131.
127°
1884.
Donderdag
5 Juni
Middelburg 4 Juni.
OUDERLOOS.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen
Prijs per 3/m. franco f 3,50:
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent:
Advertentiën* 20 Cent per regel:
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,40
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte:
"FEUILLETON.
DDELBIJ
COURANT.
Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. van der Peijl Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones, opvolger
Omtrent het verloop der ziekte van Z. K. H.
prins Alexander, kroonprins, welke zeker door het
gansche land met groote belangstelling wordt
gadegeslagen, en waarvan men algemeen op een
gunstigen afloop hoopt, meldt de H. Crt het
volgende
De vorige week Maandagavond trad de ziekte
eigenlijk in. De priDs had ruim veertien dagen
achtereen inspannende werkzaamheden verricht en
ook dien avond zich tot halftwaalf met werken
bezig gehouden, maar hoezeer hij zich nog langer
aan vele aangelegenheden had willen wijden, ge
lukte dit hem niet en begaf Z. K. H. zich zwaar
vermoeid ter ruste. Den volgenden dag gevoelde
de kroonprins zich zoo onwel, dat de geneesheeren
moesten ontboden worden. De prins heeft na dien
tijd het bed niet meer verlaten, terwijl de toestand
ongunstiger werd.
Dinsdagavond was de prins, hoewel zeer zwak
door de koorts, helder van geest. Men kon Z. K. H.
dan ook mededeeling doen van belangstellende
telegrammen van den koning, prins en prinses Von
Wied, de groothertogin van Saksen Weimar en
den Luxemburgschen staatspresident De Blochausen.
Heden ontvingen wij de navolgende tijding
Het ziektebulletin der doctoren, te 12 uren
uitgegeven, meldt dat Z. K. H. lijdende is aan
typheuse koortsen. Hij bracht een onrustigen
nacht door, en de koorts blijft aanhouden. Voor
het oogenblik zijn er geen onrustbarende ver
schijnselen.
Het was een vrij komische scène, zegt de Haag-
sche correspondent der N. Gron. Crt., toen het
eerste voorstel-Mackay c. s. verworpen was. Bijna
de geheele linkerzijde stond opde meeste leden
namen hunne portefeuilles met stukken onder den
arm en schenen besloten te zijn de vergadering
te verlaten, gedachtig aan 't klassieke woord: Je
cède et laisse aux dieux opprimer Vinnocence.
Blijkbaar had echter hier het overleg ontbroken
er ontstond zoowel in de anti-revolutionaire als
de ultramontaansche groep een vrij hevig fluister-
dispuut. Zou men, op raad van het Venloosch
Weekbladhet veld ruimen of blijven Zou men
het Iersche obstrnctionisme in toepassing gaan
brengen nu de strijd verloren was, of zich aan de
parlementaire wet, die eischt dat de minderheid
zich na de nederlaag onderwerpe, houden Het
scheen moeite te kosten om het er over eens te
worden. Tien van de anti-revolutionairen en 12
katholieken bleven in de zaal, 12 andere bond-
genooten poetsten de plaat en gingen naar het
Buitenhof kijken naar de openbare uitvoering.yan
een »hardlooper," die juist dien dag een gelegenheids-
voorstelling gaf in het altijd onvermoeid in
denzelfden cirkel rondloopen, terwijl zijn helpers
bij het publiek met bussen rondgingen, om een
penningske tot ondersteuning van dezen »kunste-
Roman van Detlef Stern.
TWEEDE DEEL.
Op reis.
Zesde Hoofdstuk.
Ik betrad een prachtig, hoog vertrek met een
gewelfd plafond, dat ik reeds bij mijn eerste be
zoek de muziekkamer genoemd had. De wanden
waren met gebloemd satijn bekleed, evenals de
meubels. Een kostbare spiegel, marmeren tafeltjes,
een prachtig tapjjt, mooie kastjes, in één woord
het kon wel de kamer eener prinses zijD. En ben
ik dan geen prinses? Een echte prinses uit een
sprookje. Als door een tooverstaf van het Noorden
naar het Zuiden verplaatst, op een betooverd eiland,
in een marmeren paleis en de betooverde prins is
die er ook niet? O, ik duizelde bij die gedachte,
Marie en het was goed dat een blik in den grooten
spiegel mij weer tot de werkelijkheid terugbracht.
