Laatste Berichten. Marine en Leger. Rechtszaken Gemengde Berichten. Verkoopingen en aanbestedingen. in eene naburige gemeente moesten worden aan* genomen en bevestigd. Nliott. Ct). Ter vervanging van den officier van gezondheid 2® klasse M. Riedel, die was aangewezen om als plaatsvervangend lid voor den officier van gezond heid 1° klasse P. K. J. Pabst op te treden bij het verleenen van geneeskundigen bijstand bjj de keuring van militieplichtigen, is door den generaal majoor inspecteur van den geneeskundigen dienst der landmacht benoemd de officier van gezondheid 2® klasse A. W. Verhejjden van het 2® bataljon, 3® regiment infanterie. In het garnizoen Middelburg hebben zich 5 lotelingen der lichting 1884 aangemeld om deel te mogen nemen aan het examen, bedoeld bij artikel 4 van het koninklijk besluit van 25 December 1883 n°. 26, ten einde bjj het korps en garnizoen hunner keuze te worden ingedeeld. Bjj het gisteren gehouden examen hebben 4 voldaan, terwjjl 1 werd afgewezen. Ingevolge machtiging des konings, is Zr Ms raderstoomschip 1° klasse Valkliggende te Wil- lemsoord, met 31 daaraanvolgende tijdeljjk in/ dienst gesteld, onder bevel van Zr. Ms. adjudant; in gewonen dienst, den kapitein ter zee jhr J. Af. Roëll, en zijn gedetacheerd aan boord van d/at raderstoomschip de luit. t/z, 1® kl. L. M. L. De Haan, als 1"® officier; de luit. t/z, 2® kl. W| J. De Bruyne, G. O. Van Kuyk en G. Fabius jr.de 1® luit. der mar. D. G- Vreedenberg, belast biet het bevel over het aan boord van dien Ijiodem ingescheepte detachement mariniersde off. van gezondh. 1® kl. dr W. Schutte; de off. vacó adm. 1® kl. G. H. C. Van Nuysen de officier-machi nist 2" kl. J. Buis. j Blijkens een bij het departement vain marine ontvangen telegram is Zr Ms schroefs'coomachip Atjeh, onder bevel van den kapitein ter zee H. Djjserinck, den 30®° Maart jl. te Kaapstad aan gekomen. Aan boord was alles wel Overtreding reglement op de wegen en v'o e t p a d e n. Voor den kantonrechter te Middelburg stond heden terecht J. De K., landbouwer en wethouder van Vrouwepol.'her, beklaagd van op 30 Aug. 1883 als onderhoudsplichtige van het gedeelte van het Zanddjjksch voetpad, gelegen aan zjjn land onder de gemeente Veere, niet te hebben zorggedragen dat dat voetpad zuiver van zaaddragend onkruid was gehouden en de zich daarin bevindende laagten en gaten met bekwame aardsoorten of deugdelijke materialen waren aangevuld en zulks nadat hem minstens 8 dagen te voren aan zegging was gedaan om die gebreken te herstellen. Uit de verklaring van den burgemeester van Veere, die als eersten getuige gehoord werd, bleek dat bij de op 30 Aug. gehouden schouwing was geconstateerd dat bedoeld voetpad, voor zoover dat over het land van beklaagde liep, niet vol deed aan de voorschriften van het reglement en dat, ofschoon De K. herhaaldelijk officieus gewaar schuwd was en ten laatste officieel aanzegging ontvangen had om verbetering aan te brengen, deze dit had nagelaten. Ook bevestigde deze getuige de aanwezigheid van zaaddragend onkruid en put ten en gaten, onder mededeeling dat daarin later verbetering was gebracht. De verklaring van den tweeden getuige, een wethouder der gemeente Veere, stemde hiermede overeen. De beklaagde voerde tot zjjne verdediging aan dat het niet verbeteren van den weg geenszins aan onwil moet toegeschreven worden maar veel eer aan onmacht. Wat het zwaarste is moet het zwaarste wegen zeide hjj en toen de bur gemeester mij ordonneerde aan het pad te werken was ik in het midden van den oogst en kon dit dus onmogeljjk doen. In de tweede plaats beweerde beklaagde