N°. 71.
127e Jaargang.
B IJ VOEG S E L
1884.
Maandag 24 Maart.
iiias van wen en
draaf Lorenzo.
Middelburg 22 Maart.
"VAN D E
Brieven uit de Hofstad.
^FEUILLETON.
Roman van Ursula v. Manteuffel.
MIDDELBIRGSCHE C0LR4NT.
De burgemeester en wethouders vail Middelburg
maken bekend
dat na den 15 April 1884 eene algemeene
schouwing zal plaats hebben op de wegen en
voetpaden in die gemeente.
Middelburg, den 18 Maart 1884.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
PICKÉ.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
21 Maart 1884.
De natuur heeft zich gisteren gehaast en gaat
heden in nog sterkere mate daarmede voort, om
het dwaalbegrip weg te nemen, waartoe zij zelve
in de laatste dagen aanleiding gaf, als zouden
wij reeds de lente zijn ingetreden. Nog juiat vóór
den officieelen aanvang van dat liefelijke jaarge
tijde werd de aangename kalmte in den damp
kring, gepaard aan een warmte, met den kalender
in tegenspraak, vervangen door een vrij kouden
wind, die ons weder tot bet bewustzijn brengt,
dat de lentemaand ook dit jaar zijn traditioneele
ruwheid niet verloochent. En die gehechtheid
aan traditie beeft zich ook in de politieke atmos-
pheer eensklaps weder geopenbaardna een tijd
van bezadigde werkzaamheid werd ons parlement
plotseling weer beroerd door een echten Maart-
schen storm, op denzelfden dag, waarop ook de
natuur zicb weder in hare ware, aan dezen tijd
van het jaar eigene, ruwe gedaante deed gelden.
Een schijnbaar bloot practische interpellatie van
een der Zeeuwsche volksvertegenwoordigers bracht
de effen zee, waarop de tweede kamer der staten-
generaal in den laatstentjjd rustig voortdobberde,
onverwacht in hevige beroering; bruisende golven
staken opeens bun schuimende koppen omhoog,voort
gestuwd als zij werden door een stormwind, uit poli
tieke hartstochten ontstaan. De eenvoudige vraag van
den heer Van Kerkwijk, wanneer de regeeringsvoor-
stellen betreffende de grondwetsherziening konden
worden verwacht, groeide aan tot een steek
spel, waarin het gebruik van snijdende en ge
vaarlijke wapenen niet werd vermeden. Deze
gelegenheid was te schoon voor ons bezadigd
parlement, om baar niet met beide handen aan te
grijpen en tot voertuig te maken van opgekropte
teleurstellingen, lang ingehouden verontwaardiging
en snerpende verwijten. Dat de teleurstellingen
groot waren, de verontwaardiging gerechtvaardigd
wa3, de verwijten verdiend waren, voor het meer-
endeel kan het niet worden ontkend. Doch waar
toe die uitstorting van zoovele grieven juist op
dit oogenblik? Waarom thans een gelegenheid
gezocht om lucht te geven aan het overkropt ge
moed Waarom een dood onschuldige vraag, bij
de beantwoording waarvan bet waarachtig belang
(Slot.)
Het was een treurige aanblik, het beeld van
een schoon leven dat schipbreuk geleden had,
van een grooten geest die verdoofd was. De
dame bleef om den boek van het huis, in de
schaduw van een oleander staan en zag hem even
aandaarop trad zij met uitgestoken armen naar
hem toe en fluisterde: »Renzo 1"
Hjj sprong als door een electrischen schok om
hoog, zag om zich heen, staarde haar aan en zijne
oogen werden hoe langer hoe grooter van ont
zetting.
»Zjjt gij haar geest?" vroeg hij eindelijken
deinsde achteruit, als vreesde hjj de aanraking
harer hand.
