ÜUITEÜLAND.
Gemengde Berichten
Moopiiipi ea ïerpacMinp ia Zeeland-
Scheepvaartberichten.
Senoein'mgsri sa besluiten.
Kerknieuws.
Marine en Leger.
Het nieuwste bluschmiddel.
behelzend van allen, die aan het verzoek der
commissie hadden gehoor gegeven.
Door de firma Njjgh en Van Ditmar, aan wie
de heer Rochussen jaren lang zjjne medewerking
verleende voor hare geïllustreerde uitgaven, werd
zoowel uit erkentelijkheid voor die medewerking
als uit hoogachting voor den kunstenaar hem een
stoel aangeboden, afkomstig uit het tjjdvak, dat
Rochussen bijzonder lief heeft, een zeventiende
eeuwsche gesneden stoel, bekleed met eene stof,
gedrukt naar eene rol, welke nog uit dien tjjd
bewaard bleef.
HH. MM. de koning en koningin zullen, naar
men meldt, tot 13 September op Het Loo ver-
bljjf houden. Na de opening der kamers, welke
op 15 September plaats heeft, zullen HH. MM,
zich voor eenigen tijd naar Luxemburg begeven,
in plaats van naar het Zuiden, waartoe eerst
plan bestond.
De heer Dalen, kommandant van de Willem
Barents heeft uit Vardoe verslag gedaan van den
aangevangen tocht.
Equipage en schip bevinden zich in goeden
toestand.
Het N. v. d. D. meldt
Het verslag der militaire verrichtingen in Atjeh,
van 28 Mei tot 11 Juni, loopt in hoofdzaak over
eenige transport beschietingen en voorts over het
oprichten van een post in de nabijheid van Samagani.
De intrekking van het civiel bestuur in Atjeh
staat vast.
Kolonel Demmeni wordt éenig gezaghebber. Hem
is de overste Van Tejjn toegevoegd, die in Palem-
bang vervangen wordt door den reeds vertrokken
overste Mack.
De bijzonderheden omtrent de blokkade der
Atjeh-staten en van de organisatie der expeditie
naar Tenom zijn ons bekend. In 's lands belang
bewaren wij echter daarover het stilzwijgen, opdat
de vjjand niet ontjjdig worde ingelicht. Alleen
kunnen wij zeggen, dat ditmaal de zaak met
alle kracht wordt aangevat.
ridderorden. De heer Leon De Serres, laatste
lijk militair attaché van Frankrijk bij het Neder-
landsche hof, is benoemd tot ridder der orde van
den Nederlandschen Leeuw.
pensioenen. De officier van gezondheid le kl.
van het pers. van den geneesk. dienst der land
macht J. M. W. Van Dusseldorp, thans op non
activiteit, is op zjjne aanvrage op pensioen gesteld
ad 1325 'sjaars.
geneesk. dienst. Bjj het personeel van den
geneeskundigen dienst der landmacht is benoemd
tot officier van gezondheid der 2e kl. de student
voor genoemden dienst (arts) J. De Haan.
leger. De le luitenant der infanterie van het
leger in Ned.-Indië L. Lange, is ter zake van
lichaamsgebreken eervol uit zijner majesteits mili
tairen dienst ontslagen, met toekenning van pen
sioen.
De heer Chr. L. Laan, 'pred. te Serooskerke,
heeft voor het beroep naar Harderwijk bedankt.
Aangenomen het beroep naar Noordwjjker-
hout door den heer N. Jolles, cand. te Ginneken>
die bedankt heeft voor Wissekerke.
De heer J. J. C. Van Toorenenbergen te i
Venendaal heeft voor het beroep naar Amsterdam
bedankt.
De bjj het 3« reg, vest.-art. benoemde 2' luite
nants zijn ingedeeld als volgtJ. Noest en jhr.
L. R. R. Ram te Gorinchera, J. L. Van Nahuys
en D. A. N. G. Plancken te 's Bosch.
