127* Jaargang.
1884.
29 April.
Dinsdag
°10L
Middelburg 28 April.
9 FEUILLETON.
OUDERLOOS.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen:
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gents
Advertentiën* 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
De polder Walcheren, in 1883.
IDDELBURGSCHE COURANT
Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Boeland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Nieuwenhuijzen, en te Ter Neuzen A. van der Peul Jz.
Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones, opvolger
GEMEENTERAAD.
De burgemeester van Middelburg maakt bekend
dat op Woensdag den 30en April 1884, des
namiddags te half drie uur, eene openbare zitting
van den gemeenteraad zal plaats bebben.
Middelburg, den 28 April 1884.
De burgemeester voornoemd,
PICKi
De lijst der hoogstaangeslagenen in 's rijks
directe belastingen in onze provincie, zooals die
door Ged. staten Zaterdag is vastgesteld, bevat
62 namen.
De eerste die daarop voorkomt is de beer m' C.
Van der Lek de Clercq te Zierikzee voor 4098.99,
de laatste de beer H. J. M. Onghena te Zuiddorpe
voor 587.93.
Door den commissaris des konings in Zeeland
is bepaald dat de aflevering van de bij de nati
onale militie, voor de lichting van dit jaar, in te
lijven manschappen uit de gemeenten dezer pro
vincie zal geschieden als volgt
Op Maandag 5 Mei, te Middelburg op de boven-
voorzaal van het raadhuis, des voormiddags te 10
uren, allen uit de verschillende gemeenten dezer
provincie die zich voor de zee-militie hebben
aangemeld.
Op Dinsdag 6 Mei, te Middelburg op de boven-
voorzaal van het raadhuis, des voormiddag* te 9)
uren, die der gemeenten, gelegen in Walcheren,
uitgezonderd Vlissingen; te 1 li uren, na aankomst
der Zeeuwsche spoorboot die te 8) uren van
Zierikzee zal vertrekken, die der gemeenten ge
legen in Schouwen, Duiveland en Noord-Beveland.
Op Woensdag 7 Mei, te Goes op de Koopmans
beurs aan de Markt, des voormiddags te 94 uren,
die der gemeenten gelegen in Zuid-Beveland en
die der gemeenten Boschkapelle, Graauw, Hengst
dijk, Hontenisse, Ossenisse en Stoppeldijk.
Op Donderdag 8 Mei, te Vlissingen in de be
nedenzaal van het raadhuis, des voormiddags te
9) uren, die der gemeente Vlissingen en, na
aankomst der stoomboot die te 8) uren van
Breskens zal afvaren, die der gemeenten gelegen
in het Westelijk gedeelte van Zeeuwsch-Vlaanderen
des middags te 12 uren, na aankomst der
stoomboot van Ter Neuzen, die der gemeenten
gelegen in bet Oostelijk gedeelte van Zeeuwsch-
Vlaanderen, uitgezonderd Boschkapelle, Graauw,
Hengstdijk, Hontenisse, Ossenisse en Stoppeldijk.
Op Vrijdag 9 Mei, te Tholen in het voorportaal
van het raadhuis, des voormiddags te 9) uren, die
der gemeenten gelegen in de eilanden Tholen en
St. Philipsland.
De gemeenteraad van Middelburg zal op Woens
dag den 30el1 April 1884, des namiddags te half
3 uur, eene openbare zitting houden ter behande-
Roman vati betlef Stern.
Eerste deel.
»Kom madame
- »Geen mareneen kleine onvoorzichtigheid
en bet is te laat. Ik kan niet slapen als ik niet
weet dat om negen uur alle lichten uit zijn".
