luiWriTii:
Mooppii en YerpcMiipi ia Maal
Laatste Berichten
Ingezonden Stukken.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Staten-generaal.
Algemeen Overzicht.
dagen op gezag der Belgische bladen mededeelden.
Men vreesde dat tip door maagkanker was aange
tast, maar sedert eenige dagen neemt hij de ge
wone hoeveelheid voedsel. Zelfs is hp reeds aan
't hovenieren gegaan, wat zijn lievelingsbezigheid is.
De heer Gladstone, die zooals men weet, te
Cannes vertoeft om gezondheidsredenen, heeft een
langdurig bezoek gehad van den heer Clémenceau.
De heeren hebben natuurlijk ook gesproken over
de uitbanning der prinsen, en de heer Clémenceau
heeft daarbij de zienswijze ontwikkeld, dat de
bedreigingen der monarchisten niet gevaarlijk zijn
voor de republiek, maar dat het onvoorzichtig zou
zijn om hen ongestraft te laten intrigeeren.
De Salvationisten schijnen weinig vrienden
te hebben in de Zwitsersche pers eenige bladen
zijn zelfs zeer vijandig. Zij verklaren dat het leger
van generaal Booth voor de maatschappij gevaar
lijker is dan de anarchisten; miss Booth wordt
door hen vergeleken met Louise Michel. De Ber-
ner bond noemt hen een Schwindelgesellschaft,
maar de sterkste bestrijding vinden zij in de gravin
Agénor de Gasparin, die hen hevig heeft aange
vallen in een boekje, getiteld Armee soi-disant
du salut. De gravin is een autoriteit in de
godsdienstige wereld en haar taal en hare rede
neering blijken zeer veel invloed te hebben.
Intusschen zijn miss Booth en hare vriendin
miss Charlesworth uit het canton Genève gejaagd,
de eerste gelijk de correspondent van Daily-
News schrijft omdat zij niet in staat was geld
te verantwoorden dat bijeengezameld was op eene
meeting in December; de andere wijl zij eene
door hare ouders geschreven machtiging om in
het canton te vertoeven niet kon vertoonen.
De tenorzanger Ronconi is te Sinigaglia
plotseling op het tooneel dood gebleven. Hij moest
optreden in Faust, doch toen het scherm opging
was hij niet in staat om op te rijzen van zijn zit
plaats. Hij viel erin terug, bevende en wild rond
starende. Het orkest ging door met spelen, doch
geen geluid kwam van de lippen van den zanger.
Het publiek lachte en siste, en sommigen beweer
den, dat het Ronconi niet was die daar op het
tooneel zat, terwijl anderen meenden, dat hij
dronken was. Intusschen bleef Ronconi zitten met
glazige oogen en bewegingloos. Toen de regisseur
gekomen en het scherm neergelaten was, bleek 't
dat den zanger eene beroerte had getroffen. Hij
kwam niet meer bij kennis.
ItratolseodijMe, 14 Febr. Door den heer Jac.
Verlare is Maandag aanbesteed het bouwen van
een woonhuis op zijn hofstede te Nieuwland, welk werk
moet worden uitgevoerd onder toezicht van den heer A.
Le Clercq, bouwkundige te Kruiningen. Er werd inge
schreven door de heeren J. Visser alhier voor 4870,
J. Bruggeman te Hausweert voor ƒ4790, Th. van Doorn
alhier voor 4700, L. vau Verre te Kruiningen voor
ƒ4666 en Joh. Lindenbergh te Wemeldinge voor 4600.
Aau laatstgenoemde is het werk gegund.
Datum. Plaats. Voorwerpen. Informatiëu.
16
Febr.
Middelburg,
overhoekeu st.
Outvanger der
spoorweg,
reg. en dom.
20
Oranjebosschen
Hakhout enz.,
Woutersea.
20
Middelburg,
Meubels enz.,
Notarishuis.
20
0
West kapel le,
Melkkoeien enz.