dat op het voetpad geen zaaddragend onkruid aanwezig kon zijn, op grond dat in de maand Juli de wei waarover het pad loopt, gemaaid was. In de derde plaats toonde bekl. aan dat ver schil bestaat in de verschillende datums, waarop het hem te laste gelegde feit zou gepleegd zijn, en ook dat de bewoordingen, waarin dat feit in de dagvaarding is vermeld, niet zijn die waarop het proces-verbaal berust, maar deze een geheel andere overtreding noemen. Maar vooral en in de eerste plaats beweerde beklaagde geen onderhoudsplichtige te zjjn. Hij was van meening dat de oude keuren, waardoor die plicht aan de landgebruikers wordt opgelegd, wanneer niet de bepaling van art. 291 der wet van 29 Juni 1851 (Sibl. n° 85) is nageleefd, ver vallen zijn. Voorts beriep hjj zich op de duide- ljjke bewoordingen van art. 179 lett. h dierzelfde wet, luidende„de zorg, zoover van hen afhangt, voor de instandhouding, bruikbaarheid, vrjjheid en veiligheid der publieke wegen, bruggen, veren, wateren, vaarten, straten, plantsoenen, pleinen en andere plaatsen, tot gemeenen dienst van allen bestemd" (dus ook de publieke voetpaden, meent beklaagde) behoort tot het dag. bestuur der ge meente. Ook op grond van art. 39 van het regl. op de wegen en voetpaden in Zeeland is bekl. z. i. niet-onderhoudsplichtigdaar staat: «behoudens wettige verplichtingen van anderen, is het onder houd van de voetpaden en van de kunstwerken ten laste der gemeente", en van overeenkomsten of andere wettige verplichtingen is bekl. niets bekend- Hjj vertrouwde dan ook op grond van het boven aangevoerde met gerustheid op vrij- spraak van het hem te laste gelegde te mogen rekenen. Het openbaar ministerie begon met beklaagde toe te geven dat eenig verschil bestaat in de be woordingen van de dagvaarding en het proces verbaal, doch dat de bedoeling dezelfde is. Het staat vast uit de verklaringen van de getuigen en ook uit de erkentenis van bekl. dat het voet pad niet voldeed aan de voorschriften van het reglement. Ook dat beklaagde het later eenigs- zins in orde heeft gebracht is niet ontkend en reeds daaruit zou af te leiden zjjn dat deze erkende wel degeljjk onderhoudsplichtige te zjjnwant was hjj van zjjn goed recht overtuigd geweest dan had hjj er niets aan gedaan. Vooropstellende dat de samenstelling van het thans vigeerende reglement voor de wegen en voet paden noodig was, wjjl het oude ongeveer 40 jaren geleden was vastgesteld en de daarin voorkomend© strafbepalingen niet in overeenstemming met de iegenwoordige wetten waren, betwjjfelde het O. M. toch of het nieuwe reglement overigens beter was dan het oude. In plaats van 91 artikelen, zooals vroeger, zjjn en er thans 122, waaronder vele zoo al niet in strjjd met elkaar, dan toch zeer onduidelijk moeten /genoemd worden. Bovendien al is het reglement/'klaar gemaakt, de naweeën zjjn niet uitgebleven/ In art. 12 van het reglement is bepaald dat, bjtnnen twaalf maanden na de afkon diging ervan/' door burg. en weth. een ligger zal worden opgemaakt en, ofschoon het reglement met 1 Jan./1882 in werking is getreden, is nu in April188,4 nog geen enkele ligger klaar, uitge zonderd ft'en, in de gemeente St. Philipsland. Het ze/u eenvoudiger geweest zjjn het onderhoud der weg/en en voetpaden geheel op te dragen aan de genkeentebeaturen, die daar met veel meer zorg voor houden gewaakt hebben dan nu veelal de particulieren. Onder de leden van de provinciale state/u waren dan ook verscheidene voor die bepaling doek een ander deel, vooral de burgemeesters van plattelands gemeenten, was daar tegen, omdat da'lasten der gemeenten, niet het minst