N° 192. 127® Jaargang. 1884. Vrijdag 15 Augustus. Middelburg 14 Augustus. MAEMOBNB Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen; Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentien* 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,10 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte "FEUILLETON. ADOLPHUS SEGRAVE. Feestrede, uitgesproken bij het eeuwfeest der Maatschappij „Tot nut van 't Algemeen." MIDDELBURGSCHE COURANT. 5R Agenten voor dit blad zijn te Vlissingen: P.G. De Veij Méstdagh, te GoesA. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. Van der Peijl, te Zierikzee: A. C. DsMoou.te TholenW. A. Van Nieuwenhüijzen, en te Ter Neuzen A. Van der Peul ir Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones opvolger. Eindelijk, zegt Het 1 'ad., na vele maanden is het eindcijfer van de opbrengst der rijksmiddelen bevredigend, zoozeer zelfs, dat de maand Juli van het vorige jaar met 2.230.000 wordt overtroffen en dientengevolge de uitkomst der 7 maanden samen ook ruim 5J ton gunstiger is geworden dan die der eerste 7 maanden van dat jaar. Toch stelle men zich hiervan niet te veel voor, daar het voornamelijk de accijns op het gedistilleerd is, die deze uitkomst teweegbrengt, en wel klaarblijkelijk tengevolge van den ijver om zooveel mogelijk in te slaan, alvorens de accjjnsverhooging in werking zou treden. Bij een raming van 1.841.000 en een opbrengst van 2.029.000 verleden jaar, gaf dit middel thans 3.441.000, een vermeerdering, die, naar te vreezen staat, door latere verminde ringen zal worden geneutraliseerd. Onder de andere middelen, die ruimer vloeiden, staat het successierecht bovenaan met 995.000, tegen 649.000 verleden jaar, ook een verbete ring, die geheel van toevallige oorzaken afhangt- Gelukkig ging het met sommige andere middelen ook iets beterzoo gaven personeel en patent 568.000 en 320.000 tegen 542.000 en 285.000 verleden jaarde suikeraccijns, die iets ruimer gaat vloeien, doch in de 7 maanden toch nog weinig boven de 2| millioen kwam, 730.000 tegen 385.000. Over 't geheel waren de accijnzen en ook de invoerrechten, bij het vorige jaar vergeleken, gunstig; met de registratie rechten daarentegen blijft het slecht gaan. De staatsloterij bracht in de afgeloopen 7 maanden op 314,000 tegen ƒ144.000 in het vorige jaar. De indirecte belastingen en de invoerrechten zijn met de 7 maanden nog bij dat jaar ten achteren, en de accijnzen zullen, naar wij vreezen, hun voordeelig saldo weer verliezen. Alles saamgenomen dus nog geen schitterende uitkomst. Vlissiiig-en, 13 Aug. Ter aanvulling van het raadsverslag in het vorig nommer dient nog het volgende gemeld te worden Een verzoek van L. Heijbloin betreffende vergoeding voor doorhem gedane werkzaamheden aan het huis voor besmet telijke ziekten alhier, werd niet voor behandeling vatbaar geacht, omdat hij, als onderaannemer van den aannemer C. Maters, zich tot deze behoort te wenden, indien hij meent eenige vordering desbetreffende te kunnen doen gelden. Vóór het sluiten der vergadering werd door den heer J. Verkujjl Quakkelaar de vraag gedaan of, nu de ijskelder in het gasthuis gereed is, er ook reeds ijs voorhanden is, waarop door den heer J. C. Ockers, voorzitter van regenten over het gasthuis, geantwoord werd, dat de ijskelder eerst enkele dagen geleden aan het bestuur is overgegeven en er dus nog bezwaarlijk ijs kon zijn ingeslagen. "Vlissingen, 14 Aug. Z. K. H. prins Albert DOOll Mijnheer De Marmorne nam terstond levendig deel aan het gesprek over de chalet. Abeille zei dat er te Marmorne wel zes modelletjes waren, die zij eens van een reis door Zwitserland had meege bracht, dat daar van het