Verhulst.
22
u
Middelburg,
Huis,
Verheij.
22
Ter Neuzen,
Broodbakkenj,
Dronkers.
23
0
Middelburg,
Inboedel,
Verhulst.
28
0
N. St Joosl.
Boeren-inspan,
Tak.
2
Maart.
Wissekei'ke,
Boereu-inspan,
Roelof.
2
Domburg,
Bouw- en weil.
Woutersen.
14
0
Aagtekerke,
Hofstede,
Woutersen.
10
Mei.
Biervliet,
Boeren-inspan,
Le Nobel.
Thermometerstand.
13 Febr. 's avonds 11 uren 36 gr.
14 's morgens 8 uren 36 gr. 's middags 1 uur 47 gr.
s avonds 5 uren 45 gr. F'.
Amsterdam. Bij de Dinsdag gehouden
verkiezing voor twee leden van den raad zijn uit
gebracht 1427 geldige stemmen. Volstrekte meer
derheid 714.
Gekozen is de heer Jb. Ankersmit jr. (lib.) met
733 stemmen.
Er moet verder eene herstemming plaats hebben
tusschen de heeren mr C. M. J. Willeumier (lib.),
die 657 en m' C. T. D. Fabius (ant.) die 456
stemmen verwierf.
Voorts verkregen de navolgende heeren het achter
hun naam vermeld aantal stemmen J Wiegman
442, P. C. Van Beeck Vollenhoven 263 en A. L.
Van Tienen 233 stemmen.
's (iravt'iiliugc. Tweede k a m e r. Bij de
voortgezette behandeling der Billiton-quaestie, in
de zitting van heden, deed de minister van kolo
niën, zijne rede vervolgende, uitkomen dat reeds
een suppletoir contract in 1861 bepaalde dat de
zij. De gemeente vindt nu dat de dominé te
klein is, maar zijn innerlijk is beter dan zijn
uiterlijk en hjj bezit, hetgeen anderen nog zoeken.
Verbeeld u dat zoo'n lompe boer verleden tot mij
durfde zeggen dat de nieuwe dominé op de preek
stoel bromde als een vliegmaar gij begrijpt dat
ik hem daarop gediend heb. Ja, als hij wat
spraakzamer was en wat minder in zijn kamer
zat, zou alles gaan alsof het gesmeerd was.
Maar ik moet voor het eten gaan zorgen.
Uwe Wenka.
(Wordt vervolgd.)
in de verbintenis opgenomen termijn van ver
lenging zou worden toegestaan onafhankelijk
van de wijziging der verordeningen op het mijn
wezen. De rechtsgeldigheid van het contract
kan alleen door de rechterljjke macht beslist, niet
eenzijdig door de regeering of de kamer uitge
maakt worden. Wettelijke vorderingen zijn niet
overschreden, omdat de nieuwe bepalingen van
1873 niet toepasselijk konden zijn op voorzetting
derop den basis van 1850 berustendeont
ginning. De heer Keuchenius zette de bezwaren
uiteen, die hij reeds in 1861 als lid van den raad
van Indië had. Hij ontkende dat er toezeggingen
tot termijns-verlenging hadden plaats gehad.
Bovendien zou toch in ieder geval de wet
gaan boven het, trouwens onjuist,beroep op goede
trouw. Hij betoogde dat de oorspronkelijke
concessionarissen wisten dat de termijn van
40 jaar, die in 1850 reeds een privilegie was,
niet verlengd kon worden. Spreker ontkende
ook de bevoegdheid van den gouverneur-generaal
om zonder koninklijke goedkeuring verandering
te brengen in de mijnverordening van 1873.
