IU8TEMLAI8D.
Gemengde Berichten.
Ingezonden Stukken.
Belgische brieven.
xxni
maar het is niet aan het publiek te wijten, dat
het voorloopig tracht op deze wijze aan zijne
verplichting te voldoen.
De Sl.-Ct bevat een kon. besluit, houdende wij"
ziging van toltarief voor stoomtramwagens op
's rijks groote wegen.
Daarbij is bepaald dat aan de tollen op 's rijks
groote wegen van tramwagens het volgend tolgeld
geheven wordt:
van de wagens, op een paardenspoorweg gebruikt
wordende, voor ieder aangespannen trekdier 4,
van elke stoomtramlocomotief 5 en van eiken door
stoomkracht bewogen tramwagen, 3 cent.
Gisteren heeft Z. M. de koning in bijzonder
gehoor ontvangen prins Mirza Malcom Khan, die
aan Z. M. heeft aangebodenzijne geloofsbrieven
als buitengewoon ambassadeur in bijzondere zending
van Z. K. majesteit den schah van Perzië en de
versierselen der orde van den Leeuw en de Zon
van Iran, door zijn souverein aan den koning
verleend.
(Zie Laatste belichten van gisteren
- De diamantenhandel te Amsterdam, die in de
laatste jaren tengevolge van buitenlandsche con
currentie zeer veel leed, schijnt weder langzamer
hand te gaan herleven. In de jongste drie jaren
werden verscheidene nieuwe diamantslijperijen op
gericht en reeds bestaande aanzienlijk uitgebreid.
Ook die in de Commelinstraat, welke nog slechts
korten tijd bestaat, zal aanzienlijk vergroot worden.
De Deensche magnetiseur Carl Hansen zal,
te beginnen met Maastricht, in de voornaamste
plaatsen van Nederland weder voordrachten met
proeven over biologie houden.
"Volgens de statuten der IJsel Stoomtramweg-
maatschappij zullen aanvankelijk de volgende
plaatsen door haar worden verbonden
a. Gouda, Oudewater, Montfoort, De Meern,
Oude Rijn, Utrecht, IJselstein, Lopik, Cabauw,
Schoonhoven en Benschopen
b Gouda, Zegwaart, Delft, Rotterdam, 's Hage,
Leidschendam, Stompwijk, Voorschoten, Leiden
en Wassenaar.
Naar men verneemt worden er pogingen in
't werk gesteld om Johannes Brahms, die zich
thans te Bonn ophoudt, te bewegen tot een bezoek
te Amsterdam. Wellicht zal zulks niet veel moeite
kosten, daar Brahms te Amsterdam vele en goede
vrienden heeft. Een van de quartet-soirées van
de Mv. v. Toonkunst zou hem gewijd worden en
dan o. a. een nieuw trio en een nieuw quintet
van den grooten componist ten gehoore gebracht
worden.
Gedurende 1882 zijn langs den Rotterdam-
schen nieuwen waterweg binnengekomen 4319 en
uitgevaren 3520 schepen.
Het afbreken van het reusachtige metsel-
gewrocht te Amsterdam dat Hoogesluis heette, is
in vollen gang. Vele der bogen zijn geheel ont
daan van de twaalf- of dertiendubbele laag steenen,
die er op lag. Bij het Amstelhótel is men reeds
ongeveer op de vereischte hoogte gekomen. Zoo
dra de werkzaamheden van de aansluitingen met
de nieuwe gaspjjp, die onder den Amstel is gelegd,
gereed zijn, kan de pijp, die nu langs de brug
looptworden weggenomen en zonder beletsel
worden voortgewerkt.
Door ongeveer 150 ingezetenen van 's Her
togenbosch is bij gemotiveerd adres aan den ge
meenteraad verzocht: 1" Te verbieden het zich
onkenbaar maken door het dragen van een masker
of anderszins, op de openbare straat of openbare
plaatsen; 2° ernstig te willen doen waken op de
sluiting der herbergen en koffiehuizen op het uur
van gewone dagen, of op een nieuw te bepalen
uur, alsmede alle nachtelijk straatgeraas".
