N° 219.
127° Jaar
18S4.
Dinsdag
16 September.
Middelburg 15 September.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel:
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,10
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte
MIDMLBURGSCHE COURANT
Agenten zijn te Vlissingen: P. G. De Veij Mestdagh en Zoon, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: f. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. De Moou, te Tholen: W. A. Van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger.
Wie zich tegen 1 October op ons blad abonneert
ontvangt de nog in dit kwartaal verschijnende
nommers kosteloos.
Blijkens een Zondag bij het departement van
koloniën ontvangen telegram van den gouverneur
van Atjeh, is deze den llen van de Westkust te
Kotta Radja teruggekomen, alle gevangen schip
breukelingen der Nisero medebrengende, en heeft
de Radja van Tenom zich aan het Nederlandsch
gezag onderworpen.
De troonrede, waarmee heden de vereenigde
zitting der staten-generaal is geopend, luidt als
volgt
Mijne heeren!
Wegens den rouw over het smartelijk verlies,
dat voor weinige maanden het koninklijke huis
trof, heeft Z. M. de koning ons opgedragen uwe
vergadering van zijnentwege te openen.
Algemeen en onveranderd was de deelneming
van het Nederlandsche volk bij het overlijden
van Zijne koninklijke hoogheid den prins van
Oranje.
De betrekkingen des Konings met de buiten-
landsche mogendheden bleven zeer vriendschap
pelijk.
De vloot en het leger geven reden tot tevre
denheid.
Tot nog toe bleef het Vaderland behoed voor
de cholera, die in dit jaar een gedeelte van Europa
teistert. De binnen het bereik der regeering lig
gende voorbehoedmiddelen worden aangewend.
Deze zomer kenmerkte zich door een gezegenden
oogst; en met tevredenheid mocht de landbouwer
deelnemen aan de internationale tentoonstelling,
die onlangs te Amsterdam, op uitstekende wijze
ingericht, plaats had.
De algemeene toestand in Nederlandseh-Indië
is niet ongunstig. Het ophouden van verwoestende
epidemiën en van de veeziekte op Java kan niet
anders dan een heilzamen invloed hebben op de
welvaart der inwoners.
Krachtige maatregelen worden genomen om in
Atjeh een staat van zaken te vestigen, die ver
oorloven zal in het vervolg van de zee- en land
macht minder zware diensten te vorderen dan
tot dusver met onbezweken moed en volharding
door haar zijn bewezen.
De schepelingen, die in Tenom wederrechtelijk
werden gevangen gehouden, zijn in vrijheid ge
steld.
Het is te hopen dat de bijzondere omstandig
heden, die thans den landbouw in Suriname en
den koophandel in Curasao drukken, van voorbij-
gaanden aard zullen zijn.
In het aanstaande parlementair jaar wachten u,
Mijne heeren, belangrijke werkzaamheden.
Eenige u bekende overeenkomsten met andere
mogendheden betreffende handel en internationaal
recht vereischen nog uwe bekrachtiging.
Het zal van u afhangen door de behandeling
van onderscheidene aanhangige wetsontwerpen de
invoering van het nieuwe wetboek van strafrecht
mogelijk te maken.
Een wetsontwerp tot regeling van het algemeen
en bijzonder bestuur van den waterstaat zal u
vermoedelijk eerlang bereiken.
De voorstellen tot herziening van de grondwet
zijn genoeg gevorderd om te verwachten dat zij
weldra in behandeling komen.
De toestand der geldmiddelen zal op uwe
belangstelling weder in ruime mate aanspraak
maken. Zeker is het krediet van den staat wel
gevestigd en het tekort, in vergelijking van het
vorige dienstjaar, verminderd, maar de regeering
meent niet te mogen rusten in het streven om,
door bezuiniging binnen de grenzen der mogelijk
heid eenerzijds en door verbetering van middelen
in Nederland en in Indië anderzijds, het noodige
evenwicht tusschen uitgaven en inkomsten te
naderen en eindelijk te bereiken.
