153. - 127' Jaargang.1884. Dinsdag 1 Juli. Hu* Benoemingen en besluiten. Inkwartiering. S3F¥Ü ILL ETON. OUDERLOOS. Middelburg 30 Juni. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3.50. «-J Afzonderlijke nommers 'zijn verkrijgbaar ja 5^, Cent. Advertent!ën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten, enz.: van 1-7 regels ƒ1.50 iedere regel meer 0.20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. MIDDELRURGSCHE COURANT. Agenten zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Nieuwenhuuzen, en te Ter Neuzen A. van der Peijl Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., Joiin F. .Tones, opvolger hebban, en Daarna zal men den terugtocht naar hetwi^ Oostende aanvaarden. II-y te hopen dat traai weder op dien dag iwerken om het feest te doen slagen. tag had hier het jaarlijksche koningschieten van de sociëteit Jacoba van Beijeren plaats. Ko ning werd de heer D. Boel, prins de heer J. Van Kalmthout. Naar wij vernemen zal 15 Augustus e. k. het 35jarig bestaan dier sociëteit worden gevierd. Op dien dag zal er een wedstrijd in het schieten naai den doel plaats hebben. Vier medaljes zullen worden uitgeloofd terwijl een en ander door muziek zal worden opgeluisterd. Men schrijft uit Goes aan de Amst. Onder de Nederlandsche en uitheemsche toon dichters, van wie eene compositie, „binnen den kring der maatschappij van toonkunst" in het af- geloopen jaar is ten gehoore gebracht, behoort onze stadgenoot de heer C. Samans. Op grond hiervan heeft het hoofdbestuur der maatschappij den wak keren directeur onzer zangvereeniging de in het desbetreffende reglement bedoelde eere-premie toe gekend. Onnoodig te zeggen, dat de vrienden dei- kunst zich in dit feit van harte verheugen en den wensch koesteren, dat ons stedeke, dat na het verscheiden van dr. R. B. Van den Bosch op muzi kaal gebied niet zooveel meer kan presteeren als vroeger, zich nog lang in het bezit van een stad. genoot als de heer Samans moge verheugen. Ifiontenisse, 28 Juni. In de heden gehouden zitting van den gemeenteraad is besloten een adres van rouwbeklag aan den koning te zenden. Verder werd, in plaats van wijlen den heer J. Vfin'liraband, benoemd tot secretaris Je heer P. J. Van Braband, en tot ontvanger de heer A. A> Van Braband, beiden zoons van den overledene, en ambtenaar ter gemeente-secretarie alhier. (In een deel der oplaag van ons vorig nommer reeds gemeld). Verschillende orden van advocaten in ons land besloten tot het indienen van een adres aan de tweede kamer tegen het voorstel der regeering, om in het wetboek van strafvorde ring de advocaten te verplichten tot kosteloozen bijstand in iedere strafzaak, waartoe zij door den president der rechtbank zouden worden aange- Onze koning en onze koningin zijn Zaterdag te Creuth aan het Tegera-meer aangekomen. Blijkens het Eindverslag der tweede kamer over de handelsovereenkomst enz. met Frankrijk, werd in meer dan een afdeeling, bij het onderzoek, de opmerking, gemaakt, dat slechts het belang, dat Frankrijk heeft bij het weren van den nadruk, die mogendheid tot de concession heeft bewogen, welke de regeering mocht verkrijgen. Maar daarom achtte men het niet goed om, terwijl de handels overeenkomst voor opzegging te allen tijde vat baar is, dat machtig wapen voor tien jaren uit handen te geven, vooral voor ons, die gëen weder- keenge Arw<7«fe-voordeelen hebben aan te bieden, Maar vele leden oordeelen, dat in onzen tijd de letterkundige eigendom niet meer als middel van negotiatie mag worden gebezigd. Nadruk is een onrecht, dat door wetteljjke bepalingen moet worden gekeerd en niet de bonne guerre als wapen tegen een andere mogendheid mag gebezigd worden. De meeste leden zogen in de thans gesloten handels overeenkomst een modusvivendi, waarin zij meenden te kunnen berusten. Aan den tegenwoordigen toe stand moest een einde komen, en hoewel ook deze overeenkomst nog zeer veel te wenschen overliet, scheen het moeielijk te beslissen of betere voorwaar den te bedingen geweest waren, en kwam hun eene verwerping ook weder van dit wetsontwerp niet gewenscht voor. Hoezeer men het mocht betreuren, dat vele takken van nijverheid niet zullen verkrijgen