»Haar geest Neen, zij is het zelfZij
heeft uw brief gekregen uw brief dien gij
Edgar Falkner gedicteerd hebt ...uw brief, met
zijn hand geschreven. Lorenzo toen wist zij dat
zij komen mocht en hier is zjj
»0, Eveline mijn lieveling, mijn engel, dat
verdien ik nietDat is te veelmompelde hjj
des vaderlands in zoo hooge mate was betrokken, j
misbruikt tot een geheel nuttelooze wisseling van
hatelijkheden en personaliteiten Dat de gelegen
heid daartoe gezocht was en op het breode veld
eener interpellatie gemakkelijk kon gevonden
worden bewees het debat van gisteren, in de eerste
plaats de heftige uitvallen, zonder eenig verband
met de gestelde vraag, van den interpellant
zeiven. Dat hierdoor bet beoogde doeleen spoedige
herziening onzer hoogste staatswet, allerminst kan
worden bereikt is duidelijk. Ware men nog éene
schrede verder gegaan door het stellen eener
motie, wellicht ware men dan verder dan ooit
van dat doel verzeild geraakt, doordien de aftre
ding van het ministerie-Heemskerk daarvan het
gevolg had kunnen zijn. Niet dat die aftreding
op zich zelf zou te betreuren wezen, maar welk
kabinet zou dan aan de groene tafel moeten plaats
nemen, en zou dan niet de gewenschte herziening
weder noodzakelijk voor geruimen tijd moeten
verschoven worden
Trouwens zóo kort nadat de staatscommissie
haren arbeid beeft volbracht, mocht men het
tijdstip nog niet gekomen rekenen om naar de
plannen te vragen, die de regéering daarmede
voor had. Men had mogen verwachten, dat de
interpellatie, aangekondigd reeds vóór de open
baarmaking van het rapport der commissie, na de
publiekmaking daarvan vooreerst achterwege zou
blijven, opdat nuttiger werk de kamer zou kun
nen bezighouden. Zoo scheen nog kort geleden
de kamer zelve er over te denken, toen bij de rege
ling van werkzaamheden het noemen dezer
interpellatie hilariteit onder de leden verwekte.
Wacht dan ook niet een stapel werk op afdoe
ning, waaraan thans de nationale tijd beter zou
besteed zijn dan aan onnutte beuzelingen, als
waarvan bet debat van gisteren overvloeide Laten
wij ons niet verder verdiepen in de redevoeringen,
waartoe de interpellatie aanleiding gaf; er is reeds
tijd genoeg aan verspild, en, evenals de agenda dei-
kamer, vermelden ook de korte aanteekeningen, die
als het ware de inhoudsopgave vormen voor dezen
brief, belangrijke zaken te over.
Werden gisteren het kabinet als geheel, en in
het bijzonder de heeren Heemskerk en Grobbee
over den hekel gehaald, de minister van justitie
heeft in de laatste dagen weer den lof geoogst
van alle partijen over de wijze, waarop hij zijn
wetsontwerp tot wijziging der wet op de rechter
lijke organisatie heeft verdedigd. Hij zal zelf de
eerste zijn om te erkennen, dat hij geen jurist is,
in den wetenschappeljjken zin van het woord de
vervulling van betrekkingen op geheel ander ge
bied hebben hem van de rechtswetenschap ver
vreemd, maar daarom verdient baron Du Tour
des te meer lof voor den moed, waarmede hij zijn
moeilijke taak heeft aanvaard, nu die moed ge
bleken is geen overmoed te zijn, maar gepaard
te gaan met het besef, dat alleen ingespannen
studie hem in staat kan stellen zich van zijn
taak naar behooren te kwijten. Van zoodanige
studie getuigen weder de redevoeringen, door hem
bjj de behandeling van genoemd wetsontwerp ge
houden, dat toch de regeling van een onderwerp
bevat, waarin de tegenwoordige minister van
en hield de hand tegen het hoofd, als moest hij
zijne gedachten bijeenhouden. Daarop veranderde
de invalide eensklaps in een athleet. Hij tilde
haar op en droeg haar gelijk hij vroeger placht
te doen de laatste treden op, tot in huis. Pijnen
die een ander bewusteloos zouden gemaakt heb
ben teisterden hem, toen hij haar tegen zijn met
wonden overdekte borst aandrukte en de lichte
last was veel te zwaar voor zijn eenen arm, maar
hij lachte om die folteringen leven en ge
zondheid, kracht en levenslust, alles werd hem
op dit oogenblik teruggegeven. Dat was niet
meer de bleeke, zieke man, die zich daar aan hare
voeten nederwiep, hare handen met kussen bedekte
en smeekend tot haar opziende, uitriep
»Gjj vergeeft mij dus, Eveline, vergeeft gij
mjjIk heb zwaar geboet
»Ik wist wel dat gjj lijden zoudt, mjjn arme
RenzoEn toch bad ik den moed niet om u
terug te roepen totdat tot dat
haar stem haperde en er volgde een langdurige
stilte.
„Tesselhof is gestorven", zei hjj eindelijk.
„Wildet gij dat zeggen."
