BUITENLAND.
Benoemingen en besluiten.
Kerknieuws.
Gemengde Berichten.
Verkoopingsn en aanbestedingen.
Ingezonden Stukken.
Iets over Servië.
Verder is op de conferentie, te Petersburg, ge
houden door de gezanten van het Deensche en
Nederlandsche gouvernement en de Russische re
geering, besloten, een onderzoekexpeditie langs de
kusten van de Kara-zee uit te zenden. Inmiddels
worden door de Russen alle middelen in het werk
gesteld tot het verkrijgen van berichten, voor de
tijd daar is dat men in de mogelijkheid verkeert
zulk een expeditie te kunnen uitzenden. Rusland
zal waarschuwen als het tijd is, en dan zal de
expeditie in een oogwenk, natuurlijk in Rusland
zelf, kunnen gereed zijn. De kosten van dien
tocht zouden oorspronkelijk gedragen worden door
den voor de wetenschap zoo ijverigen heer Gamel,
uit Kopenhagen, eigenaar van de Dymphna.
De Nederlandsche belangen worden aanhoudend
behartigd door Z. M. gezant te Petersburg.
Den heer Gamel heb ik aangeboden de kosten
voor de helft te dragen. Aanvankelijk antwoord
de hij: »ik betaal alles en zal evengoed de belan
gen der Varna als der Dymphna voorstaan." Daar
echter onze landgenooten wel zeer erkentelijk zul
len zijn voor dit aanbod, zoo zullen zij het niet
aangenaam vinden, dat anderen voor onze koene
mannen de noodige offers brengen, en daarom heb
ik bi) den heer Gamel nogmaals aangedrongen,
de eventuëel uit te zenden expeditie voor gezamen
lijke rekening te doen plaats hebben.
De expeditie heeft evenwel nog niet kunnen
uitgaan. Men zou menschenlevens noodeloos in
gevaar brengen, daar men die streken nog niet
veilig kan doortrekken uit gebrek aan bewoonde
stations.
Evenmin als ook de Varna verleden jaar eer
der de reis had mogen ondernemen, omdat de
Kara-zee zeker niet vroeger zou zijn opengegaan,
mag nu de Louise volgens deskundigen voor Juli
vertrekken.
Het Russisch gouvernement heeft op zich geno
men om, in overleg met de reeds genoemde ge
zanten, den tijd voor een landexpeditie alsmede de
plans daaromtrent vast te stellen.
w. g. Buijs Ballot.
leger. Voor 5 jaren gedetacheerd bij het leger in
N.-I. de militaire apotheker 2e kl. H. J. de Grient
Dreux, van het pers. van den geneesk. dienst der landmacht.
koloniën. Benoemd tot president van het hoog ge
rechtshof van Ned.-Indië de heer M. J. Sibenius Trip,
procureur-generaal bij dat opperrechterlijk college.
pensioenen. Pensioen verleend uan jhr. mr. W. M.
de Brauw, afgetreden minister aan koloniën, ten bedrage
van f 1507 'sjaars.
Zondag den 29 April a. zal ds. H. A. E.
Heinecken, van Workum, te Amerongen des nainid.
zijne intrede te houden, na des voormiddags door
zijn broeder ds. E. W. Heinecken, van Middelburg,
bevestigd te zijn.
Ds. W. P. A. Winckel, pred. te 's Graven
polder, is beroepen te Schipluiden.
Door den heer A. Benders Wzn. te Dordrecht
is eene beweegbare luchtdrukladder uitgevonden,
tot redding van menschen bij eventueelen brand
in gebouwen, theaters enz. Deze ladder kan zelfs
tot de ontzaglijke hoogte van 24 meter worden
opgesteld, in den korten tijd van slechts vijf mi
nuten tot redding gereed zijn, en kan vier perso
nen tegelijk naast elkander een veilig heenkomen
verzekeren.
Het gedenkteeken van Leiden's ontzet is vol
tooid. Burg. en weth. van Leiden hebben bij den
gemeenteraad een voorstel ingediend, om het mo
nument te aanvaarden en als standplaats er voor
aan te wijzen de Ruïne, tegenover de Langeburg.
De jkosten voor fundeering en afsluiting worden
op f 3500 geraamd.