Aan de verschillende kiosken te Amsterdam
werden gedurende het jaar 1882 van de volgende
dagbladen het daarbij vermeld aantal exemplaren
verkochtHandelsblad 49,260, Nieuws van den
Dag 42,702, Heraut era Standaard 1548, Tijd 1332,
Nieuwe Rotterdammer 34,545, Dagblad 1321, Va
derland 1293, Vliegend Blad 109,918, Kölnische
Zeitung 3200, Daily News 4382, Figaro 19,415,
Indépendance 3600, enz.
De ingezetenen van Leiden hebben eergiste
ren van des middags tot 'ongeveer 11 uren des
avonds waternood, wel te verstaan, gebrek
aan water, geleden. Het werd veroorzaakt
door de werklieden van den stoomtramweg Leiden-
Voorschoten, die door het inheien van eene fun-
deeringpaal de aanvoerbuis hebben doen springen.
Vele inwoners waren niet in staat hun middagmaal
te bereiden en het is hoogst raadzaam dat van
gemeentewege voorzorgen worden genomen, om bij
een mogelijk langduriger onheil in een werkelijk
gebrek gedeeltelijk te kunnen voorzien. Want
het ligt in den aard der zaak, dat alle hulpbron
nen van vroeger door den tijd worden gedempt,
vervuilen en onbruikbaar geraken.
De ontevredenheid, die onder de Italiaansche
jongelingschap ontstaan is ten gevolge van de
onthoofding van Oberdank, geeft zich telkens lucht.
Zoo loste Donderdag morgen te Rome een jong-
mensch, Rigatieri genaamd, vier schoten op het
paleis Venezia, dicht bij het Vaticaan, waar de
gezant van Oostenrjjk-Hongarjje resideert. Niemand
is echter gewond, de schutter werd natu u-lijk in
arrest genomen.
De uitvoerende commissie, belast met het tot
stand brengen van een nationaal monument voor
Jean Jacques Rousseau, en aan wier hoofd de heer
Henri Martin van de Académie Franfaise staat,
heeft besloten dat in de eerste maanden van dit
jaar eene tentoonstelling zal plaats hebben van
illustraties, gekleurde gravures, portretten, schil
derijen, medailles, handschriften, verschillende uit
gaven enz., alles betrekking hebbende op de
persoonlijkheid van den grooten schrijver.
Weet men hoe de Japansche families gewoon
zijn hare gelukwenschen te uiten voor het nieuwe
jaar? Allen dragen de Zondagsche kleeren en
's morgens vroeg beginnen de felicitaties. De
echtgenoote heeft de geschenken uitgestald welke
zij haren man wil aanbieden, en zoodra deze bin
nenkomt werpt zij zich drie malen op den grond,
vervolgens zich half oprichtende wenscht zij hem
geluk, steunende op de palmen der hand. De
echtgenoot zet zich daarop naast haar met de
handen uitgestrekt op de kniën en een weinig het
hoofd buigende geeft hij zijne goedkeuring te kennen
op fluisterenden toon. Na de wisseling der ge
schenken is het de beurt der kinderen en daarna
der grootouders. Het overige van den morgen
ontvangt men bezoek.
Madame Sarah Bernhardt heeft bekend ge
maakt, dat zij 420.000 francs aan een bloedver
want geleend had voor eene industrieele zaak, en
dat dit huis failliet is. Trots deze ramp die
haar treft zullen het Theatre de V Ambigu en het
Theatre Moderne niet verlaten worden. De tooneel-
speelster schrijft dat zij tegen het ongeluk zal we
ten te strijden en zich niet laat ter neerslaan door
tegenspoed.