De nationale en internationale harddraverijen,
de onuitputtelijke gastvrijheid van mynheer De
Marmorne. Julius zei dat zjjn gastheer zoo vrien
delijk was van hem les te geven in een weten
schap, die hem in Afrika van veel nut kon zjjn.
Emil antwoordde dat mjjnheer De Marmorne opmer
kelijk veel geduld had en zich altjjd voor anderen
opofferde. Dit lokte natuurljjk tegenwerpingen
van den gastheer uit; maar Julius keek somber
en peinzend.
Eindeljjk vroeg Emil, die de bezigheden en
gewoonten van mjjnheer De Marmorne veel beter
kende dan wjj, of hjj nog lid was van den depar
tementalen raad.
Mynheer De Marmorne zei ja en dat hjj het
zeer betreurde daardoor genoodzaakt te zijn, zjjne
jonge vrienden over eenige dagen voor korten tjjd
te verlaten. »Hjj hoopte dat mjjnheer Julius te
Marmorne zou bljjven", voegde hjj er bjjdoch
Emil viel eensklaps in met het voorstel dat hjj
bjj ons te Boisvipère zou komen, waarin Julius
toestemde. Zoo kreeg Emil zjjn zin, dat hjj bjj
ons kwam.
Na het diner werd er een zeer levendig Italiaansch
gesprek gevoerd tnsschen Emil en Ada. Ik spreek
geen Italiaansch maar versta het wel en kon niet
helpen dat ik althans den inhoud begreep van
hetgeen er naast mij gesproken werd. Ada was
een van die vrouwen, met wie elk onderwerp, hoe
alledaagsch ook, belangwekkend wordt. Zjj begon
nen over huizen in Frankrjjk en Italië en mjjn
broeder beschreef een villa in de nabyheid van
Turjjn. Zoo kwamen zjj op eene andere villa,
op het terrein der landbouwtentoonstelling te
Amsterdam te houden, zjjn bepaald als volgt
Donderdag 4 September 1884 des namiddags te
12 uren harddraverjj van Nederlandsche paarden,
gespannen voor tweewielige rjjtuigen. Prijs 700,
le premie 200, 2e premie 100. Vrjjdag 5 Sep
tember 1884 des namiddags 12 uren harddraverjj
van Nederlandsche paarden, geboren in 1879 of
later, gespannen voor tweewielige rjjtuigen. Prjjs
300, le premie 200, 2e premie 100. Zaterdag
6 September 1884 des namiddags 12 urenhard
draverjj van alle paarden „internationaal" voor
tweewielige rjjtuigen. Prjjs ƒ1000, le premie
300, 2e premie 100.
Zondag zouden de leden van den Noordel jjken
Schaakbond in het hotel de Unie te Yeendam bijeen
komen, om op het schaakbord slag te leveren. Niet
slechts de leden van genoemden bond, maar alle
liefhebbers van het edele schaakspel waren tot een
getrouwe opkomst opgewekt, en de kastelein der
Unie had 12 schaakborden gereed staan.
En, vervolgt de Pr. Gr. Ct. haar bericht dien
aangaande geen enkel lid van den bond
kwam opdagen. „Was het een mystificatie of was
het een vergissing, die hier plaats had? Zouden
de schakers misschien eerst des namiddags aan
komen? Maar in Slochteren dat wist men
zeker was de strjjd wel degel jjk reeds des voor
middags aangevangen. Toch zou men aldus
besloten de Veendammer schakers des namiddags
terugkomen; met den tram van half drie konden
de deelnemers uit Winschoten en met dien van
vier uit Groningen arriveeren.
De trams kwamen op den juisten tjjd bjj het
hotel de Unieeen tiental Veendammer schakers
was daar weer present, en er arriveerde éen
lid van den bond de heer Hagenus van Zuidbroek.
Later kwam er nog een, die ook wel zjjn naam
op de presentieljjst teekende, maar die toch niet
scheen overgekomen om te spelenhjj verwjjderde
zich weldra uit de zaal zonder verder notitie te
nemen van den strjjd, dien de Veendammer scha
kers middelerwjjl èn onderling èn met den Heer
Hagenus hadden aangebonden."