Daar zag ik mij zeiven in mijn eenvoudig grijs
kleedje, zoo alledaagsch, zoo weinig passend in
deze omgeving, dat ik mij met een zucht afwendde.
Hoe lang kan die tooverdroom duren Oom is
een bejaard manwilt gij wel gelooven dat ik
op dit oogenblik ernstig overwoog wat Eduardo
pjj voorgeslagen had Zou ik althans niet be
naar" op te halen. Het was bepaald een ondeugende
parodie op de schoolwetdiscussie op 't Binnenhof,
die de burgemeester, de heer Patijn, oud-lid dei-
kamer, op 't oog had toen hij dezen cirkelganger
vergunning gaf om zijn volharding ten toon te
spreiden. Elke 55 seconden was de in kleurig
acrobatencostunm gekleede hardlooper op zijn
punt van uitgang terug, juist gelijk de schoolwet
opposanten, zij het ook na wat langer tijdsverloop
en precies zooals zij begon hij telkens weder, met
onverflauwden lust, eentonigheid en besef van
eigenlijk geen schrede vooruit te komen op den
langen weg naar de toekomst trotseerend. Even
als zij liep de man, zonder ander doel dan't belang
der collecte, zonder eenig nut voor het algemeen,
altijd op hetzelfde drafje rond om te eindigen
waar hij begonnen was. De parodie was schoon.
In zijn antwoord op het meegedeeld afdee-
lingsverslag der tweede kamer over het wetsont
werp tot het verleenen aan de gemeente Vlissingen
van vergunning om tot 31 Dec. 1889 verbruiks
belastingen te heffen, verklaart de minister van
binnenlandsche zaken het ook te betreuren dat
Vlissingen nog enkele verbruiksbelastingen behoeft;
maar die behoefte is niet te loochenen. Wanneer
bij eenige leden twijfel bestond of de financieele
toestand dier gemeente de voorgedragen af
wijking rechtvaardigde, meent hij evenwel,
in overeenstemming met het daartegen door andere
leden aangevoerde, dat blijkens het meegedeelde
in de memorie van toelichting en bijbehoorenden
staat, het verlies, hetwelk door afschaffing dier
belastingen zou worden geleden, niet uit directe
belastingen ware te vinden, zonder die bovenma
tig hoog op te voeren. Dat die toestand ongun
stig is, blijkt ook hieruit, dat der gemeente in
1883, krachtens art. 49 der wet op het lager
onderwijs, een subsidie moest worden toegekend
van 46.345. Bovendien ging de gemeente
in dat dienstjaar eene geldleening van 45.000
voor schoolbouw aan. In dergelijke omstandig
heden is eene verhooging der opcenten op het
personeel met 30, die bijna f 7500 zal ople
veren, gevoegd bij eene vermeerdering van den
hoofdelijken omslag met ongeveer gelijk bedrag,
reeds hoogst aanzienlijk te noemen. Er bljjven
dan nog 37.000 a 38.000 te dekken, indien de
verbruiksbelastingen met 1885 moesten worden
afgeschaft.
Naar aanleiding der vraag, aan het slot van
het voorloopig verslag gedaan, merkt de minister
op dat, voor het geval met 31 December 1886
de verbruiksbelastingen in enkele andere ge
meenten niet meer noodig mochten zijn,
de gemeente Ylissingen daardoor niet zal worden
gebaat. Voor haar is een termijn van slechts
twee jaren veel te kort om op zoo groote verbetering
van inkomsten te hopen, dat zij de accijnzen zou
kunnen ontberen. De regeering zal niet nalaten
het gemeentebestuur aan te sporen, die accijnzen
in den loop der vijf jaren, waarvoor zij worden
aangevraagd, geleidelijk te verminderen, zoo dit
ten minste mogelijk is.
