Mwwm en VepcMiiip li Zeeland.
Briefwisseling,
Staten-generaal.
Binnenlandscïie zaken.
Verkoopingen en aanbestedingen.
ff
ff
ff
ff
ff
ff
De Napoleon-mytbe in het jaar 3000.
Tonking, in de Roode en Zwarte Rivieren is dit
edele metaal in groote hoeveelheid te vinden.
Ook zilver, dat men evenwel minder kent. Het
koper is er meer voorhanden dan in Chili en
andere koperrijke streken van Amerika. In de
mijnen van Yun-nan vinden meer dan 10.000 man
hun brood. Hierbij moet gevoegd worden tin,
bismuth, ijzer en kostbare steenen. Vee is er
weinig, maar de qualiteit is goed. Het vleesch
daarvan is uitnemend, vooral dat van varkens.
Schapen zijn er niet veel, meer geiten. Ganzen,
kippen en duiven worden er tegen zeer lage
prijzen verkocht. In de bergen en wouden leven
tijgers, panters, rhinocerossen en olifanten, verder
het hert en het reedier. De prachtige vogels van
Tonking, wier veeren veel waarde hebben, worden
in groote hoeveelheden uitgevoerd, vooral naar
Frankrijk. Op de kust vindt men paarlen. Ook
de zijdeworm zoude een belangrijke bron van in
komsten zijn, indien de Tonkingneezen haar wisten
te behandelen.
Geen land misschien vereenigt in zoo hooge
mate al deze rijkdommen als Tonkingen wanneer
men daarbij weet dat het klimaat er gezond is,
dan begrijpt men dat het een der aantrekkelijkste
koloniale bezittingen der gansche wereld is.
De Zweedsehe en Deensche regeeringen heb
ben besloten haar landen te verbinden door een
nieuwen onderzeeschen kabel, die gelegd zal
worden van Helsingfors naar Elsinore langs het
eiland Hveen.
De wormen van Nottingham zijn bekend; zij
zijn bij alle liefhebbers van visschen beroemd,
maar weinigen weten hoeveel moeite en zorgen
aan dit lokaas wordt besteed. Vele personen in
Nottingham en omstreken houden zich gedurende
het grootste deel van het jaar bezig met het zoeken
van wormen, die zjj in daarvoor gunstige nachten
in de weiden bij het licht van een lantaarn van
gen, en waarbij zij een groote behendigheid aan
den dag leggen. Bjj nat weder levert de jacht
natuurlijk de beste uitkomsten opbij droog we
der neemt men tot begieten zijn toevlucht om de
wormen, zij het dan ook in geringe hoeveelheid,
te kunnen vangen. De gevangen wormen worden
door die wormera onmiddellijk naar den pachter
gebracht die ze in gewoon mos plaatst; hier
bljjven zjj in den regel 3 of 4 dagen, hoogstens
een week, totdat zij zoo taai worden als een draad
van caout-chouc, en dan uitnemend geschikt zjjn
voor lokaas, terwjjl een versch gevangen worm bp
het rjjgen aan den angel zeer gemakkelijk breekt.
Tjjdens hun verbljjf in het mos worden de
wormen onophoudelijk nagezien en de doode of
onbruikbare verwjjderd. De goede wormen worden
bjj duizenden in met mos gevulde zakjes in den
handel gebracht.
Een zonderling vonnis werd dezer dagen
geveld door den rechter te Portsmouth in een ge
ding tuBschen een echtgenoot en zijn vrouw. De
man is ingenieur op een schip, en, daar hjj het
beter vond, zoo dikwjjls hjj aan land is van zjjn
vrouw verwjjderd te leven, zond hij haar naar
zjjne moeder. Doch de vrouw verkoos van haar
eigen werk te leven boven een leven met haar
stiefmoeder. Toen zij ziek werd vroeg zjj echter aan
haren man ondersteuning, doch deze antwoordde
eenvoudig dat zjj een thuis had bjj de moeder. Dit
weigerde zjj aan te nemen. Doch de rechter be
sliste dat een echtgenoot, gescheiden levend van
zijn vrouw, het recht heeft haar te dwingen om
haren intrek te nemen bjj de moeder.
(Vervolg.)
Trichinen. Het onderzoek betreffende deze
ziekte gaf geen aanleiding tot het nemen van
bjjzondere maatregelen.
Ljjkver branding. Omtrent indiening van
een wetsontwerp kan de minister vooralsnog geen
toezegging doen het is niet urgent. De ambte
naren van het O. M., ter zake gehoord, vinden
groot bezwaar in de crematie, tenzjj elke ver-
Zeker wél hem, en wél da kinderen; maar zoo
velen die het van hooren zeggen hebben, meer
niet. Sprookjes te vertellen is wel aardig, maar
aan sprookjes te gelooven, is weer wat anders.
Ze weten zeer goed dat de Sint er niet meer is
en niet door den schoorsteen komt zakken, maar
wat ze misschien ook weten, juist omdat het hun
geleerd wordt het goede na te volgen, dat voor
honderden en duizendenmet zoo talloos vele
voorrechten boven hen gezegend, het weldoeneen
deugd en liefde een sieraad is, te schatten boven
goud en zilver. Welnu, arme kinderen, zet dit
jaar uw schoentje of klompje eens onder den
schoorsteen en ziet eens of vriendelijke en goede
menschen niet gul en bljj den lang verdwenen
Sint weten na te volgen.
Ja, maar, wordt er gezegd, wordt die weldadig
heid niet even zoo uitgeoefend bjj onzen Kerst
boom, of is dit Christenfeest u een doorn in het
oog - Wie durft zoo iets vragen wie is onedel
moedig om zoo iets te denken? Zou dan inder
daad elk feest, ieder vreugdebetoon, dat niet
direct met de kerk in verband kan gebracht
wordenwaarlijk zóo misdadig zjjn dat dreu-
missen van vijf, zes, zeven jaren, die van «een
twistenden God en een nationalen afval" niets
ter wereld af weten, niet eens ongeveinsd,
harteljjk zouden mogen juichen bjj het doosje
speelgoed, het prentenboek en het zakje gebak waar
mede gjj, kindervrienden, hen zoudt willen ver
rassen op aanstaanden St. Nicolaasdag? Over het
ontstaan van den Kerstboom, waarschijnlijk de
miniatuur vertegenwoordiger van den ouden wereld
boom, die bjj de Germanen zeer heilig wa»,
kan bjj schrjjvers van naam worden nageslagen.
De Kerstdagen waren bjj onze voorouders dagen
branding vanjkeen ljjk worde voorafgegaan, door
een gerechtelijke lijkschouwing.
Vaccinatie. De tegenwoordige pokkenepi
demie heeft de heilzame werking der inenting
opnieuw aangetoond. Gemeenten, waar dit voorbe
hoedmiddel genoegzaam algemeen pleegt toege
past te wordenbleven van de epidemie ver
schoond, terwijl het van de betrekkelijk het meest
door pokken geteisterde gemeente bekend is, dat
de inenting er op ergerljjke wijze was verwaar
loosd. Na deze ervaring is van den minister'
geen voorstel tot afschaffing van de bepaling
omtrent de vaccinatie te verwachten.
Het krankzinnigengesticht te Medemblik zal
niet enkel lijders uit Noord-Holland opnemen.
Veeziekte. Wilde men bjj ieder eerst-
voorkomend geval het stelsel van afmaking van
verdacht vee toepassen, dit zou wellicht het dub
bele van het nu gevraagde eischen; de minister
dienst voor zoo groote uitgaven terug. Het
verbod van invoer van vee in Duitschland rust op
de dwaling, dat de longziekte zich hier te lande
uitbreidt; de aandacht der regeering te Berlijn is
hierop gevestigd.
