N° 74. 12 6e J aargang. 1883. Donderdag 29 Maart. FEUILLETON. De Stem man ea te Steeaea tow. Middelburg 28 Maart. Benoemingen en besluiten. Marine en leger Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.' Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent: Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van t -7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Visschersrampen. middelburgsc courant. Agenten voor dit blad zijn te VlissingenP. G. de Veij Mestdagh, te Goes: A. A. W. Bolland, te Kruiningen: F. van der Peijl, te Zierikzee: A. C. de Mooij, te Tholen: W. A. van Nieüwenhuuzen, en te Ter Neuzen: A. van der Peul Jz. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube en Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M„ Berlijn, Weenen, Zurich, enz. Voor Moddergat zond S. te Vlissingen ons nog 20, bus Café Royal f 3.90. Totaal 439.87. Voor Selieveiiingeti ontvingen wij, zooals wij reeds gemeld hebben, een totaal van 40 en voor ITrU 125.65. Men schrijft ons nader uit Den Haag Vergun mij, mijn vorig schrijven nog met eenige regelen aan te vullen. De zoogenaamde „Kap- peyneaansche fractie" krijgt nu de schuld van het mislukken der pogingen van de heeren Van "Rees en Gleichman om een liberaal ministerie te for- rneeren. Het is inzonderheid het Vaderland, dat aldus tegen een bepaald deel der liberalen de gemoederen der geestverwanten tracht op te zet ten. Als men de relaties kent tusschen dat blad en den heer Gleichmandan maakt dat geen aangenamen indruk, want de aantijging tegen de genoemde fractie, of, met ronde woorden, tegen de heeren Tak en Kappeyne, is eenvoudig onge grond. Het Vaderland, als het werkelijk op de hoogte gebracht is van hetgeen er in deze dagen van crisis omgiDg, zal zeer goed weten, dat al dade lijk de heer Van Rees is afgestuit op staatsman nen, die volstrekt niet gerekend kunnen worden tot de sKappeyneaansche fractie" te behooren. Het zal weten, dat de eerste moeielijkheid hierin lag, dat de heer Van Rees aanvankelijk niet voorne mens was zelf eene portefeuille in het door hem te formeeren kabinet te aanvaarden, en dat, toen deze moeilijkheid was opgelost, de heer Van Rees een ander bezwaar ontmoette, waartoe hij zelf door zijne voorwaarde dat de gouverneur- generaal zou worden teruggeroepenaanleiding gegeven had. Het zal ook wetendat personen, niet tot de genoemde fractie behoorende, in de uitsluiting van Kappeyne een hinderpaal zagen om een krachtig liberaal ministerie te vormen. En wat den heer Gleichman betreft, die een jachtveld betrad, door den heer Van Rees reeds afgejaagd, kan het Vaderland weten, dat deze staatsman nog veel meer weigeringen ontmoette dan zijn voorganger, niet uitsluitend bij Kap- peyneanen", maar veel meer bij anderen. De heer Gleichman had dit in de eerste plaats te wijten aan het programma, hetwelk hij als kabinets formateur had opgesteld, waarbij hij o. a. den heer Kappeyne de onmogelijke rol had toebedeeld om als president eener grondwets-commissie op te treden, terwijl hij van de regeering werd buiten gesloten, zoodat hij het vooruitzicht zou hebben buiten de mogelijkheid te zijn om zijn werk in de staten-generaal te verdedigenen in de tweede plaats in de omstandigheid, dat de politieke in vloed van den heer Gleichman niet zóo groot is 22 Eene vertelling uit de vorige eeuw. doob ERNST PASQUÉ. VI. 11e voorvallen van den tweeden dag- op den Rijn. Het sprookje van de witte vrouw van den Unkenstein. Zwijg! voorbarige deern riep Lambert, zijne dochter toe, terwijl hij bezig waa de weitasch uit te pakken.» Hier is iets veel beters: een pas aangesneden Westfaalsche ham, een paar puike gerookte wor sten, en nog allerhande, waarvoor wij mijnheer Tils mogen dank zeggen. Oude, haal eens een paar kruiken van den besten gjj zult wel weten waar die te vinden zijn. Dan drinken de gasten met ons en wij eten met