Een kind te Rotterdam dronk in een onbe
waakt oogenblik uit een fleschje met carbolzuur
en verkeert daardoor in levensgevaar. - In Am
sterdam heeft een melkboer die vrjj onvoorzichtig
gebruik maakte van gebrande wateren, een aanval
gehad van inlandsche cholera. Men begrijpt hoe
dit aanleiding gaf tot allerlei geruchten. In
het Panopticum te Amsterdam woidt eerstdaags
het beeld geplaatst van Jan Nieuwenhuyzen, den
stichter der Maatschappij tot Nut van V Algemeen.
Eigen Haard n° 31 bevat o, a. liet eeuwfeest
der Maatschappij tot Nut van '2 Algemeen door H
De Veer.
Uit bewondering voor Richard Wagner, wiens
lannhauser zooals men weet op den Wartbuig
speelt, heeft een jong geleerde, de Assyroloog
Haupt te Göttingen, met toestemming van den
groothertog van Saksen—Weimar, zjjn huweljjk in
de burgkapel van den Wartburg laten voltrekken.
Eene geheele Mennoniten-gemeente, wel 80
personen sterk, is uit Pruisen naar Amerika ver
trokken. Zjj namen veel geld mede. Het hoofd
der gemeente, een 95 jarig man, reisde met zjjn
vóór enkele maanden met hem in het huweljjk
getreden 16 jarige echtvriendin.
Hoe Tseng over de Franschen denkt wordt
in een brief, dien de bladen van Shangaï meedeelen,
uiteengezet. Tseng noemt hen bluffers, die gaarne
twist zoeken, maar niet flink genoeg zjjn om door
te zetten, en zegt dat het in hun aard ligt de
zwakken te verdrukken en voor de sterken terug
te gaan. De Fransche republiek is in volkomen
staat van oneenigheid, de partjjen beoorlogen
elkaar en dat verlamt Frankrjjks optreden naar
buiten. Frankrjjk heeft geen vrienden in Europa.
Tseng concludeert, dat China dus oorlog moet
voeren met Frankrjjk.
Op het eind der volgende week, Zaterdag,
zullen de Londensche radicalen wederom eene
groote manifestatie houden in Hyde-Park, om de
afschaffing van het hoogerhuis te reclameeren. Den
toebehoorende aan een bekend politiek persoon
»Wat mjj het meest in Cavour mishaagt", zei Emil
„is zjjn valschheid. Hjj was geheel onverschillig
voor de waarheid; en die dubbelhartigheid is,
zooals gjj weet, geheel in strjjd met onze Engelsche
gevoelens".
»Ik weet dat de Engelschen beweren bij zonder
oprecht en eerljjk te zjjn", zei zjj zeer politiek,
doch er was iets sceptisch in haar toon. Emil
merkte dit natuurljjk ook en hjj wist wel dat het
overbodig was om bjj haar met de gemeenplaatsen
aan te komen, waarmede onze landslieden gewoon
zjjn zichzelf en anderen te vleien. Hjj zei alleen
dat, ofschoon wjj in dit opzicht een hoog ideaal
nastreefden, wjj ongetwjjfeld dikwjjls struikelden,
en dat het vooral in de politiek niet altjjd moge
lijk was om geheel openhartig te zjjn. Zjj ving
dit woord op en maakte de aanmerking dat er
een groot verschil was tusschen iets te verzwjjgen
of met opzet leugens te vertellen om iemand te
misleiden, vooral wanneer wjj onze meerdere kennis
misbruikten om eenvoudige lieden te benadeelen.