De heer Tissandier, de luchtschipper, is
bezig een elliptischen luchtballon te vervaardigen,
welke voortbewogen zal worden door eene dynamo-
macbine en batterijen. Hij zal 131 voet lang zijn
en een inhoud hebben van meer dan 100.000 ku
bieke voet. Men berekent dat zijne draagkracht
behalve de machine een zwaarte van een ton zal
toelaten voor passagiers en ballast.
Zelden zeker heeft men van een zoo buiten
gewoon spoorwegongeluk gehoord als Maandag
plaats vond tusschen Glandovey en Barmouth.
Een gedeelte van deze lijn loopt langs den rand
van een afgrond ter hoogte van 60 voet boven de
oppervlakte der zee, en langs een rots. Nu had
de administratie den kant doen bemetselen met
baksteen om verzakking der aarde te voorkomen.
Terwijl de trein op dat punt voorbijging liet het
metselwerk los en viel een groote hoeveelheid
aarde op de rails. De locomotief werd door den
schok tegen de rots geworpen zoodat machinist
en stoker gedood werden. Maar door een gelukkig
toeval viel een tweede massa steenen na een paar
XXII.
Raïssa vloog Wassil, Tante en Lukitch voorbij,
regelrecht naar de kamer waar David lag en wierp
zich op eens aan zijn borst.
»0 O Da vid klonk het met
een bevende stem... «O!"
David maakte allerlei hevige gebaren met zijne
armen, sloeg ze om haar heen en legde zijn hoofd
tegen het hare aan.
»Vergeef mij, mijn schat", hoorde ik hem
zeggen en zij waren beiden als buiten zich zeiven
van geluk.
»Maar waarom gingt gij naar huis, Raïssa,
waarom zjjt gij niet gebleven zei ik tot haar
Zij lichtte niet eens het hoofd opGjj hadt
moeten zien hoe hij gered werd
«Ach, ik weet het niet"Vraag mij niets
Ik weet niets, herinner mij niet hoe ik thuis ge
komen ben. Ik weet alleen dat ik u in de lucht
zag zwevenHet was alsof er iets in mij ont
plofte Maar wat er daarna gebeurd is
«Ontplofteherhaalde David en eensklaps
begonnen wij alle drie te lachen. Wij waren erg
gelukkig.
«En wat moet dat ten slotte geven klonk
het op eens met een dreigende stem achter ons.
Mijn vader stond op den drempel. „Zullen die
dwaasheden eindelijk ophouden of nog langer
duren? Waar zijn wij? In het Russische rijk
of in de Fransche republiek
Hjj kwam de kamer in.
»Een ieder die oproer wil maken en op een
liederlijke manier leven, kan naar de Franschen
gaanMaar hoe waagt gij het hier te ko
men vervolgde hij tot Raïssa, die doodeljjk
verschrikt was, toen zij langzaam oprees en hem
aanzag; maar met een onuitsprekelijk gelukkige
uitdrukking op het gelaat bleef glimlachen. Doch
ter van mjjn verwenschten vijandHoe durft gjj
hier te komen?" Denkt gjj hem zoo af en toe
eens te komen omhelzen. Maak dat gjj weg komt!
Voort! Anders...
Beste oom!" zei David en ging opzitten,
»beleedig Raïssa niet. Zij zal heen gaanmaar
beleedig haar niet".
„Moet gij mjj de wet voorschrjjven Ik
beleedig haar niet, ik jaag haar alleen de deur
uit. Gjj zult ook ter verantwoording geroepen
worden. Gjj verspilt eens anders eigendom, brengt
uw leven in gevaar, jaagt mjj op onkosten",
Welke onkosten?" vroeg David.
«Welke? Gjj hebt uwe kleeren toch bedor
ven telt gjj dat niet En al de fooien die ik
heb moeten geven aan de mannen die u thuis
brachten Gjj hebt de geheele familie in rep en
roer gebracht en voert nu nog een groot woord.
Maar al heeft dat meisje zich nu over alle zedig
heid en eerbaarheid heengezet".
David vloog overeind in zjjn bed en riep
Beleedig haar niet, zeg ik u
«Houd uw mond
«Waag het niet".
