N° 196. 127° Jaar 1884. Woensdag 20 Augustus. Middelbare school voor meisjes. Nationale IVliSitie, Middelburg 19 Augustus. Benoemingen en besluiten. Onderwijs. Dit blad verschijnt d a ge 1 ij k s> met uitzondering van Zon- en Feestdagen.' Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën* 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,10 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Opi 'oeping van verlofgangers der lichting 1881. "FEUILLETON. MAEMOENE ADOLPHUS SEGrRAVE. MIDDELBIIRGSCHE COURANT. Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. De Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen:F. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. De Moou,te TholenW. A.Van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peijl Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. De burgemeester van Middelburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings in deze provincie van den 17 Mei 1884, A n° 889/ 3e afdeeling (provinciaal blad n° 46), roept bij deze op de in deze gemeente wonende milicien-verlof gangers der lichting 188 8, behoorende tot het 5e bat. van het le reg. infanterie, om op den tijd en plaats als in de aan ben uit te reiken order is vermeld, tegenwoordig te zijn, voorzien van al de voorwerpen van kleeding en uitrusting, door hen bij bun vertrek met groot verlof medegenomen, benevens van bun verlofpas, teneinde rechtstreeks naar hun korps te vertrekken. Zij moeten zich vooraf, en wel op Vrijdag den 29 Aug" a., des voormiddags tusschen 10 en 11 uren, bij den burgemeester hunner woonplaats aanmelden, voorzien van hun verlofpas, ten einde de noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zij dit verlangen en daarop recht hebben, te ontvangen. De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps gestraft. Zij, die niet aan de oproeping voldoen, worden als deserteurs behandeld, terwijl degenen, die door ziekte verhinderd worden op den bepaalden dag onder de wapenen te komen, van die omstandig heid, onder overlegging van eene verklaring van den geneesheer, tijdig kennis behooren te geven aan den burgemeester. Na hun herstel vervoegen zij zich bij bun korps. Middelburg, den 19 Augustus 1884. De burgemeester voornoemd, F. ERMERINS, L. B. De burgemeester en wethouders van Middelburg maken bekend dat een tweede toelatingsexamen voor gemelde school zal plaats hebben op Dinsdag den 2en September a. Ouders of voogden, die hunne kinderen of pupillen aan dat examen wenschen te doen deelnemen, worden verzocht daarvan mededeeling te doen voor den len September a. aan den burgemeester voorzitter der commissie van toezicht over de scholen voor middelbaar onderwijs. Middelburg, den 19 Augustus 1884. De burgemeester en wethouders voornoemd, F. ERMERINS, L. B. De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. Het Zuiden laat natuurlijk het artikel in ons Maandagnommer, waarin o. a. de beweging der mannen van de School met den bijbel werd behan deld, niet onbesproken. Het brengt echter de quaestie op een geheel ver keerd terrein en maakt daardoor repliek moeilijk. Waar het blad nl. meent dat vorstelijke zwakheden als argumenten kunnen gelden, neemt het een zeer door LV. Mijnheer De Marmorne had met gefronste wenk brauwen geluisterd en ik haastte mij nog om de koffie in te schenken en de rol van kellner te vervulleD, teneinde te voorkomen dat Ada iets van dit alles deed. Toen zei haar vader met al de deftigheid van een beleedigd Franschman »Ik moet u zeggen dat deze dame mijn dochter is en dat ik den familiaren toon, dien gij tegenover haar aanslaat, niet kan goedkeuren. De waardigheid van den ouden heer maakte yoor een oogenblik indruk op de Pruisen. Hij bood daarop zijn dochter een arm aan en bracht haar naar de deurmaar een der Uhlanen sprong op en zette er zijn rug tegen aan, zeggende „De jonge dame zal de kamer niet verlaten. Wij zullen beleefd tegen haar zijn. Wjj weten wat wij dames verschuldigd zijnwij willen baar niet laten vertekken met een slechten indruk van ons." Die zonderlinge mengeling van ruwheid en be leefdheid