De heer Rutgers verklaarde met leedwezen uit
de rede van den heer Lohman gezien te hebben,
dat het antirevolutionair regeerings-regime (behou
dens den heer Keuchenius) een Billitonregime is,
eerder in Rusland dan in Nederland thuis behoo-
rend. Hij kwam vooral op tegen de gepleëgde
wetschennis en tegen het geheel onbeteekenende
der koninklijke goedkeuring, berustende'- op dé
verkeerde gegevens omtrent de zaak zelve, welke
spreker daarop refuteerde. Hij vereenigde zich
dus met de conclusie der commissie behoudens eene
sterkere uitdrukking dat 's landsbelang is verzaakt,
waaraan hij echter niet zal hechten, hoewel hij
overtuigd is dat hier de wet verkracht en 's lands
belang geschonden is, ten behoeve van particulieren.
Diirbati, De Transvaalsche Boers hebben
de buitenwerken van Mapoch's sterkte genomen.
De vijand bood hardnekkig tegenstand doch is
met groote verliezen teruggetrokken.
TWEEDE KAMER.
De heer v. Nispen heeft in zake Billiton een
gewijzigde conclusie voorgesteld, luidende dat de
overeenkomst is aangegaan met terzijdestelling
van de wettelijke bepalingendat bij deze over
schrijding van bevoegdheid 's lands belang niet
is op den voorgrond getreden en dat de reg. dus
alle zoodanige maatregelen behoort te nemen, als
in dat belang wenschelijk en uitvoerbaar zijn.
Omtrent de door den minister van justitie in
gediende wetten tot uitvoering van het nieuwe
strafwetboek en tot wijziging der rechterlijke
wetten en de wetboeken, verneemt men dat tot
uitvoering van het in het nieuwe wetboek van
strafrecht aangenomen beginsel van uitsluiting der-
strafvervolging tegen kinderen heneden tien jaren
en van handhaving hunner plaatsing in een op
voedingsgesticht de minister eene speciale proce
dure wenscht in te voeren.
Die procedure zou berusten op dit beginsel, dat
zelfs de schijn eener strafvervolging zou worden
vermeden. De plaatsing zou niets anders zijn dam
een maatregel, strekkende om het kind voor de
maatschappij onschadelijk te maken en tevens'aan
verder verderf te ontrukken, door het onmiddellijk
staatstoezicht te plaatsen en te doen opvoeden
in zekeren zin eene staatsvoogdij met verscherpt
toezicht en geregelde opvoeding, in de plaats
tredende van de ontbrekende of ongeschikt geble
ken vaderlijke macht of gewone voogdij.
Ter voorkoming van strijd tusschen de belangen
van het kind en die van den wettigen vertegen
woordiger zou dan het kind een gerechtelijke
vertegenwoordiger of raadsman worden toegevoegd
tot waarneming van de belangen van het kind,
en overigens zou de zaak naar de voorschriften
van de instructie in strafzaken worden onderzocht.
De voorgestelde wijzigingen in de wet op de
rechterlijke organisatie en het beleid der justitie
hebben hoofdzakelijk de strekking om de bestaande
strafrechtspleging in overeenstemming te brengen
met het strafwetboek en om, wat thans bepaald
is ten aanzien van correctioneele zaken, uit te
breiden tot alle misdrijven met afschaffing alzoo
van de exceptioneele behandeling der crimineele
zaken
Het wetsontwerp voert appel in alle strafza
ken in.
Aan de rechtsmacht van den kantonrechter zul
len alle overtredingeu worden onderworpen, met
uitzondering alleen van de bedelarij, van de be
lastingovertredingen en van de overtredingen
waarvan de hooge raad kennis neemt.
De uitzondering ten aanzien van de bedelarij
wordt gegrond op de noodzakelijkheid van het
toelaten der preventieve hechtenis bij die over
treding.