Voor de aanbesteding, vanwege de directie der Bteede
watering lew est en Yerseke, Vrijdag in de Prins van Oranje
te Goes gehouden, van de gebouwen en bijbehoorende
werken voor het hulpstoomgemaal te Kattendijke, (Raming
ƒ25000) is ingeschreven door de heeren B. den Erter
van deD Brink te Krabbendijke voor ƒ33500, L. van
kon men opmaken dat hij in de dertiende of veer
tiende eeuw thuis behoorde. Dit alles droeg niet
weinig hij tot den roem der familie en vermeer
derde haar aanzien zeer. Hoe kon men menschen,
wier voorvaderen na hnn dood hunne kamers
bleven bewonen en hun zegen aan de vrouwelijke
afstammelingen uitdeelden nog parvenus noemen
Konden de Howards, de Courtenays, de Montmo-
tencys, meer verwachten
Toen Het Relaas af was begon Laura weer uit
de hoogere sfeeren neder te dalen en op baar
gewone manier over gewone dingen te praten,
zoodat Dalmahoy weer moed kreeg om zijn hof-
making te hervatten waar zij door de geest
verschijning afgebroken was. Hij had zachtjes
aan genoeg gekregen van de vereering van het
oude spook en het verveelde hem vreeselijk om
altijd weer van die dansende skeletten en de ge
daante met het witte haar te moeten vertellen.
Voorts was het zeer ergerlijk voor een eerlijk
man om telkens uitgenoodigd te worden om zich
een hemelsch koor, een zegen, een waarschuwing,
of een vriendeljjke glimlach te herinneren, die
bjj nooit gezien of gehoord had. Daarom ver
langde hij om een einde aan zijn verloving te
maken en zijn vrouwtje mede te voeren. Toen
hij van de wenscbelijkheid om een dag te bepalen
gewaagde, verklaarde Laura eerst dat niets haar
zou bewegen om een huis te verlaten dat zulk
een zeldzaam geluk bevatte. Richard beweerde
dat een meisje, als zij verloofd is, aan haar eigen
tehuis moest denken. Laura zei daarentegen dat
Verre te Krumingeu voor ƒ32439, 3. van de Linde te
Kattendijke voor ƒ31200, T. Dronkers te Kapelle voor
ƒ30723, C. Be Wilde te Kattendijke voor ƒ30683, B.
vau Maria te Kapelle voor ƒ27300, J. Lindenberg en
C. Lindenberg beiden te Wenieldingen elk voor ƒ27000,
A. D. Lucas te Zevenbergen voor ƒ261777, W. Lammers
te Strijen voor ƒ26379 en C. Romeijn te .Delft voor
ƒ25950. Q. Gt.
Wanneer men een nieuwen staat wil leeren
kennen, wanneer men zijne instellingen van het
juiste standpunt wil beschouwen, dan moet men
vóór alles zich toeleggen op het bestudeeren van
den toestand, waarin het leger en het openbaar
onderwijs verkeerende ontwikkeling der mate-
rieele kracht, die aan de natie hare onafhanke
lijkheid verzekert, en die der moreele kracht
welke hare toekomst voorbereidt. Servië, gelijk
het gemaakt is door het tractaat van Berlijn,
telt slechts twee millioen inwonersmaar het heeft
nog een rol te vervullen, nog een grooten trap
te beklimmen. Indien het de rol van vrije natie
uit handen geeft, dan blijft er niet anders over
dan eene Oostenrjjksche provincie te worden.
Daarom kan het voorloopig zich niet ontwapenen
het moet een betrekkelijk groote krijgsmacht
onderhoudenniet alleen om zijne grenzen te
verdedigen, maar ook om in staat te zijn ze uit
te breiden. Men moet zich er dus niet over ver
wonderen, indien zijn leger meer dan een derde
van de begrooting opslorpt.
De krijgsdienst is in Servië streng verplichtend
voor alle burgers van twintig tot vijftig jaren
doch het permanente leger bestaat alleen uit de
jonge mannen van twintig tot twee en twintig
jaren. In tijd van oorlog kan Servië ongeveer
150,000 man op de been brengen en in dat leger
zijn uitstekende elementen, al zijn. deze niet zoo
goed als in het Bulgaarsche leger, dat georgani
seerd werd door Russische officieren. Met zijn
leger heeft Servië in de beidé oorlogen tegen
Turkije wel middelmatig succes behaald, maar
men moet niet vergeten dat het te strijden had
tegen al de vereenigde krachten van den Islam.