»Zwjjg!
seconden, zoodat de aansluitings-ketting tusschen
locomotief en wagens brak hetgeen deze laatste
tot staan deed komen. Niemand is verder omge
komen. Het losgaan van het metselwerk schrjjft
men toe aan de vele regens.
Goes, 5 Januari 1883.
Mjjnkeer de Redacteur
In de Middelb. courant van 4 Jan. 11. komt een
bericht voor uit Goes over eene vergadering voor
het stellen van een candidaat voor het lidmaat
schap van den raad, dat door zjjn spjjtigen toon
reeds verraadt, dat het eenzjjdig en onjuist is
gesteld.
Om dit aan te toonen, ben ik zoo vrjj u eene
plaats in uw blad te verzoeken.
„Men heeft getracht," zegt uw berichtgever, „de
candidatuur van den heer Hanninck erdoor te halen."
Als ik deze leeljjke woorden ook wilde gebrui
ken, dan zou ik ze toepassen op de candidatuur
van den heer Hildernisse. Het zal nameljjk moeie-
Ijjk gaan worden te zéggen, hoevele malen deze
heer als candidaat is voorgesteld. Nog nimmer
is men erin kunnen slagen hem zelfs tot candi
daat te doen proclameeren. In de vergadering
van 2 Januari 11. waagde men nog eene uiterste
poging, evenzeer te vergeefs.
Van den heer Hanninck is niet veel behoeven
gezegd te worden. Met een paar woorden werd
de meerdere geschiktheid van dien heer boven den
heer Hildernisse aangetoond.
De heer Hanninck, voor de eerste maal voorge
steld, bekwam bjj eerste stemming dadeljjk de
volstrekte meerderheid. Hjj behoefde er dus
niet doorgehaald te worden.
Men heeft de verdienste van den heer Hilder
nisse niet verkleind. Deze waren door den voor
steller niet aangevoerd. Hjj roemde van den heer
Hildernisse diens groote bekwaamheden vooral op
het gebied van onderwjjs en armwezen; zjjn lid
maatschap van het comité tot wering van school
verzuim en van het burg. armbestuur dienden
daarvoor als bewjjs. Men meende dit niet voet
stoots te mogen aannemen en vooral het lid zjjn
van gemeld comité, hoe verdiensteljjk anders ook,
en het lidmaatschap van het B. A. waren geene
brevetten van bekwaamheid. Men mocht, meende
men, meer bewjjzen vragen, omdat de heer Hil
dernisse in het openbaar nog niet van deze zjjne
bekwaamheid had kunnen bljjk geven.
Er zjjn geene kwetsende onderstellingen gemaakt,
wat betreft de eerlijke plichtsbetrachting van den
heer Hildernisse als raadslid.
Een der aanwezigen stelde, dat in het algemeen
iemand, die geen groothandel dreef en wiens
cliëntèle voor verreweg het grootste gedeelte uit
burgers, waaronder de voornaamsten der stad
bestond, zeer dikwjjls als lid van den raad kan
gebracht worden in den strjjd tusschen de belangen
zjjner «aak en die der gemeente. De spreker
meende als zjjn gevoelen te mogen aangeven, dat
iemand, die in dat geval verkeert, minder onaf-
hankeljjk is. Hjj voegde er uitdrukkeljjk aan toe
en herhaalde dit meermalen, dat hjj den heer
Hildernisse zou miskennen, als hjj vreesde dat
deze in dien strjjd zou succombeeren.
