N° 106, 127* Jaargang. 1884. Maandag 5 Mei Middelburg 3 Mei. Kerknieuws. Marine en Leger, Rechtszaken. Gemengde Berichten. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent: Advertentiën- 20 Cent per regel; Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL. MIDDELBURGSCHE COURANT Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruidingen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Niedwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. van der Peul Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones, opvolger tjjdschriftg Be Vragen des Tijds bevatte in de laatste maanden meermalen stukken, waarin vrouwen op waardige en kernachtige wijze de zaak der Nederlandsche vrouw bespraken of als pleit bezorgsters optraden van een der brandende vraagstukken van den dag. Zoo scbreef mej. Mercier over de opvoeding onzer meisjes, een lans brekend voor de klassieke ontwikkelingzoo pleitte kort geleden mej. Elise Haighton voor meerder vrijheid der vrouw voor de wet, erkenning eischend van hare persoon. In de Mei-aflevering van het genoemde tijdschrift komt nu een artikel voor van mej. Henriette Van der Mey uit Goes, die zich meer tot eene enkele klasse onzer vrouwen bepaalt, het woord uitsluitend richtend tot onze onderwijzeressen. Al deze artikelen zijn zoovele welsprekende bewijzen van bet feit, dat »de vrouw uit haren eeuwenlangen slaap begint te ontwaken;" en allen, die van haar ernstige bezigheid en inspanning van den geest eischen, die ook bij haar de vrije intellectueele ontwikke ling met alle kracht wenschen te bevorderen, moeten deze verschijnselen toejuichen. Mej. Van der Mey begint met erop te wijzen dat de meeste vrouwen, die in het publieke leven traden, zich aan het onderwijs hebben gewijd. Volgens haar is dit toe te schrijven vooreerst aan de omstandigheid, dat de vrouw, met eene natuur lijke neiging om anderen te beschermen en te verzorgen begaafd, hot liefst kinderen opvoedt en ont wikkelt, en ten andere aan het begrip van >fatsoen" waaraan nog zoovele ouders hechten, en waardoor zij, zonder op den aanleg of de lust hunner doch ters te letten, haar naar het alleenzaligmakend beroep verwijzen. Zijn de goede vooruitzichten een derde grond voor de algemeene keuze van dit beroep vraagt de schrijfster. Hierop moet het antwoord ontkennend luiden de toekomst der onderwijzeressen noemt zij in alle opzichten treurig, behalve die der leeraressen aan de mid delbare scholen, welke over 't geheel beter bezol digd worden. Nu zijn de bepalingen omtrent het toekennen van pensioenen aan onderwijzeressen niet van dien aard, dat haar daardoor een onbekommerde oude dag wordt verzekerdeerst op 65jarigen leeftijd heeft de onderwijzeres recht op pensioen, na ruim 40 of 45 jarigen diensttijd. Heeft men niet het geluk als hoofd eener school zijn werkkring te besluiten, dan is het pensioen niet toereikend om ervan te levenaan oversparen gedurende den arbeidstijd valt niet te denken, wijl de trakte menten te gering zijn. Mej. V. d. Mey rekent uit, dat bij zuinige uitgaven het budget der gemiddelde bezoldiging 600) reeds overschreden wordten vraagt dan: zou de school niet lijden onder het af mattend leven der onderwijzeres die door opoffering van nachtrust en handenarbeid tracht rond te komen? Aan de onderwijzeres wordt zelfs bij een beroep hoogere eischen gesteld dan aan een man, en het tegenwoordig examen voor lager onderwijs dient opnieuw ten bewijze dezer stelling. Trooste- loozer nog is de toekomst dier vele secondantes en gouvernantes, die volstrekt geen pensioen krijgen en daarenboven slechter bezoldigd worden. Haar aantal neèöit steeds toe; de levensbehoeften worden duurder, terwjjl de loonen helaasniet altjjd naar verhouding stjjgen. Maar niet d» harde arbeid, niet de vele opofferingen verbitteren het leven der on derwijzeres zoozeer als het gemis aan een eigen tehuisDe schrijfster beschouwt het een gelukkig denkbeeld onzer Duitsche naburen om voor on derwijzeressen, die een treurige toekomst tegemoet gaan, een tehuisop te richten. Dnitschland bezit op het oogenblik drie zooda nige inrichtingen dat te Aeglitz bij Berljjn is het oudstein Sept. '82 werd het Breslauer Heim geopend, en in Mei '83 het Wilhelm-Augusta-Stift in