ook door schoolbouw, reeds zoo bezwaard waren. f Het O. M. gaf toe dat art. 39 van het reglement lhet onderhoud van de voetpaden aan de gemeente /gelast maar, en dit is het zwaartepunt, «behoudens j wettige verplichtingen van anderen." Zoodanige wettige verplichting bestaat naar het oordeel van het O. M. in het onderhavige geval. In vroeger tjjd is door de regeering van Veere tusschen 1710 en 1760 eene ordonnantie op de wegen en voetpaden gemaakt, waaraan ook, zooals uit verschillende stukken bljjkt, de hand. werd gehouden. In de laatste jaren vóór 1760 echter verslapte dit eenigszins, wat aanleiding gaf dat in genoemd jaar, op den 25 October, eene nieuwe ordonnantie of liever de vroeger bestaan hebbende opnieuw werd vastgesteld. Dit geschiedde omtrent denzelfden tijd in de jurisdictie van Middelburg en ook in die van Vlissingen. Bjj deze ordonnantie werd, zooals uit de voor lezing bleek, de onderhoudsplicht op de landei genaars of gebruikers gelegd. Het bljjkt niet dat die ordonnantie ooit is in getrokken. Bjj het oude reglement van 1838 wordt dit niet gedaan en bjj art. 122 van het nieuwe evenmin. Die ordonnantie is dus nog van kracht en de beklaagde uit dien hoofde onderhoudsplichtig. Het O. M. requireerde mitsdien schuldigverkla ring van De K. aan het hem te laste gelegde en zjjne veroordeeling tot 2 boeten van 2.50 elk, subs, een dag gevangenisstraf voor iedere boete. Beklaagde, hierop in de gelegenheid gesteld repliek te leveren, wees er op dat hjj door den weg te verbeteren geenszins heeft erkend onder houdsplichtige te zjjn, maar eenvoudig een bewjjs van welwillendheid te hebben gegeven., Hjj bleef persisteeren bjj zjjn verdediging. Wjjl het O. M. geen dupliek verlangde te hou den, werd het onderzoek gesloten en de uitspraak bepaald op heden over 14 dagen. Arrondissements-rechtbank te Middelburg. Door de rechtbank zjjn heden veroordeeld: A. v. d. P., 47 j., vrachtrijder te 's Gravenpol der, wegens beleediging van een beambte in func tie tot een boete van 3 en een van ƒ8. J. T., 32 j., W. v. d. B., 34 j., C. Van V., 34 j., J. L., 50 j., en A. K., 23 j., arbeiders, allen te Krab- bendijke, wegens diefstal ieder tot f 3 boete. J. Van D., 18 j., te Ter Neuzen, wegens laster tot 8 dagen cel. G. A., 40 j., klompenmaker te Koewacht, wegens hoon tot 8 boete en P. B. Mz., 21 j., boerenknecht te Ellewoutsdjjk, wegens mishandeling tot 8 boete. Allen in de kosten. Vrijgesproken werden G. A. De C., 28 j., schipper te Clinge, beklaagd van openbare schennis der eerbaarheid en van dronkenschap. Verder deed de rechtbank uitspraak in de zaak van P. De Z., 77 j., koopman te Ter Neuzen, in eersten aanleg beklaagd van openbare dronken schap en verstoring van de orde in de kerk te Ter Neuzen. De rechtbank heeft het vonnis van den kantonrechter aldaar, waarbjj deze zich had onbevoegd verklaard om van dit feit kennis te nemen, te niet gedaan, en daarbij de zaak naar genoemd kantongerecht terug verwezen. Gisteren hebben de officier van justitie en de rechter-commissaris bij de rechtbank alhier zich naar Ter Neuzen begeven, zoo men zegt ter on derzoek eener zaakwaarbjj vermoed wordt dat getuigen valsche getuigenis hebben afgelegd. Eenige jonge lieden uit Vlissingen zullen waarschjjnljjk een uitstapje, dat zjj gisteren naar Veere maakten, zeer betreuren. Na het verlaten van den Kampveerschen Toren togen zjj zingende en geruchtmakende langs de straten en kwamen daardoor in aanraking met de politie, zóo zelfs, dat hun verzet de verwonding van een agent veroorzaakte en een der baldadigen met ver scheurde kleederen voor den burgemeester ge