De staatscommissie voor de samenstelling
van een wetboek van strafrecht, die
tegelijkertijd met het ontwerp van een wetboek
van strafrecht aan den koning heeft over
gelegd behoorlijk geformuleerde en toegelichte
voorstellen betreffende al de veranderingen in de
geldende wetgeving, die noodig zijn om deze in
overeenstemming te brengen met het nieuw in te
voeren strafwetboekwenschte indertijd de
misdrijven in eersten aanleg gedeeltelijk te doen
berechten door de rechtbanken, gedeeltelijk dooi
de hoven, en was van oordeel, dat de grens dei-
competentie van de hoven eigenaardig was aan
gewezen door den straftijd van drie jaren, die in
het ontwerp-strafwetboek als maximum was aan
gewezen voor de gevangenisstraf in afzondering
te ondergaaneen grensdie vrij wel in
overeenstemming scheen met het maiimu m
van de eorrectioneele gevangenisstrafvolgens
den Code Pénal. Vooral de omstandigheid, dat
het maximum der in afzonderlijke opsluiting te
ondergane straf van drie op vijf jaren is gebracht,
heeft den minister doen besluiten van de grens
der staatscommissie af te wijken. Nu het verschil
tusschen crimineele en correctioneele feiten in het
materieele strafrecht is opgeheven, wordt thans
ook het formeele recht daarmede in overeenstem
ming gebracht. Gelijktijdige berechting van alle
misdrijven is dus de noodzakelijke consequentie
van het groote beginsel van het nieuwe strafwet
boek dat geene onteerende misdrijven kent.
Eindelijk strekken de wetsontwerpen tot wijzi
ging van het burg. wetboek, van het wetboek van
koophandel en van de burgerlijke rechtsvordering,
am die wetboeken met het nieuwe wetboek van
strafrecht in overeenstemming te brengen.
Verschillende bepalingen van het burgerlijk
wetboek spreken van «onteerende straf". Die
straf vervalt met het nieuwe strafwetboek. Dien
overeenkomstig wijst de derde der invoeringswetten
de daardoor noodige wijzigingen aan. In hoofd
zaak -wordt de «onteerende" door een vrijheidstraf
van ten minste 3 jaren vervangen.
Art. 398 van het wetboek van koop
handel wordt ingetrokken, art. 440 aangevuld
met slavenhandel, zeeroof of koopvaart, art. 893
gewijzigd ter overeenstemming van de terminologie.
De strafbedreiging van art. 22 in het bur
gerlijk rechtsvordering vervalt. Idem
van art. 24 art. 25 bedreigt schorsing van 6 weken
tegen een deurwaarder enz.art. 26 machtigd tot
dadelijke behandeling ter terechtzitting.
Art. 63 en 91 worden, als onnoodig, ingetrokken.
Wijziging van de zegelwet.
De wet van 1882 is, constateert de minister
van financiën met bijval ontvangen en het
lagere recht zal belangrijk hoogere opbrengst geven.
Maar het komt hem dringend noodig voor, een
einde te maken aan den toestand dat polissen nog
meerendeels ongezegeld zijn, evenzeer door toe
passing van lager recht met strengere strafbepa
lingen, opdat de gezindheid tot naleving van de
wet niet verflauwe. Bij onderscheidene assuradeurs
vond de regeering daartoe steun. De meeste
assurantie-polissen zullen belast zijn met 5 ets.
Om ook de huurcontracten te treffen wordt de
zegel toegepast, dat de huurder het recht betaalt
en c. q. de verhuurder de boete, met nietigver
klaring van ongezegelde contracten. Van polissen
van verzekering wordt geheven 25 ets. van elke
100, uitgezonderd levensverzekering, waarvoor
het recht 10 ets. bedraagt (het recht te berekenen
over de premie); om buitenlandsche maatschap
pijen geljjk te stellen met Nederlandsche worden
de agenten van eerstgenoemden aansprakelijk ge
steld voor de boete, al hebben zij de polis niet
mede-onderteekendook hier komt het recht ten
laste van den verzekerde, de boete voor den verze
keraar de boete bedraagt 100 maal het recht,
en minstens 100het minste recht is 5 ets.