Intusschen roepen wij in de allereerste plaats
uw aandacht in voor de onlangs ingediende wijzi
ging van een enkel artikel der grondwet, die, om
gelijke reden als de aangenomen wet omtrent het
regentschap, den voorrang boven andere werk
zaamheden verdient. Mochten de staten generaal
kunnen goedvinden dit onderwerp binnen kort te
behandelen dan zou de tijd voor de gewone na
jaarswerkzaamheden niet behoeven te ontbreken.
Welke intusschen ook de loop uwer gewichtige
beraadslagingen zjj, wij hopen dat die onder Gods
zegen tot welzijn van het Vaderland zullen strekken.
In naam des konings verklaren wij de vergade
ring der staten generaal te zijn geopend.
De rede, waarmee de minister van binnenlandsche
zaken Zaterdag het zittingjaar onzer vertegen
woordiging sloot, luidt in zjjn geheel als volgt
M. H. Ik mag het voorrecht hebben, u uit
naam van Z. M. den koning te danken voor de
behartiging van 's lands belangen in deze zitting.
In den loop daarvan werden vele onderwerpen
door u behandeldmocht al niet omtrent alle de
gewenschte overeenstemming zijn verkregen, er zijn
gewichtige zaken tot een, zooals wij hopen, goed
eind gebracht.
Overeenkomsten met andere mogendheden tot
wederzijdsche bescherming van den wijnstok, en
van den industrieelen eigendom, en tot bevorde
ring der veeartsenijkunst, werden bekrachtigd
alsmede de tractaten met Frankrijk, die nog
wachten op de goedkeuring der wetgevende macht
van dat land.
Wetten van organieken aard kwamen tot stand
omtrent het staatstoezicht op krankzinnigen, om
trent het vervoer van buskruit en ander ontbrandbare
stoffen, omtrent de politie op de visscherijen in
de Noordzee, omtrent de vicariegoederen en omtrent
het vervoer van zaken, die besmetting kunnen
overbrengen.
Vijf wetten werden afgekondigd, strekkende om
met het nieuwe wetboek van strafrecht in werking
te tredende overige daarvoor onmisbare voor
stellen zijn bij u in behandeling.
De wet omtrent het lager onderwijs, die omtrent
de militie, ook andere organieke wetten werden
naar de behoefte gewijzigd.
Verschillende onteigeningswetten strekken tot
bevordering van nuttige werken in Nederland, en
tot den aanleg van twee spoorwegen op Java werd
besloten.
'b Lands financiën vereischten in hooge mate
uwe aandacht. Eene nieuwe geldleening werd
door u goedgekeurd, en op niet onvoordeelige wijze
gesloten met de verbetering van enkele belastingen,
die tot stand kwam, werd niet veel meer verkregen
dan de rente en aflossing van die geldleening
zullen eischen.
Eene wet gaf de bevoegdheid tot vermeerdering
van de rentelooze schuld in muntbiljetteneene
andere wapent de regeering tegen depreciatie van
onze metalen betaalmiddelen.
Uwe werkzaamheden werden besloten met eenen,
gelukkig, ongewonen arbeid, de voorziening in een
eventueel regentschap.
Moge alles wat in deze zitting is vastgesteld,
strekken tot bevordering van de belangen des
Nederlandschen volks.
In naam des konings sluit ik de zitting der
staten-generaal.
Bij het feestmaal dat den Nederlander Nic,
Beets werd aangeboden ontving men een menu in
het Fransch. En dat tegenover den jovialen
goeden Beets, wiens hart en leven in en in Ne
derlandsch isHad niemand geest genoeg om een
toepasselijke spjjskaart te maken in onze eigen
taal
Men schrijft ons uit 's Gravenhage
In de dagbladen heeft men een eenvoudig be
richtje kunnen lezen, dat aan de aandacht niet
mag ontsnappen. Het betreft de komst van een
detachement huzaren uit Haarlem, en het berichtje
luidt, dat dit detachement bestemd is om bij de
cavalerie-manoeuvres in Gelderland dienst te doen
en naar hier werd gezonden, ten einde Dinsdag a.
met het 3e regiment huzaren van daar af te mar-
cheeren.