bracht mijnheer De Marmorne in ver legenheid, daar hjj ongewapend was en zich in de gevaarlijk standpunt in dat ook niet bevorderlijk wezen kan om de koninklijke waardigheid te verhoogen, wat de redactie beweert dat haar doel is. In een constitutioneel land is de macht van een koning beperktdat noemen wij een voorrecht en ook in het belang van den vorst zei ven die daardoor te gemakkelijker zich boven de partijen kan stellen, hetgeen zijn eerste plicht is. Hem daarvan te willen afhouden, is een zeer gewaagd en zeer te laken pogen. De dagen van Maurits en Oldenbarneveld hebben bewezen waar het heengaat wanneer een die^aan het hoofd staat dat neutrale standpunt verlaat. Dat Hel Zuiden het anders zou wenschen is begrijpelijk maar dat bet dit zoo openlijk doet blijken is een onvoorzichtigheid, waarmede het zijne partij geen dienst bewijst. Wij willen hopen dat hare redactie nog menige illusie op dat punt worde ontnomen, en in ons land de bewering nog lang van kracht moge zijn dat een vorst is om het volk en niet het volk om den vorst, een standpunt dat onze koningen steeds met zooveel tact toonden te begrijpen. Vlissingen, 19 Aug. Op den gewonen tijd kwam beden morgen alhier per mailboot der stoomvaart ui*1 ZeelandPrinses Elizabethkom- mandant Brouwner Z. M. de koning van Zweden aan. Hoewel incognito reizende, werd Z. M. bij het aan wal komen, dat spoedig na aankomst der boot plaats had, door den heer C. L. Van Woel- deren, directeur der maatschappij Zeeland, en den heer C. A. De G-roof, consul van Zweden, begroet. Z. M. betuigde dadelijk zijne tevredenheid over de zeereis en inrichting der boot met de woorden Je suis parfaitement content. De koning, een rijzig man, heeft een zeer innemend uiterlijk. Na eenigen tijd in de gereserveerde wachtkamer te hebben vertoefd, vervolgde Z. M. per gewonen trein, in een salon-rijtuig van den Nederl. Rijnspoorwegmaat schappij, de reis van hier naar Keulen. Uit Vlis singen waren eenige personen aanwezig om de aankomst en het vertrek te zien. Vlissing-en, 19 Aug. Naar wij vernemen zal op den grond aan den Zeeboulevard, onlangs door de gemeente aan den heer H. Benier ver kocht, een net huis gebouwd worden, waarvan de plans en teekeningen reeds gereed zijn. Het huis zal geplaatst worden tegen de Nederl. loodsen sociëteit aan en even hoog zijn. Beneden zal het voor woonhuis en boven voor kantoorzaken ingericht worden, terwijl het eene lengte van p. m. 11 meters beslaan en zeker alweder medewerken zal tot verfraaiing van den Zeeboulevard, Wij hooren dat er nog onderhandeld wordt over den afstand van nog zesendertig strekkende meters aan den boulevard voor verschillende aldaar te plaatsen gebouwen. Berichtten wij onlangs den goeden aanslag van oesterbroodjes, op de «proefpannen" geplaatst aan de noordzijde van den polder Oud-Noord-Beveland, macht zijner vijanden gevoelde. Later begreep ik dat zij gegronde redenen hadden gehad om ons allen in de kamer te houden. Zij wilden niet dat hun komst terstond alom bekend werd. «Mademoiselle, wees zoo goed om plaats te nemen", zei de korporaal. «Wij zullen u niet beleedigen." De arme Ada ging werktuigelijk zitten. Ik dacht dat een kop koffie haar misschien uit haar verdooving zou opwekken en haalde haar over iets te gebruiken, als zij kon. Zij deed het maar at niets. De Pruisen waren hongerig als wolven en hadden spoedig het lichte Fransche ontbijt verorberd, waarna zij om iets stevigers verzochten. Intusschen zag ik aan de buitenzijde een gelaat voor het venster verschijnen en verdwijnen. Ik was de eenige in het vertrek die het zag en herkende het niet terstond, later begreep ik dat het Jean de koetsier was geweest, die zeker leven in de stal had gehoord en op die wijze kwam kijken wie de vreemde gasten waren. LVI. Even daarna hoorde ik voetstappen in den gang. Dat was Gustine, de oude huishoudster, die, op haar gewonen tijd opgestaan zijnde en in de eet kamer hoorende praten, kwam zien wat daar gebeurde. Het komische element, dat zelfs in de droevigste levensomstandigheden vaak op den voorgrond treedt bracht ons