Haar ideaal was hooge beschaving en eerljjkheid
en daarbjj zag zjj op naar mynheer De Marmorne
met een blik, die te kennen gaf dat men niet ver
behoefde te zoeken, om dat ideaal te vinden. Toen
scheen zjj genoeg van het Italiaansch te hebben
en vroeg Julius in het Fransch naar zjjn geolo-
gischen tocht. „Of hjj met haar vader door het
porphyrland was gegaan, of hjj de fraaie kleur
der wegen had opgemerkt? enz. enz."
dag te voren zullen de conservatieven byeenkomen
te Manchester, waar Salisbury, Churchill, en Cross
beloofd hebben als redenaars te zullen optreden.
Datum. Plaats. Voorwerpen. IuformatiëD.
7 Aug. Hontertisse, Verp. Kroondo- Ontv. der reg.
mein, en dom.
12 Middelburg, Huis enz., Slegt.
14 Middelburg, Verhuring Bouw
en Weiland, Woutersen.
10 Middelburg, Huizen, Tak.
Wat is natuurljjker dan brand te blusschen met
stoffen, die door geheele verbranding verder on
brandbaar geworden zjjn En toch is het nog
maar korten tjjd geleden dat men op het denkbeeld
kwam om koolzuur het gas dat werkeljjk door
het vuur als verder onverteerbaar wordt afgeschei
den als bluschmiddel aan te wenden. Om on3
een oppervlakkig doch juist denkbeeld te vormen
van een verbrandingsproces nemen wjj een voor dit
doel uiterst geschikt voorbeeld, bjj w. het verbranden
van steenkool. Men weet dat dit mineraal zjjn
ontstaan te danken heeft aan hevige drukking-
uitgeoefend door de bovenste aardlagen op diepere.
Deze laatsten maakten eeuwen geleden den beganen
grond uit, waarop reusachtige boomen en gewassen
de breede takken uitbreidden, zich in bladrendos
tooiden, en wouden vormden van ontzachljjke
uitgestrektheid. Door verzakking en overstrooming
zjjn die wouden omvergeworpen en hebben een
laag aan de oppervlakte der aardkorst gevormd,
die door verdere verzakking diep in den grond
boorde en daar blootgesteld was aan den druk der
bovenste lagen. Wjjl hout in het bjjzonder, en
alle organische stoffen in het algemeen zeer veel
koolstof bevatten, verklaart het zich. dat die diep
liggende wouden niet zuurstof genoeg in hunne
omgeving vinden om hun koolstof te oxydeeren,
met andere woorden dat zjj niet kunnen verbranden.
De koolstof hoopt zich daarom in zulke plaatsen
op en vormt koollagen, die de hardheid van steen
kunnen hebben, en daarom steenkoollagen of
beddingen genoemd worden.
Na ons dit herinnerd te hebben, begrjjpen we
ook dadelyk wat er zal gebeuren, indien we een
stuk van die kool met een vlam verhitten. Er
zal voldoende zuurstof in de lucht aanwezig zjjn
om de verbranding te doen ontstaan en kool zal
zich met de zuurstof chemisch verbinden tot
koolstofdioxyde (C Os) dat als een gas hemelwaarts
stjjgt. Dit gas nu is verder voor verbranding niet
vatbaar, daar de koolstof die er in voorkomt ge
bonden is aan de zuurstof der lucht. Dat zal
menigeen niet met ons eens zjjn, die weet, dat
men de zoogenaamde rook die van brandende
steenkool en andere stoffen opstjjgt voor de tweede
maal kan branden. Dit is evenwel niet toe te
schrjjven aan het koolzuurgehalte, maar voorna
melijk aan de aanwezigheid van een tweede,
minder volledige verbinding van koolstof met
zuurstof, nameljjk het koolstofmonoxyde (C O,),
een gas dat eene zeer groote neiging heeft om
zich met zuurstof verder te oxydeeren tot het
onbrandbare koolstofdioxyde, hierboven genoemd.
Behalve uit een bjjmenging van dit gas, bestaat
de rook nog voor een aanzienlijk deel uit kleine
kooldeelen, die daarin gesuspendeerd zjjn. Men
heeft dit zelf vaak waargenomen door het hoofd
buiten het raampje van den trein te houden als
die in beweging iswe voelen dan, ook al stuift
het niet, kleine kooldeeltjes in ons aangezicht
vliegen, zoodat we soms nauweljjks de oogen open
kunnen houden.