De naaste weg van Haarlem naar Gelderland
is niet die over de residentie, en het is niet vol
strekt noodzakelijk, dat de Haarlemsche huzaren
in gezelschap van de Haagsche de reis maken.
Ook is het, om Dinsdag gezamenlijk op reis te
kunnen gaan, niet noodig, dat reeds Zaterdag het
Haarlemsche paardenvolk in 's Gravenhage komt.
De onderstelling ligt dus voor de hand, dat de
komst van dit detachement een ander doel heeft,
en dat er een ander voorwendsel wordt gebruikt,
teneinde tegen Maandag, den dag waarop de door
de regeering zoozeer gevreesde „manifestatie" der
voorstanders van het algemeen stemrecht plaats
heeft, het garnizoen in de residentie te versterken,
zonder dat het te veel éclat maakt.
Onze zenuwachtige ministers schijnen zich achter
de weesmeisjes niet meer veilig te achtendaar
om moeten de huzaren hen beschutten.
Mijn schrijft onsIn 1881 werd een circulaire
I uitgevaardigd over het verbod om extracten uit
akten van den burgerlijken stand, voor particulieren
bestemd, door middel van dienstbrieven of kaarten
of gecontrasigneerde dienst-enveloppen aan te
vragen of te verzenden.
Aangezien daarvan te voren geregeld gebruik
werd gemaakt, waardoor jaarlijks, ten nadeele van
's rijks kas, zeker bedrag aan postzegels werd
uitgespaard voor particulieren, terwijl de kosten
voor geen der belanghebbenden financieel bezwaar
kan opleveren, vond de maatregel toejuiching,
vooral bij hen die geleerd hebben op de kleintjes
te passen. De ondervinding leert dat niet alle
burgemeesters of ambtenaren van den burg. stand
dit gevoelen deelen, want nog altijd worden tus-
schenbeide dienstbrieven verzonden die alleen
betrekking hebben op bedoelde stukken. Voor
hen, die zich stipt houden aan de circulaire, is
bedoelde handelwijze niet aangenaam.
Bij kon. besluit van 12 dezer zjjn benoemd tot
plaatsvervangend dijkgraaf van den Nieuwerha-
venpolder A. E. De Badtstot gezworen van den
polder Oosterenban van Schouwen, L. Blom Az.;
tot dijkgraaf van den Clarapolder E. Cuelenaere
tot dijkgraaf van den Onrustpolder J. Karelsei
tot gezworenen van den Nieuw Othenepolder,;
M. Dieleman Willemszoon en A. Cornelissen
Andrieszoon. {Zie laatste berichten van Zaterdag
De Maatschappij ter bevordering van Nijverheid
in het Westerkwartier der provincie Groningen
schonk eene vermelding aan den heer Ch. Groene-
veld de Kater te Noordgouwe voor zijne inzending
Kentsche tarwe en Zeeuwsche rogge op de ten
toonstelling 11 Sept. te Noordhorn gehouden.
Vlissingen, 15 Sept. De komst, per kon.
Engelsch jacht Osborne, alhier van H. K. H. de
kroonprinses van Pruisen kenmerkte zich door
niets bijzonders. Te ongeveer zeven uur stoomde
Zondag het jacht op de buitenhaven en, nadat het
langs cle ppnton der mailbooten van de Zeeland
gemeerd lag en de goederen ontscheept waren,
begaf zich de prinses met hare dochter en gevolg
naar den mailtrein, waarmee zij, in een salonrij
tuig, naar Keulen reisde.