thans een welkome afleiding. Wat zon Gustine doen? Zjj deed de deur wijd open thans meldt men ons, dat er p. m. 100,000 stuks pannen zijn uitgelegd door de firma Yan den Broeke en Poelman, oesterkweekers te Yerseke, welke allen flink met oesterbroed zijn aangeslagen, daar toch van 40 tot 100 stuks, ja zelfs op enkele pannen 200 stuks, worden waargenomen. Het is te hopen, dfit in den aanvankelijk verkregen goeden uitslag de firma aanleiding moge vinden om de kunst matige oesterkweekerij op Noord-Beveland uit te breiden, daar dusdanige onderneming aan vele banden werk verschaft. GCt.) Aardenburg, 18 Aug. De rekening dezer gemeente over 1883 werd door den raad in zijne zitting van heden vastgesteld. Het totaal der ont vangsten beliep 15104.73j idem der uitgaven 12807.94i, goed slot 2296.79. In dezelfde zitting werd de gemeente-begroo ting voor 1885 aangeboden met een totaal aan ontvangsten en uitgaven van 17462,53jMet genoegen hebben wij opgemerkt dat daarbij een som is uitgetrokken teneinde in deze gemeente, overeenkomstig het koninklijk besluit van 25 April 1881, een rijkstelegraafkantoor met telefonisch toestel te vestigen. De St.-Ct. bevat een kon. besluit, bepalende de plaatsing in het Staatsblad van de op 14 Mei 1884 door de wederzijdsche gevolmachtigden van Neder land en Frankrijk te Parijs onderteekende ver klaring, betrekkelijk aan de bergers van vischnetten in de havens der beide landen toe te kennen schadeloosstelling. In het Londensche orgaan voor handel en scheepvaart, Fairplay, van 8 Aug. wordt de reeders- firma D. G. Pinkney and Sons van Sunderland, de welbekende boekhouders (Eng. managing owners van de Nisero, op eene wijze uitgekleed, die merkwaardig contrasteert met den hoogen toon, door de firma in den laatsten tijd in de bladen aangeslagen met betrekking tot de Nisero. De contracten tusschen de firma en de aandeelhouders in drie van de door haar bevrachte schepen, de Dago, Atrato en de Niseroworden aangehaald, ten betooge 1° dat de 'heeren Pinkney uit hun eigen zak dividenden hebben betaald, die niet verdiend waren en op tijden dat de schepen cribleerden van de schuld2e dat de aandeelhou ders, in strijd met het contract, van den waren toestand onkundig bleven, en 3° dat de assurantie- gelden voor vergane schepen door de firma niet behoorlijk verantwoord werden. De verschillende punten van deze zware be schuldiging toelichtende, toont de schrijver ten aanzien van de Dago aan: dat in geen driejaren omtrent de reizen van dat schip rekening en ver antwoording is gedaandat valsche dividenden aan het eind van de reizen, die verlies hadden opgeleverd, werden uitgekeerddat de verliezen verborgen werden gehouden, totdat het geld voor nieuw te bouwen schepen was opgenomen, en dat de niet verdiende dividenden eerst daarna van de en staarde ons met de grootste verbazing aan. „Zoo Gustine, zei mijnheer de Marmorne, «hier ziet gij nu de Pruisen, eindelijk zijn ze toch gekomen. Zij verlangen een stevig ontbijt en gij moet het voor hen gereed maken." Weldra herkreeg zij haar zelfbeheersching en zei |»Zoo iets heb ik van mijn leven nog niet gezien; een Mademoiselle De Marmorne met gemeene sol daten aan een tafel zittende Kom Mademoiselle Ada, ga naar uw kamer. Dit is geen geschikte plaats voor u." Zij nam Ada bij de hand en wilde haar weg brengen maar dezelfde soldaat ging weer voor de deur staan en zei La têmoisselle ne sortira bas (de juffrouw gaat niet heen). De oogen van Gustine schoten vuur en zij riep: „Uit den weg, Pruisisch monster, denkt ge dat ik bang ben voor zulk een opgeschoten knaap Eensklaps pakte zij de tang beet, nam een gloeien- den kool uit den haard en hield dien den Pruis zoo dicht onder den neus dat zijn knevel begon te schroeien, waarvan de arme man zoo schrikte, dat hjj terstond plaats maakte, terwijl de anderen over zijn bespottelijken nederlaag in een scha terend gelach uitbarstten. Ada en Gustine waren in een oogwenk verdwenen. De oude huishoud ster was zoo goed als haar woord. Ik geloof inderdaad dat zij geen Pruis vreesde, maar die onversaagdheid kwam