N° 2. 126® Jaargang. 1883. W oensdag 3 Januari. 1882. Middelburg 2 Januari. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent: Ad ver ten tien: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor bet Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz. Veemarkt te Middelburg, (Gambetta's laatste Levensjaar.) MIDDELBU COURANT. Donderdag den 4*" Januari 1883, van des voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren. Middelburg, den 2en Januari 1883. De burgemeester en wethouders voornoemd, P I C K De secretaris, G. 1ST. DE STOPPELAAR. Uit de oudheid is een spreekwoord tot ons gekomen„dien de goden liefhebben, laten zij jong sterven." Gelooft men dat, dan is Gambetta, wiens dood ons zoo even gemeld werd, geen gunsteling geweest van de Hoogere Macht, die der menschen lot bestuurt. Yoor zijn roem/ heeft hij tenminste een jaar en ette lijke weken te lang geleefd. Of wel, er had den hem nog eenige jaren geschonken moeten worden, om te kunnen toonen dat hij iets meer was dan een held van het woord. Zoon van een welgestelden kruidenier, wiens vader uit Genua verhuisd was, werd Gambetta den 30en October 1838 te Cahors geboren. Op zijn 25e jaar nam hij reeds ijverig deel aan volksbewegingen bij verkiezingen te Parijs en pleitte hij, als advocaat, welsprekend in staat kundige processen. