Mwwm en VepcMiiip li Zeeland. Briefwisseling, Staten-generaal. Binnenlandscïie zaken. Verkoopingen en aanbestedingen. ff ff ff ff ff ff De Napoleon-mytbe in het jaar 3000. Tonking, in de Roode en Zwarte Rivieren is dit edele metaal in groote hoeveelheid te vinden. Ook zilver, dat men evenwel minder kent. Het koper is er meer voorhanden dan in Chili en andere koperrijke streken van Amerika. In de mijnen van Yun-nan vinden meer dan 10.000 man hun brood. Hierbij moet gevoegd worden tin, bismuth, ijzer en kostbare steenen. Vee is er weinig, maar de qualiteit is goed. Het vleesch daarvan is uitnemend, vooral dat van varkens. Schapen zijn er niet veel, meer geiten. Ganzen, kippen en duiven worden er tegen zeer lage prijzen verkocht. In de bergen en wouden leven tijgers, panters, rhinocerossen en olifanten, verder het hert en het reedier. De prachtige vogels van Tonking, wier veeren veel waarde hebben, worden in groote hoeveelheden uitgevoerd, vooral naar Frankrijk. Op de kust vindt men paarlen. Ook de zijdeworm zoude een belangrijke bron van in komsten zijn, indien de Tonkingneezen haar wisten te behandelen. Geen land misschien vereenigt in zoo hooge mate al deze rijkdommen als Tonkingen wanneer men daarbij weet dat het klimaat er gezond is, dan begrijpt men dat het een der aantrekkelijkste koloniale bezittingen der gansche wereld is. De Zweedsehe en Deensche regeeringen heb ben besloten haar landen te verbinden door een nieuwen onderzeeschen kabel, die gelegd zal worden van Helsingfors naar Elsinore langs het eiland Hveen. De wormen van Nottingham zijn bekend; zij zijn bij alle liefhebbers van visschen beroemd, maar weinigen weten hoeveel moeite en zorgen aan dit lokaas wordt besteed. Vele personen in Nottingham en omstreken houden zich gedurende het grootste deel van het jaar bezig met het zoeken van wormen, die zjj in daarvoor gunstige nachten in de weiden bij het licht van een lantaarn van gen, en waarbij zij een groote behendigheid aan den dag leggen. Bjj nat weder levert de jacht natuurlijk de beste uitkomsten opbij droog we der neemt men tot begieten zijn toevlucht om de wormen, zij het dan ook in geringe hoeveelheid, te kunnen vangen. De gevangen wormen worden door die wormera onmiddellijk naar den pachter gebracht die ze in gewoon mos plaatst; hier bljjven zjj in den regel 3 of 4 dagen, hoogstens een week, totdat zij zoo taai worden als een draad van caout-chouc, en dan uitnemend geschikt zjjn voor lokaas, terwjjl een versch gevangen worm bp het rjjgen aan den angel zeer gemakkelijk breekt. Tjjdens hun verbljjf in het mos worden de wormen onophoudelijk nagezien en de doode of onbruikbare verwjjderd. De goede wormen worden bjj duizenden in met mos gevulde zakjes in den handel gebracht. Een zonderling vonnis werd dezer dagen geveld door den rechter te Portsmouth in een ge ding tuBschen een echtgenoot en zijn vrouw. De man is ingenieur op een schip, en, daar hjj het beter vond, zoo dikwjjls hjj aan land is van zjjn vrouw verwjjderd te leven, zond hij haar naar zjjne moeder. Doch de vrouw verkoos van haar eigen werk te leven boven een leven met haar stiefmoeder. Toen zij ziek werd vroeg zjj echter aan haren man ondersteuning, doch deze antwoordde eenvoudig dat zjj een thuis had bjj de moeder. Dit weigerde zjj aan te nemen. Doch de rechter be sliste dat een echtgenoot, gescheiden levend van zijn vrouw, het recht heeft haar te dwingen om haren intrek te nemen bjj de moeder. (Vervolg.) Trichinen. Het onderzoek betreffende deze ziekte gaf geen aanleiding tot het nemen van bjjzondere maatregelen. Ljjkver branding. Omtrent indiening van een wetsontwerp kan de minister vooralsnog geen