Gandersheim, niet ver van de plaats waar 1000 jaren geleden bisschop Wigbert uit Hildesheim het eerste stift Gandersheim inwijdde, bestemd voordochters van Duitsche vorsten en edellieden,die zich in het klooster aan knnst en wetenschap wijdden. Deze drie inrichtingen, door de vereenigingen van Duitsche onderwijzeressen uit Breslau, uit Silezië en uit Westfalen en de Rijnprovincie opgericht, ver schillen in hare statuten niet veel van elkaar. Allen zijn ze bestemd om aan oude, in den dienst onbruikbaar geworden onderwijzeressen een vrije gn aangename woning te verschaffen, zonder on derscheid te maken tusschen godsdienstige gezind ten. Door eene geringe jar.rlijksche contributie krijgen alle onderwijzeressen, die het recht hebben aan openbare of bijzondere scholen onderricht te geven of als gouvernantes werkzaam te zijn, aan spraak op een plaats in het Tehuis. Te Steglitz is de duur van den diensttijd op minstens 5 jaren gesteld, te Gandersheim op 15 jaren. De schrijfster geeft uitvoerige mededeelingen over de voordeelen, die aan het verblijf in een derge lijke inrichting verbonden zijn, over haar aard en het nut. Bij de oprichting van een dergelijk tehuis" moet den inwonenden individueele vrijheid en onafhankelijkheid worden gewaarborgden op het tot stand komen daarvan dringt mej. v. d. Mey krachtig aan. Zij voegt er bij »De Nederlandsche onderwijzeressen mogen too- nen, in hoever het haar ernst is met deze voor haar zoo nuttige instelling. Zij moeten zich als de Duitsche vereenigen, en daarna een beroep doen op de algemeene welwillendheid, want zij behoeven financieelen steun. Dus niet gewacht op den eersten stoot van buiten, maar het initia tief in eigenboezem genomen. Het is eene schoone gelegenheid voor de vrouwen in Nederland om te bewijzen, dat ook zij in staat zijn tot stand te brengen wat zij met heilige overtuiging willen, dat zjj sterk zijn door eenheid". JEllewositselijk, 2 Mei. Terwijl het polder dienstjaar 1883/4 is afgeloopen hebben tevens alle werkzaamheden aan de zeewering alhier voor zekeren tijd een einde genomen. Het onderhoud der gewone werken hield tot 1 Mei een drietal kantoniers onledig met het nazien en verbeteven der verschillende steenglooiingen. Al de schade, die door stormvloeden en door stranding van een bark ontstond, is hersteld. Het gevolg van een en ander is eene tijdelijke rust, die eene veel zijdige drukte heeft vervangen. Wie in Februari nog de verwarring in de verschillende werken gadesloeg kan zich thans overtuigen van de orde waarin alles is teruggekeerd. Wij willen hopen dat nu spoedig de aanbesteding der nieuwe werken mag worden tegemoet gezien. In November a. zal een vergelijkend^onderzoek plaats hebben van aspiranten voor de betrekking van surnumerair bjj het vak der posterijen, waartoe twaalf plaatsen ter vervulling zijn opengesteld. De aspiranten behooren zich vóór 1 October a. bij een op zegel geschreven request tot den mi nister te wenden. Verdere bijzonderheden in de St.-Ct. van heden. De Willem Barents zal den 31en Mei naar het hooge Noorden vertrekken. De Londensche correspondent der N. R, Ct schrijft De eigenaars der Nisero hebben mij zooeven mededeeliDg gedaan van den navolgenden brief, door ben van het departement van buitenlandsche zaken ontvangen Foreign Office, 30 April 1884. Mijne heeren »In verband met mijnen brief dd. gisteren, heeft Lord Granville mij gelast te melden, dat er een telegram ontvangen is van den waarnemenden Gouverneur der Straits Settlements, waarin hij bericht, dat het jongste bericht aangaande de bemanning der Nisero loopt tot 31 Maart. Vol gens dat bericht is er éen lid der bemanning, een Italiaan, gestorven, en zijn er drie anderen, wier nationaliteit onbekend is, ziek. Al de gevangenen lijden zwaar, als een gevolg van gebrek aan brood. »Ik heb verder in last u te melden, dat er per draad instructiën gezonden zijn aan den Gouver neur te Singapore en aaD den bevelvoerenden zee officier aldaar, om alles in het werk te stellen, ten einde der bemanning leeftocht toe te voeren. Harer Majesteits regeering staat in gemeenschap met de Nederlandsche regeering, ter beraming der beste maatregelen, om de loslating der gevange nen te bewerken. „Ik verbljjf, Mijne Heeren, »Uw