N° 301 12 6e Ja argang. 1883. Vrijdag 21 December. Be lepie ra den vertapn scliat. 1 FEUILLETON. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent: Advertentiën* 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte; Middelburg 20 December. Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peul, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Niedwenhdijzen, en te Ter Neuzen A. van der Peul Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland: te Parijs en Londen, de Compagnie générale de Publicité étrangère G. L. Daube en Cie., John F. Jones, opvolger Wie zich tegen 1 Januari 1884 op ons blad abonneert ontvangt de nog dit jaar verschijnende nommers kosteloos. Omtrent de quaestie-Meuleman lezen wij in het offieieele verslag der kamerzitting van 18 Dec. het volgende, door den heer Van Baar gesproken «Wat overigens het beleid van dezen minister betreft, meer bepaald op administratief gebied, acht ik me gerechtigd, zoo niet verplicht, omtrent een feit aan den minister eene bescheiden opmer king, of zoo men wit, een eenvoudig verzoek om inlichting te richten. Het geldt de bekende en in de pers zoo druk en zoo veelzijdig besproken geschiedenis van den heer H. C. De Korte, kapit. der infanterie te Bergen op Zoom, na de behan deling van den dirigeerenden officier van gezondh. 2= kl, den heer P. F. Meuleman, en de, spoedig gevolgde pensioneering van laatstgenoemden heer Meuleman. Het is algemeen bekend, wat er zoo in de pers over die behandeling gezegd is. Tegen hetgeen daarover is geschreven in de Middelburgsche Cou rant, is, naar wordt medegedeeld, eene aanklacht ingediend. Evenzeer is het bekend, dat door het dep. van oorlog een onderzoek omtrent de zaak is of wordt ingesteld. Zonder den uitslag van dat onderzoek at te wachten, althans zonder het aan de publiciteit bloot te geven, is bedoelde heer Meuleman plotseling gepensioneerd als majoor, terwijl hij spoedig (omstreeks twee maanden) het volle recht zou gehad hebben om als luit.-kolonel te worden gepensioneerd. Ik behoef wel niet te zeggen, dat dit plotseling ontslag, en op dat oogenblik, een zeer pijnlijken indruk heeft ge maakt, niet alléén op den belanghebbende zelf, maar ook op zijne vele vrienden, die om strijd verklaren dat hij in deze zaak in het minst niet schuldig is. Men beweert uitdrukkelijk, dat hij is ontslagen zonder te zijn gehoord zonder contradictoir debat zonder toepassing van het zoo dikwerf geprezen en heilzaam audi et alteram partem. Mijne bescheidene vraag aan den minis ter luidt mitsdien of er eenig verband bestaat tussehen het gerelateerde feit en de pensioneering van genoemden officier op gezegd tijdstip Zoo ja, welk verband en waarop 's ministers oordeel gegrond is Hierop antwoordde de minister»Die geachte spreker (de heer Van Baar) heeft ook de zaak aangeroerd van den officier van gezondheid Meu leman te Bergen op Zoom, die onlangs gepensio neerd is. Het .geldt hier eene zeer moeielijke zaak, waar over ik kort kan zijn. Ik moet herinneren dat die officier van gezondheid dezelfde is, waarover men zich het vorige jaar bij de behandeling van het VIH,te hoofdstuk der staatsbegrooting in deze of het bijgeloof der bergbewoners. Door N. MISASI. Het was het uur, waarop de dampen, welke uit de rivier opstijgen, zich over de velden ver spreiden en er uit de sehoorsteenen der dorpswo ningen langzaam fijne rookzuiltjes rechtstandig omhoog gaan, of zacht voortgestuwd worden door een klein briesje. De boeren, van het werk teruggekeerd, zaten londom het flikkerend haardvuur te wachten op hun sober avondmaal, terwijl de moeders hare kinderen in slaap wiegden en in de stallen de ossen met slaperige oogen gulzig de droge bladeren stonden te verslinden. Het was Zaterdagavond, en dus had zich een groote kring verzameld bij Malomo, den grootsten verteller van het dorp. Niemand wist beter de aandacht te boeien en aandoeningen op te wekken, dan hij met zijne mooie fabels en oude toover- geschiedenissen, rooververhalen, geestverschijningen en verloren schatten, en het was een groot genot, voor die arme boeren, wanneer zij, na Zes dagen hard gewerkt te hebben, dit gezellige