hen. Het is maar van wegen de billijkheidZoo geschiedde het en ditmaal verzette juffrouw Sibylle er zich volstrekt niet tegen, om haar honger met den voorraad van haar reisgenoot te stillen. Mijnheer Jacob verheugde zich zeer hierover en diende haar de mooiste stukken voor, hetgeen zij in haar opge ruimde stemming niet eens scheen te merken. om met goed gevolg de leiding der regeerings- politiek op zich te kunnen nemen. Men kan nu gemakkelijk Kappeyne en Tak töt de zondebokken maken, hen voorstellen als de mannen, die het tot stand komen eener combina tie verhinderden, maar eerlijk is dat met het oog op de feiten niet, en zeer zeker is dat meer in het belang van hen, die door eigen gebrek aan politiek doorzicht of door onhandigheid échec geleden hebben, dan in het belang van het va derland of van de liberale partij. ijl er 26 op verschillende personen waren uitge bracht. Tot lid der provinciale staten is mr F. S. van Hierop (1.) gekozen met 1189 van de 1777 geldige stemmen. Mr Th. Heemskerk (a.) bekwam er 567. Voor de bezoekers van de tentoonstelling van schilderijen op het raadhuis te Middelburg is de schilderes mej. Wally Moes geene onbekende meer. De twee daar tentoongestelde stukken Gevangen Trekvogels en Straatmuzikanten, beiden het zuidelijk type weergevend in gloedvolle kleur, trekken vele belangstellende kijkersen deze zelfden zullen zeker gaarne gebruik maken van de gelegenheid om nog een derde stuk der genoemde kunste nares in oogenschouw te nemen, opengesteld door den kunsthandelaar C. H. J. Van Benthem Jutting alhier. Het is een groot doek, waar aan de naam Blikken in de toekomst gegeven is, en dat een kaartlegster voorstelt levensgroot, het hoofd gesteund door den eenen arm, die op tafel rust, terwijl de andere hand de kaarten houdt. Haar groote zwarte oogen staren in de verte en over het gelaat ligt een waas van onvoldaanheid; het gitzwart haar golft langs den schouder. Het hoofd is met de kleurige omgeving treffend schoon. Minder gelukkig is de vleeschkleur van den schamel bedekten arm. Over het geheel boeit bet stuk door de warmte van kleur, en het verwon dert ons niet dat het met een zilveren medaille werd bekroond. Wij raden alien beminnaars der kunst aan de gelegenheid, door den heer Van Benthem Jutting verschaft, niet ongebruikt te laten voorbijgaan. Amsterdam, 28 Maart. De uitslag der Dinsdag gehouden verkiezing voor twee leden van de tweede kamer vacaturen-Dirks en Holtzman is als volgt. Aantal kiezers 4500. Vacature-Dirbs (aftreding 1883.) Ingekomen 1954 stemmen, waarvan 27 vanon - waarde. Volstrekte meerderheid 964. Er moet eene herstemming plaats hebben tus schen den heer J. Dirks (1.) die 787 en H. W. Van Marie (a.) die 569 stemmen verwierf. De heer A. Gildemeester bekwam 483, de heer J. Kappeyne 56 stemmen. Vacature - Holtzman (aftreding 1885). Daarvoor waren 1957 stembriefjes ingeleverd, waarvan 21 van onwaarde. Volstrekte meerderheid 969. ,r De heer A. Gildemeester (1.) bekwam 819 en A. baron Schimiuelpenninck v. d. Oye (a) 588 stem men. Tusschen beiden moet eene herstemming plaats hebben. De heer J. Kappeyne verkreeg 475 stemmen, ter- Reeds meermalen had zij nieuwsgierig achterom gekeken naar de uitgestrekte ruine en dan was haar blik steeds ernstig geworden. Welke ge schiedenis zou er aan die bouwvallen en puinhoopen verbonden zijn? Eindelijk kon zij zich niet lan ger bedwingen' en vroeg wat er van was. »Dit zijn de bouwvallen van het slot van Unkelstein", zei Leentje op zeer geheimzinnigen toon; »daar spookt de Witte vrouw, die veroor deeld is om eiken nacht, vooral bij maneschijn, zooals wij heden zullen hebben als een geest rond te dwalen. „Malligheid! Bijgeloof!" riep mijnheer Tils uit en haalde verachtelijk de schouders op. „Bezondig u nietsprak Leentje hoogst ernstig, »de Witte vrouw kon zich wel eens wre ken. Vraag het maar aan vader en