Wij weten dus nu dat het koolstofdioxyde of
geljjk men meestal, ofschoon minder juist, zegt
XXVI.
Ik had Julius en Ada sedert eenige dagen niet
samen gezien en ontwaarde thans met genoegen
dat zjjn vroegere bedeesdheid geweken was. Hjj
kwam terstond naast haar zitten en zjj spraken
over de landstreek welke hij onderzocht had. Hjj
was een paar namen vergeten en ging een kaart
halen en daar die vrjj lastig was om vast te
houden begaven hjj en Ada zich naar een anderen
hoek vaD het salon om de kaart op de tafel uit
te spreiden. Mjjnheer De Marmorne werd er
spoedig bjj geroepen om eenige inlichtingen te
geven en, terwijl zjj daarmede bezig waren, vroeg
ik in het Engelsch aan Abeille „zjjt gjj wel
eens te Boisvipère geweest
„Ja, mynheer, wjj houden er 's zomers wel
eens een pic-nic."
»En ontbjjt gjj dan in het huis?"
»Ja, mjjnheer als het te warm is om in het
bosch te bljjven. Bjj groote hitte i» de lucht
drukkend in de bosschen."
- „En wilt gjj nu niet eens bjj ons komen
ontbjjten terwjjl wjj te Boisvipère zjjn
Bjj die vraag keek zij zeer verlegen en scheen
de oude dame te willen raadplegen, die altjjd zat
te breien en niets zeidezjj vond dit toch echter
moeieljjk en nam zelf een besluit.
„Misschien komen wjj, als papa terug is van
de algemeene vergadering."
XXVII.
het koolzuur een totaal onbrandbaar gas is en
dus elke vlam moet dooven, die door de zuurstof
gevoed wordt.
Wat heeft men nu gedaan? Men heeft pogingen
in het werk gesteld om dit gas in vloeibaren
toestand te brengen, waarin men geslaagd is door
het te onderwerpen aan een druk van 30 a 40
atmo8feeren. Deze vloeistof sluit men in hermetisch
gesloten glazen flesschen, met dikke wanden om
het springen te voorkomen want aan de lucht
blootgesteld, tracht de vloeistof zich zoo snel
mogeljjk in den gasvorm over te plaatsen en doet
dit met groote kracht.
Dergelijke flesschen werpt men midden in den
brand met een kracht groot genoeg om den wand
der flesch te doen springen. De vloeistof zal on-
middelljjk in een groote hoeveelheid koolzuurgas
overgaan, daar 8 KG. vloeibaar koolzuur overeen
komen met 3500 liter gasvormig koolzuur, en
bluscht aanstonds den brand. Er zjjn voorbeelden,
dat vier a vjjf fleschjes voldoende waren om een
brandend huis tegen verdere vernieling te vrjj-
waren. Ook is de volgende proef met goeden
uitslag gekroond.
Een geteerde pjjnboomen schutting van 2 M.
hoogte en 5 M. lang, omhangen met in benzine
gedoopte lappen katoen en papier, werd met een
lucifer in brand gestoken, zoodat deze binnen
korten tjjd in lichte laaie stond en de vlammen
6 a 8 M. hoog opstegen. Om het vuur uit
te maken, hetgeen slechts eenige weinige seconden
duurde, wierp men drie der granaten (zoo noemt
men de flesschen) stuk tegen de schutting en het
vuur was ge bluscht.
Een tweede proef nam men door bjj een der-
geljjke schutting drie fleschjes aan koperdraad op
te hangen aan den bovensten rand. De vlammen
bereikten daardoor onmiddelljjk de granaten, deden
die door de hitte barsten en eene onmiddellyke
uitdooving was het gevolg.
Deze hangende granaten moeten van het grootste
nut zjjn, vooral in magazjjnen of fabrieken.