Hooger onderwijs-wet. Bij voortdu
ring blijft de regeering haar werking zorgvuldig
nagaan, doch de minister kan vooralsnog geen
voorstellen tot wetswijziging toezeggen. Aan den,
in de laatste jaren telkens waar te nemen, aan
drang om organieke wetten te wijzigen, die nog
slechts kort in werking zjjn, kan alleen dan en in
zoover worden toegegeven, wanneer de wijziging
inderdaad ontwijfelbaar noodig bleek. Hier is dit
niet het geval.
Universiteiten. Reeds tjjdens de be
handeling der wet van 1876 voorzag de minister
aandrang tot het opheffen van een rijksuniversi
teit. Maar de bezwaren tegen die opheffing
schjjnen de voordeelen te overtreffen, en de mi
nister twjjfelt ook zeer of de kamer die opheffing
wel wenscht.
Theologische faculteit. Sinds de
kamer in 1876 tot haar behoud besloot, schijnen
de omstandigheden niet belangrijk veranderd.
Graden. De minister kan niet medewerken
om aan een bjjzondere school (vrjje universiteit)
het recht toe te kennen tot het verleenen van
den doctoralen graad met daaraan verbonden be
voegdheden.
Moderne talen. Het bleek onmogeljjk
een hoogleeraar voor Engelsche en Fransche taal
te vindenmen moet dus de combinatie laten
varen. Intusschen is oprichting van deze 'leer
stoelen voor het middelb. onderwijs dringend ver-
eischt, Het oogmerk is thans te Groningen een
hoogleeraar in de Fransche taal- en letterkunde
aan te Btellen.
Gymnaaiën. „Vermindering van de sub-
sidiën ware onbilljjk. Een afwisselende subsidie
schjjnt voorshands boven een vast de voorkeur te
verdienen.
Eindexamens. De uitkomsten dezer
examens geven voorshands in geen enkel opzicht
aanleiding om over het hiervoor aangenomen
stelsel den staf te breken.
Midd. Onderwjjs. Aan herziening der
wet heeft de minister zijn aandacht gewjjd. Hjj
acht een meer doeltreffende regeling mogelijk,
vooral door vermeerdering van het aantal volks
scholen. Hetgeen van dezen wetgevenden arbeid
is voorbereid hield de minister nog terug omdat
het veel geld zal kosten, terwijl er weinig bezui
niging te wachten ware, aannemende dat althans
op eenige R. H. B. Scholen de leerstof eeniger-
mate werd verminderd.
Ook een afzonderljjke organisatie van hetzeevaart-
onderwjjs ware niet zonder beduidende kosten
te verkrijgen.
Subsidiën, op den tot dusver gevolgden voet
verleend, acht ook de minister het beste en goed
koopste middel om het M. O. te bevorderen.
Lager Ond. Met voldoening zag de mi
nister dat zjjn streven om opdrjjving der kosten
van het L. O. tegen te gaan instemming vindt.
Waar het pas geeft en de wetteljjke eischen dit
niet beletten, bljjft hjj in die richting werkzaam.
Tot beperking der uitgaven voor de opleiding
van onderwjjzers meent de regeering voorshands
niet te moeten overgaan. Nog in een aantal jaren
zal het vereischt getal niet gekregen zjjn. Door
de regeering zal worden overwogen of wetswij
ziging te dezer zake noodig is.
Een onderzoek is ingesteld naar de oorzaken,
welke leidden tot den ongunstigen uitslag der
hoofdakte-examens. Dat belangrijk onderzoek is
nog niet afgeloopende uitslag zal in de Staattct.
worden bekend gemaakt.