proeven om een deel van de schatten uit dit
paleis voor mij te winnen Ik vond het niet
meer zoo erg. Was ik niet de rechtmatige erf
genaam van oom Maar het volgende oogenblik
zette ik dit denkbeeld met afschuw van mij af
ik kon niet huichelen en vleien en ik heb een
hekel aan geheimhouding. Daar zult gij niet veel
aan hechten Marie, omdat gij van mijne samen
komsten met Eduardo weet, die gij in uw laatsten
brief zoo scherp veroordeelt, maar ik verzeker u
dat die geheimhouding mij zwaar druktzoo
zwaar dai ik naar de gelegenheid snak om alles
aan oom te bekennen en hem te vragen of het
onderwijs met zjjn toestemming mag voortgezet
worden. Maar daarvoor moet ik eerst nog wat
vertrouwelijker met hem worden en tot zoo lang
blijft gij nog de eenige die mijn geheim kent,
mijn lieve, trouwe vriendinMaar hoor nu ook
verder en lach om uw luchthartige Paula, in wier
dwaas hoofdje alles zoo bont door elkaar warrelt.
Wat denkt gjj dat ik deed nadat ik een poos
ernstig had nagedacht Ik schudde alle sombere
gedachten over de toekomst af, riep »Leve het
tegenwoordige" en liep naar de piano om een
triomfmarsch te spelen en die was op slot.
Nu herinnerde ik mij dat Eduardo den sleutel in
zijn zak gestoken had en mijn eerste opwelling
volgend liep ik regelrecht naar beneden, naar het
kantoor. Toen de deur achter mij dicht viel
besefte ik eerst dat ik te voorbarig had gehandeld
en zou zeker weer omgekeerd zjjn, als men mij
niet reeds gezien had. Een bejaarde kantoor-
Vlissingren, 4 Juni. Naar wij vernemen
zullende maatschappijen »'(Werfc veredelthoofd
directrice mevrouw Waedemon, directrice mejufvr.
F. Delmez en »Help u zeiven", directrice, mejufvr.
C. Logué, beide van Gent, bestaande nit ruim
80 meisjes, een bezoek brengen aan Walcheren.
Natuurljjk zullen zij dan ook Middelburg en
Ylissingen bezoeken, en het plan bestaat om op
Zondag 13 Juli a. s. in deze gemeente, in het
lokaal Kuijpers, tot een liefdadig doel, een concert
te geven. Teneinde de zekerheid te hebben dat
de uitvoering mogelijk zij circuleert er een in-
teekenlijst onder de ingezetenen, die wij hopen
dat, als welkom aan de bezoeksters en tot onder
steuning van het goede doel, groote deelneming
zal vinden.
aRomlturg-, 3 Juni. Een goede gedachte
was het, om op den len van zomermaand de
deuren te ontsluiten, van het badpaviljoen, uit welks
klein, maar toch altijd een aangenamen indruk
makend zaaltje zich zoowel aan de zee- als 'de
landzijde een prachtig panorama --oor het oog
ontrolt. Aan de zeezijde, waar het jmmer aan
trekkelijk schouwspel van het onmetelijk watervlak
u de woorden van Heine in herinnering brengt:
Thalatta, 1 halatta, Sei mir gegrüsst, du Ewiges Meer
aan de landzijde, waar de blik kan weiden over
Zeeland s plantentuin" met het bekoorlijk in 't
gebladerde verscholen Domburg aan uwe voeten.
Zondag, en Maandag is menigeen dan ook een
groet komen brengen aan zee en bosch, en heeft men
de frissche zuivere lucht met volle teugen kunnen
inademen, terwijl een wolklooze hemel aan de
vroolijke zonnestralen vrij spel liet. 't Was in
waarheid druk in onze straten, in onze hotels, in
't paviljoen, in onze bosschen. Gevederde en on
gevederde zangers mengden hunne tonen dooreen.