uurtje jnochten bijwonen. Jk was eenige dagen buiten gaan doorbrengen kamer heeft beklaagd, en die destijds tengevolge van de aanleiding tot die klacht eene ernstige terechtwijzing heeft gekregen. Toen had hij niet gehandeld zooals hij had moeten doen. In de zaak, die thans heeft plaats gehad, is een zeer nauwkeurig onderzoek ingesteld; tekortko mingen zijn daarbij aan het licht gekomen, maar zij waren niet van dien aard, dat zij den minister van oorlog aanleiding konden geven om tot eene gerechtelijke vervolging over te gaan. Doch die minister heeft nochtans gemeend, dat er hoege naamd geen aanleiding of wenschelijkheid bestond om dien officier langer in 's lands dienst te be houden, terwijl de wet veroorloofde hem op pen sioen te stellen. Ik wensch het bij deze korte verklaring te laten." Met dit kort antwoord, waarbij men veel meer lezen kan tussehen de regels dan er in, schijnt de heer Van Baar genoegen genomen te hebben. Hij is nl. niet meer op de zaak teruggekomen. Terecht schrijft de Arnh. courant hierover „In de tweede kamer heeft de minister van oor log verklaard, dat uit een onderzoek in de zaak van den heer Meuleman niet gebleken is, dat er termen voor eenegerechtelijke vervolging bestonden. Waarom is hij dan op pensioen gesteld? Dit is wel degelijk eene veroordeeling van zijne daad onder zulke omstandigheden stelt men een officier niet op pensioen. Een openbaar onderzoek ware wenschelijk, ook en vooral voor den officier van gezondheid zeiven: waar hij zich zal willen nederzetten of benoemd wensclit te worden, overal zal de herinnering bij blijven dat is die officier van gezondheid, die toen op pensioen is gesteld na de behandeling van kapitein De Korte. Als het eene genadige behandeling heet, is de genade toch zeer betrekkelijkis het eene vrij spraak, dan is zij zeer onhandig. Zulke halfslachtige maatregelen doen den be trokken persoon oneindig meer kwaad dan goed.'1 Nu de minister geen reden vond tot gerechte lijke vervolging, en de heer Yan Baai van den heer Weitzel geen verdere bekentenissen scheen te willen uitlokken, zou het voor den heer Meu leman zeiven en voor den geheelen militair-ge neeskundigen dienst gewenscht zijn dat langs een anderen weg licht in dezen ontstoken werd. Zulk eene belangrijke quaestie moet geen aan leiding kunnen geven tot allerlei beschouwingen, gunstig of niet gunstig voor den heer Meuleman, al naarmate zij die ze leveren tot de vrienden of de niet-vrienden van den betrokken persoon behooren. Het mag hierbij geen personen-quaestie, en nog minder, wat sommigen daarachter willen zoeken, eene partij-quaestie worden. Wij kennen den heer Meuleman niet; wij hoor den voor het eerst zijn naam noemen, toen onze berichtgever ons dien mededeelde; trouwens het was geenszins den persoon dien wij zochten maar de waarheid der feiten door de Amst. meegedeeld, afgescheiden van hem voor wiens verantwoording zij kwamen. en had mjj zelf op dit feest genoodigd. Op de bank, het dichtst bij het vuur, hadden zij een paar kussens met stroo gevuld, uit een der beddens gelegddaar had ik mij op neergevleid en luis terde, onder het rooken van een sigaar, naar het gesprek der gasten en huisgenooten. >En het wil maar niet regenen!" begon een oude landbouwer, »het lijkt wel of het Mei is." »En het zal niet regenen vóór den 22cn. Ik heb het in Barbarrera gelezen." >Dan zjjn wjj altemaal op de flesch." Er volgde een oogenblik van stilte. Malomo was bezig met de asch om het vuur te leggen; men hoorde niets dan het snorren van het spinne wiel der oude boerinnen en de breinaalden der jonge meisjes, terwijl de vlam nu eens rood op flikkerde en den rand van den schoorsteenmantel likte, dan weer bijna in de ascb wegstierf. Eensklaps wendde de pachter zich tot zijne dochter en zei »Wat ik zeggen wil, hebt gjj aan de beeste gedacht?" »Zij hebben gras in de ruif." „Met die koude is gras niet voldoende. Zij moeten ook wat hooi hebben. Kom, Rosa, ga een armvol halen." Niemand veri-oerde zich. >Ik ga niet op dit uur," mompelde Rosa. »En ik evenmin, ik benjbang fluisterde Maria." „Heb je me verstaan Ga gp dan Toon," Had de heer Meuleman zich willen