*CJoes, 14 Sept. Vrij talrjjk waren ze Zaterdag
opgekomen, de belangstellenden in eene harmonie,
maar vrij mager was het resultaat der bijeenkomst.
De voorzitter der commissie deelde mede dat
een achttiental personen,in een vroeger bericht
werd gemeld 22, maar daarvan hebben zich sedert
4 teruggetrokken, zich voor werkende leden
hadden aangegevenen dat was ingeschreven
voor ongeveer 250, terwijl er noodig was ruim
f 650. Ergo
Een der commissieleden wilde dan ook maar
van de zaak afzien, maar de meerderheid besloot
nog eene poging te wagen om geld bijeen te
krijgen. Over vier weken zal men dan weer
vergaderen om het resultaat te vernemen. Maar
dan ook niet meer.
Zondag besloten degenen, die voornemens zijn
werkend lid te worden, eene commissie te benoemen,
die in persoon eene inteekenlijst aan de burgerij
zal aanbieden tot het bekomen van bijdragen.
Omdat de vroeger gezonden circulaires dikwijls
ongeopend werden teruggegeven, vleit men zich
dat deze poging meer succes hebben zal.
Te verwonderen is het zeker, dat de eigenlijke
burgerij zich zoo geheel en al onbetuigd heeft
gelaten; zij toch is het vooral die van de uitvoe
ringen eener eigen harmonie het meest kan
profiteeren. »De grootelui" kunnen elders wel
muzikaal genot smaken. We hopen, dat de
commissie nu eens niet aan doovemans deuren
zal aankloppen.
Zierikzee, IS Sept. Bij de afscheidsvoor-
stelling, Zaterdag in den schouwburg van den
heer Van Lier alhier gegeven, bij welke gelegenheid
het tooneelspel De Bedelaarster werd opgevoerd,
werden na het einde van het 2e bedrijf aan
mevrouw Theo FrenkelBouwmeester twee bou-
quetten aangeboden terwjjl na het einde van het
3e bedrijf een krans aan den heer H. Van Kuyk
en in het 4e bedrijf een aan den heer Isouard
Van Lier werd overhandigd. Dit geschiedde uit
naam der rederijkerskamer Ruysch en eenige
kunstvrienden, die aan het talent van deze ver
dienstelijke leden van het Amsterdamseh tooneel-
gezelschap hulde brachten. Dat het talrijke
publiek (geen plaats was in de ruime tent onbezet)
met die hulde instemde, bleek uit het daverend
applaus dat erop volgde. Aan het einde der
voorstelling betuigde de heer Van Kuyk namens
allen dank voor de ontvangen hulde, voor het
taiijjk bezoek en den verworven bjj val. Dewensch
tot weerziensvindt zeker in Zeeland, niet het
minst te Zierikzee weerklank.
Terneuzen, 14 Sept. In de nu afgeloopen
week zijn bij gunstig weder de oeververdedigings
werken aan den calamiteusen Nieuwen Neuzen-
polder flink opgeschoten.
Met het maken en plaatsen der stukken C en
D, respectievelijk groot 1100 M2 en 1430 M, is
de aannemer met het zinkwerk in den Brakman
gereed gekomen. Het nog resteerende, in de
Wester-Schelde te zinken stuk E, groot 2025 M2,
zal bij gunstige gelegenheid binnen een 14tal
dagen worden gemaakt en gezonken.
De aannemer der werken tot voorziening der
afschuiving van 28 Juli jl. maakte en liet een
stuk zinken, groot 1200 M2, terwjjl deze werken
met het zinken van nog éen stuk, groot 840 M»,
in den loop dezer week zullen gereed komen.