doelmatigste moest uit gezocht worden en aan den timmerman gegeven, om na te maken. Mijnheer Didier beval een knap werk man aan, die in zijn dorp woonde. Emil bood het hout aan en het plekje werd gekozen en door allen goedgekeurd. Het lag op een rots, dertig voet boven den waterspiegel. Het uitzicht was beperkt maar heel lief. Het meer, en de bosch rijke helling zouden den schijn hebben van er geheel bij tebe- hooren en het landschap, dat men uit de venster» zag, zou oneindig mooier zijn dan de muur van boomen, die het huis van Boisvipère als een gevan genis omsloot. Het zou een verrukkeljjk plekje zijn, om een paar weken te gaan studeeren. Ik begon er mi) met een jongensachtige pret op te verheugen. „Hoe zal de chalet heeten vroeg Abeille vroolijk. »Zij moet toch een naam hebben. Laat ons er een bedenken", „Ik ben er," zei mijnheer Didier en hij noemde iets dat zeker geen Fransch was; maar in het ^erst k<?n ik niet uitmaken welke taal het we^ Victor van Wales en zijn adjudant, de heer J. N. Dalson, zullen Zondag avond per boottrein van Keulen aankomen en de reis naar Engeland voort zetten met het s.s. Prinses Elisabeth van de stoom vaart nN Zeeland. Heden morgen arriveerden alhier per ss. Prins van Oranje van dezelfde maatschappij H. D. H. H. de erfprins en prinses van Bentheim met twee kinderen en gevolg, die de tehuis reis over Arnhem met den aansluitenden boottrein voort zetten. Zooals men weet is de erfprinses een zuster van onze koningin. De heer T. E. Mulder, geagreëerde van het post en telegraafkantoor te Veendam, is met ingang van 1 Sept. e. k. benoemd tot tijdelijk rjjkstelegraaf- klerk te Yerseke. De St.-Ct bevat de wetten tot naturalisatie van Joseph Vael, landbouwer, geboren te Moer- beke (België) den 22en September 1843, wonende te Sint Jansteen, provincie Zeeland, en van Arthur Joseph Couprant, werktuigkundige, geboren te Montmartre (Frankrijk) den 15en Juli 1858, wo nende te Bergen op Zoom, provincie Noord-Brabant. Het politiek verslag van den gouverneur van Atjeh en onderhoorigheden, loopende van 11 tot en met 25 Juni jl., bevat weinig belangrijks. He meldt echter dat de werkeloosheid aan 'svjjands zijde gedurende dien tijd was toe te schrijven aan den padiaanplant, aan de nadering der poeasa, waardoor lieden van de Noordkust, die zich bij de strijders in Groot-Atjeh hadden aangesloten, naar hunne woonsteden teruggekeerd waren. Ook schijnt de vijand, volgens nagenoeg alle spionnen- berichten, voor het oogenblik althans, gebrek aan munitie te hebben. (Vervolg.) Onze mannen haatten elke abstractie. Zij zagen in elk volk ook eene persoonlijkheid met éigen- aardige krachten, die op natuurlijkegezonde wijze, in verband met den geheelen aanleg, tot ontwikkeling moesten worden gebracht. Daarom heeft de historieschrijver der maatschappij zoo weinig gelegenheid tot het bezigen van sterke tegenstellingen, tot het aanbrengen van forsche kleuren. Waar hij zich op het terrein der maat schappij bevindt, ziet hij een Hollandsch landschap: veel frissche stroomen, veel weelderig goene weiden, hier en daar een bosch geen rotsgevaarten, geen donkere holle wegen niet veel contrasten maar veel schakeeringen. Zelfs de strijd tusschen Patriotten en prinsgezinden, die de gemoederen toen in vlam zette, levert weinig stof voor een heldendicht. De poëzie tiert niet overal welig op den bodem der maatschappijde volksliedjes, door haar invloed geboren en verspreid, zijn geen bezielende macht geworden. Onder de vele schoolmeesters, later vooral de glorie der maatschappij, is geen Tyr- was. Eindelijk nadat hij het eenige malen herhaald had, verstond ik iets van „Good siet". »Het bestaat uit twee Engelsche