Ook de vrijstelling van zegel voor de loten dei-
staatsloterij behoort te vervallen. De weelde van
spelen is bij uitnemendheid voor belasting vatbaar,
en do vraag naar loten is zoo sterk, dat de min.
aanneemt dat 3 recht per lot de plaatsing niet
zal in den weg staan. De directeur der staats
loterij neemt het recht bij de afgifte in ontvangst.
De jaarlijksche opbrengst zal zijn 160,200.
Bovendien zijn alle loten in loterijen onderworpen
aan een recht van 5 ets. per 1 (premieleenin-
gen zijn uitgezonderd)buitenlandsche loten zijn
eerst na stempeling verhandelbaarde boete
bedraagt 100 maal het recht en minstens 100
voor binnenlandsche loten en 10 maal meer
voor buitenlandsche, de laatste boete te beta
len door eenig persoon die zich hier te lande met
de uitgifte enz. zal bemoeid hebben.
Voor den effectenhandel is het een grief dat de
zegeibelasting op buitenlandsche fondsen een las
tige formaliteit is. Die grief wordt weggenomen
door alle buitenl. effecten aan de belasting te
onderwerpen, zoodra zij binnen het rijk tot onder
werp van overeenkomst dienen. Een evenredige
belasting voor alle binnenl. effecten, gelijk aan die
voor de buitenl., wordt voorgesteld. Deze bepa
lingen zijn ontworpen in overleg met het bestuur
der vereeniging v. d. effectenhandelzonder dien
steun zou de reg. het niet gewaagd hebben de
bestaande bepalingen los te laten, die 100.000
'sjaars opleveren; de nieuwe belasting ramen be
voegde beoordeelaars op het dubbele. Vrij blijven
de inschrijvingen op het grootboek en andere
obligatiën ten laste van den staatoverigens staan
alle effecten gelijk, ook de certificatie N. W. V.
der administratiekantoren. Het recht wordt voor
gesteld op 1 met een minimum van 5 ets. Niet
de bezitter van het stuk is zegelplichtig, maar hij
die het in den handel brengt, beleent enz. (Boete
als bij de polissen.)
Voorts wordt bij art. 1 alin. 1 der wet van 1882
gevoegd«en onverschillig of die stukken eene
geschrevene of gedrukte onderteekening dragen
of dat daaraan slechts eenig kenmerk is gegeven
waardoor zij bestemd zijn om tot bewijs van ont
vangst te dienen.
«Indien niet uit de stukken blijkt dat het schuld
bewijzen zijn, worden alle erkenningen van het
in ontvang nemen van geld of geldswaardig papier
voor de toepassing dezer wet, voor quitantiën
gehouden."
Voor het deposito-bewijs wordt een lager zegel
recht billijk geacht (5 ets.)
Voor het zegelen van buitenlandsche fondsen
wordt een termijn van i jaar gesteld, met 1/5 van
het bepaalde recht.
Hoe de beslissing van den senaat in zake de
pretendentenwet wel door de Fransche bladen
wordt beoordeeld Dit is de eerste vraag, die zich
heden aan ons moet opdringen, en als antwoord
bevinden wij aanstondsdat de beoordeelingen
van den toestand zeer verschillend zijn,, Eenige
organen, zooals le XIX' Siècle en la Paix zijn met
het senaatsvotum tevreden. De eenige wensch
van het eerstgenoemde blad is dat de kamer
den tekst-Waddington zal aannemen en dat
aldus aan de geschiedenis een einde kome, die
reeds te lang, sedert 16 Jannari, geduurd heeft.
Andere bladen echter, la Justice, le Siècle en la
République franpaise, verwerpen het amendement-
Waddington, ondersteiind door den heer Léon Say,
als onvoldoende. De senaat zou wijs gedaan heb
ben, zegt le Siècle, door eenvoudig de door de
kamer aangenomen wet aan te nemen. Strikt ge
nomen had dit blad verwacht, dat het voorstel-
Barbey, ondersteund door den heer Henri Martin
genade zoude hebben gevonden. End q République
franfaise voorspelt categorisch de kamer zal het
voorstel-Waddington niet aannemen.