Rusland had vrijwilligers gezonden, doch dezen
vormdenop enkele heldhaftige uitzonderingen
na, geen flink militair element.
Het Servische leger bestaat op dit oogenblik
uit vier korpsen, die dienst doen voor de vier
grenzen van het koninkrijk. Het zwak van het
leger is misschien zijne wapening. Er is wel een
kanonnenfabriek in Kragonievats, maar eene in
richting, waar geweren gemaakt worden, bestaat
er niet; daarom moeten noodzakelijk de wapenen
uit den vreemde komen. Zijn machtige en jaloer-
sche nabuur Oostenrijk levert nagenoeg Servies
geheele wapeningin geval van oorlog met
dit land zou men zich moeten wenden tot
Rusland, dat door Bulgarije heen de wapenen zou
kunnen vervoeren maar indien de Donau gesloten
was, zoude de expeditie in zeer ongunstige om
standigheden plaats hebben. Rumenië, Bulgarije
en Servië, wier belangen dezelfde zijn, zouden waar
schijnlijk maatregelen moeten nemen om elkaar weer-
keerig te beschermen tegen de gevaren van een aan
val. Wellicht zijn deze drie staten bestemd om een
bond te vormen, dat geroepen is om een grooten
invloed uit te oefenen op de lotgevallen van het
Oosten. Negen millioen menschen is een niet te
minachten cijfer.
Het koninkrijk Servië zelf met zijne bergen en bos-
schen is gemakkelijk te verdedigen maar de hoofd
stad, eenmaal een sterkte die de sleutel was tot den
Donau, zoude 't niet meer houden tegen kanons
kogels, al maakt zij nog eenig effect door hare
groote en zware bastions.
Servië was lang voor Bulgarije geëmancipeerd,
en toch, wanneer men het openbaar onderwijs,
met name het lager onderwijs, van beide staten
vergeljjkt, dan zullen de Burgaren het waarschijn
lijk winnen. Een onderwijzer uit Belgrado gat
de volgende aanteekening omtrent den intellectu-
eelen toestand van het landHet openbaar onder-
wjjs is bjj ons zeer ten achter, het aantal scholen
is buitengemeen beperkt. In de noordelijke pro
vincies wordt de school niet bezocht door de helft
der kinderen, die er heen moesten. Er zijn groote
streken waarin men geen school vindt. Alleen de
Russische priesters en de monniken zijn geletterd.
Het onderwijs verdient nauwelijks dien naam."
Dit is zeker een weinig opwekkende voorstelling:
hoe moet deze minderheid der Serviërs, bij de Bulga
ren vergeleken, verklaard worden? Ongetwijfeld om
dat zij niet, gelijk hunne huren, in aanraking komen
met de Grieksche volken. Veel beter is het middelbaar
en het hooger onderwijs in Servië. Doch minder
voortvarend als het onlangs zelfstandig geworden
zij bij het aangaan van haar engagement niet
had kunnen voorzien dat zij den zegen van haar
over-grootvader zou krijgen, waarop Richard in
het midden bracht dat die zegen niet beduidde
dat zij niet trouwen mocht, »tenzij", voegde hij
er met ongewone bitsheid bij, »gij voornemens
zijt uw over-grootvader zelf te huwen. Meen niet
doch eensklaps zweeg hij stil en bedacht zich
dat het beter was om eerst na zijn huwelijk over
het hemelsche koor en den liefelijken glimlach
te spreken.
Laura dacht na met gevouwen handen en het
hoofdje op zijde. Zij begreep dat het jammer zou
zijn om zulk een goedhartigen, knappen, welge-
stelden minnaar op te geven voor een geest, dien
zij wellicht nooit terug zag en dus prevelde zij
zacht„Richard, denkt gij dat mijn voorvader met
ons mede zal gaan naar ons nieuw huis en bij ons
blijven
„O lieve hemel!" riep Richard met zulk een
ongeveinsden schrik dat Laura haar gemaaktheid
vergat en hartelijk begon te lachen, waarna het
Richard niet moeieljjk viel om haar een dag te
doen bepalen. Zij zouden na Paschen trouwen,
dat was afgesproken en na eindelooze beraadsla
gingen werd er overeengekomen dat hetdenlaat-
sten April zou wezen. Zij hadden dus nog vjjf
weken om alles in orde te brengen en Richard
werd weer naar zijn garnizoen gezonden, om uit
den weg te zijn totdat men hem noodig had om
zjjn rol bij de plechtigheid te vervullen.