woorden good en sightzei hij. Good beteekent bonne (goed) en sight (hij sprak het als siet uit) beteekent vue (uitzicht) goodsight Bonnevue, Bellevue, begrjjpt ge Het zou niets geholpen hebben als ik had wil len uitleggen dat good sight niets te maken heeft met een mooi uitzicht, daar het eenvoudig goed gezicht, vermogen om te zien, beteekent, want al onze Fransche vrienden juichten het voorstel eenparig toe. Zelfs Abeille met al haar taalkennis begreep er het bespottelijke niet van. Emil glimlachte en zei niets mijnheer Didier voelde zich trotsch en madame Didier was blijkbaar verheerlijkt met de geleerdheid van haar echtge noot het overige gezelschap bewonderde hem en de plaats heet tot op den huidigen dag goodsight. XLIX. Er werd reeds de volgende week aan begonnen, want. Emil wilde de chalet gereed zien, vóór dat hij naar Engeland vertrok, Intusschen werd de politieke hemel meer en meer bewolkt en wij zagen dagelijks met verlan gen naar de couranten uit. De toenemende span ning der volgende dagen maakte dat die kalme pic-nic te la Creuse ons heel lang geleden scheen. Wjj reden iederen dag naar Marmorne om den politieken toestand van Europa te bespreken, daar de stille eenzaamheid ons bjjna ondragelijk taeus opgestaan. Doch wie daarom meent, dat deze wereld slechts prozaïsche gedachten wekt, zou toonen, dat hij niet wist, welk een landschap onze Hobbema, Ruysdael en van de nieuweren onzen Roelofs heeft betooverd. Vuriger vaderlandsliefde, dan de eerste mannen der maatschappij bezielde, is nooit in stiller openbaring aanschouwd. Zij ijveren voor de taal, die naar hun oordeel reeds op de school in haar kracht en schoonheid moet worden gekend. Zij willen, dat het volk niet onwetend blijve ten opzichte van de nationale nijverheid, de verdedi gingsmiddelen, de raderen van staatsbestuur. De beroemde zonen en dochteren van het vaderland moeten in het hart van eiken burger leven, de nationale deugden het volksgeluk waarborgen. Zij kennen den bodem en rusten niet, eer zij alle krachten, die er verborgen liggen, hebben opgespoord, eer zij die krachten dienstbaar hebben gemaakt aan de welvaart des volks. De geheele maatschappij vertoont een echt Nederlandsch gelaatniet zeer bewegelijk, een weinig stroef en stug, maar gezond en frisch. En er stralen over die trekken trouwe, helderblauwe oogen. Hoe zal dat vaderland nu zijn oude glorie herwinnen? Waar liggen de bronnen der volks kracht Welk gedeelte van het arbeidsveld nemen onze mannen voor hunne rekening? Niets minder dan het ontwikkelen der godsdienstige, zedelijke, verstandelijke krachten des volks. Ons, kinderen van een twijfelzieken tijd, komt het voor, dat een dergelijk veelomvattend pogen met volkomen machteloosheid moe3t worden geslagen. Hervorming van het burger- en schoolwezen! Ziedaar in andere woorden het doel. Hier ver liezen zich de grenzen immers in het nevelend verschiet. Wel is het allermeest verlichting, bestrijding der onkunde, die zij beoogen, maar zij stellen op den voorgrond, dat de ontwikkeling van het verstand geen zegen is zonder de vorming van het karakter. Zij zeggen in hun taalkennis is machtten goede of ten kwade. Zoo trachten zij het geheele geestesleven van het geheele Nederlandsche volk te hervormen. Natuurlijk hebben zij later hier en daar grenspalen gezet, heeft de ondervinding hun zelfbeperking geleerd, maar zij zijn begonnen met een buitengemeen stoutmoedig plan, en dat zij onder dien last niet zijn bezweken, is wederom vooral te wijten aan het echt nationale karakter hunner schepping. Zij geloofden dat zij voor allen konden arbei den, dat de teekenen des tijds hun recht gaven tot die verwachting. Zij mochten te