Schrijver dezes was de persoon, die het beleefde
verzoek tot den heer redacteur der Goesche Courant
richtte om in het verslag de namen der sprekers
niet te noemen. Uw berichtgever moet wel erg
«spinnig' thuis gekomen zjjn, als hjj dit heeft
kunnen toeschrijven aan vrees voor openbaring
van het gesprokene. Waar men zjjne meening in
eene publieke vergadering van 35 personen uit
spreekt, daar schroomt men meerdere openbaar
heid niet. Hjj meende dat een zakeljjk verslag
van eene dergeljjke vergadering genoeg aan het
doel beantwoordde, en bovendien ik zie niet gaarne
mjjn naam in de courant en daarom deed ik het
verzoek. Dankbaar was ik den heer redacteur, voor-
aitter der vergadering, voor het toestaan van het ver
zoek. Weinig^ vermoedde ik toen, dat iemand in de
vergadering aanwezig was, die er een zoodanig
misbruik van zou maken, dat meer dan kwetsende
onderstellingen hem zonder grond uit de pen
zouden vloeien.
Waag het niet mijn aanstaande te honen,
mjjne toekomstige echtgenoot
Aanstaande 1herhaalde vader, groote oogen
opzettende. «Aanstaande echtgenoot! ha, ha,
ha!., (ha, ha, ha, lachte tante als een echo voor
de deur). »Mag ik vragen hoe oud gjj zjjt? Gjj
zjjt nog een kind, kwajongen! En dat wil al
trouwen Maar ik.maar gjj
„Ik bid u, ik bid" fluisterde Raïssa doodsbleek,
naar de deur gaande.
„Ik denk er niet aan om u permissie te vragen''
riep David, zich op zjjne beide ellebogen oprich
tende, „maar mjjn eigen vader, die van daag of
morgen terugkomt". Die heeft over mjj te be
velen gjj niet. En wat mjjn leeftijd betreft,
wjj hebben nog geen haast, Raïssa en ikwjj
zullen wachten, wat gjj er ook over babbelen
moogt."
Ei, ei Davidje, neem u in acht 1" viel vader
hem in de rede. «Dek u wat meer toe, gjj ver
liest alle begrip van betameljjkheid."
David haalde een deken over zich heen en her
haalde «Wat gjj er over babbelen moogt."
«Laat hem toch zwjjgen, Porphyr Petrowitch,
laat hem toch zwjjgen riep tante uit de verte,
en die huilde, dat schepsel, dat
Maar op dat oogenblik 'stuitte ieis heel buiten
gewoons haar woordenvloed. Eensklaps haperde
haar stem en liet zich een andere in haar plaats
vernemen, een heesche, schorre, akelige, oude,
mannenstem.
Een der aanwezigen meende, dat de vrjjheid
der pers door dit verzoek werd aan banden ge
legd. Ik zie er dit niet in. De redacteur der
Goesche Courant was volkomen vrjj om aan het
verzoek te voldoen of niet. Maar zeer compro-
mitteerend voor de pers zijn berichten van cor
respondenten, die met of zonder bedoeling eenzjjdig
gesteld worden.
Heeren correspondenten moeten, dunkt mjj, niet
vergeten dat hunne namen niet bekend zjjn. Hun
schrjjven grenst aan het anonyme. Daarin vooral
mag niets dan zuivere waarheid voorkomen.
Om bovenaangegeven reden plaats ik liever mjjn
naam niet onder dit schrjjven.
Ik geef echter volkomen vrjjheid en doe u,
mjjnheer de redacteur, het beleefde verzoek om
mjjn naam te noemen, zoo dikwjjls men daarnaar
mocht vragen-
Ontvang mjjn dank voor de opname dezer regelen.
Hoogachtend enz.
Modestus sed non ignavus.
Brussel, 5 Januari.
Na het proces der gebroeders Peltzer, waarvan
de cassatie zeker verworpen zal worden, zullen
wjj binnen korten tjjd een proces hebben, dat nog
grooter belangstelling zal wekken. Het handelt
over het verzoek van den gewezen bisschop Du-
mont, vap Doornik, aan den staat om de betaling
van zjjn bisschoppeljjk traktement. Het zal u
niet onbekend zjjn, dat de prelaat is afgezet onder
voorwendsel van krankzinnigheid, maar werkelijk
omdat hj) openljjk de inmenging in de politiek
veroordeelde en weigerde zjjne ambtgenooten te
volgen in hunne veldtochten ten gunste van de
oude wet op het lager onderwjjs van 1842.