Een niet minder doelmatig, maar reeds bekender
bluschmiddel is een oplossing van dit gas in
water, waarmede de extincteurs gevuld zjjn. Door
berekening heeft men gevonden dat dit koolzuur
houdend water een veertigmaal sterker blusch-
vermogen heeft dan gewoon water. Ook in ons
land zjjn de extincteurs al ingevoerd en zullen zjj
zeker velen zeer welkom zjjn, omdat ze, altjjd gevuld
zjjnde, steeds gereed staan om water te geven.
In ballast naar Vlissingen vertrokken de Duitsche
schoener Gazellengezagv. Terjesen.
Vlsssingen, 2 Aug. De Italiaansche bark
Agustina, indertjjd als wrak verkocht, ^is van
eigenaar veranderd, en heden buiten om gesleept
naar Bolnes.
afwezigheid van den ouden heer ons geheel van
de jonge dame zou scheiden. Het speet mjj dat
ik de aardige Engelsche gesprekken met Abeille
en de geestige Fransche met Ada zou moeten
missenmaar Emil keek vergenoegd als hjj van
die algemeene vergadering hoorde gewagen. Hjj
troonde Julius den volgenden morgen mede en wjj
gebruikten het tweede ontbjjt alle drie te Boisvipère.
„Zjj zjjn heel gastvrjj te Marmorne, zei hjj tot
Julius maar wjj mogen daarvan geen misbruik
maken. De oude man is zoo ontzachljjk beleefd
dat hjj liever zjjn gewichtigste bezigheden zou
verzuimen dan zyne gasten te verlaten."
Verder zei hjj hem dien dag niets onaangenaams.
Hjj veinsde niet meer te gelooven dat de reis op
gegeven was, maar sprak er herhaaldelijk over.
Hjj gaf Julius te kennen dat het niet meer de
moeite waard was om nog in de bosschen van
Boisvipère te gaan kampeerenhjj had reeds ge
noeg van dat soort van leven doorgemaakt.
Londen was de plaats waar men van alles kon
leerendaar zou hij Julius in betrekking stellen
met wetenschappeljjke mannen en reizigers, die
hem van veel grooter nut konden zijn dan die
achtenswaardige, oude provinciaal, mjjnheer De
Marmorne. Julius moest minstens nog drie maanden
in Londen bljjven voor zjjn vertrek naar Afrika.
Na het eten wandelden wjj op het sombere
terras van het kasteel. De zon was achter de
donkere boomen ondergegaan en het verschroeide
gras leverde zelfs geen voedsel op voor den een
zamen ezel die er op moest grazen.
»Welk een afschuweljjk verbljjf is dit toch!"
riep Emil uit, „ik ga morgen weg. Ik heb den
aanvang van het werk gezien, er met de heer De
Marmorne over gesproken en nu bljjf ik niet
langer. Kom met mjj mee Julius, kom," en hjj
vatte hem onder den arm. >Kom mee naar
Londen. Gij zult in veertien dagen in de tuinen
van Keus meer leeren dan hier in uw heele leven 1"
Hjj had zoo iets oprechts en broederljjks dat hjj
wel indruk op Julius moest maken. Misschien
doet de zelfzucht mjj zoo voor Londen pleiten;
want ik heb u in den laatsten tjjd zoo weinig
gezien en ik vrees mjjn jongen, als gjj Europa eens
verlaat, zal het lang duren eer wjj u terugzien.
Het zou vader zeker ook plezier doen. Gjj hebt
nu weinig te Segrave te doen, maar als gjj u voor
een paar maanden in Londen vestigt, komt de
oude man daar zeker ook, totdat gjj uitzeilt."
Er werd dien avond bepaald dat Julius den
volgenden morgen met Emil zou vertrekken. Ik
zou hunne groeten wel aan de familie De Marmorne
overbrengen en iets verzinnen van een brief die
hen genoopt had onmiddelljjk naar Londen terug
te keeren.
Wordt vervolgd.
Het bleek dat die vergadering of lietef- elke j flfedrukt bjj de Gebr» Abrahams, te Middelburg.