De drukte der toebereidselen hield Laura genoeg
Bulgarije heeft Servië nog niet eraan gedacht om
het beginsel van verplicht onderwijs aan te nemen.
Het hooger onderwijs in Servië is slechts door
een enkele inrichting vertegenwoordigdde hooge-
school te Belgrado. Zij maakt er geen aanspraak
op eene universiteit te zijnzij verleent geen
doctorsdiploma's, maar zij leidt de jongelieden op
voor de hoogste betrekkingen. In het vorige jaar
telde zij 172 leerlingen, 86 voor de rechten, 21
voor de historie, 41 voor de technische weten
schappen. Sommige professoren aan deze inrich
ting zijn geleerden. Buiten deze hoogeschool
(visoka schkola) worden een zeker aantal jonge lieden,
soms op staatskosten, naar vreemde universiteiten
gezondendezen studeeren voornamelijk in de rech
ten, de medicijnen,en de economische politiek. Onge
lukkig hebben deze mannen bij hunne terugkomst
slechts éen streven, namelijk om in Belgrado zich
te nestelen in de bureaux, en, van hunne armstoelen
uit, een land te besturen, dat zij niet kennen, dat
zij nooit bezocht hebben. Naast deze hoogeschool
staat als de belangrjjkste wetenschappelijke inrich
ting de maatschappij van wetenschappen, die sedert
1847 jaarlijks een tijdschrift en voortdurend wer
ken over geschiedenis, archaeologie enz. uitgeeft.
Verder beroemt Belgrado zich op eene medische
maatschappij, eene van landbouw, en een biblio
theek die ongeveer 25,000 boekwerken bevat.
Onder de door den staat gegrondveste inrich
tingen behoort vooral de koninklijke drukkerij,
die evenals de boekhandel zich vrij snel ontwik
kelde. De Servische literatuur overschrijdt verre
de grenzen van het land; zij staat onder zeer
verschillende invloedenonder hare voornaamste
vertegenwoordigers zijn dan ook velen, die uit
andere rjjken, uit Damatië, Hongarije geboortig
zijn. Het meest bloeit de studie der historie
de poëzie heett enkele verdienstelijke beoefenaars
het drama en de roman leven hoofdzakelijk van
vertalingen.
Het Servische volk in het algemeen is be
houdens een enkele individueele uitzondering
noch voor godsdienstig fanatisme noch voor vader-
landsch tanatisme vatbaar. Vele eeuwen van
slavernjj hebben het geleerd, dat men moet weten
beurtelings zich te onderwerpen en te veinzen.
Als Servië aan het eind van onze eeuw zich vrij
gemaakt heeft door de wapenen, dan heeft het
tevens zich staande gehouden door zijne diplomatie.
Eerst heeft het uitgekeken van waar de wind
kwam, en daarna heeft het zich gebogen voor de
sterken, uit vrees vau door hen gebroken te wor
den. Allengs, stuk voor stuk, heeft het aan
Europa en de sultans de concessies afgedwongen,
aan welke het zijne onafhankelijkheid verschul
digd is.
Onafhankelijkheid ook al moet koning Milan I
zich eene zekere door de omstandigheden gedwon
gen onderworpenheid aan Oostenrjjk laten welge
vallen. Zijn raadslieden troosten zich daarmede
met een schijnbaar vroolijk gelaat. En het volk,
is dit van dezelfde meening als zijn gouvernement?
Ja, indien men zekere officieele uitingen der open
bare meening moet geloovenneen ongetwijfeld,
indien men ronduit het oordeel van hen vraagt,
die om politieke redenen den mond gesloten
moeten houden. Onafhankelijk koninkrijk is
Servië, maar in een neteliger toestand dan vroe
ger als leenplichtig vorstendom, zelfs in den
tijd toen de Turken zijne sterkten bezet had.
Toen had 't het kostbaarste aller bezittingen
de hoop. Deze moet het voorloopig laten varen.
Maar al kunnen de Servische staatslieden niet doen
aan wat men noemt groote politiek; al zijn zij
gedwongen zich op sleeptouw te laten nemen door
een machtigen nabuur, zij kunnen althans ernaar
streven aan hunne opvolgers een meer verlicht en
een rijker land na te laten, een land dat geschik
ter is voor de bestemming, die de toekomst voor
Servië heeft weggelegd. Daarom moet de ontwik
keling van openbaar onderwijs en industrie,
van handel en verbindingswegen de- groote taak
zijn van het oogenblik.