bracht werd. Onder St. Laurens is heden een otter gevangen hjj had eene lengte van 1.45 M. Onder 's Gravenpolder moet jl. Zondag een aanslag gepleegd zjjn op een jong meisje. Eenige jongens uit Hoedekenskerke, die reeds des namid dags te 's-Heer Abtskerke een proces-verbaal wegens openbare dronkenschap zich op den hals gehaald hadden, ontmoetten dienzelfden dag des avonds omstreeks half acht op een eenzaam gelegen djjk een meisje van 18 jaren, elders dienstbaar.,dat hare ouders te Hoedekenskerke bezocht had. Vol gens het verhaal moeten zjj het meisje van den djjk gesleurd en gemolesteerd hebben, en toen zjj begon te schreeuwen hebben gepoogd haar een doek in den mond te wringen. Gelukkig bevond zich toevallig in de nabjjheid een man, die haar te hulp echoot. De aangevallene was Maandag nog ongesteld van den schrik; maar later is haar toestand verbeterd. De zaak is reeds in handen der justitie. De baldadige personen ondergingen reeds een verhoor bjj den burgemeester. Te Bruinisse is een groote zalm gevangen. Zooals reeds vroeger is medegedeeld heeft de postbode van St. Maartensdjjk op St. Annaland, P. Nujjens, zjjn eervol ontslag gevraagd en ver kregen. Bjjna 20.000 malen deed hjj in ruim 26 jaren den vaak ontjjdigen, moeieljjken en toch zooveel vertrouwden post om geregeld in den dienst te voorzien. Geen wonder dan ook dat de burgerjj van St. Maartensdjjk den jjverigen ambtenaar eene laatste hulde wilde brengen. Het muziekgezelschap be geleidde den bode op zjjn laatsten terugtocht naar het kantoor en voorts naar zjjne woning. Men hoopt dat hjj nog tal van jaren eene wel verdiende rust en, behalve een karig pensioen, 200 's jaars, door welwillende medewerking eenige meerdere inkomsten moge erlangen. Gisteren morgen is te Hulst gevankeljjk binnengebracht R. Van B., als verdacht van brandstichting op 20 en 21 Maart 11. te Clinge. Te Utrecht heeft gisteren ochtend een felle brand gewoed in een winkel waarin kruideniers waren, petroleum en sterke drank verkocht werden. Het perceel is geheel uitgebrand. Te Sassenheim is een tjalkschip uitgebrand, waarbjj eene oude vrouw, de moeder van den schi] per, den dood in de vlammen vond. De overige equipage kon zich redden. Te Eindhoven is de lak- en vernisstokerjj van de firma F. Smit verbrand. Zaterdag is op de tramljjn BussumHuizen een 13jarig knaapje overreden; het kind was spoe dig een lijk. Volgens het U. D. was de Amsterdamsche Kalverstraat Zaterdagavond geruimen tjjd als 't ware verstopt, tengevolge van een niet alle- daagsch opstootje. De herauten van het weekblad Recht voor allen liepen als gewoonljjk met hunne verlichte, gekleurde lantaars op een langen staak door de volkrijkste straten, om het „nuttige en heilzame" weekblad rond te ventén. Reeds sedert lang walgde het wandelend publiek van de op roerige taal, welke door die gehuurde lantaarndragers werd uitgekraamdeindeljjk scheen de maat der verontwaardiging vol; ten minste eenige mannen en jongelingen rukten dien avond den huurling zjjn pak krantjes uit de handen en deelden die in een oogenblik, onder vrooljjk gejuich, aan de menigte rond. Of zjj daarop recht hadden betwjjfelen wij. Zoolang de venters vrjjheid hebben om een week blad welk ook te verkoopen, maakt zulk eene handelwjjze inbreuk op hun eigendomsrecht. Het is daarom te hopen dat de politie hen, even als ieder ander, zal beschermen tegen hetgeen wjj diefstal zouden noemen. Het geval van vergiftiging te Rotterdam, waarvan wjj in het kort melding maakten, heeft zich volgens de N. Rott. Ct. aldus toegedragen. De vrouw van zekeren W. vroeg, vergezeld van hare