toezegging doen het is niet urgent. De ambte naren van het O. M., ter zake gehoord, vinden groot bezwaar in de crematie, tenzjj elke ver- Zeker wél hem, en wél da kinderen; maar zoo velen die het van hooren zeggen hebben, meer niet. Sprookjes te vertellen is wel aardig, maar aan sprookjes te gelooven, is weer wat anders. Ze weten zeer goed dat de Sint er niet meer is en niet door den schoorsteen komt zakken, maar wat ze misschien ook weten, juist omdat het hun geleerd wordt het goede na te volgen, dat voor honderden en duizendenmet zoo talloos vele voorrechten boven hen gezegend, het weldoeneen deugd en liefde een sieraad is, te schatten boven goud en zilver. Welnu, arme kinderen, zet dit jaar uw schoentje of klompje eens onder den schoorsteen en ziet eens of vriendelijke en goede menschen niet gul en bljj den lang verdwenen Sint weten na te volgen. Ja, maar, wordt er gezegd, wordt die weldadig heid niet even zoo uitgeoefend bjj onzen Kerst boom, of is dit Christenfeest u een doorn in het oog - Wie durft zoo iets vragen wie is onedel moedig om zoo iets te denken? Zou dan inder daad elk feest, ieder vreugdebetoon, dat niet direct met de kerk in verband kan gebracht wordenwaarlijk zóo misdadig zjjn dat dreu- missen van vijf, zes, zeven jaren, die van «een twistenden God en een nationalen afval" niets ter wereld af weten, niet eens ongeveinsd, harteljjk zouden mogen juichen bjj het doosje speelgoed, het prentenboek en het zakje gebak waar mede gjj, kindervrienden, hen zoudt willen ver rassen op aanstaanden St. Nicolaasdag? Over het ontstaan van den Kerstboom, waarschijnlijk de miniatuur vertegenwoordiger van den ouden wereld boom, die bjj de Germanen zeer heilig wa», kan bjj schrjjvers van naam worden nageslagen. De Kerstdagen waren bjj onze voorouders dagen branding vanjkeen ljjk worde voorafgegaan, door een gerechtelijke lijkschouwing. Vaccinatie. De tegenwoordige pokkenepi demie heeft de heilzame werking der inenting opnieuw aangetoond. Gemeenten, waar dit voorbe hoedmiddel genoegzaam algemeen pleegt toege past te wordenbleven van de epidemie ver schoond, terwijl het van de betrekkelijk het meest door pokken geteisterde gemeente bekend is, dat de inenting er op ergerljjke wijze was verwaar loosd. Na deze ervaring is van den minister' geen voorstel tot afschaffing van de bepaling omtrent de vaccinatie te verwachten. Het krankzinnigengesticht te Medemblik zal niet enkel lijders uit Noord-Holland opnemen. Veeziekte. Wilde men bjj ieder eerst- voorkomend geval het stelsel van afmaking van verdacht vee toepassen, dit zou wellicht het dub bele van het nu gevraagde eischen; de minister dienst voor zoo groote uitgaven terug. Het verbod van invoer van vee in Duitschland rust op de dwaling, dat de longziekte zich hier te lande uitbreidt; de aandacht der regeering te Berlijn is hierop gevestigd. Hooger onderwijs-wet. Bij voortdu ring blijft de regeering haar werking zorgvuldig nagaan, doch de minister kan vooralsnog geen voorstellen tot wetswijziging toezeggen. Aan den, in de laatste jaren telkens waar te nemen, aan drang om organieke wetten te wijzigen, die nog slechts kort in werking zjjn, kan alleen dan en in zoover worden toegegeven, wanneer de wijziging inderdaad ontwijfelbaar noodig bleek. Hier is dit niet het geval. Universiteiten. Reeds tjjdens de be handeling der wet van 1876 voorzag de minister aandrang tot het opheffen van een rijksuniversi teit. Maar de bezwaren tegen die opheffing schjjnen de voordeelen te overtreffen, en de mi nister twjjfelt ook zeer of de kamer die opheffing wel wenscht. Theologische faculteit. Sinds de kamer in 1876 tot haar behoud besloot, schijnen de