verdedigen in. ons blad, hij was daartoe even gaarne in de gelegenheid gesteld als ieder ander. Doch geen enkele poging in dien geest heeft hij gedaanhij zal liever een anderen weg inslaan, beweert men, al is ons ook tot heden daarvan nog niets bekend- Mócht hij, ook na de verklaringen van den minister in de kamer, bij zijn hem toegedicht plan om een vervolging tegen ons blad uit te lokken bljj- ven, wij zien metjkalmte en met vertrouweneden loop der zaak te gemoet. Het kan niet anders dan in het belang van al de bij deze zaak be trokken personen wezen, wanneer over het gebeurde eens het volle licht scheen en de feiten onderworpen werden aan het oordeel van een onpartijdig college als een rechtbank. Dan eerst bovendien zou uit de mededeeling der feilen het publiek zelf kunnen oordeelen, en er misschien nog een en ander aan het licht komen dat voor het leger in het algemeen en voor den militair geneeskundigen dienst in het bijzonder van groot belang kan zijn. Ten slotte meenen wij nog de opmerking te moeten maken dat de opsomming der namen van familiën, door den heer Meuleman behandeld, geen enkel bewijs levert voor de waarheid of onwaar heid van de geschiedenis, die aanleiding heeft ge geven tot zooveel geschrijf en gewrijf en waarvan het einde nog niet is te voorzien. Bij Prov. bi. n° 95 worden door den commissaris des konings in Zeeland eenige voorzorgsmaat regelen aanbevolen bij aanspoeling van dynamiet. De commissaris schrijft aan de burgemeesters van aan zee gelegen gemeenten in Zeeland het volgende Daar sommigen uwer in twijfel schijnen te ver- keeren wat te doen in geval, ten gevolge der schipbreuk van een met dynamiet geladen vaartuig voor Scheveningen, een gedeelte dier lading aan de Zeeuwsche kust aanspoelt, meen ik u het vol gende te moeten aanbevelen. „Het komt mij wenschelijk voor, dat, wanneer er dynamiet aan het strand aandrijft, de ingeze tenen door u bij publicatie op het gevaarlijke van deze stof gewezen worden en gewaarschuwd, om zich van alle vervoer daarvan te onthouden en zich te bepalen tot onmiddellijke kennisgeving van eiken vond aan u, opdat het vervoer onder uw toezicht met de meest mogelijke voorzorgen naar eene afgezonderde plaats geschiede. Aldaar zal het streng bewaakt moeten worden. Yoor een en ander zal behalve de gemeente-politie ook do hulp der rijks-politie, zoo noodig, in te roepen zijn. „Overigens verzoek ik u mjj van het aanspoelen van dynamiet onmiddellijk kennis te geven, onder opgave van de hoeveelheid en van de door u genomen maatregelen van voorzorg en afzondering, opdat ik in staat zij te bevoi deren dat maatregelen genomen worden tot zoo spoedig mogelijke onscha- delijkmaking." Wij vestigen de aandacht onzer lezers op de vervolgde hjj tot zijn jongsten zoon, die naast hem zat. Toon prevelde ook iets onverstaanbaars en ging niet. Kijk eens wat een koukleumerKom, voor waarts sprak de oude man op eenigszins drif- tigen toon. „Het helpt n niet, oom Jan," zei een dei- boeren. »Het hooi ligt immers in de kapel >Ja, wat zou dat?" »Welnu, begrijpt gij dan niet dat zelfs ik, oude man, op dit uur niet daarheen zou gaan Het verwondert mij dat gij, die zulk een goed geheugen hebt, vergeet dat daar Oom jan haalde de schouders op en zei: «Gij hebt gelijk. Ik ben een ezei. Maar wat te doen De beesten moeten toch hooi hebben Waarom hebt gij ons dat niet met den dag gezegd. Overdag is het wat anders, maar 's avonds durft niemand erheen te gaan," antwoordde Toon. „Bovendien zullen de beesten van ëen nacht zonder- hooi niet sterven." „Maar waarom hebt gij er zooveel op tegen om naar de kapel te gaan Die is toch vlak bjj," zei ik. De boeren gaven geen antwoord en de oude Malomo zag mij met verbazing aan. Maar weet gij dan niet dat er in die kapel twee geesten huizen die een schat bewaken »0! Ho! en waarom hebt gij dan niet ge tracht u daarvan meester te maken morgen (Vrijdag) avond in de concertzaal alhier te houden vergadering van de afd. Middelburg der Vereeniging van Fabriek- en Handwerksnijverheid in Nederlandwaarin ook besproken zal worden de vraag of eene onderlinge telephoon-verbinding in Middelburg kans van slagen kan hebben. Wij meenen dat het ovex'bodig geacht mag worden tot. een druk bezoek dier vergadering, die ook voor niet-leden toegankelijk is, aan te sporen, aangezien het onderwerp zeker wel belangstel ling vei'dient en de naam van den heer P. D. Koning, die het vraagpunt zal inleiden, ons waar borgt dat dit aan goede handen is toevertrouwd. De beer P. G. Wetjen, die, zooals reeds door ons gemeld werd, heden zijne 25jarige dienstver vulling herdacht als bode ter arr.