Haarlem voor het onderwijs der Roomsch-katholieke weezen waken en de eerste prijsvraag door de maat schappij met goud bekroond, was geschreven door den Roomsch-katholieken pastoor Schouten. Dwaze droomenzeggen velen thans, nu de maatschappij zoo weinig op het gebied van den godsdienst werken kan, omdat twisten en. religi- euse vraagstukken in dezen tijd helaas onafschei delijk schijnen. Dwaze droomen, maar die toch getuigen van een gemoedsadel, die van den gods dienst der toekomst profeteert, van een Godsrijk, dat allen omvat en steeds nauwer samenbindt. Zij geloofden, dat de twistvragen konden worden buitengesloten, waar zij dit terrein betraden en stelden dit als eisch in hun wet vast. En waar dit nu voor een tijd onmogelijk blijkt, daar dringen de latere geestverwanten der oprichters hun werk niet aan de natie op, maar wachten zij op betere dagen. Er is voor de stichting van de Nieuwen- hujjzens nog genoeg te doen, al blijft een gedeelte van haar vroeger arbeidsveld een poos voor haar werdbuitendien wilde de oude heer gaarne weten wat er in de Engelsche couranten stond en daar wij er eenige kregen, brachten wjj hem die eiken keer, 't geen de arme mademoiselle Abeille een menigte vertaalwerk verschafte. Den 16e* Juli werd onze landelijke vrede ge stoord door de oorlogsverklaring. Ik vroeg Emil of hij niet vond dat wij beter deden, met naar Engeland te gaan, maar tot mijn verbazing was hij niet geneigd om Boisvipère te verlaten. Hij zei dat er nog veel te doen was waar hij nood zakelijk bij moest zijn, en zoo verliepen er wêer eenige weken, die eindeloos schenen. Den 21en September werd Parijs belegerd en daarna kregen wij geen geregelde berichten meer. Wjj hadden ook onze eigen zorgen over Julius, van wien wij hoegenaamd niets hoorden. Wij spraken zelden over hem en de schjjnbare onverschilligheid van Ada nam steeds toe. Ik zei af en toe iets in haar tegenwoordigheid over hem en meestal gaf ze er geen antwoord op of een heel kort. Zij was over het algemeen akelig stil en de voortdurende spanning over de herhaalde overwinningen der Duitschers ontlokte haar weinig bljjken van deelneming. Emil zei op zekeren Octoberdag tot mjj »Gjj moest niet met Ada over Julius spre ken ziet gij niet dat het haar hindert uw be doeling om haar op te wekken is goed, maar het doet haar later kwaad. In dergelijke gevallen is afleiding het beste middel." Ik merkte daarna op dat hjj veel beter slag had van met haar om gesloten. En wel juist haar vruchtbaarste, ge- zegendste werkzaamheidde schoolhervorming, houdt nog altoos haar leden in spanning. Wat de vroegere scholen waren voor de jeugd, welke onderwjjzers daar de plak zwaaiden, mannen soms meer geschikt om als huisknecht te dienen dan als schoolmeester te leiden, de gedwëe volgelingen van een oppermachtig kerkelijk bestuur -- welke martelingen de schoolboeken waren voor het opkomend geslacht, eveneens als de school banken en lokalen, dit alles is u geene verbor genheid. Martinus Nieuwenhujjzen voerde de schoolhervormers aan; in ontzagwekkende snelheid volgden de pogingen elkander op. De kindervrienden kenden de theorie, maar toonden hun kennis door de praktijk. De oude straffen moesten worden afgeschaftde lokalen verbeterdde leerwijze moest oordeelkundig worden ingericht, het werk- tuigeljjke door het ontwikkelde vervangen volgens een logische orde moesten de onderwjjsboekjes tot een geheel worden verbonden, kweekscholen voor onderwjjzers moesten verrijzen in éen woord, geen enkele tak van onderricht mocht veronachtzaamd blijvenmet noeste vlijt en taaie volharding werd het geheele terrein der school onderzocht en onder een nieuwen geest en krachtig leven