Mijnheer de Redacteur
Waar de heer De Jonge van Ellemeet de Exploi
tatie-Maatschappij aanvalt, omdat deze bjj het af-
loopen der Batavia te Ylissingen niet gezorgd
heeft voor een genoegzaam aantal wagons en be
hoorlijke bediening van het loket, zijn wij hem
zeer zeker verplicht, omdat hij zoodoende de be
langen van het publiek verdedigt tegenover eene
machtige maatschappij in een land, waar de con
trole vanwege het publiek op de openbare mid
delen van vervoer zooveel te wenschen overlaat.
Wjj zijn in dat opzicht een gens moutonnière
en verdienen dan ook wel nn en dan als schapen
bezig om haar het spook te doen vergeten, wiens
verblijf niet meer gestoord werd. Waarschjjnljjk
versterkt door dat Laura zich dat spook zoo ge
heel toeeigende, dacht men algemeen dat de geest
zich beleedigd zou gevoelen over het vertrek van
een familielid, aan wie hij zich geopenbaard had
en éen dame ging zelfs zoover van een onheil te
voorspellen. En toen het kwam, op een wijze
die wij later zullen vermelden, zei zij dat het
niet anders was dan zij verwacht had en dat,
indien Laura het er niet op gezet had om heen
te gaan, de booze geesten geen vrij spel gehad
hadden en al die schande niet over de familie
zou gekomen zijn.
Onder de leden der familie Dalmahoy was een
volle neef van Richard, een jong menBch met een
onderzoekenden geest, die te Cambridge in de
wiskunde studeerde. Hjj was gevraagd om ge
tuige te zijn en kwam drie dagen voor het huwe
lijk te Membling Hall aan.
Het huis was zeer vol en de gewone drukte
van het bekijken der bruidsgeschenken, het grap-
penmaken met de bruidmeisjes, dansen en zoo
voort deden voor mijnheer George den tijd veel
aangenamer voorbijgaan, dan wanneer hij in de
zaal van het college gedineerd had en daarna op
zjjn kamer zat te werken. Het eerste waarvan
hij hoorde was natuurlijk het spooken het
prikkelde niet weinig zjjn verbeelding.
Hij las Het Relaas. Daarna ondervroeg hij
Richard en kwam er achter dat de opluisteringen
van het hemelsche koor en zoo voort er later
te worden bijeengepakt en vervoerd. Toch mogen
wij niet onbillijk zijn en zullen wij moeten erken
nen dat de Exploitatie-Maatschappij wat de
Zeeuwsche lijn betreft in de laatste jaren aan
merkelijk is vooruitgegaan in de bediening van
het publiek.
Wie herinnert zich niet, dat voor eenige jaren
de stipte aankomst der treinen alles te wenschen
overliet en dat soms maanden achtereen de avond-
treinen nachttreinen geworden waren, terwijl ook
nu en dan groote onregelmatigheden in het goe
derenvervoer, vermissing van goederen, openbreken
der colli 's enz. plaats vonden
Zoo ik mij niet vergis is dat alles verbeterd,
sedert de oprichting van het inspectie-bureau te
Middelburg, thans overgeplaatst naar Breda, aan
welks hoofd de wakkere Mieling staat, een man
wiens bijna alomtegenwoordigheid spreekwoordelijk
is geworden en die zonder twijfel aanspraak kan
maken op de erkentelijkheid van het Zeeuwsche
publiek.
Dat de Exploitatie-Maatschappij niet berekende,
dat het aflaten van het eerste groote schip van
de Scheldedie eerste vleug van Walcheren 's
toekomstigen bloei, tot zelfs het grootje van het
spinnewiel zou roepen, is zeker een misslag, waar
het bekend is, dat de overgroote massa der Zeeuwen
al bezitten zjj geen energie en hebben zij geen
kapitaal er voor over, om van de gunstige
gelegenheid van Vlissingen's havenwerken te pro-
fiteeren, toch gaarne de claque helpen formeeren,
bij ieder blijk, dat enkelen met succes zich de
zaak van Vlissingen en van geheel Zeeland
aantrekken. Toch acht ik de grief van den heer
De Jonge van Ellemeet wel eenigszins overdreven.
