Gemengde Berichten. Onderwijs, Marino en leger. Landbouw. De collecte voor de scholen met den Bijbel bracht te Sluis met Heille en St. Anna ter Mui- 187,48 op. Tot de le kl. van afd. B. der rijkslandbouw school zjjn toegelatenD. Houtman van 's Hage, J.W. Yan Daalen van 'sHage, M. Van Warmelo van Rotterdam, J. G. J. Kakebeeke te Goes en H. P. Hugenholtz te Sandpoort. Bij het notarieel examen, van 8 tot 8 Sept. gehouden, is o. a. geslaagd voor het 1» gedeelte de heer Seydlitz te Hulst. Aan het examen voor de tweede klasse van den cursus voor officieren bij het instructie-bataljon te Kampen hebben 16 onderofficieren deelgenomen. Geslaagd zijn de sergeanten Bueninck, Donck, Tanbei, Gerritsen, Haak, Van Herk, A. S. De Jongh, Kraal, Yan der Moer, jhr Van Spengler, Swaab, De Voogt en De Wilde. Blijkens een bij het departement van marine ontvangen telegram heeft Zr Ms schroefstoomschip Bali, onder bevel van den luitenant ter zee le kl. H. G. Hildebrandt, in den morgen van 9 dezer Dartmouth verlaten, koers stellende naar Gibraltar. De uitslag der her-examens aan de kon mil. academie te Breda, die Vrijdag zijn afgeloopen, is als volgt van de 21 cadetten uit het 3e studiejaar, die her-examen moesten doen, zijn 19 tot het 4e stu diejaar bevorderd en zullen 2 de lessen van het 3e studiejaar nog moeten volgen van de 27 cadetten uit het tweede studiejaar, die her-examen moesten doen, zijn 24 tot het 3e studiejaar bevorderd en zullen 3 de lessen van het 2e studiejaar nog moeten volgen van de 29 cadetten uit het le studiejaar, die her-examen moesten doen, zijn 27 tot het 2C stu diejaar bevorderd en zullen 2 de lessen van het 1= studiejaar nog moeten volgen. In de omstreken van Maastricht wordt meer en meer het groote nut erkend van de inenting van het vee volgens de methode van Pasteur, ter voorkoming van het miltvuur. Zoo hebben nu de veehouders van Heugem, waar jaarlijks het miltvuur vele slachtoffers maakt, hun vee doen inenten. Den 6den en 20,ten Aug. hadden daar de eerste en tweede beveiligende inentingen plaats. En niet alleen dat de 67 ingeente runderen niets door de kunstbewerking hebben geleden, maar de werk ossen konden hun gewonen arbeid blijven ver richten en de melk der koeien werd ook na de bewerking zonder nadeel gebruikt. Van 3 tot en met 11 Sept. hebben alhier slechts wee sterfgevallen plaats gehad, en wel beide van kinderen. Evenals de vorige week was het Zondag muziekfeest te Yzendijke. Het fanfarengezelschap Cecilia van St. Marguerite voerde afwisselend met Geduld Overwint eenige muziekstukken uit op de muziektent, die op het marktplein opgericht was. Gezamenlijk werd eene optocht door Yzendijke gehouden, terwijl na afloop Cecilia eene medailje voor haar sierlijk vaandel ontving, dat men voor haar bewaard had sedert het festival, toen ze niet aanwezig kon zijn. Vele menschen, ook uit de omgeving, waren op de been. Het muziekgezelschap te Yzendijke Geduld Overwint vertoont tegenwoordig een prjj- zenswaardigen ijver. Hare uitvoeringen worden dan ook door kenners van muziek met lof besproken. Maandag morgen werd te Coljjnsplaat het gemaakte zinkstuk door de sleepboot Goudvisch naar de plaats zijner bestemming gesleept. Begunstigd door het schoone, stille weder waren tal van toeschouwers tegenwoordig, om de ruim 180 werklieden bezig te zien om uit 8 groote en 7 kleine schepen het stuk te ballasten. Tegenwoordig waren verder de heer J. H. Bybau, lid van ged. staten, de provinciale ingenieur, de provinciale opzichter, het gansche polderbe stuur en vier waterbouwkundigen. Ongeveer half drie zonk het stuk, na behoorlijk geballast te zijn, met goed gevolg. Zondag werd de Amsterdamsche tentoonstel ling door 21.000 betalende personen bezocht. Het personeel der Imperial Continental Gas- Association Company (gasfabriek) te Vlissingen zal in de gelegenheid gesteld worden om, gebruik makende van den op 16 dezer van Vlissingen naar Amsterdam loopenden pleiziertrein, de ten toonstelling te bezoeken; terwijl ook door de directie der koninklijke maatschappij De Schelde voor hare