omstandigheden niet belangrijk veranderd. Graden. De minister kan niet medewerken om aan een bjjzondere school (vrjje universiteit) het recht toe te kennen tot het verleenen van den doctoralen graad met daaraan verbonden be voegdheden. Moderne talen. Het bleek onmogeljjk een hoogleeraar voor Engelsche en Fransche taal te vindenmen moet dus de combinatie laten varen. Intusschen is oprichting van deze 'leer stoelen voor het middelb. onderwijs dringend ver- eischt, Het oogmerk is thans te Groningen een hoogleeraar in de Fransche taal- en letterkunde aan te Btellen. Gymnaaiën. „Vermindering van de sub- sidiën ware onbilljjk. Een afwisselende subsidie schjjnt voorshands boven een vast de voorkeur te verdienen. Eindexamens. De uitkomsten dezer examens geven voorshands in geen enkel opzicht aanleiding om over het hiervoor aangenomen stelsel den staf te breken. Midd. Onderwjjs. Aan herziening der wet heeft de minister zijn aandacht gewjjd. Hjj acht een meer doeltreffende regeling mogelijk, vooral door vermeerdering van het aantal volks scholen. Hetgeen van dezen wetgevenden arbeid is voorbereid hield de minister nog terug omdat het veel geld zal kosten, terwijl er weinig bezui niging te wachten ware, aannemende dat althans op eenige R. H. B. Scholen de leerstof eeniger- mate werd verminderd. Ook een afzonderljjke organisatie van hetzeevaart- onderwjjs ware niet zonder beduidende kosten te verkrijgen. Subsidiën, op den tot dusver gevolgden voet verleend, acht ook de minister het beste en goed koopste middel om het M. O. te bevorderen. Lager Ond. Met voldoening zag de mi nister dat zjjn streven om opdrjjving der kosten van het L. O. tegen te gaan instemming vindt. Waar het pas geeft en de wetteljjke eischen dit niet beletten, bljjft hjj in die richting werkzaam. Tot beperking der uitgaven voor de opleiding van onderwjjzers meent de regeering voorshands niet te moeten overgaan. Nog in een aantal jaren zal het vereischt getal niet gekregen zjjn. Door de regeering zal worden overwogen of wetswij ziging te dezer zake noodig is. Een onderzoek is ingesteld naar de oorzaken, welke leidden tot den ongunstigen uitslag der hoofdakte-examens. Dat belangrijk onderzoek is nog niet afgeloopende uitslag zal in de Staattct. worden bekend gemaakt. De 30%, naar art. 45 der wet, zullen in 1884 ongeveer 350.000 meer eischen dan in '83. Zoo van groot vermaak. Of het stormde, of vroor, of sneeuwde wat zwarigheid, het Kerstblok lag knetterend op de vuurplaat en ouden en jongen, stonden of zaten er in een halven kring omheen, en zongen een Kerstliedje dat aldus begon En we zitten samen al bij den haard En eten koeken met pruimentaart. Niet om die koeken, maar om wat heel ander s zijn ons de Kerstdagen lief, ook als herdenking van de geboorte van een man die zou gezegd hebben »het licht der wereld te zijn", tegeljjkdat in de schepping het hemellicht zjjn laagsten stand bereikt, en naar eeuwige en schoone wetten van dag tot dag klimt en als het ware somberheid en leed voor talloos velen verdrijft. Wjj hebben dat huiselijk feest bij uitnemendheid ook lief, maar wjj kennen geen enkele goede reden om, ter wille van het kerkeljjke, het wereldsche feest te verdrijven, geen enkele reden om niet de arme kleinen eens te doen deelen in de ge noegens van het aloude volksfeest, en zeker zullen zjj, die aangezien worden zonder godsdienst te zjjn, toonen een warm hart en milde hand te be zitten als in midwinter" de kreet gehoord wordt «geeft, want daar is kou en honger." Sint Nicolaas, goed heilig man, Ryd maar wat je rijden kan. Breng aan allen groot en klein Nog iets meer dan marsepein. Ga zelf in de verste hoeken Naar een