De 30%, naar art. 45 der wet, zullen in 1884
ongeveer 350.000 meer eischen dan in '83. Zoo
van groot vermaak. Of het stormde, of vroor, of
sneeuwde wat zwarigheid, het Kerstblok lag
knetterend op de vuurplaat en ouden en jongen,
stonden of zaten er in een halven kring omheen, en
zongen een Kerstliedje dat aldus begon
En we zitten samen al bij den haard
En eten koeken met pruimentaart.
Niet om die koeken, maar om wat heel ander s
zijn ons de Kerstdagen lief, ook als herdenking
van de geboorte van een man die zou gezegd
hebben »het licht der wereld te zijn", tegeljjkdat
in de schepping het hemellicht zjjn laagsten stand
bereikt, en naar eeuwige en schoone wetten van
dag tot dag klimt en als het ware somberheid
en leed voor talloos velen verdrijft. Wjj hebben
dat huiselijk feest bij uitnemendheid ook lief,
maar wjj kennen geen enkele goede reden om, ter
wille van het kerkeljjke, het wereldsche feest
te verdrijven, geen enkele reden om niet
de arme kleinen eens te doen deelen in de ge
noegens van het aloude volksfeest, en zeker zullen
zjj, die aangezien worden zonder godsdienst te
zjjn, toonen een warm hart en milde hand te be
zitten als in midwinter" de kreet gehoord wordt
«geeft, want daar is kou en honger."
Sint Nicolaas, goed heilig man,
Ryd maar wat je rijden kan.
Breng aan allen groot en klein
Nog iets meer dan marsepein.
Ga zelf in de verste hoeken
Naar een klomp of schoentje zoeken,
En maak ook het arme kind
Dankbaar, blij, tot deugd gezind.
A.
lang noch lokalen, noch onderwjjzerssterkte volgens
de wet van '78 zjjn ingericht is geen juiste bere-
ning te maken van hetgeen de schoolwet voort
durend aan het rjjk zal kosten.
Schoolgeld. Zoodra de gemeenten toe
passing van art. 49 inroepen, valt te beoordeelen
of de ingezetenen en allereerst de belanghebbenden
genoegzaam bjjdragen. Het heffen van een behoor-
ljjk, hoewel matig schoolgeld schjjnt dan een bil-
1 jjke eisch, met uitzondering van buitengewoon
arme gemeenten.
In het gebouw van bet gewestelijk bestuur alhier werd
heden aanbesteed het herstellen of vernieuwen van eenige
provinciale waterstaatswerken en wegen in Zeeland, met
hun onderhoud gedurende drie jaren, in te gaan 1 Ja
nuari 1884, in 17 perceelen, te weten
le perceel, de straatweg van Zierikzee naar Zijpe en
de steiger aldaar, ingekomen 6 biljetten van de heeren:
H. C. Van den Ende, te Zierikzee, f 5880 C. Bolier Cz.,
te Bruinisse, f 5887J. Van Strien Lz., te Zierikzee,
f6100; J. De Rijke Jz., te Bruinisse f 6300 en L. Van
Popering, te Bruinisse, f 6300.
2e perc., idem, 2 biljetten van de heeren C. Bolier, te
Bruinisse, f590 en J. Elenbaas, te Bruinisse, f750.
3e perc., de steiger enz., bij Stavenisse, 4 biljetten van
de heeren P. Moerland, te Stavenisse, f480; J. Elenbaa»,
te Bruinisse, f495 J. de Rijke Jr., te Stavenisse f497
en G. Bolier, te Scherpenisse, f515.
Voor bet le en 2e perc. gecombineerd was een biljet
ingekomen van den heer C. Bolier Cz., te Bruinissej
voor f 6469.
Voor het le, 2e en 3e pere. te zamen waren 4 biljetten
ingeleverd van de heeren A. v. Popering, te Bruinisse.
f 7063 H. Van den Ende, te Zierikzee, f 7097 J.
Elenbaas, te Bruinisse, f7500 eu M. Franken, te Zierik
zee, f7849.