werklieden de gelegenheid wordt open gesteld. Over den dag der sluiting van de tentoonstel ling is men het nog niet eens. Sommigen be weren dat deze 15, anderen dat die 31 Oct. zal plaats hebben. In ieder geval toch niet 1 Oct. Te Delft is een schildwacht, staande op de achterplaats van de infanterie-kazerne, van zijn post weggeloopen. Een kist, behoorende bij de 3e comp. le bat. 4e reg. inf., nam hij mee; men vond die later opengebroken terug zonderde 16 die er zich in bevonden hadden. Van Rotterdam zijn per Maasstroom een twin tigtal landverhuizers naar Transvaal vertrokken. De heer J. H. Janson vergezelt hen en heeft geheel zonder eigenbelang de leiding op zich ge nomen dezer eerste voortrekkers, die in Transvaal de plaats zullen bereiden voor de Hollandsche nederzetting, en voor vrouwen en kinderen, die met Februari zullen volgen. Hoe gewichtig deze stap is, zal elk beseffen, die een weinig dieper denkt, want gaat deze ves tiging goed, dan zal het gevolg zijn, dat velen, die hier te strijden hebben tegen het noodlot, dezen volgen, waaruit vanzelf de toekomstige groote, Hollandsck sprekende staat op Zuid-Afri ka's westkust zal geboren worden. Zij werden uitgeleid door de heeren H. J. F. De Waal, F. Lion Cachet, D. H. Schmiill en H. H. Timmer, benevens vele lamilileden. De heer Lion Cachet richtte eenige warme woorden tot den heer Janson en het twintigtal voortrekkers, terwijl hij hun aanbeval steeds onder de hoede Gods te arbeiden en de eendracht te bewaren. Ofschoon hij zelf altijd de emigratie eerder af-, dan aangeraden had, wilde hij, nu deze zaak eenmaal besloten was, alles doen om haar te doen gelukken en hij zeide den emigranten „alles zal goed gaan als gij uwe oogen naar boven gericht houdt." Moeilijke tijden zult gij te doorworstelen heb ben, doch wat er ook geschiedt, wijt dit nooit aan uw aanvoerder, den heer Janson, want hij zal doen wat mogelijk is, om alles te doen gelukken, en als er een man te vinden ware voor deze zaak, dan was dit mijn vriend Janson." Daarna een gebed gedaan hebbende, onderhield hij zich met eiken emigrant persoonlijk. Hierop richtte de heer D. H. Schmüll het woord tot den heer Janson en zeide „Niet alleen als uw vriend kom ik hier, maar ook als president van commissarissen der maat schappij tot bevordering van handelsbetrekkingen tusschen Nederland en Zuid-Afrika. „Uit naam van onzen directeur en al onze commissarissen, breng ik u hunne groeten en wjj vertrouwen en weten, dat gij als mede-commis saris het belang der maatschappij zooveel mogelijk zult behartigen. „Als vriend druk ik u slechts de hand, want God weet wat ik u toewensch, woorden zjjn daarvoor niet voldoende. Vaarwel dusGod zij met u!" Door het bestuur van het Nederlandsch Gym nastiek-Verbond, gevestigd te Amsterdam, is be sloten op het einde dezer of het begin dei- volgende maand een turnfeest te houden te 's Her togenbosch. Tot deelneming aan het feest zullen eenige tot het bond behoorende vereenigingen in Nederland worden uitgenoodigd. Door ged. staten van Noord-Brabant is afwij- zjjn lexicographiache arbeid, van zijn eersteling, het Dictionnaire des noms des vêtements chez les Arabes, tot die rijpe vrucht der lectuur van een geheel levenhet Supplement aux dictionaires Arabes. Daarbij was Dozy een meester in de his torische critiek, wiens scherpzinnige ontdekkin gen époque hebben gemaakt. Kenmerken eenheid en samenhang al de voort brengselen van Dozy's groote gaven en verbazende werkkracht, op zijn gebied de Moslemsche af- deeling was hij een heerscher, op wien allen, wier aangezicht naar het Oosten is gericht, trotsch waren, zoolang zij hem nog bezaten, en over wien allen thans rouw dragen, nu de onverbid delijke dood hem heeft weggenomen. Niet enkel houdt Nederland, omdat het een klein land is, dien grooten man in eere, maar ook eene inter nationale vereeniging als deze beseft, dat »een vorst en een groote in Israël gevallen is" en is bereid, dat openlijk uit te spreken. Brengen wij zeide spreker dien grooten doode dan onze stille hulde, door allen van onze