klomp of schoentje zoeken, En maak ook het arme kind Dankbaar, blij, tot deugd gezind. A. lang noch lokalen, noch onderwjjzerssterkte volgens de wet van '78 zjjn ingericht is geen juiste bere- ning te maken van hetgeen de schoolwet voort durend aan het rjjk zal kosten. Schoolgeld. Zoodra de gemeenten toe passing van art. 49 inroepen, valt te beoordeelen of de ingezetenen en allereerst de belanghebbenden genoegzaam bjjdragen. Het heffen van een behoor- ljjk, hoewel matig schoolgeld schjjnt dan een bil- 1 jjke eisch, met uitzondering van buitengewoon arme gemeenten. In het gebouw van bet gewestelijk bestuur alhier werd heden aanbesteed het herstellen of vernieuwen van eenige provinciale waterstaatswerken en wegen in Zeeland, met hun onderhoud gedurende drie jaren, in te gaan 1 Ja nuari 1884, in 17 perceelen, te weten le perceel, de straatweg van Zierikzee naar Zijpe en de steiger aldaar, ingekomen 6 biljetten van de heeren: H. C. Van den Ende, te Zierikzee, f 5880 C. Bolier Cz., te Bruinisse, f 5887J. Van Strien Lz., te Zierikzee, f6100; J. De Rijke Jz., te Bruinisse f 6300 en L. Van Popering, te Bruinisse, f 6300. 2e perc., idem, 2 biljetten van de heeren C. Bolier, te Bruinisse, f590 en J. Elenbaas, te Bruinisse, f750. 3e perc., de steiger enz., bij Stavenisse, 4 biljetten van de heeren P. Moerland, te Stavenisse, f480; J. Elenbaa», te Bruinisse, f495 J. de Rijke Jr., te Stavenisse f497 en G. Bolier, te Scherpenisse, f515. Voor bet le en 2e perc. gecombineerd was een biljet ingekomen van den heer C. Bolier Cz., te Bruinissej voor f 6469. Voor het le, 2e en 3e pere. te zamen waren 4 biljetten ingeleverd van de heeren A. v. Popering, te Bruinisse. f 7063 H. Van den Ende, te Zierikzee, f 7097 J. Elenbaas, te Bruinisse, f7500 eu M. Franken, te Zierik zee, f7849. 4e perc., de grintweg door Wolfaartsdijk en de steiger aldaar, 1 bi'jet van den heer D. Bolier Cz., te Rillaud- Bath, f 2643. 5e peic., idem, geen biljet ingeleverd. 6e perc., de straatweg van Goes naar 's Gravenpolder, 2 biljetten, G. Bolier, te Scherpenisse, f2260 en 1). Bolier Cz., te Rilland Batb, f 229S. 7e perc. de steiger enz., te Hoedekenskerke, en 8e pe;c., de veerdam, steiger, enz. te Catsche veer, geen biljetten ingeleverd. Voor de perceelen 4- 8, te zamen, 3 biljetten ingeleverd van de heeren: O. De Wilde Az., te Kattendijke, f6570; J. Lindenberg Cz., le Wemeldinge, f7400 en J. Lijs, te Nieuwdorp, f8700. 9e peic., de veerdam met heuvel, nachthuisje en loop brug te t'amperland, 2 biljetten, van da beeren J. Elen baas, te Bruinisse, voor f700 en C. Bolier Cz, aldaar voor f800. 10e pere., de steiger, veerdam enz. te Cortgeue, 1 biljet van den heer J. Elenbaas, te Bruinisse, voor f 800. Voor de perceelen 9 en 10 te zamen waren 4 biljetten ingekomen van de heeren L. D. Van der Linde, te Cort- gene, f1460; P. Van den Berge, te Colijusplaat f1460; P. Verburg, te Colijnsplaat, f1535 en J. Elenbaas, te Bruinisse, f1540. 11e perc., de straatweg wederzijds Sluis, geen biljetten. 12 pero., de straatweg van den grooieu weg bij Brej- ken» naar Groede en die van Groede naar Nieuwvliet. 13e perc.. de straatweg van Schoondijke naar IJzen- dijke en 14e perc., de straatweg van Oostburg naar Zuidzande, geen biljetten ingekomen. Voor de perc. 11 tot 14 te zamen waren 3 biljetten ingeleverd door de heeren P. Moujé, te Breskeus, f 11356 A. Lutejjn Pz., te Nieuwvliet, f 11987 en A. Risseeuw, te Groede, f 11998. 15e perc., de straat en grintweg van Ter Neuzen naar Axel, 2 biljetten van de heerenC. Van der Hooft, te Ter Neuzen, f 4588 en R. Walraven, aldaar, f 4600. 