gebracht. Zjj hebben het gebouw wel niet voltooid, maar toch niet slechts den grond gelegd, voor een deel hebben zij het opgetrokken. Anderen waardeerden hun werk; in 1795 werd het gevoelen der maatschappjj ten opzichte van de school reformatie door de landsregeering gevraagd, in 1806 de nieuwe wet onder haar invloed vast gesteld. Wie de geschiedenis van haar werkzaamheid op dit terrein nagaat, ontdekt tallooze pogingen die mislukten het philantropyn, eene kweekschool bovenal voor mingegoede onderwijzers, op de leest der Duitsche inrichting van dien naam geschoeid, mocht niet verrjjzenslechts ten halve werden sommige uitstekende plannen ten uitvoer gebracht de tegenwerking, die miskenning maakten het streven der hervormers hier en daar machteloos, maar met onbezweken moed vatten zjj na menige nederlaag de taak weder op en, toen het 25jarig bestaan der maatschappjj feestelijk werd herdacht, mochten de trouwe arbeiders erop wijzen, dat zjj de toekomst van het Nederlandsche volk verzekerd hadden door de opvoeding van een jong geslacht, dat voor een hooger levensopvatting was gewonnen, omdat het in de vrijheid zijn kracht gevonden en ontwikkeld had. Dit alles was geschied te midden van velerlei staatkundige en maatschappelijke beroeringen in de steden straatrumoer en plundering, overal hef tige partijstrijd, de politieke toestand éene groote vernedering voor het volk. De Bataafsche repu bliek wordt gesticht, straks door een koninkrijk met den broeder des Franschen keizers aan 't hoofd vervangen, en eindeljjk wordt de beker der smaad- heid ten bodem geledigd door de inlijving in het Fransche keizerrjjk. Maar terwjjl de vaders de schande der knechtschap dragen, worden de kin deren in stilte voor de vrjjheid opgevoed, tot zelfstandig leven voorbereid. Eindeljjk kwam de dag der verlossing van het vreemde juk. En zoo de moed en het vertrouwen, de liefde voor het vaderland, dat onder den vorst uit het stamhuis der Oranjes weer ging bloeien, met kracht ontwaaktewie zal loochenen, dat het vroolijk frissche volksleven voor een groot deel door de maatschappjj was gewekt Sinds droeg hare werkzaamheid een niet zoo scherp geteekend karakter als in de eerste 25 jaren. Voor de stoffelijke nooden des volks zorgde men bovenal door spaarbanken, voor de geestelijke allermeest door scholen, die tot voorbeeld moeten strekken voor onderwjjzers en onderwjjzeressen, teeken- en ambachtsscholen, volksvoordrachten, te gaan dan ik. Zjj luisterde met belangstelling naar hem hjj drong zich volstrekt niet op en scheen zijn vroeger aanzoek geheel vergeten te zjjn. Ik zag ook dat mynheer De Marmorne hem nauwkeurig gadesloeg maar dat merkte Emil niet, Hjj bewoog zich met groot gemak en zelfvertrou- wen. Nu wij reeds zoo lang in Frankrijk geweest waren werd besloten dat wjj tot den St. Eli- sabethsdag, 19 November, zouden bljjven. On danks den oorlog was de chalet van la Creuse nog klaar gekomen, behalve de inwendige betim mering, die nog niet geheel gereed was, doch daar het seisoen reeds zoover gevorderd was zou ik er dit jaar toch geen gebruik van maken. In October had er een zeer belangrijke gë- beurtenis plaats. Wjj zaten te Marmorne aan het dejeuner en deden ons best om opgeruimd te zjjn, 't geen niet bjjster gelukte, toen de postbode kwam. Hy stapte regelrecht de eetkamer in zooals hij meer deed, daar hij dan vaak een glas wjjn kreeg. Hjj grabbelde dezen keer iets langer dan gewoonljjk in zjjn leêren tasch en haalde eindeljjk een blauw1' enveloppe voor den dag. »Een telegram voor mademoiselle", zei hjj en legde het op tafel vlak bjj het bord van Ada, Wordt vervolgd

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1