moeder of het waar is die zullen het u wel zeggenZie maar eens hoe angstig zij kijken. Nu weet gij al ge noeg Men zingt bij ons een lied van de Witte vrouw van Unkelstein, dat al honderden jaren oud is en dus moet de geschiedenis wel waar zijn. Wil ik dat lied eens voor u zingen En zonder het antwoord af te wachten, hief het meisje een treurige, sombere melodie aan en ver hoogde nog door haar mimiek en gebaren den hniveringwekkenden indruk van het lied. Eens woonde aan den sctoonen llijn, In 't slot van zijn geslacht, Graaf Gerold met zijn knechtensebaar, En oefende er zijn macht. H. H. M. M. de koning en de koningin met de jeugdige prinses zullen den 2en April des mid dags 1 u. 40 m. uit Den Haag afreizen, om, te gen 4 u. 40 m. te Vlissingen aangekomen, van daar met de Valk naar Engeland te vertrekken. Zij worden den anderen morgen te 8 uren te Queenborough verwachtvertrekken dan per exprestrein naar Londen, waar zij omstreeks 10 uren zullen aankomen. j Z. M. de koning zal bij de kroning van den j czaar vertegenwoordigd worden door een buiten- gewoon gezantschap, bestaande uit de heeren mr baron Schimmelpenninck van der Oye, jhr Boreel, jh1 mr Van Tets, jh1 Steengracht en graaf Van Lijnden, luitenant-kolonel der huzaren. Te rekenen van 1 April a. zullen alle plaatsen in Nederland, welke tot dusver nog niet in den dienst der pakketpost waren opgenomen, voor dien dienst worden opengesteld. Ter opleiding tot de betrekking van telegrafist 2e klasse bij de rijkstelegraaf kunnen, na verge lijkend onderzoek, in de maand Augustus a., leerlingen worden toegelaten, aanvankelijk opeen daggeld van éen gulden. Voor nadere inlichtingen verwijzen wij naar de St. Ct van heden. Te Breda zal den len, 2en en 3cn Juni een drie- daagsch muziekfeest van de Ned. vereeniging van toonkunstenaren plaats hebben. Eigen Haard bevat deze week een artikel van den heer Armand Sassen over de rijkspostspaar bank. Na de buide, aan het echtpaar Groen van Prin- sterer gebracht, is het niet ongepast dunkt ons eens te herinneren aan de woorden, door mevrouw Bosboom-Toussaint geschreven in haar schetsHet kasteel Westhoven op Walcheren in Zeeland, voorkomende in Eigen Haard van 1882, woorden die den eersten stoot gaven tot het plan dat nu is verwezenlijkt. Mevrouw Bosboom-Toussaint schreef: »Het kasteel Oud-Wassenaar .is geen oud kasteel dat herstelling behoefde, bet is geheel nieuw opgebouwd op de plek zelve en als in de plaats gesteld voor het liefelijk maar eenvoudig huiten, waar een onvergetelijk en onvergelijkelijk echtpaar jaren lang zich de eenige uitspanning gunde en de weinige rust die het zich veroorloofde. Het Oud-Wassenaar van Groen van Prinsterer en zijne waardige gade bestaat niet meer, maar hij die hen bij hun leven opvolgde, heeft er een mo- Hij had een dochter, wonderschoon, Een lief en aardig kiud, Als 't schoonste meisje alom bekend En door elkeen bemind. Een ridder won, door spel en lied, Het liart van 't schoone kind. De graaf is woedend als hij hoort Dat zij dien zanger mint Hij lokt den armen jongeling Arglistig naar den Rijn, En werpt hem in den diepen stroom, Bij 'tslot van Unkelstein. De schoone Bertha staat ontdaan, Beklimt den Unkelstein En, radeloos van spijt en smart, Volgt zij hem iu den Rijn. N» komen vaak bij maneschijn, In helderen zomernacht. De twee gelieven uit hun graf, En zingen, fluisteren zaeht. Dus gaat de sage door het land. Al aan den schoonen Rijn. Eu spreekt men van de witte vrouw Van 't slot van Unkelstein. Het kleine gezelschap was erg stil geworden, ofschoon de overmoedige deern de akelige ge schiedenis door haar voordracht blijkbaar zeer overdreven had. Mijnheer Jacob had met onge veinsde belangstelling naar de legende geluisterd, nament gesticht, dat getuigen kan wat heden- daagsche bouwkunst vermag, als zij gesteund wordt door onbekrompen kunstzin, door een ruime beurs