zetels op te staan." Plechtig was het oogenblik toen al de geleerden aan die uitnoodiging voldeden. Volgens het verslag der provinciale watersnood commissie in Noord-Brabant omtrent hare ver richtingen van 13 Jan. tot 15 Aug. heeft de commissie bij het beoordeelen van de talrijke aan vragen om hulp en schadevergoeding, die tot haar kwamen, bij de ramp welke in het begin van het jaar een deel der provincie teisterde, meer dan ooit in acht genomen, dat watersnood moet be schouwd worden als eene ramp, die leniging ver- eischtnooit als eene uitkomst, die tot verbetering van positie leiden moet. Hulp is dan ook slechts verleend aan noodlij denden tengevolge van hoogwater, en wat gewone armenverzorging kon heeten werd overgelaten aan de daartoe meer bijzonder geroepen instellingen van weldadigheid. In overleg met het hoofdbestuur, was de ver leende onderstand voor het meerendeel slechts als eene voorloopige hulpverstrekking te beschouwen, namelijk tor voorziening in den eersten nood en tot aankoop van brandstoffen om de woningen te doen droogstoken. Kon van schadevergoeding in algemeenen zin, wegens het exceptioneele van den toestand, moeie- lijk sprake zijn, in enkele bijzondere, d. i. op zich zelf staande gevallen, heeft de commissie geen bezwaar gezien, de voorziening eenigszins verder uit te strekken, door namelijk hulp te verleenen tot het weder bewoonbaar maken van woningen, die door het water geheel of gedeeltelijk verwoest waren, of het weder aankoopen van een stuk vee, waar dit, als gevolg van het in 't water staan, was gestorven, en het gemis daarvan den kleinen boer onvermijdelijk tot den bedelstaf zou hebben gebracht. De commissie eindigt haar verslag met den wensch dat de verlegging van den Maasmond spoedig voltooid moge zijn en daarmede voor altijd een einde gemaakt aan waterrampen, als waar door Noord-Brabant en een aanzienlijk deel van hare nijvere bevolking tot dusverre zoo herhaal delijk en zoo vreeseljjk werden geteisterd. Door de commissie werd ontvangen van de alg. vereenigde watersnoodcommissie te Amsterdam 10.000 en aan verschillende giften 173,20, te zamen ƒ10,173,20, behalve de kleedingstukken en mondbehoeften. Uitgegeven werd in 29 gemeenten voor ƒ8499,22. Het batig saldo bedraagt dus 1673,98. Mr H. H. baron Roëll, oud-commissaris des konings in de provincie Noord-Holland, is te Amsterdam overleden. Ter bestrijding van de onkosten der Pool-expe- ditie is tot 7 September gepubliceerd aan ontvangen giften en toezeggingen 75,545.03j. Om volledig te kunnen voldoen aan de verplichtingen, die zijn aangegaan tot opsporing van de expeditie, kan een bedrag noodig zijn van een kleine honderd duizend gulden. Er bljjft dus nog veel te geven over. (f7. D.) Het kind boog zich tot haar over en wilde zich in hare armen laten opnemen. »Denkt gij, dat gij niets weegt?" vroeg de vader op vleienden toon, kijk eens op welk een weg wjj loopen; zonder zoo'n vracht als gij zijt, is het al moeieljjk genoeg voor haar, wat zou het dus zjjn, als zjj u moest dragen Als wjj boven zjjn, heb ik er niet tegen, dat zjj u op den arm neemt." Latotchka dook weer onder den kaftanmaar zorgde wel dat zjj op den weg kon zien. Er verliepen eenige oogenblikken in stilte, waarin Andreas bedacht, wat hjj eens tot zjjn reisgenoot zou zeggen. Daria sprak ook niet en was onge- twjjfeld met dezelfde gedachten bezig. Zij voelden 2ich geen van beiden op hun gemak. »En gjj, wat draagt gjj, Daria?" vroeg hjj eindeljjk op weinig vasten toon. »Een Paaschkoek en eieren, die ik moet laten zegenen" antwoordde zjj, het hoofd oprich tende. »En waar is uw Paaschoffer vroeg zjj, hem onderzoekend aanziende. »Mjjn Paaschoffer?" herhaalde hjj met een zucht. »Wat! hebt gjj er geen? Wat zjjtgjj toch voor een man! Gjj behoefdet slechts bjj ons te komen om het aan de vrouw te vragen. Zjj zou het u niet geweigerd hebben, want er is nog melk genoeg overgebleven." Neen, Daria, ik heb er genoeg van om bij de menschen te gaan vragen en zjj hebben ook meer dan genoeg van mjj. Men vraagt eens of twee keeren, maar