>Ja, daarmede is alles gezegd. Ik stond aan
zijn graf en huiverde. O dat was een vreeseljjk,
akelig oogenblikWeer verhieven zich in mijn
hart al die beschuldigende stemmen, nog eenmaal
liet mijn geweten mij nog alles doorleven, wat ik mis
daan had en ik dacht dat ik er onder zou
justitie het moge vreemd klinken, maar het
is waar nog geen jaar geleden allerminst te
huis was. Die studie, vereenigd met een gemak"
keljjkheid van spreken en een niet te miskennen
handigheid bij het debat, geeft vruchten te aan
schouwen, die men van baron Du Tour hjj zijn
optreden niet had verwacht. Mocht dit ministerie
nog eenigen tijd aan het bewind blijven, de in
voering van het strafwetboek zal er niet onder
Ijjden; immers de door den minister afgelegde
proeven geven goede verwachtingen van de ver
dere verdediging der vereischte ontwerpenen
dat bet niet aan spoed ontbroken heeft om
deze gereed te maken, toonde ik reedB bij een
vorig schrijven aan door de mededeeling, dat alle
voorbereidende ontwerpen reeds bet departement
hadden verlaten, welke mededeeling voor eenige
dagen door den minister zeiven in de tweede kamer is
bevestigd. Ter aanvulling kan ik thans nog
melden, dat de invoeringswet op bare reis dooi
de verschillende departementen van algemeen be
stuur thans reeds bij bet ministerie van waterstaat
is aangeland, waarna zij alleen nog dat van bin-
nenlandache zaken passeeren moet om aan den
raad van state verzonden te kunnen worden. De
zoogenaamde novelle is op dit oogenblik nog bij
dat lichaam. Gelijk ik vroeger voorspelde bepaalt
zij zicb tot enkele noodzakelijke verduidelijkingen
_van eenige artikelen van het strafwetboek, tot
intrekking van andere, die reeds in afzonderlijke
wetten zijn opgenomen, tot verandering der straf
op een enkel misdrijf gesteld, en tot niet straf
baarstelling van den schuldenaar, die tot een
zoogenaamd sluip-akkoord heeft medegewerkt. De
geheele novelle zou echter slechts ongeveer een
tiental artikelen bevatten.
Met bet wetsontwerp betreffende de marken-
verdeeling is de minister van justitie niet gelukkig
geweest. Reeds na bet eerste artikel moest de
beraadslaging worden geschorst, daar de aanne
ming van het amendement-Yan Heeckeren het
noodig maakte te overwegen of het ontwerp, hetzij
zooals het daar lag, hetzij aangevuld naar aanlei
ding van dat amendement, nog wel verdiende tot
wet te worden verheven. Intusschen waren de
verwijten van onvoldoende voorbereiding ten eenen-
male- onverdiend. En deze minister, èn zijn voor
ganger Modderman besteedden daaraan groote
zorg en niet het minst aan den staat van marke-
gronden, voor welke de wet zou gelden, en die
den beer Yan Heeckeren en zijn volgelingen een
doorn in bet oog scheen. Men verzekert mij, dat
het wetsontwerp niet zal worden ingetrokken,
maar dat een gewijzigd ontwerp dezer dagen bij
de kamer zal inkomen, hetwelk aan de bezwaren
tegemoet komt, door aan gedeputeerde staten van
iedere provincie op te dragen een staat van mar-
kegronden op te maken, waarop de wet toepas
selijk zal zijn en waartegen in hoogste instantie
bij den rechter kan worden opgekomen. Het amen
dement heeft ofschoon niet de intrekking, toch
groote vertraging veroorzaakt, want vóór het
Paasch-reces zal het ontwerp wel niet weder in
behandeling komen. De kamer beeft tot dat oo
genblik over geen tijd meer te beschikken.
Een niet minder gewichtig onderwerp, hoewel
bezwijken. Men meende dat ik erg ziek zou
worden en ik geloofde hetzelf ook. Daar kwam
uw brief. Die maakte mij beter en er daalde een
groote rust, een groote zaligheid in mijn gemoed.
Ik kon weer aan vergiffenis gelooven en aan
een gelukkige toekomst. Nu staat er geen scha
duw meer tusschen ons, Lorenzo. Nu zal alles
anders worden
Er werd zacht geklopt. Eveline sprong op,
deed open en zag haar geleider voor zich, die
lachend vroeg; »Stoor ik u niet?"
»Neen, trouwe vriend! Kom binnen.
Daar is hij hij leeft en heeft mij lief.
O, Lorenzo, ik heb u nog niet eens verteld dat
dominé Hochberg zijn badkuur, die hij zoo noodig
had, heeft opgegeven, om mij Diet alleen hierheen
te laten gaan."
Lorenzo stak hem de hand toe en zei
»Ik dank u, mijn vriend; en zult gij nu voor
de tweede maal mijn verzoek afslaan cm Gods
zegen over ons verdere huwelijksleven af te bid
den Wij hebben beide ondervonden dat bet
zonder dien nu eenmaal niet gaat."