16e perc., de straat en grintweg van Hulst naar Walsoorden, 3 biljetten, van de heeren: J. P. Andriessen, te Hontenisse, f 7070; C. Van der Hooft, te Ter Neuzen, f 7679 en R. Walraven, aldaar, f 10500. 17e pere. de steigerdam met steiger enz. te Walsoorden» 2 biljetten van de herren: J. F. Andriessen, te Honte nisse, f 975 en R. Walraven, te Ter Neuzen, f 1300. Voor de perc. 15, 16 en 17 te zamen waren 5 biljetten ingekomen van de beeren: C. Van der Hooft, te Ter NenzeD, 13388; A. Tholens, te Ter Neuzen, f 14100; A. Vermorckeu, te Hontenisse, f 14300; M. D. De Putter, te Ter Neuzen, f 14400 en R. Walraven, te Ter Neuzen, f 16200. Datum. Plaats. Voorwerpen. Informatiën. 23 Nov. Campcrlaud, Verp. Dijken enz., Huvers en Roelof. 24 O. &W.-Soub. Boomen, Tak. 27 ff Oostkapelle, Beestiaal enz., Slegt. 27 ff Vlissingen, Beestiaal enz., De Wolff. 28 N. &St.Joosl. Boomen, Tak. 28 Berg. op Zoom, VerpV ischplaats., Van Goch. 28 Ritthem, Beestiaal enz., v. Uije Pieterse 30 Middelburg, Houtwaren, Tak. 30 0 Driewegen, Boomen enz., Gallis Mcrens. 30 Cortgene, Boomen, Roelof. 6 Dec. IJzendijke, Boomen, Brevet. 7 ft Coljjnsplaat, Boomen, Kroondomein. 17 ft Kruiningen, Beestiaal enz., De Vos. Aan te IJzendjjke. Wees uiterst voor zichtig met uwe gevolgtrekkingen. Gjj hebt een geheel verkeerd persoon op het oog. In ieder ge val dienen zaken van personen te worden gescheiden. Onder dezen titel heeft een zekere heer Sequeira in de Commercio Portuguez een jeu d? esprit open baar gemaakt, dat, hoewel in ernstigen stijl ge schreven, zooveele aardige dwaasheid bevat, dat vrij onzen lezers daarvan een uittreksel willen geven. Wij stellen ons voor, dat een professor in het jaar 3000 aan zijne hoorders wil bewijzen dat Napoleon I nooit bestaan heett en dat zijn loop baan eenvoudig is eene zonne-mythe. »Naar luid van de overlevering," zegt de geleerde professor, »werddeheld Napoleon Bonaparte gebo ren op een eiland der Middellandsche zee, als zoon van zekere Letitia. Er wordt gemeld dat hij drie zusters en vier broêrs had, van welke drie koning werdenverder twee vrouwen, van welke de eene hem een zoon baarde. Hjj maakte een einde aan een groote revolutiehad zestien maarschalken, van welke vier niet actief; hij triomfeerde in het Zuiden, werd overwonnen in het Noorden, en hjj verdween in de Westeljjke zeeën na eene twaalf jarige heerschappjj in het Oosten." Dit alles wordt daarna door den professor toegepast op de zon. De naam Napoleon is bljjkbaar eene omzetting van Apollo, den zonnegod, of liever van den zui veren Griekschen vorm, want de Grieken noemden de zon dichterljjkApollyo" of »Apoleon", den verdelger. En de overlevering verhaalt, dat Napo leon werkeljjk een groot verdelger was. De begin letter is zonder twijfel eene afkorting van het Grieksche bevestigende woord nat, waardoor hier wordt aangeduid dat het de ware Apollo is die bedoeld wordt. De tweede naam, Bonaparte, be- teekent «goed deel" en veronderstelt dus een tweede, slecht deel: duidelijk worden hier dagen nacht door aangewezen. Een oud dichter zegt altjjd, van den nacht sprekend abi in malam partem. De zon, die den dag voorstelt, wordt dus met recht met den naam Bonaparte genoemd. Napoleon werd geboren op een eiland in de Middellandsche zee, zoo ook Apollo op Delos, dat tot Griekenland in dezelfde verhouding staat als Corsica tot Frank- rjjk. Pausanias vertelt dat god Apollo in Egypte hoog vereerd werdook van Napoleon wordt ver zekerd dat de Egyptenaren hem eerden en vreesden. Dit alles bewijst genoegzaam dat Napoleon en Apollo een en dezelfde mythologische figuur zjjn. Doch laat ons verder gaan. Napoleon's moeder heette Letitia dat is vreugde": een poëtische benaming voor Aurora. En brengt niet de sche mering