dw. dienaar, (w. g.) J. Pauncefote. P.S. Eene dépêche uit Singapore, dd. hedenj is zoo even ontvangen, waarin gemeld wordt, dat Harer Majesteits stoomschip Pegasus den 10B Mei naar Tenom vertrekt met ruimen leeftocht voor drie maanden." Hiermede kan men zeggen, dat het ntalle sprookje over eene Engelsche expeditie naar Tenom door de Central News uitgedacht en door Reuter voor goede munt rondgeseind, in het water ge vallen is. Op de laatste vergadering is door het uitvoerend comité en Je commissie van vertegenwoordiging der Nederlandsche landbouwmaatschappijen beslo ten een afdeeling pluimgedierte, nuttig voor den landbouw" aan het programma der. aanstaande internationale landbouwtentoonstelling toe te voe gen. Dit besluit werd genomen op bepaald ver zoek der door de Fransche regeering benoemde commissie en op aandringen van het Engelsche comité. Het programma zal zoo spoedig mogelijk verkrijgbaar worden gesteld. Nog werd besloten een commissie uit te noodi- gen om het comité behulpzaam te zijn bij de regeling van harddraverijen, die op het terrein der tentoonstelling zullen worden gehouden. Yoor de harddraverijen, die bepaald zijn op 4, 5 en 6 Sept., worden prjjzen tot een bedrag van 3000 uitgeloofd. De kantoren der internationale landbouwten toonstelling zijn thans gevestigd Stadhouderskade 82 te Amsterdam. De algemeene vergadering der Maatschappij tot bevordering der Geneeskunde zal dit jaar op 7 en 8 Juli te Leeuwarden gehouden worden. Door drie afdeelingen en wel door Haarlem, Rotterdam en omstreken en door Zwolle en omstreken is het voorstel ingediend, dat de maatschappij pogingen aanwende bij de regeering, om te bewerken, dat de mazelen uit de wet van 4 December 1872 (epidemie-wet) worden verwijderd. Welke wonderlijke vrijheden men zich in Lim burg veroorlooft in de toepassing der gemeentewet blijkt uit het volgende. In die provincie is ip eene gemeente, zeer nabij de hoofdstad gelegen, (de gemeente-rekening over 1882 nog niet opgemaakt, en dat niet zonder grond. Vóór eenigen tijd was de gemeente-ontvanger afgetredende nieuw benoemde titularis maakt bezwaar om zijne functiën te aanvaarden, voor zoover het betreft de opmaking der rekening over 1882. De gemeente-rekening over 1881 sloot met een batig saldo van 7000. Nu doet zich de zeer netelige quaestie voor, dat die som niet voorhanden is. Het dagelijksch be stuur der gemeente beweert, dat die 7000 bestaan in oninbare posten van vroeger jaren, zoogenaamde restanten, maar die vlieger gaat niet optemeer niet, omdat er nog andere raadselen op te lossen zijn. In den loop van 1881, deed de gemeente een schenking ten bate van het te restaureeren kerk gebouw; die schenking bedroeg 15000. Daartoe werden enkele perceelen grond verkocht, voor een gezamenlijk bedrag van 8000voor de overige 7000 werd een leening aangegaan. Hoe het zoo kwam, ligt in 't duister, maar in plaats van 7000 werd eene som van 9000 geleend, waarvoor quitantie werd afgegeven aan den geldschieter, die dan ook jaarlijks rente over laatstgemelde som trekt. Het kerkbestuur ont ving de beloofde ƒ7000 en de overige 2 m. werden natuurlijk geboekt als geld in kas. Geld i n k a s op papier, maar geen penning is er van aanwezig. Die 2000 zitten dus in het saldo op 1 Januari 1882, dat ontbreekt. Nu kunnen B. en W. zich maar niet begrijpen) dat de nieuwe gemeente-ontvanger bezwaar maakt om de zaken in dien toestand over te nemenhet gaat hun begrip te boven, dat die ambtenaar er onwrikbaar op staat, om het geheele saldo, de nevelachtige f 7000 voor zich op tafel uitgeteld of verantwoord te zien Ziedaar de grappige zijde der medalje, maar een ernstige zijde heeft ze ook. Hoewel deze feiten bekend zijn, zoowel bij het provinciaal gouvernement als bij het publiek; hoewel het hoofd dier gemeente zich onlangs verantwoorden moest bij het gerecht wegens ad ministratieve handelingen, is hij vóór enkele weken herbenoemd tot burgemeester. Dv. N.) Donderdag voormiddag hield de kerkeraad te Biervliet eene vergadering naar aanleiding van het ingekomen schrijven van het classikaal bestuur, waarbjj inlichtingen of ophelderingen geëischt werden aangaande de kanselbeklimming door den heer Punt, bijbelcolporteur. In strijd met de traditie, was