Nooit had het gelaat van den goeden man meer
van blijdschap gestraald dan op den dag toen
hij dit met een blijmoedig hart mocht doen
Nooit waren er hartelijker woorden van zjjne
lippen gevloeid dan op dien helderen herfstmorgen
daarboven, op de rotsen van Lacosta.
bij lange na niet zoo voorbereid, houdt de kamer
bezig op bet oogenblik, dat ik dezen scbrjjf, nam.
de wijziging der drankwet. Het lot van dat ont
werp zal mijnen lezers bekend zijn, vóór dat deze
brief hun onder de oogen komt*). Voorspellingen
daaromtrent zouden dus toch geen doel treffen,
hoewel die anders niet moeilijk zouden te doen
zijn, wanneer men bedenkt, dat ook leden der tweede
kamer wel eens zwichten voor den aandrang van
buiten, vooral wanneer die uitgaat van die klasse
van personen, welke tot de kiezers behooren. Overi
gens valt echter voor de aanneming zeer weinig
te zeggen. Om beweerde onbillijkheden weg te
nemen gaat men nieuwe scheppen en wel tegenover
hen, die zicb reeds nu hebben geschikt naar het
voorschrift der wet, dat zicb met 1 Mei a. zou
doen gelden. En wat zal het uitstel van twee
jaren geven, nu eenmaal zal gebleken zijn, dat
men wel eens ten onrechte de wet >onverbidde-
lijk" noemt Men zal zich met de niet onge
gronde hoop gaan vleien, dat de wet ook na twee
jaren nog niet weder hare onverbiddelijkheid"
zal hebben terugbekomen. Nog een enkele op
merking omtrent een bepaling van het ontwerp,
die daarvan niet de hoofdzaak uitmaakt, nam. de
definitie van verboden gemeenschap. Gemeenschap
zal volgens het ontwerp verboden zijn, als zij bin-
nen's huis bestaat.
Maar hoe nu met een drankgelegenheid in een
overdekte passage, waar onder hetzelfde dak ook
andere winkelneringen worden gevonden Bestaat
en dan tusschen die gelegenheid en die andere
winkelneringen in den zin der wet verboden ge
meenschap Mij dunkt ja, want het ontbreken
van een straatdeur is toch niet voldoende om de
passage niet als binnenhuis te doen aanmerken;
nam men het tegendeel aan op dien grond, dan
zou de weg tot ontduiking van het verbod van
gecombineerde bedrijven ruim zijn opengesteld
Ook de hum-der van het koffiehuis in de nieuw
gebouwde passage in de Wagenstraat alhier had
daaraan wel eens mogen denken en had zich niet
moeten laten verblinden door de vrjjgevigheid,
waarmede hem door burgemeester en wethouders
„vergunning" boven bet wettelijk maximum is
verleend. Het is wel vreemd, dat noch de heer
Patjjn, onze burgemeester, bij het toestaan van
die vergunning, noch de minister Heemskerk bjj
het voordragen van de genoemde definitie, aan
de passage schijnen gedacht te hebben, ofschoon
zjj, naar men zegt, toch beiden aandeelhouders in
die onderneming zijn. Of hebben zjj wellicht juist
in die hoedanigheid de zaak van de gunstigste
zjjcle bekeken en kwamen zij zoo tot de overtui
ging, dat hier van geen gemeenschap binnen 'shuis
sprake kan zijn
Nu ik toch over bet gemeentebestuur spreek wil
ik ook een enkel woord wjjden aan een voorstel,
den raad gedaan, betreffende de concessie van de
Haagsche tramweg-maatschappjj. Dat voorstel
strekt o. a. tot ontheffing van concessionarissen
van de verplichting tot exploitatie eener ljjn langs
de Koninginnegracht, een der aanzienljjkste straten
Zooals onze lezers weten is de beslissing nog niet
gevallen. Deze wordt Maandag verwacht.
Eenige jaren later stond er een statig kerkge
bouw met een slanken toren op de plaats van
bet oude, vervallen kerkje van Doornburg.
Er waren zóóvele deftige, godvreezende Thurna's
ten grave gedaald, zonder ooit in die behoefte
voorzien te hebben. En wie had ooit gedacht dat
de Zigeuner Lorenzo juist degene zou zjjn, die
dit wel zou doen
Toen de klok voor het eerst met haar plechtig
gelui de scharen naar het nieuwe Godshuis opriep,
was dit met bloemen en kransen versierd en ont
ving de aanstaande erfgenaam van den Doornburg
den heiligen doop.
Het gebed van den predikant, te Lacosta uit
gesproken, was verhoord. Het geluk had onher
roepelijk zjjn intrek op den Doornburg genomen.
De boeren zeiden dat er nooit een gelukkiger en
trotscher vader geweest was dan hun heer 6n
men beweerde zelfs dat hjj een familiekroniek
schreef. Hoe dit ook zjj, er verliep geen Zondag
waarop hjj niet dankbaar bet hoofd boog zonder
ooit meer te wenschen dat hij bet in de kathedraal
van Sevilla mocht kunnen doen.
Hjj had nu rust en het ware geluk gevonden.
k r iv sp b<:„