dochter, Zaterdag bjj een drogist, in de Hoofd- steeg 6 lood Herba Carduï Benedicti (gezegende distel). De bediende woog voor ieder barer het kruid af; zjj betaalden en vertrokken elk met haar zakje. Nu moet zich daarbjj de volgende noodlottige vergissing hebben voorgedaan. In den zelfden drogistwinkel was nameljjk door een lijder aan asthma eene zekere hoeveelheid Herba Datu- rae Stramonii besteld, die voor hem moest worden fijn gesneden en dan door hem zou worden afge haald. Dit kruid wordt den asthma-ljjder voor geschreven om van tjjd tot tjjd in eene pjjp te rooken, wat dan verlichting schenkt. Nu moet dat pakje op de toonbank gereed hebben gelegen om afgehaald te worden en vrouw W. greep bjj het heengaan dit pakje en liet het hare, waarin zich de gezegende distel bevond, liggen, zonder dat partjjen iets van de verwisseling merkten. Des avonds vóór het naar bed gaan werd van het kruid thee gezet; man en vrouw dronken er een stevigen kop van en kort daarna waren beiden ten prooi aan de hevigste smarten, hetgeen weinig verwondering kan baren wanneer men weet dat de Datura Stramonium bevat Daturine, die iden- tisch is met Atropine, een der verschrikkeljjkste vergiften, wanneer het zooals in dit geval als een sterk aftreksel van Stramonium wordt ingezwolgen. De asthmaljjder moet werkeljjk het pakje gezegende distel ontvangen doch zjjnerzjjds de vergissing ontdekt hebben. De ongelukkige vrouw is heden ochtend onder vreeseljjk ljjden overleden. De man leeft nog maar verkeert mede in zorgwekkenden toestand. De justitie doet onderzoek. Daaruit zal de ware toedracht van het gebeurde zeker aan het licht komen, tegelijk met de redenen die beide vrouwen bewoog Herba Carduï Benedicti te koopen, wel is waar slechts een tonisch oplossend middel, doeh dat men reden heeft te gelooven dat zij zich slechts op advies van derden hebben aangeschaft. Omtrent den chef de bureau bjj de firma P. en Van G., te Helmond, beklaagd van valschheden, wordt het volgende medegedeeld. H., zoo heet de verdachte, was reeds viermalen vervolgd en driemalen veroordeeld wegens valsch heden en oplichterijen hetgeen voor zjjne patroons geheim bleef tot eenige dagen vóór zjjn zilveren bruiloft, die op 3 Maart jl. met grooten luister is gevierd. Toen ontving een zjjner patroons een geheel uit couranten geknipte en opgeplakte woorden en letters samengestelden anoniemen brief, waarin H.'s verschillende veroordeelingen werden medegedeeld. Aanvankeljjk werd die brief als laster beschouwdeen te Leeuwarden ingesteld onderzoek bracht de waarheid daarvan echter spoedig aan het licht. Van het feest der zilveren bruiloft en een daarop gevolgde korte afwezigheid van H. werd gebruik gemaakt om, zonder argwaan te wekken, de door hem gehouden boeken te onderzoeken. Spoedig bleek alsnu dat hjj zjjn verleden niet had verloochend. De wjjze, waarop hjj in zjjn valschheden te werk ging, is ongekend brutaal. Wanneer aan den kassier zjjner patroons verschillende, aan dien kassier geëndosseerde wis sels werden verzonden, wist hjj in den begeleiden den brief, nadat die door zjjn patroons was ge- teekend, de vermelding van een der wissels langs scheikundigen weg te doen verdwjjnen. Die wissel werd dan achter gehouden en het endos sement aan den kassier op geljjke wjjze in een endossement aan hem veranderd, waarna de wissel bjj zjjn eigen kassier te gelde werd gemaakt. Daar de vervalschingen steeds geschied zjjn, nadat de brieven waven gecopieerd, is de zaak gemakkeljjk te bewjjzen. Het juiste bedrag van het verduisterde is nog niet bekend, daar het onderzoek nog niet geëindigd is