Monseigneur Dumont is niet gekhjj is een
prelaat, die zich verzet heeft tegen de Romein -
sche curie. Hjj noemt den paus niet anders als
Pecci en hjj zal door zjjne advocaten, waarvan de
eerste de heer Paul Janson is, het hoofd der uiter
ste linkerzjjde, opzienbarende onthullingen laten
doen omtrent de praktijken van de Heilige Stoel,
verklaringen die doen zien, dat men te Rome zich
met zaken ophoudt die aan de middeleeuwen
herinneren.
Zooals gjj weet komt behalve deze civiele zaak
van Monseigneur Dumont, die zich nog altijd als
bisschop beschouwt, een crimineele zaak in behan
deling tegen den abt Bernard voor den millioenen-
diefstal uit de bisschoppeljjke kas, een diefstal die
gepleegd is met medeweten der hoogste kerkelijke
waardigheidbekleeders. De onthullingen zjjn van
dien aard, dat de tegenwoordige bisschop Du
Rousseaux misschien in staat van schuldiging zou
kunnen worden gesteld. Tot nu toe evenwel wei
gert het gouvernement hiertoe over te gaan.
Wie weet of niet de actie van den heer Dumont
en de opzienbarende pleidooien van den advocaat
Janson den minister van justitie tot handelen zul
len noodzaken. In elk gevalherhaal ik het, dit
proces zal de belangstelling wekken der beide
werelden; het heeft een historisch karakter.
Het politieke leven begint weer te ontwaken.
De nieuwjaarsreceptie heeft tot geene bjjzondere
gebeurtenis aanleiding gegeven.
Maar de voorstanders van kieswethervorming in
den zin van herziening der constitutie doen zich
hooren, en de liberale vereeniging te Brussel is
tegen Dinsdag aanstaande bjjeengeroepen om eene
verandering to brengen in haar programma ten
opzichte der herziening. Daar deze verandering
de herziening gunstig zal zjjn, moet zjj mishagen
aan een ministerie, dat elke kieswethervorming,
met of zonder herziening der grondwet verwerpt.
«Broeder!" klonk het zacht «Christen
zielen 1"
Wjj keken allemaal om daar stond, in de
zelfde kleeding waarin ik hem kort te voren ge
zien had, als een spookgestalte, verbitterd, wan
hopig, verwilderd Latkin 1
«Ach God!" zuchte hij, hield een zijner be
vende vingers omhoog en zag vader met een
wezenloozen blik aan. «God heeft gestraftMaar
ik kom Wa Ra ja, Raïssa halenIk
tschu Wat ik wil Spoedig onder den grond
hoe dat kan Een plank, twee planken een
in de dwarste, dat is waar ik naar snakMaar
gij broeder, Juwelier Zieik ben ook een
mensch I"
Raïssa ging zwjjgend naar hem toe, vatte hem
onder den arm en knoopte zjjn jas dicht.
«Wjj gaan Wassilievna", zei hjj, «hier zjjn
niets dan heiligen, ga hier niet heen. En hjj, die
daar in die doos ligt" op David „wjjzende, is ook
heilij*. Maar wjj beiden, broeder, gjj en ik zjjn
zondaars. Nu, tehuvergeeft mjj heeren, ver
geeft mjj ouden man! Wjj hebben beide ge
stolen 1" gilde hjj op eens. «Wjj hebben beide
gestolenbeide gestolen herhaalde hjj bjjna met
genoegeneindeljjk had hjj eens weer macht over
zijn spraak.
Wjj zwegen allen.
«Maar waar hebt gjj dat heiligenbeeld?"
vroeg hjj, het hoofd achterover werpende en met
de oogen rollende, «men moet zich zuiveren."
Wordt vervolgd,)
GEDRUKT BIJ Dl GEBROEDERS ABRAHAM»
SS MIDDELBURG.