Het komt mij toch voor, dat zjjn grief minder
geldt het gebrek aan wagons en den overvloed van
gedrang bij gemis aan de noodige controle, als wel
het gemis aan een zeker soort van wagons, die
der eerste klasse namelijk, en het gebrek aan
onderscheiding toekomende aan de deftige klassen
der maatschappij. Wij vernamen uit zjjn stuk,
dat hij oud-lid der eerste kamer is, vermoedeljjk
dus nog hoogstaangesiagene, eene mededeeling die
op het onbehoorlijke wijst van het feit, dat een
man van zooveel gegoedheid in een goederenwagen
moest vervoerd worden.
Het pêle mêle »van mannen en vrouwen van
allerlei stand en leeftijd, leden van 's lands en
provinciale vertegenwoordiging, van rechtbanken,
polderbesturen, gemeenteraad en militairen, die
op een bepaald uur zich laten verdringen en
bousculeeren", schijnt hem voornameljjk te hin-
dsren.
Ziet, mjjnheer de redacteur, dat ben ik met dat
oud-lid der eerste kamer der staten-generaal niet
eens. Integendeel, ik vind het een allergezelligste
verschijning wanneer in het deftige Nederland,
en vooral in het allerdeftigste Middelburg, waar
ieder kaaiwerker met een hoogen hoed op geboren
schjjnt te zijn, voor een oogenblik de scheidsmuren
van eerste, tweede en derde klasse tot goederen
wagons incluis wegvallen, en het Edelachtbare lid
van den gemeenteraad elleboogt met de water- en
vuurvrouw van daarover met eenzelfde doel en
eenzelfde feestvreugde en niets werkt democrati
scher in goeden zin dan dergelijke onwillekeurige
vermenging van schijnbaar hoog en laag.
En de heer De Jonge van Ellemeet, die zooal»
hjj zelf ons herinnert, eens de eer had voor korter
of langer tijd het geheele Nederlandsche volk te
hebben vertegenwoordigd en op wien, al is hij
niet van adel, toch het noblesse oblige van toe
passing is, moet, dunkt mjj, bij dergeljjke bous-
culeering, toen hjj midden tusschen zijn volk stond
en door dat volk heen en weer werd geduwd,
met een gevoel van waarachtige menschenmin en
verbroedering zich herinnerd hebben, dat hjj van
geljjke beweging als dat volk is.
Homo Sum:.
door Laura bjjgevoegd warendat wil zeggen dat
Richard er niets van gehoord of gezien had. Van
den anderen kant kon er geen twjjfel bestaan
aan de waarheid van Het Relaas en het was
zeker dat er vreemde dingen gebeurd waren.
Mjjnheer George Dalmahoy nam zich voor om,
als het mogelijk was, die ook te zien. Waarom
zou de geest hem niet even goed verschijnen als
aan zijn neef? Den zegen gaf hjj met minach
ting prijs. Richard had de gedaante van een oud
man gezien met lang wit haar, die schuifelend
door de kamer liep. Dat was op zich zelf reeds
opmerkelijk genoeg. >Ik heb geen behoefte aan
zijn zegen," zei George, »'tis al mooi dat hjj zich
verioonen kan, die gelukkige oude ziel
Hjj beschouwde zich zelf als zeer geschikt tot
het onderzoeken van spookgeschiedenissen, daar
hjj om te beginnen hoogst ongel oovig was en in
de tweede plaats wist dat het onzin is om zeld
zame verschijnselen te loochenen. Hjj had eens
een medium erg beschaamd gemaakt door zelf te
gaan kloppen eer zjj gereed was en vreeseljjk3
boodschappen op te lezen, die zij niet verstond;
bij een andere gelegenheid had hij ontijdig een
lucifer aangestoken en op die manier aan het licht
gebracht dat de geestdie welwillend genoeg
was om >vleesch" te worden, niemand anders
was dan het medium zelf, dat zich in couranten
gehuld had en door de kamer danste. Hjj had
er artikels over in tjjdschriften geschreven en be
zat een kast vol hoeken over spiritisme. Hij
was dus geheel voorbereid op een ontmoeting
met den voorvader der Memblings en snakte er
naar om te beginnen.
(Wordt vervolgd.)
gedrukt bij de gebroeders ABRAHAMS
te middelburg.