Men schrijft ons uit Rotterdam
Gij hebt reeds medegedeeld, dat Rotterdam zjjn
college van dagelijksch bestuur weder compleet
heeft. De benoeming van den heer Molenaar
was eene verrassing. Toen in de vorige week de
benoeming van den wethouder werd uitgesteld,
had men een ander raadslid op het oog. Men
is daarmede echter niet geslaagd, en toen werd
de heer Molenaar geprest, die bij eene vorige
gelegenheid bedankt had, omdat hij zich voor het
wethouderschap niet bekwaam genoeg achtte.
Naar men verneemt, zullen aan den nieuwen
wethouder de financiën worden toevertrouwd. Hij
krijgt dus nog wel den voornaamsten post. Laat
er ons het beste van hopen. Sedert den dood van
den heer Hoynck Van Papendrecht is het gemeen
telijk departement van financiën reeds van den
éen op den ander verzeild.
Het schoone bouwplan van onzen directeur der
openbare werken (het veel besproken plan C)
dreigt te zullen mislukken. Voor den bouwgrond
zijn geen koopers te vinden, sedert de raad, het
onderste uit de kan willende hebben, het aanbod
van Amsterdamsche ondernemers afwees en tot
openbare inschrijving besloot. Bouwondernemingen
zijn hier in den laatsten tijd niet gelukkig. De
dure grond en de duurte der materialen maken,
dat er met bouwen geen geld meer te verdienen
valt. Er zijn ondernemers, die van het kapitaal,
dat zij in nieuwe gebouwde huizen hebben gestoken,
nog wel gelegen in het fraaie kwartier dat nabjj
het centraal station in wording is, slechts 5§
percent maken, bruto wel te verstaan. Daarbij
komt, dat hypotheken op halfvoltooide huizen
moeielijk meer te krijgen zijn. Er is hier in
de laatste jaren te veel op speculatie gebouwd,
en zij, die op stijging der huren rekenden, hebben
zich teleurgesteld gevonden.
Men heeft nu het denkbeeld geopperd om op
het terrein van plan C, in plaats van huizen met
monumentale gevels, een nieuw stadhuis te bouwen,
en daarover wordt op de Beurs door hen, die
weinig zaken aan de hand hebben, en aan de
societeitstafeitjes druk gesproken» Daar gelaten
nog of een nieuw stadhuis eene levensbehoefte ia
(het oude is volstrekt niet bouwvallig), zou de
verwezenlijking van het denkbeeld zeker niet
strekken tot verfraaiing van de stad, omdat men
zou krijgen eene verzameling van groote gebouwen,
dicht bij elkander, van al te bonte verscheiden
heid, en omdat de nabjjheid van het viaduct
den aanblik van een mooi gebouwd stadhuis
geheel bederven zou. Een groot blok fraaie woon-
en winkelhuizen, volgens het eerste plan, zou op
die plaats veel beter voldoen en aan dit gedeelte
der stad een veel levendiger aanzien geven.
Gisteren (Zondag) morgen kwamen te 's GraVeü-
hage de afgevaardigden van verschillende veree-
nigingen ter bevordering van Algemeen Stemrecht
bijeen en hielden in het Gebouw voor kunsten en
wetenschappen eene meeting. De heer Gebing,
voorzitter van het bond voor het algemeen stem
recht, leidde de vergadering, die door 2000 personen
werd bijgewoond.
Mr. D. Van Eek, lid der tweede kamer, was
onder de toehoorders.
Als spreker traden op de heeren B. H. Heldt,
Van Amsterdam, president van het Ned. werklie
denverbond en P. Van der Stadt, voorzitter van
den Sociaal-democratischen bonddie, na uiteen
zetting van den moeilijken strijd dien de werklieden
tegenwoordig te strijden hebben, het algemeen
stemrecht aanprezen als een middel om beterè
toestanden te helpen verkrijgen, als de eenige
zuivere grondslag om eene nationale kracht te
vestigen. Des namiddags verzamelde men zich
nogmaals en teekende een adres, waarin de motie,
door de meeting aangenomen, werd vervat ei;