Ik dacht bij mij zeiven dat er wel iets anders
zou zijn dat madame uit den slaap hieldmaar
zei niets meer. Thans behaagde het haar om
haar koffie te gebruiken en de dag ging verder
bijna als de vorige voorbij, behalve dat de pastoor
niet kwam. O Marie het is een verschrikkelijk
levenAls ik die avonduurtjes niet had om met
u te praten zou ik niet weten hoe ik het uit
hield. De avonduurtjes - - hoor ik vragen en
gjj moet om negen uur het licht uit doen
Denk niet dat ik mij aan dit dwaze bevel stoor
ik hang iets voor het raam en stop het sleutel
gat dicht, zoodat zelfs het scherpe oog van juf
frouw Braun geen lichtstraaltje kan ontdekken.
Owas het al Zondag dan kreeg ik uw
briefDe mijne gaat van daag weg, dan krijgt
gij hem nog vroeg genoeg om een woordje van
bemoediging en troost te spreken tot uw onge
lukkige Paula.
ling der volgende zaken: ingekomen stukken!
kohier der plaatselijke directe belasting op de
inkomsten voor 1884 voorstellen van burgemeester
en wethoudersa tot buitengewone aflossing van
de geldleening van 1881, groot ƒ55.000; b tot
wijziging (n° 1) der gemeentebegrooting voor 1884.
(Zie prov. blad 1884 n" 34); c tot het aanschaffen
van jalousiën, schoolgebouw op den Wal; d tot
uitgift in erfpacht van gemeentegrond aan het
scheepsdoke tot wjjziging van het besluit tot
heffing van geiden voor het gebruik van gemeente
eigendommen jaarlijksche uitloting van aandeelen
in de verschillende gemeente-leeningenbenoe
ming van een stembureau ter verkiezing van een
raadslid.
Vlissingen, 28 April. Het koninklijk Eng.
stoomjacht Osborne zal morgen ochtend tusschen
4 en 5 uren hier aankomen, en onmiddellijk langs
de ponton gemeerd worden.
In Zeeuwsch-Vlaanderen komen met 1 Mei aan
staande o. a. de volgende overplaatsingen voor
van commiezen bij 's rijks belastingen, als H. F. M.
Hulsenboom, van Renesse naar IJzendijkeA. Hul
zenspies, van IJzendijke naar HulstA. Van Moort,
van Hulst naar St. Jansteen J. A. De Kruijter,
van St. Jansteen naar Sas van GentW. Windhorst,
van Sas van Gent naar Ter NeuzenP. VanLiere,
van Ter Neuzen naar TholenJ. M. Lurcus, van
St. Kruis naar GrauwH. H. Willems, van
Grauw naar Gouda.
In de aanstaande Juristen-vergadering zal de
vraag worden behandeld »zijn de belangen der
verzekerden tegenover maatschappijen of personen,
welke het bedrijf van levensverzekering uitoefenen,
voldoende gewaarborgd is staatstoezicht op dat
bedrijf, door de wet voorgeschreven en geregeld,
noodig of wenschelijk Zoo ja, in welke richting
Ter beantwoording van die vraag is door mr
M. Th. Goudsmit een zeer belangrijk praeadvies
uitgebracht. In eene inleiding behandelt de
schrijver op heldere wijze enkele der voornaamste
ponten, zooals de grondslagen voor de levensver
zekering, de noodzakelijkheid van een waarborg
kapitaal, van eene juiste inrichting van sterftetafels
en tarieven, alsmede de groote beteekenis van
de reserve en de quaestie der verdeeling van
de winst. Na daarop uitvoerig te bebben stilge
staan bij de wetgeving op het gebied der levens
verzekering in ons eigen en in vreemde landen,
ontvouwt de beer Goudsmit de redenen die volgens
hem tot een bevestigend antwoord moeten leiden
op de vraag of het bedrijf van den verzekeraar
op bet leven een zóo eigenaardig karakter heeft,
dat terecht op tusschenkomst van den wetgever
wordt aangedrongen? En ten slotte verklaart hij,
uitvoerig en duidelijk, niet alleen welke beginselen
aan dit optreden van den wetgever ten grondslag
behooren te liggen, maar ook welke hoofdbepa
lingen in de nieuwe wetgeving zouden mogten
opgenomen worden. De meeste dier bepalingen,
hoofdzakelijk geschoeid op Engelsche leest, zouden
Dank voor uwe hartelijken, lieven brief, beste
Marie; ik moest er Zondag den heelen middag
mee in den zak loopen, zonder een oogenblikje te
vinden om hem te lezen. O! die Zondag Als
al de volgende zóó zijn, noem ik de werkdagen
nog een zaligheid, 's morgens de gewone stichte
lijke lectuur; om elf uur moest ik met juffrouw
Braun naar de Roomsche kerk.