4e perc., de grintweg door Wolfaartsdijk en de steiger
aldaar, 1 bi'jet van den heer D. Bolier Cz., te Rillaud-
Bath, f 2643.
5e peic., idem, geen biljet ingeleverd.
6e perc., de straatweg van Goes naar 's Gravenpolder,
2 biljetten, G. Bolier, te Scherpenisse, f2260 en 1).
Bolier Cz., te Rilland Batb, f 229S.
7e perc. de steiger enz., te Hoedekenskerke, en
8e pe;c., de veerdam, steiger, enz. te Catsche veer,
geen biljetten ingeleverd.
Voor de perceelen 4- 8, te zamen, 3 biljetten ingeleverd
van de heeren: O. De Wilde Az., te Kattendijke, f6570;
J. Lindenberg Cz., le Wemeldinge, f7400 en J. Lijs, te
Nieuwdorp, f8700.
9e peic., de veerdam met heuvel, nachthuisje en loop
brug te t'amperland, 2 biljetten, van da beeren J. Elen
baas, te Bruinisse, voor f700 en C. Bolier Cz, aldaar
voor f800.
10e pere., de steiger, veerdam enz. te Cortgeue, 1
biljet van den heer J. Elenbaas, te Bruinisse, voor f 800.
Voor de perceelen 9 en 10 te zamen waren 4 biljetten
ingekomen van de heeren L. D. Van der Linde, te Cort-
gene, f1460; P. Van den Berge, te Colijusplaat f1460;
P. Verburg, te Colijnsplaat, f1535 en J. Elenbaas, te
Bruinisse, f1540.
11e perc., de straatweg wederzijds Sluis, geen biljetten.
12 pero., de straatweg van den grooieu weg bij Brej-
ken» naar Groede en die van Groede naar Nieuwvliet.
13e perc.. de straatweg van Schoondijke naar IJzen-
dijke en
14e perc., de straatweg van Oostburg naar Zuidzande,
geen biljetten ingekomen.
Voor de perc. 11 tot 14 te zamen waren 3 biljetten
ingeleverd door de heeren P. Moujé, te Breskeus, f 11356
A. Lutejjn Pz., te Nieuwvliet, f 11987 en A. Risseeuw,
te Groede, f 11998.
15e perc., de straat en grintweg van Ter Neuzen naar
Axel, 2 biljetten van de heerenC. Van der Hooft, te
Ter Neuzen, f 4588 en R. Walraven, aldaar, f 4600.
16e perc., de straat en grintweg van Hulst naar
Walsoorden, 3 biljetten, van de heeren: J. P. Andriessen,
te Hontenisse, f 7070; C. Van der Hooft, te Ter Neuzen,
f 7679 en R. Walraven, aldaar, f 10500.
17e pere. de steigerdam met steiger enz. te Walsoorden»
2 biljetten van de herren: J. F. Andriessen, te Honte
nisse, f 975 en R. Walraven, te Ter Neuzen, f 1300.
Voor de perc. 15, 16 en 17 te zamen waren 5 biljetten
ingekomen van de beeren: C. Van der Hooft, te Ter
NenzeD, 13388; A. Tholens, te Ter Neuzen, f 14100;
A. Vermorckeu, te Hontenisse, f 14300; M. D. De
Putter, te Ter Neuzen, f 14400 en R. Walraven, te Ter
Neuzen, f 16200.
Datum.
Plaats.
Voorwerpen.
Informatiën.
23
Nov.
Campcrlaud,
Verp. Dijken enz.,
Huvers en
Roelof.
24
O. &W.-Soub. Boomen,
Tak.
27
ff
Oostkapelle,
Beestiaal enz.,
Slegt.
27
ff
Vlissingen,
Beestiaal enz.,
De Wolff.
28
N. &St.Joosl.
Boomen,
Tak.
28
Berg. op Zoom, VerpV ischplaats.,
Van Goch.