De commissie voor de pretendentenwet is aan
stonds bijeengekomen. Drie zienswijzen doen zich
voor aanneming van het oude voorstel-Floquet;
of den senaat niets voor te leggendoch der
regeering te verzoeken om op de prinsen die
maatregelen toe te passen, welke uit het reglement
van het leger en uit de wetten voortspruitenten
derde aanneming van het ontwerp-Barbey met
eenige wijzigingen. Waarschijnlijk zal de com
missie aan dit laatste ontwerp de voorkeur geven.
Intusschen is de kamer bijeengekomen om van den
minister van justitie de door den senaat aange
nomen wet in ontvangst te nemen.
't Was weer eene rumoerige zitting, die begon
met het verwijderen van een toehoorder op de
tribune hij beklaagde zich over het feit dat men
zijn eigendom stal, en deed een beroep op de ver
tegenwoordigers van het land. Groot tumult in
de kamer. Daarna staat een lid der rechterzijde op
om de prealabele quaestie te verzoeken wat met
402 tegen 97 stemmen wordt geweigerd. Dan
komt de heer de Cassagnac, die de nieuwe wet
wil in handen stellen van eene andere commissie
Als dit niet toegestaan wordt richt dezelfde spreker
eene interpellatie tot de regeering, waarom zij nog
maar altijd aanblijft. Hij had gedacht, deze ministers
niet meer op hunne banken te vinden. De inter
pellatie wordt onder bravo-geroep en protest voor
eene maand verdaagd. Onder dit rumoer wordt
een beleedigend woord aan het adres der regeering
gehoord, niet door den president, maar door de
ministers De Mahy en Devèszij protesteeren. De
minister De Mahy vraagt, wie het gedaan heeft.
Na eenig tegenstribbelen valt de heer Faure onder
hevig geraas door den mandhij had het woord
geuit. Maar de heer de Cassagnac, die weet wat het
zegt gestraft te worden, komt op voor den aan
geklaagde en verdedigt hem door te zeggen, dat
de minister de Mahy den heer Faure een «lafaard"
genoemd heeft. De minister antwoordt, dat, toen
niemand antwoordde op de vraag wie de schuldige
was, hij dit wegkruipen een daad van lafheid heeft
genoemd. De heer Faure ontliep zijn straf niet
de censuur werd op hem toegepast.
Daarop ging de kamer, die bijeengekomen was
om de senaatswet te ontvangen, uiteendoch men
moet niet denken, dat de minister zoo gemakke
lijk over het incident-Faure heenstapte. Zijjgingen
aanstonds raad houden, en de meesten van hen
erkenden de solidariteit van het kabinet in deze
zaak. De heer De Mahy zond onverwijld twee
getuigen naar den heer 'Faure, doch toen deze
ontkende persoonlijk iemand te hebben willen
beleedigen, was het duël onnoodig. Dat de soli
dariteit is volgehouden, bleek spoedig daaruit,
dat de heer de Fallières en al de andere ministers hun
ontslag indienden bij den president der republiek.
De heer Grévy heeft hun verzocht voorloopig te
blijven. Nu de senaat voor het oogenblik althans
eene botsing tusschen de beide parlementen heeft
voorkomen, staat het aan hém om zooveel moge
lijk alle kansen voor latere botsingen en crisissen
af te snijden door het samenstellen van een nieuw
kabinet. Men noemt nu algemeen den heer Frey-
cinet als aanstaanden samensteller daarvan, en deze
zou misschien niet aarzelen, indien hij maar eene
meerderheid had in het parlement om op haar te
steunen.
Donderdag zal de wet van den senaat in de
kamer behandeld worden, en dienzelfden dag komt
ook prins Napoleon weer terug, die met zijn zoon
Louis naar Engeland is gereisd, ten einde keizerin
Eugenie de hand te drukken.