Ieder en alles had een vroolijk aanzien behalve
de paarden van de huurkoetsiers, wier bewegingen
maar al te dikwijls van de vermoeienissen ge
tuigden, die de dieren hadden doorstaan.
De uitzichten voor het badseizoen zijn, naar men
verneemt, bevredigend, daar het grootste deel der
apartementen reeds verhuurd is, voornamelijk voor
de maand Augustus. Yroeger en later bestaat nog
goed gelegenheid om onder dak te komen. Op 't
eind van deze en in de volgende week worden
verscheidene vreemdelingen hier verwacht. Van het
Domburgsch Badnieuws zagen wij weder de ver
schijning aangekondigd en onder de bezienswaar
dige veranderingen in onzen omtrek behoort een
nieuw aangelegd wandelpad door de »bovenmante-
ling", waar op verschillende schilderachtige punten
banken den wandelaars een aangename rust
plaats verschaffen. De welwillende eigenaresse van
Duinvlietdie dit bezorgde, verdient daarvoor wel
den dank van 't publiek.
Tegen 1 Juli a. is verplaatst van Ter Neuzen
naar het Lijninspecteurskantoor te Roosendaal de
heer C. J. Waeijhaert, rijkstelegrafist en ambtenaar
der posterijen. Voor Ter Neuzen is aangewezen
de rijkstelegrafist der 2e klasse, met post-radicaal,
J. C. Vissers te Roosendaal.
knecht, die in de voorkamer aan het venster stond»
kwam naar mij toe en vroeg waarmede hij de
Signorina kon dienen. In mijn verlegenheid vroeg
ik om oom te spreken en ik was niet weinig blij
toen ik hoorde dat die naar de fabriek gegaan
was. Nu werd ik moediger en zei »Ik mis den
sleutel van de piano; een van de klerken heeft
hem bij zich gestoken, wilt gij er eens naar
vragen
»De Signorina kan zelf binnen gaan, als
het haar belieft" zei de oude man en opende de
deur naar het tweede vertrek. Ik volgde hem,
doch bleef verschrikt op den drempel staan. Ach
ter vijf groote lessenaars kwamen even zoo veel
hoofden, met een uitdrukking van verbazing, te
voorschijn en keerden zich naar mij om. Ik voelde
dat ik vuurrood werd en herhaalde stotterend
mijn vraag naar den sleutel, ofschoon ik meteen
oogwenk gezien had dat degeen die hem had,
zich niet onder die vijf bevond.
»Perera zal hem hebben" sprak eindelijk
een lang, slank jong mensch, met roode wangen,
terwijl hij opstond en eerbiedig voor mij hoog,
welk voorbeeld terstond door de anderen gevolgd
werd; rhij is echter niet hier; zoodra hij terug
komt zal ik zorgen dat hij den sleutel boven
brengt". Ik dankte, maakte een buiging en ging
heen; daar echter de deur niet terstond gesloten
werd, hoorde ik nog de luide uitroepen van ver
wondering, die mij in het Duitsch en Italiaansoh
achterna gezonden werden ik had zeker iets zeer
onvoegzaams gedaanWaarom moet ik ook
Yolgens de Tem. Crt heeft de heer J. M. De
Smidt, burgemeester van Schoondijke, als zoodanig
zijn ontslag aangevraagd.
Bij de tweede kamer wordt ingewacht een
wetsontwerp, strekkende tot het aangaan eener
geldleening, groot f 60.000.000, reè'ele ad 4pct.
Hiermee zou men kunnen voorzien in de nood
zakelijke behoeften van dit jaar.
De vereeniging Volksonderwijs hield Dinsdag
te Amsterdam hare algemeene vergadering.
Volgens het verslag over 1883 is de vereeniging,
die in 1882 111 atdeelingen, 23 correspondent
schappen en 7548 leden telde, thans 109 atdee
lingen, 22 correspondentschappen en 7192 leden
sterk. De afdeel. Alskerk, Winterswijk en Nieuw
veen, de corr. Franeker en Groothuizen gingen
verloren en met het einde dezes jaars vervalt
bovendien Lobith. Eene nieuwe afd. werd opge
richt te Yeendam en een corr. te Den Helder.