hetgeen zij gewenscht hadden, desniettemin moest men aan andere de voordeelen gunnen, die deze over eenkomst hun belooft. Onder hen, die dit stand punt innamen, bevonden zich zoowel leden, die een tractaat van langeren duur zouden hebben gewenscht, als andere, wien de voor Engeland aangenomen regeling ook voor Nederland de meest verkieslijke scheen, doch die zich desniet temin bij eene overeenkomst, als deze, waaraan althans boven de verworpen tractaten dit voordeel eigen was dat zij onze tariefwetgeving niet vcor eene reeks van jaren aan banden legde, meenden te kunnen nederleggen. Verscheidene leden meenden van deze gelegen heid te mogen gebruik maken om zich ernstig te beklagen, dat de met Duitschland gesloten over eenkomst betreffende den letterkundigen eigendom, die daar bereids door den rijksdag is goedgekeurd, tot op dit oogenblik aan de Nederlandsche ver tegenwoordiging nog niet officieel bekend is. Zij wenschten omtrent de redenen dezer vertraagde indiening te worden ingelicht. Bjj art. 9 werd gevraagdIs het juist dat vol gens besprekingen, gevoerd bjj gelegenheid van het aangaan van het handelstractaat met Pruisen en de. overige staten van het tolverbond, Duitsche wijnen bij invoer in de Nederlandsche koloniën niet hooger mogen belast worden dan Fransebe? In verband hiermede gaf het tegenwoordig artikel aanleiding tot de vraag, of nu ook de invoerrech ten op Franschen wijn in de Nederlandsche kolo niën voortaan niet zullen mogen verhoogd worden? Moest deze vraag toestemmend worden beantwoord zoo zoude men dit betreurendoch in elk geval mocht dienaangaande geen onzekerheid bljjven bestaan. marine. Bevorderd tot kapitein ter zee de kap.-luit. t./z. S, Kraijenhoff Van de Leur, H. J. Van Broekhuyzen, W. Van Oorschot, A. baron Collot d'Escury, J. H. Commijs; tot kapitein-luit. t./z., de luit. t./z. le kl. P. J. Zaal, M. A. Meden- bach, A. De Bruyne, H. A. De Smit Van den De burgemeester en wethouders van Middelburg, gelet op de artikelen 18 en 19 der wet betrek kelijk de inkwartieringen, van den 14 Septem ber 1866, (Staatsblad no. 138) brengen ter openbare kennis, dat de lijst der inwoners, die voor het verleenen van inkwartiering en onderhoud het eerst in aanmerking komen, is aangeplakt dat die lijst van den 30 Juni 1884 tot en met 15 Juli a., op de secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage is nedergelegd, alsmede dat de bezwaren tegen die lijst schriftelijk aan hen kunnen worden ingediend van den 16 Juli tot en met den 31 daaraanvolgende. Burgemeester en wethouders achten het tevens niet ongepast, de ingezetenen bekend te maken met den inhoud van de artikelen 13, 14 en 16 der hierboven aangehaalde wet, luidende als volgt Art. 13. De vordering van inkwartiering en onderhoud geschiedt voor het krijgsvolk, bij bewoners van huizen of van gedeelten van huizen, ter zake waarvan aanslag in de personele belasting plaats heeft, naar eene huurwaarde, welker bedrag, volgens de wet op het middel, geen aanspiaak geeft op ver minderde belasting voor de dienstpaarden, bij alle personen, di® over gebouwen of getimmerten beschikken, bruik baar tot stalling van paarden en waarin onbezette plaatsen zijn. Art. 14. Huisgezinnen, waarin zich eene kraam vrouw of een lijk bevindt, of waarin personen aan ernstige ziekten lijden, worden tijdelijk van inkwartiering vrijgesteld. In huizen, waarin eene besmettelijke ziekte beerscht, mag geene inkwartiering geschieden. Deze omstandigheden worden, voor het uitrei ken der biljetten aan de kwartiermakers of bij detachementen aan de manschappen, medegedeeld aan den burgemeester. De inwoner, die deswege in gebreke blijft, is gehouden de geïnkwartierden voorloopig in zijne woning, (mits daarin geene besmettelijke ziekte heersche), op te nemen en ten spoedigste voor eigen rekening, in hunne behoorlijke huisvesting en onderhoud elders in de gemeente te voorzien. Deze laatste verplichting vervalt, wanneer het gemis der bedoelde opgaat buiten de schuld ligt van den inwonerin welk geval, op diens latere mededeeling der reden van vrijstelling, de burge meester een ander kwartier aanwijst. Huisgezinnen zonder mannelijke personen boven de 