men mag echter veronderstellen, dat dit bedrag zeer aanzienljjk is. De gearresteerde bleef bjj zjjn aanhouding uiterst kalm. Hjj heeft zich op eigen kosten per rjjtuig naar het station Deurne laten brengen en is daar op den trein gegaan. Het provinciaal-comité voor de slachtoffer van Ischia wil te Pompei een feest geven, dat drie dagen moet duren. Men wil aan de doode stad weer leven geven en een rjj van scènes uit het huiseljjke en openbare leven der oude bewoners van Pompéi te zien geven, waarbij de kleederdracht en de gewoonten des tjjds zullen worden gevolgd. De uitgebreidste telephoonverbinding van alle Europeesche steden bezit ongetwijfeld Stock holm. De vreemdeling ziet met verbazing de ont- zachljjke menigte elkaar kruisende draden, die de stad als een net schijnen in te sluiten aan onder- aardsche leidingen is wegens het moeilijke terrein voorloopig nog niet te denken. Nu kan' daar geen man van zaken zich meer aan de telephoonver binding onttrekken. Voor de niet-geabonneerden zjjn zeer geschikt de openbare vèrspreek-toestellen, die bjjna in eiken sigarenwinkel, bjj iederen barbier en dergeljjken zjjn ingerichtde prjjs voor een gesprek van 5 minuten bedraagt gemiddeld 10 Oere (ongeveer 10 cent). De telephoonverbinding te Stockholm wordt door twee maatschappijen geëxploiteerd. Te Rome is eene maatschappjj voordewjjn- cultuur in Italië opgericht, en deze heeft aanstonds stappen gedaan om haar hoogst belangrijk doel te bereiken. Er zal een blad over het vak verschijnen er zullen agenten in de grootste handelsplaatsen worden aangesteld, premiën uitgeloofd, eene per manente tentoonstelling gehouden, een depositum voor wijnproeven ingericht worden, en men wil ook kapitalen verzamelen om ze voor de cultuur aan te wenden. De maatschappjj wil eindeljjk nieuwe afvoerwegen zoeken en overal in het land afdeelingen stichten. Het is hoog tjjd, dat men in Italië de handen uit de mouw gaat steken. De druifluis verbreidt zich meer en meer, de Ameri- kaansche concurentie wordt dreigend, en het wordt noodzakeljjk den wjjnbouw te verheffen, in de wjjnbereiding verbetering te brengen en voor den handel nieuwe bronnen te openen. De Fransche regeering heeft ter eere van de koningin van Taïti een gouden medaille laten slaan. De ook hier bekende concertzangeres frl. Wally Schauseil uit Dusseldorf was onlangs op een concerttournée in Hamburg, van waar zjj direct naar Darmstadt moest reizen om in de Missa solemnis van Beethoven mede te werken. In Hamburg kreeg zjj een aanvraag uit Göttingen betreffende een engagement voor een concert. Om deze vlug f te doen en wjjl de route Hamburg -Darmstadt haar Göttingen voorbjj voerde, zond zjj aan den haar slechts bjj naam bekenden muziekdirecteur Hüle in Göttingen het volgende telegram: „mu- sikdir. Hille in Göttingen. Passire half 4 Göttingen, erioarte Sie Bahnhof. Erkennungszeichen gelbes Buch." Toen de trein in Göttingen stil hield was er niemand op het perron. Frl Schauseil gaat uit den wagen met het geele boek, maar er verschjjnt niemand. Eindeljjk komt een telegraaf beambte op haar toe met de vraag: „Hebt u het telegram uit Hamburg verzonden?" En op het bevestigend antwoord verklaarde de man, dat het telegram in zoo 'korten tjjd niet had kunnen worden bezorgd. Er lagen in G. vier compagnieën musketiers, en zoo vlug den musketier Hille daaruit te vinden waB eene onmogeljjkheid geweest. Aangaande het toenemen van misdaden in Italië bericht de Fanfulla, die te Rome verschjjnt, het volgende. Het is nu zoover gekomen, dat het aantal offers die door het mes bloeden grooter is dan bet aantal van