De rekening over 1883 bedraagt in ontvang
10408,17 J in uitgaaf 5608,95, het batig saldo
alzoo 4799,22^.
Door de vergadering werd met groote meerder
heid, op voorstel van het hoofdbestuur, besloten
de uitgave van bet Volksblad op den tegen-
woordigen voet voort te zetten.
Tot goedmaking van de kosten zal ook in 1885
in plaats van wederom der contributie van
1 en van 30 ct. door de afdeelingen in de al
gemeene kas worden gestort.
Buitendien zullen de afdeelingsbe9turen en cor
respondenten worden uitgenoodigd, in bun kring
vrijwillige bijdragen ter ondersteuning der uitgave
in te zamelen en aan het hoofdbestuur over te
maken.
Ook het volgend jaar zal men te Amsterdam
vergaderen.
Als lid van het hoofdbestuur werd herkozen
de heer Van Vladeracken en gekozen, in plaats
van den heer mr. Van Gilse die niet herkiesbaar
is, de heer W. De Meyier.
Het hoofdbestuur werd gemachtigd bij de re
geering stappen te doen om, bij herziening der
wet op den kinderarbeid, eene regeling van den
veldarbeid in de nieuwe wet te doen opnemen en
om de invoering van leerplicht te verkrijgen.
Met 1 Juni zijn' benoemd tot klerk 2e kl. bij
de rijkstelegraaf, met aanwijzing van de hun toe
gewezen standplaats: mej. A. C. Buss, Amsterdam;
P. J. Gillen, Rotterdam G. Van Swieten de Blom;
C. C. Matveld, J. N. Lucas en M. A. W. Ruy-
tenburg, te Amsterdam J. C. Plokker, te 's Hage;
A. P. Kooy, F. G. Van den Bosch; mej. E. A.
Wildeboer, mej. A. M. Bötke en J. W. Thoolen,
te Amsterdam; F. Bouwman, Rotterdam W. Van
Hoboken en J. L. P. A. Jerphanion, te Amster
dam F. F. C. Remery, RotterdamC. W. J.
Schermelé, AmsterdamH. CJ,Blokzijl, Rotterdam
mej. C. M. C. Schroevers, te Zutphen.
Op de door den minister goedgekeurde voor
dracht voor een directeur-generaal der Maatschappij
lot Exploitatie van Staatsspoorwegen, door den raad
van commissarissen opgemaakt, staan de heeren
altijd mijn eerste opwelling volgen
Toen ik in mjjn rijk gemeubeld vertrek terug
gekeerd was dacht ik op eens dat het wel aardig
zou zijn als ik er met mijn toilet beter bij paste;
ik liep naar mijn slaapkamer en haaide die licht
blauw zijden japon voor den dag, welke mijnheer
St.Ange mij voor uw huwelijk gegeven had, doch
welke ik in dien treurigen tijd niet wilde dragen.
Ik had haar nog nooit aangehad. Zou ik er my
nu niet eens een uurtje mede tooien Waarom niet?
Ik trok haar aan en keek in den grooten spiegel,
die mijn geheele gestalte weergaf. O'! Marie nu
zag' ik er waarlijk uit als een prinses uit eén toover-
sprookje; er ontbrak niets meer aan dan bloemen
in het haar en ik kon met den prins gaan dan
sen. Toen ik in de andere kamer terugkwam
vond ik een witte roos op de pianoik verwon
derde er mij niet over, maar vond het heel
natuurlijk dat de fee zoo goed voor mijn kapsel
zorgde. Ik nam de roos op en stak haar in mijne
vlechten, die ik als een diadeem om mijn hoofd
geslagen had.
»Wat ziet gij er van dag beelderig uit," riep
eensklaps een bekende stem, uit een hoek, bjj het
venster en Eduardo trad naar mij toe.
Ik ontstelde en had wel in den grond vrillen
zinken vairischaamte wat moest hij tan zulk eeB
ijdelheid denken
Wordt vervolgd.