Eerst wilde ik weigeren om te gaan, maar ik
vreesde den toorn van madame en buitendien trok
de wandeling door de stad, waarvan ik nog niets
gezien had, mij aan. Maar daar kwam niets van,
daar wij in het eerste rijtuigje dat ons tegenkwam
stapten en door de nauwe straten draafden. De
niet zeer groote kerk was propvol. Ik ontwaarde
ook mijnheer en mevrouw St. Ange. De laatste
was opvallend eenvoudig gekleed en haar man
zag er verstrooid uit en scheen slechts half naar
de prêek van pastoor Beaupré te luisteren. Ik
kon er mijn aandacht ook niet bjj bepalen en
verdiepte mij in gissingen over dat echtpaar
want ik had terstond gemerkt dat die verhouding
niet was, gelijk zij zijn moest. Ik had zeker lang
peinzend mijne oogen op hem gevestigd gehouden,
want toen ik weer eens opkeek naar den prêek-
stoel, zag ik hoe de geestelijke mij aanzag en ik
voelde dat zijne volgende woorden over hen, die
slechts ten halve naar Godswoord luisteren, op
mij gemunt waren. Ik deed nu mijn best om
verder mjjn aandacht bjj de prêek te bepalen en
betrekking hebben op de binnenlandsche maat
schappijen en personen die het bedrijf van ver
zekeraar uitoefenen, maar ook de buitenlandsche
instellingen zouden aan eenige bij de wet gestelde
verplichtingen behooren te voldoen, om bier te
lande te kunnen optreden.
Blijkens het 2* jaarverslag van den raad van
toezicht over de Utrechtsche hypotheekbank, voor
Nederland is in 1883 een zuivere winst gemaakt
van ƒ11.615.49) en is het uit te keeren dividend
over 1883 vastgesteld op 5% of 10 per aandeel en
0.45 per oprichtershewijs.
De statuten der naamlooze vennootschap Nieuwe
Rotterdamsche schouwburgmaatschappij zijn Vrijdag
avond vastgesteld. Tot directeur voor vijf jaren
is de heer W. J. Van Zuylen gekozen.
Volgens bericht van den militairen kommandant
van Atjeh hebben 21 Maart zeven kolonnes met
succes tegen den vijand geageerd. Deze werd op
verschillende plaatsen verdreven.
Het Atjeh-verslag in de Jav. Ct., loopende tot
10 Maart, meldt o. a., dat Toekoe Oemar, het
vroeger bevriend hoofd van de IV Moekims, die
ongeveer een jaar geleden met den vijand is gaan
meedoen en eindelijk overgeloopen is, bij herha
ling aan de bevolking schreef om geld voor den
oorlog tegen ons. Dit leest men in het rapport
loopende tot 10 Maarten 9 Maart had, blijkens
een telegram van den 14en, Toekoe Oemar aan den
gouverneur geschreven, dat hij zich weer wilde
komen onderwerpen. De gouverneur had hem ge
schreven, dat hij hem niet als hoofd met gevolg
wilde ontvangen, en hij was later ongewapend
met drie metgezellen gekomen.
Even brutaal is het hoofd der politie in de VII
Moekims. dis met het hoofd Toekoe Machmoed
overgeloopen was, teruggekomen, evenais de be
volking verhalende, gedacht te hebben, dat men
voor de vijandelijke benden de kampongs ont
ruimde. Eerst nadat bericht werd ontvangen, dat
die terugkeer in overleg met onzen vijand Teng-
koe di Toeroe had plaats gehad, werd dit over
geloopen politie-hoofd ten minste gevangen ge
nomen.