en een milden geest vrij van alle kleinheid, en geleid wordt door dien goeden smaak, die van het oude niets verwerpt dan 't geen wansmaak mocht heeten en van het nieuwe alles te hulp roept wat het voor heeft op het verledene in hulp bronnen. Blankenberg, waar de echtgenooten Groen van Prinsterer zich terugtrokken, toen zij Oud-Wasse naar voor zich te omslachtig vonden, was beider laatste lustverblijf op aarde. In het huis op den Vijverberg te 's Hage stond hunne stervenssponde. Had het geen gedenksteen verdiend om te getui gen van hen die daar te zamen hebben geleefd en gewerkt, vele jaren lang, en die steeds het voorschrift hebben betracht»Hun zeiven arm den armen rijk Dat het huis eigendom van den staat is gewor den en aan Justitia werd toebedeeld tot dat het grootsche gebouw zou voltooid zijn, dat nu als ministerie van justitie de bewondering trekt van ingezeten en vreemdeling, zal toch wel geene hin dernis zijn om dit denkbeeld te vei'wezenlijken Justitia beeft tot eersten plicht de bestraffing van de boozemaar den waardige vergelding te doen voor zijne goede werken, behoort toch ook tot de taak der gerechtigheid? En van den man die nu aan haar hoofd staat weet men, dat hij gloeit voor waarheid en recht, en dat geen verschil van poli tieke opinie hem in den weg zou staan, om Groen van Prinsterer en zijn gade de eere te geven die hun toekomt." Het is zeker eene groote voldoening voor de gevierde schrijfster dat haar idéé tot uitvoering is gekomen. rechterlijke macht. Ingetrokken, op verzoek, de benoeming van mr G. Ribbius, tot griffier bij het kan tongerecht te Sommelsdijk, en benoemd tot bovengemelde betrekking mr J. C. Roosenburg, adv. en proc. te Zwolle, tevens beëedigd klerk ter griffie van de arr.-rechtbank aldaar. notarissen. Benoemd tot notaris binnen het arr, Leeuwarden, ter standplaats Jorwei'd (Baarderadeel), mr T. Y Kingma Boltjes, notaris te Anjum. leger. Voor 3 jaren gedet. bij bet wapen der genie van het leger in N. I., de Ie luit. J. A. Nebbens Hei- ling, van het korps genietroepen. Ongeveer half Maart ontbraken er nog bij het kader der infanterie 135 serganten, 4 fouriers en 381 korporaals, o. a. bij het le reg. 33 serg., 1 fourier en 35 korp.bij het 2* reg. 19 serg. en 54 korp.; bij het 3" reg. 0 serg. en 36 korp., bij het 4» reg. 21 serg. en 49 korp.; bij het 5e reg. 1 «erg. en 57 korp.bij het 6" reg. 18 serg., 2 fou riers en 41 korp.bij het 7Ê reg. 20 serg. en 55 korp.bij het 8= reg. 11 serg., 1 fourier en 38 maar juffrouw Sibylle werd angstig en vroeg on willekeurig »Is die geschiedenis van het spook wezenlijk waar Zij zag eerst Leentje en toen de oudelui vragend aan en schrikte van hun uiterlijk. Zij zaten beiden als misdadigers en de oude vrouw begon met een zware zucht Helaas! driemaal helaas! dat ik het zeggen moetmaar dat van het spook en den helschen geest is waarik heb het meermalen met mijn eigen oogen gezien, zelfs vóór midder nacht, in den maneschijn daar, tusschen de puinhoopen. Onze lieve Heer zendt ons dat akelige spook zeker tot straf voor onze zonden en als wij de waarschuwing niet ter harte nemen, zijn wij stellig altemaal verloren!" Zij had hoe langer hoe doffer en benauwder gesproken en ten slotte een kruis gemaakt en juffrouw Sibylle voelde een koude rilling over haar rug gaan. Lambert stond, op, bromde een vloek en zei norsch »OuwewijvenpraatjesZij verbeeldt zich dat zij het spook gezien heeft en wil erop zweren en anderen in het dorp zeggen het ook. Zoo moet men er wel aan gelooven maar ik heb het zelf nog nooit gezien. Mocht dit echter eens het geval zijn, dan zweer ik dat dat ellendige spook niet lang meer zulk een razende verwarring in mijn huis teweeg zal brengen I Ik ga het te lijf, al moest ik er mijn ziel en zaligheid bij op het spel zetten." (W*rdt verv*lgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1883 | | pagina 1