-rechtbank alhier, ontving talrijke blijken van belangstelling. Van wege de rechtbank werd hem een fraai zilveren remontoir-horloge aangeboden, waarbij de president een zilveren ketting voegde. Namens heeren practizijns boden de heeren mr' W. A. Van Hoek en M. J. De Witt Hamer den jubilaris met een gelukwensch een paar madera-karaffen met zilveren montuur en inschrift aan. De klerken ter griffie van de rechtbank en de deurwaarders voegden bij hun gelukwensch een pince-nez met gouden garnituur, en vele particulieren, waaronder ook vroegere chefs van den feestvierende, gaven op andere wijze blijk van hunne belangstelling. Ctoes, 20 Dec. De zijdelingsche voorspelling, in dit blad gedaan, dat er voor de verkiezing van een raadslid van anti-revolutionaire zijde nog wel een candidaat gesteld zou worden, is bewaarheid. Zooals men weet zon, ten einde tot zuivering van den politieken toestand te geraken, de kies vereeniging Nederland en Oranje voor de verkie zing geen candidaat stellen. Of het bestuur ter elfder ure heeft ingezien, dat dit een heel vreemd middel was om dat doel te bereiken, dan wel of „de politieke toestand" plotseling en door eene onbekende oorzaak «ge zuiverd" is, zal misschien later blijken. Maar een feit is 't dat op den dag voor de verkiezing aan de geestverwanten brieven zijn rondgezonden ter aanbeveling van de candidatuur van den heer H. De Wilde. Is dat loyaal Terwijl de liberale candidaat, dr A. Moens, ook bij advertentie in bet anti-revolutionaire blad werd aanbevolen, handel de tegenpartij in het geniep en heimelijk. Als argument voor de candidatuur De Wilde wordt aangevoerd het niet-herbenoemen van den heer Den Boer tot lid van eenige raadscommissiën. Aan wien de schuld van deze niet-herbenoeming Hulst, 19 Dec. Op Zondag 30 December e. k. zullen eenige dames en heeren alhier, met welwillende medewerking der stedelijke harmo nie en van den heer Leon C. Bouman, violist te 's Hertogenbosch, een concert geven ten voor- deele van de algemeene armen. Wij wenschen hun toe, dat hunne pogingen, om het lot der armen daardoor te verzachten, met eene ruime >Ik heb er den moed niet toe gehad en ge loof niet dat iemand dien ooit hebben zal. Men moet onder anderen eerst een kind dooden en met zijn bloed den grafsteen besproeien." De omstanders rilden. Zeker," vervolgde de oude man, »op den steen die het graf sluit moet men het kind eener we duwe vermoorden, het bloed opvangen in een ge- wijden kelk, er de helft van op den steen uitstor ten en de rest opdrinken. Voorts moet men bij het licht van twee fakkels twee cirkeli trekken midden op den steen die zich dan van zelf zal opx-ichtenuit die opening zal een dikke rook van pek en zwavel opstijgen en in dien rook zullen geesten verschijnen, die trachten u te smoren. Als gij stand houdt en oppast dat de punt van uw neus niet geraakt wordt, zult gij een vervaarlijke stem hooren die u zal vragen: „Wat wilt ge?" Dan zult gij zeggenin naam dc.3 Vaders; des Zoons en des Heiligen geestes, ga van Ijl er en vaar ter helle' Bij die aanroeping zal de gees'! al brullende vluch ten, roode, flikkerende vlammen achter latende, vervolgens moet gij door den rook en de vlam men heen met een trapje in het graf afdalen, daar zult gjj de schatten ontwaren in drie partijen ver deeld een pot vol met geld, een kassei-ol vol ju- weelen en een pan, boordevol met stukken goud en zilver. Gij moet die een voor een naar de ope ning brengen door rook en vlammen heen en als gij dat alles volbracht hebt, behoort de schat u toe." «Heeft nooit iemand getracht er zich vag meester te maken

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1883 | | pagina 1