Ook te Toengkoep werd een kamponghoofd
gearresteerd.
Omtrent den uitslag van den strijd tusschen
Gedong en onze bondgenooten werd reeds melding
gemaakt. Aan Gedong, dat om vrede heeft ge
vraagd, zullen zoodanige voorwaarden worden
gesteld, dat het niet in staat zal zijn in den
eersten tijd weder aanvallend op te treden. "Wor
den deze voorwaarden binnen een zeer korten
termijn niet aangenomen, dan zullen de bondge
nooten den strijd hervatten.
In het landschap Perlak hield zich zekere Njaq
Baroen op, die, in naam van den sultan en op
last van Tengkoe di Toeroe, aan verschillende
Radja's brieven had geschreven, waarin hij aan
spoorde tot den heiligen krijg tegen de Hollanders.
Maatregelen worden getroffen om dien persoon
onschadelijk te maken.
dat was een geluk, want 's middags moest ik een
lang examen doorstaan, waar ik vrij goed door
kwam.
De pastoor was natuurlijk onze disehgenoot,
evenals het jonge echtpaar. Mevrouw schijnt zieke
lijk te zijn, doch meer naar ziel dan naar lichaam
zij is geheel onder den invloed van den pastoor,
die zooveel godsdienstige bezwaren bij haar op
wekt, dat haar geest nooit tot rust komt. Lis-
beth vertelde mij dat zich reeds eenmaal sporen
van krankzinnigheid bij haar vertoond hebben.
Ik heb medelijden met haar, ofschoon zij niet de
min3te notitie van mij neemt. Mijn tegenwoor
digheid schijnt baar te hinderen en zoodra mijn
heer St. Ange een woord tot mij spreekt verraadt
haar blik een zekere angst. Dadelijk na den
eten ging zij met een stichtelijk boek in de
woonkamer zitten. Mijnheer nam een courant op;
de oude dame dommelde en de pastoor keek uit
bet raam. Ik ging met mijn werk op de veranda
zittenwant de zon scheen zoo beider en de
bloemen riekten zoo heerlijk, dat ik mij dit oogen
blikje van vrijheid ten nutte moest maken
maar ook hier had ik geen rust. Nauwelijks zat
ik op een bank of ik hoorde voetstappen en zag
met schrik den pastoor voor mjj. Hij nam een
pakje uit zijn zak, zeggende dat dit de leesboeken
waren die hij mij beloofd had, waarin hij hoopte
dat ik vlijtig lezen zou. Ik antwoordde dat ik
er niet veel tjjd voor zou hebbenwant dat
mevrouw mjj den heelen dag noodig had.
De Radjah van Tenom eischt voor de uitleve
ring der bemanning van de Nisero vooral vrijen
handel, wat volgens de Penang Times niet anders
beduidt dan ongestoorden invoer van oorlogs
materiaal.
Aan het jaarverslag omtrent den toestand van
den polder, opgemaakt door het dag. bestuur, is
het volgende ontleend.
Het aanhoudend stormweder gedurende den
atgeloopen winter werkte weder zeer nadeelig op
de zeeweringen, veroorzaakte daaraan belangrijke
schade en groot oponthoud in de voltooiing der
in uitvoering zijnde buitengewone werken aan den
Westkapelschen zeedijkzulks was vooral ook
bet geval met het eerste perceel der op den 29
Oct. 1882 aanbestede werken, zijnde het maken
van bazalt- en Doorniksche steenglooiing bene
vens het herstellen der staketwerken tusschen de
dijkpalen 23 en 25, aanbesteed voor 47.300.
Dat werk is eerst in Maart 1884 als voltooid
kunnen worden opgeleverd.
