij echter voor dat zij even vrooljjk was als altijd. Op zekeren Zondag in Augustus keerde het echtpaar Silvester uit de mis huiswaarts, toen Mariaccia hen tegemoet kwam snellen. Het arme kind had iets aan de oude lui te zeggen en vol ongeduld om haar boodschap over te brengen, had zjj een heelen tijd aan het venster gestaan om hen geschokt weten wij alleen uit de Amst. en zelfs Het Vad., dat het eerst het idee van niet her kiezing der leden van de club Kappeyne-Tak opperde, ontleende aan het Amsterdamsche orgaan, dat tegen die club hardnekkig strijdt, de geruchten waartegen wij opkwamen. Geen locaal orgaan, geen ander groot blad meldde daarvan iets. Maar om zulke berichten te verkrijgen, daartoe behoort men ook zeldzame bronnen te bezitten. Want, zegt dc redactie der Amst.: indien de redactie der Midi. courant bekend ware met de wijze van werken dier (groote) bladenzou zij weten dat de relatiën voor het inwinnen van inlichtingen omtrent de openbare meening in het land hun in den regel niet ontbreken". Wij moeten dan ook erkennen dat er heel wat kennis en doorzicht noodig is om te begrijpen hoe men per brief aan een gewoon correspondent of een bekende om inlichtingen kan vragen. Om nu voort te borduren op eene eens geuite meening valt voor eene redactie of zulke bericht gevers niet moeilijk. Heeft de redactie, waar zij zoo triomfantelijk verzekert dat geen enkel dier berichten tegenspraak vond, er wel aan gedacht dat niet ieder notitie neemt van berichten die in haar blad voorkomen of dat menig liberaal het verstandiger vindt liever te zwijgen dan door polemiek de verdeeld heid onder aanhangers van dezelfde partij aan te wakkeren, een liefhebberij waaraan de redactie zich tegenwoordig bij voorkeur ovei-geeft? Zoolang de onderlinge besprekingen nog niet plaats hadden, blijven wij het zeer onvoorzichtig vinden dergelijke, verwarring stichtende mededeelingen, die toch altijd de meening zijn van éen persoon, te doen. De toekomst zal leeren in hoever zij juist waren en wij kunnen dus de uittarting van 'de Amsterdammer zeer kalm opnemen. Voor het overige deze opmerking Van veront waardiging onzerzijds over het Ilaagsche Dagblad kon zeker geen sprake zijn wij schreven zeiven dat wij ten opzichte van het bericht omtrent mr Van Eek c. s. met een parodie te doen hadden, een kostelijke parodie zelfs waaruit hetzelfde door straalt wat wij hebben geschreven, doch ook van ernstige zijde was eenzelfde mededeeling omtrent een plan om te bedanken gedaan. Daarom vonden wij het noodig dit even tegen te spreken. En zoo nu de red. der Amst. juist gelezen en goed begrepen had, zou zij gezien hebben dat in onze mededeeling alleen sprake is geweest van hare berichten, en de mededeeling omtrent het bericht van het Haag- sche blad sleehts eene tusschenzin vormde. Daar door vervalt hare zoo breed opgezette redeneering, waarvan zij de zwakheid tracht te verbergen achter een paar hooghartige hatelijkheden, die wij ook gaarne schrijven op rekening van het gewicht harer gewaande grootheid. De raad van Nijmegen heeft zich vereenigd met het voorstel van den heer Berends, om de regeering te verzoeken althans te wijzen op de wensche lijkheid om het toedienen van sterkedrank op krediet stratbaar te stellen. te zien aankomen; zij had niet geveegd, noch haar bed opgemaakt, niet eens gezongen, omdat hetgeen zij te zeggen had haar zoo geheel vervulde. Wat was er dan gebeurd Nauwelijks waren de oude lui naar de mis gegaan of daar was een dame het huis in gekomen.... Een dame Ja een dame, zoo mooi, zoo mooi en zoo rijk gekleed zij was met een rijtuig gekomen tot aan de olijvend4ar had het rijtuig onder de ruoer- beziënboomen staan wachten. »Een dame!' stamelde de oudjes. »Ja, een groote dame." En had ze naar de bewoners van het huisje gevraagd Ja; zij had gevraagd: »Is dit het huis van korporaal Silvester?" Mariaccia had ja gezegd en zij was binnengekomen. Zij scheen erg moede want zij was op een tabouret nêergevallen daarop had zij Mariaccia verzocht om haar het heele huis te laten zien, en dat had zij gedaan zij dacht niet dat zij er kwaad aan deed en dan was die dame zoo mooi, zoo blank en zij had zoo'n lieven, weemoedigen glimlach, dat het meisje, al wilde zij, geen neen had kunnen zeggen. Dus had de dame het heele huis gezien. En wat had zjj gezegd