hen, die door kogels vielen in den slag bjj Custoza. In de dagbladen is dikwjj Is het derde gedeelte en meer gevuld met inoord- tjjdingen, die vaak helaasmet een soort van humor worden opgesteld. Dit is een treurig teeken des tjjds. De Italiaansche gevangenissen herbergen 80000 personen 1 Terwjjl de bevolking in vjjf jaren tjjds omstreeks 15 percent toenam, is het aantal gevangenisbewoners zoowat 85 percent ge klommen, gelijk de officieele cjjfers bewjjzen. Het gevangeniswezen verslindt elk jaar 32 millioen franken, d. i. twee derde der som, welke het onderhoud van het staande leger eischt. Men be raadslaagt over de verbetering der gevangenen, men past alle mogeljjke opvoedingsmethoden toe, maar 30 percent der vrjjgelatenen komt weer in de strafinrichtingen terug. In de laatste 13 jaren steeg het aantal minderjarigen in de gevangenissen van 807 tot 5240. Gisteren is te Ellewoutsdjjk door burgemeester en wethouders aanbesteed het maken van een gemetselden bekleedingsmuur c. a., langs de kade aldaar, waarvoor werd ingeschreven door de hm P. De Zeeuw te Middelburg, voor 8500J. Rjjnberg te Ellewoutsdjjk, voor 8315 F. Schjjf te Ove- zand, voor 6900P. Monjé te Vlissingen, voor 6792D. Romjjn te Kattendjjke, voor f 6625 A. Vermorkel te Hontenisse, voor 6500. De begrooting bedroeg 6200. In de gisterenavond gehouden raadsvergadering werd besloten dit werk voorloopig niet te gun nen te meer daar door de beide laagste inschrijvers op hunne inschrjjvingsbiljetten eenige conditiën waren gesteld, waaromtrent burg. en weth. eerst de al of niet wenscheljjkheid van aanneming zullen onderzoeken. Te Coljjnsplaat zijn Maandag, ten overstaan van den notaris Huvers, eenige landerjjen ten verkoop aangebodenter gezamenljjke grootte van 6,4920 hec. Kooper daarvan werd de heer A. L. Haringman voor f 433 per 41,68 A, behalve 12J onkosten en 75 strijkgeld; dit laatste over de geheele massa. 'sGravenliage. Tweede kamer. In de heden gehouden zitting bepaalde de kamer dat vóór het reces nog behandeld zal worden de zaak der Mallegatsluis en dat het gewjjzigd Marken- ontwerp nader in de sectiën zal wordeD onderzocht. Daarna had een langdurig debat plaats over de ontwerpen betrekkeljjk het Merwedekanaal. Op de vragen van den heer Seret antwoordde de mi nister dat hjj de beslissing aan de kamer overliet en antwoordde de heer Rutgers dat bjj zijn voorstel geen zweem van politieke bedoeling in het spel was of onze politieke toestand ook zuiver is dat zulke verzekeringen noodig zjjn(Red.). Alleen was zjjn wensch om Amsterdam eenigszins te bevredigen. Zjjn wetsvoorstel is daarop aange nomen met 50 tegen 22 stemmen. Na deze beslissing is aangehouden de onteige ningswet NigtevechtUtrecht, waarna aangenomen is de onteigeningswet betrekkeljjk de scheiding der Vecht en den Vaartschen Rjjn. De heer Buma heeft zjjn wetsvoorstel betrekke ljjk de droogmaking van de Zuiderzee ingetrokken» het vervangende door een motie om een onder zoek betrekkelijk de Zuiderzee en de Lauwerzee in te stellen. Nadat de minister om financieele redenen zich tegen die motie had verklaard, trok de heer Buma ook deze in. De heer Bergsma zal later den minister van binnenlandsche zaken inter- pelleeren over de aanbesteding voor het Museum te Amsterdam. De heeren De Vos, "W. K. Van' Dedem, Wybenga, Eysinga, Zeylker en Schepel zullen denzelfden minister interpelleeren over de maatregelen tot uitroeiing der longziekte in het spoelingdistrict. Amsterdam. De Amsterdamsche Rijtuig- maatschappij besomde in 1883 ongeveer 230.000

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1884 | | pagina 2