Na de stormen van Maart 1883 stelde het weder
zich aanvankelijk goed in en was het gunstig tot
den len Juli; na dat tijdstip nam het echter een
ongunstigen keer, zoodanig dat eerst in de laatste
helft van Augustus weder eenige aanvoer van
materieel kon plaats hebben in October had men
reeds hooge vloeden en bleef het weder zoo on
gunstig, dat niet alleen de voltooiing der werken
zeer werd vertraagd, doch de aannemers verplicht
waren een gedeelte van den benoodigden winter
voorraad per spoor naar Middelburg en Vlissingen
en verder per as naar Westkapelle te vervoeren.
De voornaamste stormen kwamen voor 17, 22
en 28 Juli, 711, 15 en 16 Augustus, 2 en 3
September, van 1—6 en van 1721 October, van
1825 November.
Van 117 December was het weder stormach
tig, doch vooral 12 Dec. woedde een zeer hevige
storm van het Westen tot het Noordwesten,
waarhij de golven te Westkapelle tusschen de
dijkpalen 20 en 28 de enorme hoogte van 6.50
M. boven hoog water bereikten.
Nog woedden hevige stormen 12 en 23—30
Januari.
Den 12en December sloegen de golven te West
kapelle op vele plaatsen over de keerkade tus
schen de dijkpalen 20 en 28, welke kade op de
kruin des zeedijks is aangelegdvolgens daarvan
bestaande profilteekeningen tot eene hoogte van
6.70 M. boven gewoon hoogwater; ook aan de
Zuid- en Westwatering bereikten de golven de
kruin der dijken.
De belangrijkste schade werd door de stormen
van 16 October, 1721 October, 1825 Novem
ber, 117 December en 2330 Januari teweeg
gebracht.
In het geheel werd 6781 M3 grond verloren,
28.150 M2 krammat weggeslagen en 7732 M2 rijs-
beslag opgebroken. Ook de steenglooiingen leden
veel schade. 45296 M2 Doorniksche-, 12633)
Vilvoordsche-, 5148 Bazalt- en 1377 M'2 Lessine-
sche steenglooiing werd beschadigd, terwijl 4093 M.
vlechttuinen weggeslagen werden. Uit de paal
hoofden en staketten werden 5256 palen, 2165 M.
gording en 436 stuks kespen weggeslagen.
De schaden werden, voor zooveel het weder
zulks toeliet, met den meesten spoed hersteld of
tegen uitbreiding voorzienmeermalen was het
noodig daarvoor verschillende materialen aan te
»Maar gij hebt toch uwe avonden vrij?"
»Ik word gedwongen om te negen uur naar
bed te gaan, daar ik bevel heb gekregen om dan
het licht uit te doen".
Ik heb zeker bij die woorden een kleur gekre
gen want hij zag mij vorschend aan en vroeg:
„En volgt gij dat bevel altijd zoo stipt op?''
Ik was op het punt van te jokken, toen de komst
van mijnheer St. Ange mij uit de verlegenheid
redde.
„Zoo dat is goed", riep hij op opgewekten
toon, »hier in den tuin is het beter dan in die
bedompte kamers, waar van daag veel te hard ge
stookt is. Maar oude menschen hebben het altijd
koud, terwijl zulk jong bloed als het uwe, juffrouw,
zich in die stiklucht moeilijk wel kan gevoelen".
Ik wilde juist antwoorden dat dit nog niet het
ergste was, maar toevallig naar de deur ziende,
ontwaarde ik de jonge mevrouw, die er met zulk
een diep weemoedig, doodsbleek, lijdend gelaat
tegen aan leunde, dat ik opsprong om haar ter
hulp te snellendoch zij wees mij bijna barsch
af, nam terstond daarna den arm van Beaupré
aan en liet zich als een gehoorzaam kind, gedwee
in den tuin brengen. Ik oogde hen na en hoorde
j den heer St. Ange zacht en bedrukt tot mij zeggen:
i - - »Gjj zult veel in dit buis beleven dat uw
j verwondering wekt, juffrouw Werner. Mijn moed er
j is oud en verbitterd, omdat zij den tijd barer
j vroegere zegepralen niet kan vergetenmijn vrouw
is ziek heb met beiden geduld".
4 (Wordt vervolgd