Niets. En wat had zij gedaan Ja j Kijk, daar voor het ledikant der oude lui was ze blijven staan en had de beide kussens gezoend in de beneden kamer had zij een floret in de hand genomen en had een poos op het roode hart, at op den muur geschilderd is, gestaard. En Wij hadden gemeend, dat de raad het voorstel zou verwerpen en dit, en zoo menig ander onbe kookt denkbeeld, even spoedig vergeten als ont worpen zou zijn; die verwachting is niet vervuld een staatsrechtelijk lichaam heeft aan den weinig doordachten inval zjjn adhaesie en sanctie ge schonken. Daargelaten dat de controle op de naleving van zoodanig verbod nagenoeg onmogelijk zou zijn, overschrijdt het ook de grenzen der bevoegdheid van den wetgever. Hij zou hoogstens kunnen bepalen, dat, evenals van speelschulden, ook van drankschulden de betaling niet op gerechtelijke wijze kan worden gevorderd. Maar hjj kan zich niet mengen in de voorwaarden van betaling dit zou eene inmenging wezen in private zaken, die niet tot de bemoeiing der overheid behoort. Mag hij het schuldmaken bjj tappers stratbaar stellen, dan heeft hij ook het recht geljjke bepaling ten aanzien van andere schulden te maken en wij zouden wel eens willen zien, waar het heenging, indien het verkoopen op krediet tot de strafbare daden behoorde. De gansche maatschappjj lag dan in minder dan acht dagen overhoop. Bij deze opmerking van de Amh. Crt hebben wij niets meer te voegen om onze gelijkluidende bezwaren, die wij vroeger tegen het voorstel aanvoerden, nader te ontvouwen, De regeering zal, dunkt ons, wel verstandig genoeg wezen om aan het verzoek van Nijmegen's gemeenteraad niet te voldoen. De rederijkerskamer uit de Werlcmansvereeniging zendt dezer dagen eene lijst rond bij de ingezetenen dezer gemeente, waarin zij geldelijke medewerking verzoekt voor een plan, door baar opgevat, om eene openbare opvoering te geven en de opbrengst daarvan te bestemmen Voor het huisgezin van den werkman die het ongeluk gehad heeft, in het droge dok van eene stelling te vallen en zich zoodanig inwendig te bezeeren, dat hij zjjn arbeid heett moeten staken, waardoor zoo heet het in de bedoelde ljjst „zjjn talrijk gezin in groote verlegenheid verkeert." Wjj erkennen gaarne de goede bedoeling van de rederjj kerskamer, maar ter voorkoming van voor anderen minder aangename gevolgtrekkingen moeten wjj even opmerken dat, volgens ons ver strekte inlichtingen, de werkgever, in wiens dienst de bedoelde persoon was toen het ongeluk gebeurde, hem wekeljjks tien gulden loon bljjft uitbetalen, terwijl de vereeniging tot het bezoeken der armen bereid zich verklaarde zoo noodig te helpen. Die groote verlegenheid, waarvan in de ljjst sprake is, bestaat dus niet; en hiervan had het bestuur der rederjjkerskamer zich eerst dienen te overtuigen vóór het die woorden neerschreef, waardoor het, tegen zjjn bedoeling voorzeker, aanleiding geeft tot geheel misplaatste veronder- wat had zjj nog meer gedaan? Zjj was gaan zitten in den armstoel van mevrouw Lucia, omdat zij zoo moede was en had haar breikous opge nomen er was zelfs een naald uitgevallen en zjj had al de steken opgeraapt, ofschoon Mariaccia gezegd hadslaat het maar"daarop had zij zich gebukt om Mariaccia een zoen te geven en had gezegd. »Zoo, dus heeft ze gepraat sHoe heet gij had zjj gevraagd. Mari accia." »Zoo Mariaccia", had zij gezegd, sgjj houdt zeker veel van uwè oude lui »0, zooveel, zooveel." »Nu, houd altjjd veel van hen en verlaat heft nooit." Dit zeggende was zjj heen gegaanmaar bjj de huisdeur bleef zjj staan en schreef met een stuk krjjt een naam op de deur haar naam wellicht. Korporaal Silvester en zjjn vrouw sloegen dë betraande oogen op en lazen op de deur Rozetta!' Toen de oude man mjj dit alles vertelde las ik onder Rozetta deze twee regels met groote letters geschreven: Vad er en moeder verwachten u dit is altijd uw te huis". sDat is een denkbeeld van mij", zei korporaal Silvester op weemoedigen toon. »Lucia had et vrede mee. Zjj kon terug komen en ons noodig hebben. Zoo laten wjj haar, zonder haar te be- leedigen, weten dat wjj niet veranderd zjjn." In de laatste weken van Augustus en de eerste dagen van September haalde hjj telkens met krjjt het geschrevene op de deur over. Maar Rozetta kwam niet. {Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1