grootendeels voort uit een gevoel van vrouwelijk privilegie. Wij zagen Ada dien morgen niet meer. De Duitsobers aten en dronken ongeloofelijk veel en aandeelhouders werden teruggevorderd, die aldus eerst in den waan waren gebracht dat het schip geld maakte. De schrijver vraagt te recht, of grooter zwendel op het gebied van reederjj denk baar is. De schrijver citeert brieven van de firma aan aandeelhouders, waarin de voordeelen, door sche pen als de Dago, Oliveto, Paxo en Yesso behaald, worden uitgemeten, terwijl op hetzelfde oogenblik die schepen zwaar in de schuld staken. Maar op datzelfde oogenblik moesten ook nieuwe aandeel houders voor nieuwe schepen in de fuik worden gelokt. Vooral de argwaan met betrekking tot de Nisero is zeer bezwarend voor de firma. In Mei 11. door een aandeelhouder ondervraagd, bij welke firma het schip geassureerd was, tot welke bedragen en hoeveel daarvan op dat oogenblik reeds betaald was, schreven de heeren»Wij hebben zooveel last met de assuradeurs, zoowel voor de lading als voor het schip, wegens de bijzondere en nooit ge hoorde manier, waarop zich de schipbreuk heeft toegedragen, dat wij ons verplicht zien, eene buitengewone voorzorg en geheimhouding in acht te nemen en in het belang van alle aandeelhou ders moeten weigeren, de door u verlangdo inlich ting te geven." Fairplay teekent hierbij aan, dat, zoodra een aandeelhouder te weten komt dat zijn schip weg is, hij het recht heeft om te weten, waar het geassureerd is, en dat die wetenschap niet de minste afbreuk kan doen aan de vereffening van de assurantie-penningen. Een tweede vraag van een aandeelhouder Kan ik inzage krijgen van boeken der Nisero, als ik daarvoor naar Sunderland kom werd be antwoord Wij herhalen, wat wij reeds gezegd hebben, dat wij, in uw belang en in dat van de overige eigenaars van het schip, uw verzoek om van de boeken inzage te nemen van de hand moeten wijzen." Waarlijk geen wonder, dat hier aangedrongen wordt op een onpartijdig en streng onderzoek. Het bovenstaande versterkt ons in den aandrang» waarmede wij onzerzijds de vraag herhalen waar blijft het onderzoek vanwege de Board of Trade, naar de omstandigheden waaronder de Nisero ver gaan is Ons dunkt, there is something rotten in the state of the Nisero-case. Dv. Z.-H.) ridderordenBenoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen Leemv de heer G. W. Yan Heukelom, pastoor te Jutphaas. onderwijs. J. M. Telders, sectie-ingenieur en waarnemend eerstaanwezend ingenieur bij de staatsspoorwegen, te Rhenen, is benoemd tot hoogleeraar aan de polytechnische school. Van de leerlingen, die in de wintermaanden de o. school te Wissekerke bezochten, wordt, wat de besloten hun maaltijd met een glas brandewijn, dat zij ledigden alsof het champagne was. Daarop baalden zij groote porceleinen pijpen voor den dag, waar zooveel tabak inging dat een gewoon rooker er den heelen dag genoeg aan zou gehad hebben, en staken die aan. Het was intusschen dag geworden en de korpo raal gaf den wensch te kennen van het kasteel van binnen te zien. De Duitschers deden alsof de oude heer een gids was en zij pleizierreizigers waren. Als hij een deur voorbijging zonder haar te openen, ontsloot een der soldaten haar en keek naar binnen. Zoo ontdekten zij het salon, dat zij zeer bewonderden en lieten zich vervolgens naar de tweede verdieping brengen. Hier schenen zij bepaald pleizier te hebben in het museum, dat o. a. een kleine, maar uitgezochte verzameling Gallisch-Romeinsche klei» noodieën bevatte, waaronder een grooten gouden bisschopsring. De korporaal paste dien aan en scheen een oogenblik in de verzoeking om hem te behoudenmaar ten slotte legde hij hem toch weer neer. Mijnheer De Marmorne sloeg hom met belang stelling gade en voldaan over zijn gedrag gaf hij hem den ring ten geschenke, zeggende „Gij schijnt een eerlijk man te zijn en het is mij een waar genoegen om u dit aan te bieden, Spaar daarvoor het leven van een Franschman) als gij kunt". De soldaat stak den ring dankbaar aan z^jn vinger.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1