20 jaren worden niet met inkwartiering belast. Ontstaat eene reden van vrijstelling tijdens de inkwartiering, dan wordt door den burgemeester, na kennisneming daarvan, een ander kwartier aangewezen. Art. 16. De inkwartiering en bet onderhoud worden bjj gelijke beurten onder de inwoners verdeeld, met dien verstande evenwel, dat de krijgslieden, tot dezelfde kompagnie of betzelfde escadron behoorende, zooveel doenlijk in de nabjj- heid van elkander en van hunne paarden worden ingekwartierd. En is biervan afkondiging geschied waar het behoort, te Middelburg, den 27 Juni 1884. De burgemeester en wethouders voornoemd, P I C K De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. Roman van Üetlef Stern. VIJFTIENDE HOOFDSTUK. De Zondagmorgen brak aan, niet zonnig, zooals bijna altijd in dit klimaat maar somber en grauw. Ik schoof mijn gordijn open. Wat was dat? Lag er niet iets wits op de daken? Welk een ver rassend schouwspelAlles lag vol sneeuw Ik klapte van blijdschap in de handen en gunde mij geen tijd om mij te kleeden vóór ik Clementine riep. «Clementine! Kijk eens, het heeft gesneeuwd": Zij kwam half slaapdronken aan en keek naar buiten. „De wereld is heele maal ten onderste boven gekeerd", zei zij, «zoo lang ik leef beb ik hier geen sneeuw geziendat is in strijd met de wet". „O het is mooi het doet mij aan thuis denken". «Mij niet en die arme jongens daar staat het ook niet aan" dit zeggende wees zij op een paar knapen die met bloote beenen in de sneeuw rondwaadden „het is gelukkig dat het niet lang kan aanhouden, anders waren de arme lui te beklagen". Intusscben verzamelden zich hoe lan ger hoe meer kinderen, die zich zoo vergastten pn het nieuwe dat zjj er de koude door vergaten. Door de kiesvereeniging Kemlraclit te Haar lem is voorloopig tot candidaat voor de vacature- Mirandolle in de tweede kamer gekozen de heer mr J. Kappeijne! Nu dit bericht in alle couranten te lezen staat, moeten wij wel van onze oorspronkelijke meening terugkeeren dat dit als een grap voor Uilenspiegel bestemd en bij ver gissing in een dagblad terecht gekomen is. Dat een liberale kiesvereeniging daags nadat de klassen-belasting door het grootste der Kap- peijnianen ten val is gebracht Kappeijne candidaat stelt is sterkmaar nog sterker is het dat zoodanige kiesvereeniging den naam voert vanEendracht- Men is te Haarlem blijkbaar van oordeel dat de vlag de lading dekt. Het college van groot-officieren der Nederland sche vrijmetselarjj bracht Zaterdagmiddag en corps een bezoek aan de rouwkamer in het paleis van den kroonprins. Namens het Groot Oosten zal een krans op de lijkbaar worden nedergelegd. In de Brieven uit de hofstad in de Arnh. Crt zegt de schrijver: Wat vooral in den prins zoo aantrok, was zijn sterksprekende nationale geest; hij week van de traditie zijner familie zoover af, dat er in zijn paleis, behalve met vreemdelingen, nooit anders dan Hollandsch gesproken werd. En de taal, die de prins schrijvende gebruikte de beide brochures, waarmede hij vijf jaren geleden voor het publiek trad, bewijzen het muntte uit evenzeer door zuiverheid en oorspronkelijkheid als door gemis aan gewrongen purisme. Het is mij wel eens verteld, dat onder anderen de brieven, welke de prins als grootmeester der vrijmetselaars moest onderteekenen, voor zoover hij die zelf niet geheel bad gesteld, met nauwkeurigheid door hem werden nagegaan, opdat er toch geen uitheemsche woorden in zouden voorkomen, die door even goede, mis schien zelfs betere oorspronkelijke uitdrukkingen konden vervangen worden. Dat was een prins naar mijn hartWelken kraohtigen stoot tot herstel van de Nederlandsche taal in het koeter- waalsch der Nederlandsche „administratie" en „bureaucratie" zou hij als koning gegeven kun nen hebben Goes, 30 Juni. Het volksfeest der Vereeni- ging tot het regelen en bevorderen van volksver maken blijft bepaald op Woensdag 23 Juli a. Te 2 uren zal, van het Slot Oostende, de optocht vertrekken door de stad, naar de weide bij den z. g. Strtiikelblok. Aldaar zullen de vroeger reeds gemelde spelen worden uitgevoerd. Het fanfarengezelschap Een dracht maakt macht van Kruiningen heeft zijne medewerking toegezegd. Te 