28
Ritthem,
Beestiaal enz.,
v. Uije Pieterse
30
Middelburg,
Houtwaren,
Tak.
30
0
Driewegen,
Boomen enz.,
Gallis Mcrens.
30
Cortgene,
Boomen,
Roelof.
6
Dec.
IJzendijke,
Boomen,
Brevet.
7
ft
Coljjnsplaat,
Boomen,
Kroondomein.
17
ft
Kruiningen,
Beestiaal enz.,
De Vos.
Aan te IJzendjjke. Wees uiterst voor
zichtig met uwe gevolgtrekkingen. Gjj hebt een
geheel verkeerd persoon op het oog. In ieder ge
val dienen zaken van personen te worden gescheiden.
Onder dezen titel heeft een zekere heer Sequeira
in de Commercio Portuguez een jeu d? esprit open
baar gemaakt, dat, hoewel in ernstigen stijl ge
schreven, zooveele aardige dwaasheid bevat, dat
vrij onzen lezers daarvan een uittreksel willen
geven. Wij stellen ons voor, dat een professor in
het jaar 3000 aan zijne hoorders wil bewijzen dat
Napoleon I nooit bestaan heett en dat zijn loop
baan eenvoudig is eene zonne-mythe.
»Naar luid van de overlevering," zegt de geleerde
professor, »werddeheld Napoleon Bonaparte gebo
ren op een eiland der Middellandsche zee, als zoon
van zekere Letitia. Er wordt gemeld dat hij drie
zusters en vier broêrs had, van welke drie koning
werdenverder twee vrouwen, van welke de eene
hem een zoon baarde. Hjj maakte een einde aan
een groote revolutiehad zestien maarschalken,
van welke vier niet actief; hij triomfeerde in het
Zuiden, werd overwonnen in het Noorden, en hjj
verdween in de Westeljjke zeeën na eene twaalf
jarige heerschappjj in het Oosten." Dit alles wordt
daarna door den professor toegepast op de zon.
De naam Napoleon is bljjkbaar eene omzetting
van Apollo, den zonnegod, of liever van den zui
veren Griekschen vorm, want de Grieken noemden
de zon dichterljjkApollyo" of »Apoleon", den
verdelger. En de overlevering verhaalt, dat Napo
leon werkeljjk een groot verdelger was. De begin
letter is zonder twijfel eene afkorting van het
Grieksche bevestigende woord nat, waardoor hier
wordt aangeduid dat het de ware Apollo is die
bedoeld wordt. De tweede naam, Bonaparte, be-
teekent «goed deel" en veronderstelt dus een
tweede, slecht deel: duidelijk worden hier dagen
nacht door aangewezen. Een oud dichter zegt
altjjd, van den nacht sprekend abi in malam partem.
De zon, die den dag voorstelt, wordt dus met
recht met den naam Bonaparte genoemd. Napoleon
werd geboren op een eiland in de Middellandsche
zee, zoo ook Apollo op Delos, dat tot Griekenland
in dezelfde verhouding staat als Corsica tot Frank-
rjjk. Pausanias vertelt dat god Apollo in Egypte
hoog vereerd werdook van Napoleon wordt ver
zekerd dat de Egyptenaren hem eerden en vreesden.
Dit alles bewijst genoegzaam dat Napoleon en
Apollo een en dezelfde mythologische figuur zjjn.
Doch laat ons verder gaan. Napoleon's moeder
heette Letitia dat is vreugde": een poëtische
benaming voor Aurora. En brengt niet de sche
mering de zon ter wereld? Daarenboven herin
neren wjj ons dat Apollo's moeder Leto (in het
Latjjn Latona) werd genaamd, van welken vorm
in de negentiende eeuw het woord Letitia kwam,
waarschjjnlijk als een zelfstandig naamwoord van
laetordat zich verheugen beteekent.