Het Duitsche parlement heeft zich beziggehouden
niet de tweede lezing van het wetsontwerp op de
militaire pensioenen, een ontwerp, waaraan het
gouvernement veel waarde hecht, en op welks
aanneming door den heer Kameke, minister van
oorlog, zeer werd aangedrongen. Voor de centrum-
party was dit eene gelegenheid om de houding te
bepalen, die zij tegenover het gouvernement gaat
aannemen in de quaestie met Leo XIH. Het cen
trum nu heeft het ontwerp niet ondersteund, maar
ook niet openlijk zich ertegen verklaard. Zijn
woordvoerder, de heer Windthorst, stelde voor
het naar de commissie te zenden en de
meerderheid heeft zich hiermede vereenigd.
Dit is eene politiek van verschuiven. Deze tac
tiek der clericalen, om door eene afwachtende
houding aan te nemen invloed uit te oefenen op de
beslissing der regeering in de godsdienstige quae
stie, heeft de leider der liberalen de heer Richter
ontmaskerd door te verklaren, dat het toch niet
aanging om alle belangrijke ontwerpen in de por
tefeuilles der commissies te houden, zoolang de
zaak met de curie nog hangende is. Met het
votum van het parlement moet het gerucht in
verband gebracht worden, dat spreekt van het
ontslag van den minister Kameke. Werkelijk schijnt
daarvan sprake te zijn geweest, vóórdat de heer
Bennigsen een middel tot overeenstemming had
gevonden in zake de militaire belastingen, door
een voorstel in te dienen volgens hetwelk alleen
het private fortuin der officieren aan belasting
onderhevig zal zijn.
Het lot der Denen in Noordelijk-Sleeswijk, die
te kiezen hebben tusschen dienstnemen onder
Duitsche vaandels of heengaan, is in de Pruisi
sche kamer van afgevaardigden het onderwerp
eener korte discussie geweest. Op een protest van
den Sleeswijkschen afgevaardigde Johannsen ant
woordde de minister van binnenlandsche zaken,
dat hij autoriteiten had uitgenoodigd om een rap
port in te dienen over deze zaak, en dat met het
oog op de verstandige terughoudendheid van de
Deensche regeering het Pruisische gouvernement
hoop had op eene vriendschappelijke oplossing.
De Duitsche regeering moet zich echter van de
genoemde terughoudendheid niet veel illusies ma
ken; want zooals wij weten heeft het Deen
sche gouvernement reeds eene aanmaning gekre
gen van de Folkething om maatregelen te nemen
tot bescherming der Deensche onderdanen in
Sleeswjjk.
Mijnheer de Redacteur 1
Het bericht uit Goes, voorkomende in uw norn-
mer van jl. Zaterdag, bevat een paar onjuistheden,
die niet pleiten voor den inzender ervan.
Die inzender toch schrijft of over een zaak
waarvan hij niet op de hoogte is, öf hij stelt de
feiten met opzet in een verkeerd daglicht.
Het eerste is niet verstandig, het tweede is
Daardoor heerscht er in dat bericht zulk een toon
van verdachtmaking ten opzichte van de directie
der sociëteit van Ongenuchten Vrij, dat ik niet
mag nalaten daartegen op te komen.
Aan die directie toch wordt ronduit verweten,
dat zij pogingen tot het doen van restaureeren
der schouwburgzaal heeft tegengewerkt, ja zelfs
ernstige aanbiedingen, gesteund door kapitaal,
heeft doen afstuiten.
Maar, mijnheer de redacteur, zulk eene verre
gaande veronachtzaming van de belangen dier
sociëteit zoude toch wel aan alle leden ervan en
niet alleen aan den inzender van het bewuste
bericht bekend zijn. Hoe is het dan mogelijk, dat
de algemeene vergadering dier leden, verleden
Vrijdag vóór acht dagen gehouden, twee leden dier
directie met algemeene stemmen herkoos, waar
deze zoo schandelijk de belangen ervan zouden
hebben verwaarloosd
I