7 uren zal de uitreiking der prijzen plaats Zij maakten ballen, die zij in den mond staken om er aan te zuigen. Ik had er zoo'n schik in dat ik niet van het venster weg kon, en terwijl ik daar stond zag ik Marietta aankomen, met nieuwe schoenen aan en een grooten mand aan den arm. Ik ging haar te gemoet en vroeg »Wat hebt gjj daar?" Zij tilde den doek op. en haalde een prachtige roos uit den mand, zeggende «Deze is voor hem, de andere zijn voor u en zij keerde den mand om, zoodat er een rozen regen op tafel viel «Giovanni heeft ze afgesneden omdat de sneeuw ze toch zou bederven en An- netta gaf ze mij voor u mede". Ik moest beloven dat ik Eduardo de roos zou brengen. Ik beloofde dat ik het na de kerk zou doen. „Gaat gij naar de kerk? Mag ik mee? ik mee ik zou uw kerk gaarne eens zien zijn er ook mooie beelden in?" vroeg zij. „Onze kerk is zeer eenvoudig, kind; zij zal u niet bevallen, maar als gij heel stil wilt zijn, zal ik u meenemengij zult echter niets van de prêek verstaan". „Dat doet er niet toe; ik wil toch graag meegaan." Clementine liet het rijtuig voorkomen daar zij niet in de sneeuw wilde loopenmaar toen wij kwamen was de kerk toch reeds vol. Ook Grillo en zoon zaten er. Iedereen keek mij aanhet nieuws van de weigering der erfenis was reeds in de heele Duitsche colonie bekend. Toe» ik naar bet nummer van het gezang keek zag ik dat het het lied van Luther was en met een blij gemoed zong ik mede ein fesle Burg ist unser Oott\ Nu betrad Weinhold den preekstoel; hij zag bleek, maar zijn stem klonk vol en krach tig toen hij met nadruk las: „Wat baat het den mensch of Hij de geheele wereld wint, en hij lijdt schade aan zijn ziel O hoe mooi sprak hij over dien tekst, hoe schilderde hij de verzoekingen waaraan wij bloot staan, boe aangrijpend was de strijd, hoe heerlijk de overwinning! Zijn heele prêek was voor mij, voor mij alleen, dat voelde ik en Clementine ookwant zij zocht mijn hand en hield die lang omklemd. Bij het verlaten der kerk voegde Jaeobi zich bjj ons. Ik had hem sedert mijn vertrek uit het huis van oom niet gezien. Hij gaf mij een brief van mevrouw Wilkens die voor mij op het kantoor gekomen was. Ik stak hem in den zak en vroeg of het Mausoleum nog niet zoover gevorderd was dat wij het konden zien. »Daar wilde ik juist met u over spreken," zei Jacobi. „Ik beb den sleutel van pater Christoforus gekregen en zal er u gaarne heen brengen." „Goed!" zei Clementine, «laat ons dan van avond gaan." Jacobi beloofde gretig dat hij ons zou komen halen en wij reden naar huis, waar ik de roos haalde, die ik aan Eduardo moest brengen. Marietta vergezelde mij en zei „Ik begrijp niet hoe zoo1n (.kerk u bevallen kanalles is zoo kaal en zoo wit en er is geen wjjwaterbakje t— neen daar word ik niet gesticht." „Dat komt omdat gij de preek niet verstaan kunt." Maar zij schudde ongeloovig het hoofd. Ik vroeg haar of zij tijding van haar vader had. «Ja," zei ze treurig, «de zwarte Mattea, dien ik trouwen moest, heeft moeder gezegd dat hij naar Calabrië is, onder do rooversdaarom weent zij den heelen dag en vergaat van verdrietzij zal het nog besterven Arme Letteria Zij bad hem nog lief Eduardo zat voor het eerst op. Hij had reeds een paar vrienden ontvangen en het bericht van de afgewezen erfenis was ook tot heni doorge drongen. Hij sprak er vol bitterheid over en begreep die weigering eigenlijk niet. «Wat doet het er toe? Het zijn toch alte- maal Christenen, of men nu katholiek is of pro- testansch Zijn moeder zuchtte over dien uitroep zij was een vrome vrouw. Ik gaf hem de roos van Marietta en hij luisterde met welgevallen naaf hare pogingen tot beschaving. Over haar mis daad was hij niet boos meer Zij was blind en dol van jaloezie, en zóo jaloersch is alleen iemand die waarachtig bemint". Tegenover de onterfde nicht, Waren de voor uitzichten van Marietta weer gerezen Onder het naar huis rijdeD las ik den brief van mevrouw Wilkens. «Maar kind wat zijn dat voor geruchten Nadat ik u een langen gelukwensch met de groote erfenis geschreven heb, boor ik dat gij zoo goed als niets krjjgt, De eenige bloedverwant van P&olaj

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1