eindeljjk durft men niet meer# Ik schaam mjj om de lieden lastig te vallen, te meer daar er een tjjd was toen het mjj aan niets ontbrak. Men mag doen wat men wil, men kan zjjn levenslot niet veranderen, dat schjjnt Gods wil te zjjn Het ljjkt mjj nog niet zoo lang geleden dat ik, evenals nu met u, naar de vroeg- metten ging en mijn Paaschbrood en eieren mee bracht, wel niet veel, maar genoeg om het feest des Heeren te vieren. Dan ging mjjn vrouw meê, weet gjj nog wel, Daria Dat was een goed schepseldat God haar in zjjn rjjk moge opne men Nu heb ik niets meer, nu ben ik alleen, verlaten. Het is droevig, maar minder moeielijk te dragen, wanneer men zich alleen kan redden; het brood van anderen smaakt bitter; dat weet gjj misschien ook," voegde hjj erbjj, en zag het meisje aan, dat stilzwijgend met het hoofd voorover naast hem voortliep. Het is nu reeds zoover met ons gekomen," hernam hjj, terwijl hjj het kinddat hare donkere oogen strak op zjjn bleek gelaat gevestigd hield, vaster tegen zich aandrukte, „dat wjj niet eens meer vuur kunnen aanleggenhet droge hout is op, het stroo ook en wjj hebben geen geld om te koo- pen Wjj kunnen zelfs geen waskaars in de kerk koopenen als wjj thuis komen hebben wjj niets om voor het heiligen beeld te plaatsen Daria stak de hand in haar boezem en haalde er een grof stuk linnen met een knoop uit. Zij maakte schieljjk den knoop met hare tanden los er zaten twee centen in en zjj gaf er hem éen van, zeggende »Neem hem maar; ik heb er twee." Waarvoor?" mompelde Andreas. »Daar kunt gjj een waskaarsje voor koopen," antwoordde Daria, duwde hem den cent in de hand en schoof haar pak beter op haar schouder. Andreas wilde iets zeggenhjj bleef haar aan zien, maakte een beweging, legde den cent op zjjn hand en ging weer-voort. Even daarna hadden zjj den heuveltop bereikt men overzag eindelooze velden, waarover als een zwarte vlek zonder zichtbare grenzen het dorp uitgestrekt lag. De hutten, de schuren en de wilgen er omheen vormden een ondoordringbare, donkere massa, en alleen door de vensters van het houten kerkje, waarvan het spitse dak tegen den helderen hemel afstak, zag men tallooze lichtjes flikkeren. Toen Andreas stilstond om zjjn kind aan Daria te geven, die het in hare armen nam, begon de klok, die eenigen tjjd gezwegen had, weêr te luiden. IV Spoedig waren zjj nu aan het dorpzij liepen achterom, teneinde de honden te vermjjden en kwamen aan een houten brugje. Rechts van die brug, bjj een bocht van het riviertje, dat als een zilveren lint tusschen hare steile oevers blonk, ver hief zich een molen omringd van wilgen, die het aanzien had van een zwart blok, links achter een heuveltje, kwamen de kruisen van het kerkhof te voorschjjn de weg slingerde over dien heuvel, waar zend beschikt op het bezwaarschrift van den heer J. De Boojj te Breda. Zooals vroeger is meege deeld, beweerde de heer De Boojj, dat ten onrechte eene verkiezing te zjjner vervanging als lid van den raad der gemeente Breda was uitgeschreven, op grond dat hjj wel in staat van faillissement had verkeerd, maar reeds gerehabiliteerd was, voor de nieuwe verkiezing plaats had. Te Steenwjjk is de doopsgezinde kerk ge restaureerd. Bovendien is ook iets nieuws in de kerkelijke gebruiken ingevoerd; in het portaal is nl. een houten bordje aangebracht; waarop voor taan de mededeelingen, die de predikant vroeger na de godsdienstoefening deed, zullen gemeld worden, en voorts een busje waarin de leden der gemeente een ongeteekend briefje mogen steken, het verzoek aan den predikant inhoudende, om eens later over een aangewezen onderwerp of tekst een predikatie te willen houden. Hoe veeleischende passagiers en een snedige conducteur elkander kunnen ontmoeten, onder vonden wjj dezer dagen aan 't station Piet-Gjjzen- brug. De beambte roept wel snel, maar vrjj duideljjk den naam van de plaats. Conducteurroept er een uit een groep passa giers spreek toch wat duideljjkergeen mensch verstaat den naam van het station." »Öm u te dienen, heeren; de directie zal een heldentenor van 500 gulden in de