de zon ter wereld? Daarenboven herin neren wjj ons dat Apollo's moeder Leto (in het Latjjn Latona) werd genaamd, van welken vorm in de negentiende eeuw het woord Letitia kwam, waarschjjnlijk als een zelfstandig naamwoord van laetordat zich verheugen beteekent. Wanneer de legende volhoudt, dat de zoon van Letitia drie zusters had, dan worden met deze ontegenzeggelijk de drie Gratiën bedoeld, die met de muzen de onafscheideljjke metgezellen van Apollo waren. In Napoleon's vier broeders zien wjj de vier jaargetjjden. Drie van hen, die koningen werden zjjn de lente, welke regeert over de bloemen, de zomer, die heerschappjj voert over de zaden en de herfst die beveelt over de vrachten. Deze drie jaargetjjden zjjn broeders, wijl zjj allen hun macht krijgen van de zon. De vierde broe der, die niet heerscht, is de winter. Dit blijkt ook hieruit, dat die vierde broeder prins van Canino werd genoemd na Napoleon's val. Canino nu komt vau cani, dat beteekent „wit haar", of overdrachteljjk de met sneeuw bedekte wouden (zooals in het vers cum gelidus crescit canis in montibus humor.'") De vierde broeder is de ver- persoonljjkte winter, die eerst komt wanneer de drie schooner jaargetjjden door de ruwe noorde winden zjjn verdreven. Gemakkeljjk kunnen dus de woorden der mythe worden uitgelegd„Toen de ruwe zonen van het Noorden in Frankrjjk vielen werd het land bedekt met een witte banier en verdween Napoleon"deze witte banier is na- tuurljjk de sneeuw des winters. Onder de vrouwen van Napoleon moeten de aarde en de maan verstaan worden. Plutarchus noemt de maan de metgezellen van de zon, en de oude Egyptenaren gaven de zon de eerste tot echtgenoote. De zon had bjj de maan geen kin deren, maar de aarde baarde hem Horus, den vertegenwoordiger der veldvruchtdaarom vinden wjj dat Napoleon's zoon geboren werd den 20 Maart, in het lente-jaargetjjde, waarin de veldvruchten het meest zich ontwikkelen. Verder wordt verhaald dat Napoleon een eind maakte aan de Hydra der Revolutie. Deze hydra, of slang is de slang Python, door welke te dooden Apollo zjjn eerste heldendaad volbracht. Het woord «revolutie" komt van het Latjjnsche revolutus, en duidt aan dat de slang ineengekronkeld was, geljjk alle oude voorstellin gen de Python te zien geven. De twaalf maarschalken stellen de twaalf teekenen in het dierenriem voor, die onder de bevelen der zon staanzjj zjjn derhalve slechts symbolische wezens. Wanneer de legende verhaalt, dat Na poleon roemrijk de zuideljjke landen doortrok, doch, in het Noorden doordringend, zijn kracht verloor, dan zjjn dit weer zeer juiste bjjzonder- heden omtrent de zon, die almachtig is in het Zuiden, doch in het Noorden slechts zwak. Hier uit ontstond in de negentiende eeuw de fabel van den Russischen veldtocht. Indien nog een bewijs noodig is, dat in de Napoleon-mythe alleen sprake is van den loop der zon, dan kan men dat vinden in deze woor den «Napoleon regeerde twaalf jarenzjjn rjjk kwam op in het Oosten en eindigde in het Westen.'' Men weet, dat de zon in het Oosten verschjjnt om na twaalf uren in het Westen te verdwjjnen. Vatten wjj, aldus eindigt de geleerde professor van het jaar 3000, onze beschouwingen over den naam, de afkomst, de familie, de daden van onzen held samen, dan bemerken wjj met onweerlegbare zekerheid dat Napoleon Bonaparte, over wien zooveel geschreven is, nooit bestond. De dwaling, waarin alle geleerden vervielen, komt voort uit de omstandigheid dat zij geene allegorische my thologie verstonden, en haar hielden voor waar achtige historie. »*D*ÜS£T BH DB MBROBDBM ABBASAMS Ut AttDDBLBÜR»-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1883 | | pagina 6