voor bedoelde evangeliebediening de toestemming van de helft of grootste helft 'der kerkeraad sleden niet eens verzocht; doch van eene kerkelijke wet is geen enkel orthodox predikant bang. Het meer en meer compleet geraken van het onderofficierskader bij het leger heeft den minister doen besluiten om de onbillijke bepaling op te heffen, dat milicien-sergeanten die zich bij het staande leger wenscht te verbinden, hiertoe met voorbijgang van vrijwillig dienende korporaals, die daartoe de volle geschiktheid bezitten, moeten worden toegelaten. De milicien-sergeanten en milicien-korporaals, moeten thans, naar het oordeel van hunne chefs, de geschiktheid bezitten voor het bekleeden van dien graad van de vrijwillig dienenden gevorderd, en bovendien moeten vacatures in die graden be staan. Voor zooveel zij tot de infanterie, cavalerie, veld en vestingartillerie behooren, kunnen zij wanneer er geen plaatsen zijn bij het korps waarbij zjj zijn ingedeeld, ook bij een ander regiment van het zelfde wapen overgaan, wanneer daarbij vacatures zijn, en zij de geschiktheid bezitten. Door den minister van oorlog is kennis ge geven, dat bij het 3® regiment infanterie geen der lotelingen van de lichting 1884, zal worden inge deeld die, ingevolge eene daartoe van wege het departement van oorlog in de Staats-caurant ge plaatste uitnoodiging, hebben doen bljjken van bunnen wensch om in aanmerking te komen voor eene opleiding tot militie-luitenant. De minister zegt dat bedoelde uitnoodiging alleen ten doel had, om aan hen, die voor ge noemde opleiding in aanmerking wenschten te komen, desgevraagd de noodige inlichtingen te kunnen verschaffen, en wanneer er dus onder de lotelingen die bij het korps zullen worden inge deeld zich bevinden, die, hoewel zij zich niet te voren hebben aangemeld, wel de noodige geschikt heid toonen te bezitten om voor de opleiding tot militie-luitenant in aanmerking te komen, be hooren deze niet te worden uitgesloten. De luit.-generaal Van Willes heeft bij het overgeven van de inspectie der infanterie aan den generaal-majoor Pfeiffer, bij dagorder aan de offi cieren en minderen van het leger een hartelijk vaarwel toegeroepen De le-luit. jhr L. J. Quarles van Ufford en de 2"-luit. A. W. J. Snouck Hurgronje, van het 3e reg. huzaren, zijn overgeplaatst van 'g-Hage, eerstgenoemde bjj het 2' escadron te Amsterdam laatstgenoemde bij het depót-escadron te Leiden. De machinist 3" klasse H. J. Meerman Van der Horst, aan boord van het wachtschip te Wil lemsoord, wordt met 15 Mei a. s. op nonactiviteit gesteld en met 16 Mei a. s. bevorderd tot machi nist 2e klasse bij 's rijks stoomvaartdienst. Arrondissements-rechtbank te Middelburg. Heden zijn veroordeeld A. C. F., 63 j. naaister te Middelburg, wegens misbruik van vertrouwen tot 183 dagen cel en 5 boeten elk van f 12.50 C. de B., bierhuishouder te Hansweert, (Kruiningen), wegens in zijn bierhuis zonder vergunning tot verkoop aldaar in het kleinsterkedrank tot zoodanigen verkoop in voorraad te hebben gehad tot 10 boete; A. B., broodbakker en bierhuishouder te Hansweert, (Kruiningen), wegens als voren tot 10 boete; A. L. G., huisvr. van A. B., 55 j. te Vlissingen, wegens laster tot 15 dagen cel en 25 boete; M. de N., 29 j. huisvr. van A. H., arbeidster te Hemkenszandwegens mishandeling tot 8 dagen cel. Allen in de kosten. Tegen G. v. d. Voort, die voor bet gerechtshof te Arnhem terecht gestaan heeft, beschuldigd van moord op H. Roodjes te Zutfen, is door het Ml levenslange tuchthuisstraf geëischt. De wed. uit Oldebroek, beschuldigd haaf man door toediening van vergift van het leven te hebben beroofd, zal 15 Mei a, voor het hof te Arnhem terecht staan. De ontvangst bij gelegenheid der uitvoering van de parodie opera Sassafras, door officieren en andere inwoners van Breda gegeven, ten voordeelé van de nagelaten betrekkingen der bemanning van bet onlangs verongelukte schip Louise, van Vlis singen, bedraagt bruto ruim 600; Bij een te Deventer Woensdag gehouden verkoop, waar vele koopers waren had een komisch voorval plaats, dat vrij ernstige gevolgen had kunnen hebben. Nadat men gedurende eeni gen tjjd met verkoopen bezig was, Btortte de vloei

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 1