maand voor u èngageeren." Naar aanleiding van het in de Amsterdammer door Aquaruis geopperd denkbeeld om te Amster dam een feestburgemeester aan te stellen, wjjl bjj de tallooze feesten en plechtigheden, welke elkander daar opvolgen en waarbjj steeds het hoofd dei- gemeente ambtshalve tegenwoordig is, hem ter nauwernood tjjd overbljjven moet voor de taak, die hjj in de eerste plaats te vervullen heeft schrjjft de Arnh. Crt. Inderdaad, niet slechts in Amsterdam, maar ook in andere grootere gemeenten wordt het ambt van burgemeester niet weinig verzwaard door al die bjjkomende beleefdheids- en andere plichten, en zou het bestaan van een feest- of eere- burgemeester aan velen niet onwelkom zijn. Deze eere-burge- meester zou dan kunnen benoemd worden voor één jaar en op hem zou tevens de zedelijke verplichting rusten om niet slechts alle min of meer officieele feesten bij te wonen, maar op alle inteekenljjsten voor weldadige en andere doeleinden bovenaan te teekenen. Wilde een hoofd der gemeente voldoen aan alle uitnoodigingen van die strekking, zijne geheele jaarwedde zou niet voldoende zjjn. Dat er eere-burgemeesters zouden te vinden zijn, betwjjfelen wjj niet. Te Amsterdam heeft zich een gezin, man, vrouw en kind, door verstikking met kolendamp van het leven beroofd. Zaterdag laatstleden is door ambtenaren van de rijksbelastingen te Zevenaar en Arnhem eene belangrjjke partij goudwerk aangehaald welke frauduleus was ingevoerd doorambtenaren van 's rjjks posterjjen, onder de van Pruisen aan gebrachte postpakketten. Ofschoon misschien aüeen de schuld ligt aan de mindere postambte naren, wordt een proces verbaal ter zake opge maakt tegen den chef van het spoorweg-postbureau, als de verantwoordeljjke vervoerder. Het goud werk is te Arnhem opgebracht ten kantore van den ontvanger. Om op klaarlichten dag op den Boulevard Bonne Nouvelle te Parijs een kanon te stelen, schjjnt onwaarschijnlijk en toch heeft het feit Zaterdag plaats gehad. Aan de deur van een schietsalon was door den eigenaar een klein kanon geplaatst van Chineesche constructie en ongeveer 45 kilo wegende. Tegen 12 uur maakte iemand zich van dit werktuig meester, zette het op een vigilante en bracht het bjj zjjn zwager. Zoo spoedig deze het geschenk zag, waarschuwde hjj de politie, die het terug liet halen. De dief lijdt, zegt men, van tjjd tot tjjd aan verstandsverbjj stering. op het vervallen kerkje gebouwd was. Daria gaf het kind weêr aan den vader, nam haar pakje over en weldra hadden zjj de kerkdeur bereikt. Het kerkje was in twee deelen gesplitst en de tweede helft, waarin de dienst verricht werd, stak door het overvloedig kaars- en lamplicht sterk af bjj de eerste die in een half duister gehuld was. Het was zóo vol dat er geen sprake van was om in het verlichte gedeelte door te dringen. Door het gedrang van Daria verwijderd, gelukte het Andreas om zich in de gelederen dergeloovi- gen te scharen; hjj kocht voor zjjn cent een klein geel kaarsje, en bereikte een hoekje, waar hjj het altaar kon zien en het gewelf, waaraan de heiligen beelden hingen. Het kostte hem niet weinig moeite om Latotchka stil te houdenzjj sloeg hare handjes om zjjn hals, keek naar alle kanten rond en hield niet op met vragen: »Wat is dit? Wat is dat terwijl zjj haar vader telkens bjj de kin vatte en streelde. Doch van lieverlede zakte haar hoofdje op zjjn schouder en viel zjj weer gerust in slaap. Andreas zette haar voorzichtig op den grond, plaatste haar in een veilig hoekje en na zjjn kaars aangestoken te hebben, maakte hjj een kruis en ging zitten luisteren naar het lezen van het Evangelie. De stilte, die in dit voorste ge deelte der kerk heerschte, was uiterst geschikt om iemand voor het gebed stemmen. Slechts af en toe tikte een oude vrouw Andreas op den schou der en verzocht hem om 'haar kaarsje aan zjjn buurman te geven, opdat die het voor het beeld zou kunnen plaatsen. De boer nam het aan, stiet een zjjner buren eveneens aan, bracht het verzoek over ea

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1883 | | pagina 2