Wanneer de legende volhoudt, dat de zoon van
Letitia drie zusters had, dan worden met deze
ontegenzeggelijk de drie Gratiën bedoeld, die met de
muzen de onafscheideljjke metgezellen van Apollo
waren. In Napoleon's vier broeders zien wjj de
vier jaargetjjden. Drie van hen, die koningen
werden zjjn de lente, welke regeert over de
bloemen, de zomer, die heerschappjj voert over de
zaden en de herfst die beveelt over de vrachten.
Deze drie jaargetjjden zjjn broeders, wijl zjj allen
hun macht krijgen van de zon. De vierde broe
der, die niet heerscht, is de winter. Dit blijkt
ook hieruit, dat die vierde broeder prins van
Canino werd genoemd na Napoleon's val. Canino
nu komt vau cani, dat beteekent „wit haar", of
overdrachteljjk de met sneeuw bedekte wouden
(zooals in het vers cum gelidus crescit canis in
montibus humor.'") De vierde broeder is de ver-
persoonljjkte winter, die eerst komt wanneer de
drie schooner jaargetjjden door de ruwe noorde
winden zjjn verdreven. Gemakkeljjk kunnen dus
de woorden der mythe worden uitgelegd„Toen
de ruwe zonen van het Noorden in Frankrjjk
vielen werd het land bedekt met een witte banier
en verdween Napoleon"deze witte banier is na-
tuurljjk de sneeuw des winters.
Onder de vrouwen van Napoleon moeten de
aarde en de maan verstaan worden. Plutarchus
noemt de maan de metgezellen van de zon, en de
oude Egyptenaren gaven de zon de eerste tot
echtgenoote. De zon had bjj de maan geen kin
deren, maar de aarde baarde hem Horus, den
vertegenwoordiger der veldvruchtdaarom vinden
wjj dat Napoleon's zoon geboren werd den 20 Maart,
in het lente-jaargetjjde, waarin de veldvruchten het
meest zich ontwikkelen. Verder wordt verhaald dat
Napoleon een eind maakte aan de Hydra der
Revolutie. Deze hydra, of slang is de slang Python,
door welke te dooden Apollo zjjn eerste heldendaad
volbracht. Het woord «revolutie" komt van het
Latjjnsche revolutus, en duidt aan dat de slang
ineengekronkeld was, geljjk alle oude voorstellin
gen de Python te zien geven.
De twaalf maarschalken stellen de twaalf teekenen
in het dierenriem voor, die onder de bevelen der
zon staanzjj zjjn derhalve slechts symbolische
wezens. Wanneer de legende verhaalt, dat Na
poleon roemrijk de zuideljjke landen doortrok,
doch, in het Noorden doordringend, zijn kracht
verloor, dan zjjn dit weer zeer juiste bjjzonder-
heden omtrent de zon, die almachtig is in het
Zuiden, doch in het Noorden slechts zwak. Hier
uit ontstond in de negentiende eeuw de fabel van
den Russischen veldtocht.
Indien nog een bewijs noodig is, dat in de
Napoleon-mythe alleen sprake is van den loop
der zon, dan kan men dat vinden in deze woor
den «Napoleon regeerde twaalf jarenzjjn rjjk
kwam op in het Oosten en eindigde in het Westen.''
Men weet, dat de zon in het Oosten verschjjnt
om na twaalf uren in het Westen te verdwjjnen.
Vatten wjj, aldus eindigt de geleerde professor
van het jaar 3000, onze beschouwingen over den
naam, de afkomst, de familie, de daden van onzen
held samen, dan bemerken wjj met onweerlegbare
zekerheid dat Napoleon Bonaparte, over wien
zooveel geschreven is, nooit bestond. De dwaling,
waarin alle geleerden vervielen, komt voort uit
de omstandigheid dat zij geene allegorische my
thologie verstonden, en haar hielden voor waar
achtige historie.
»*D*ÜS£T BH DB MBROBDBM ABBASAMS
Ut AttDDBLBÜR»-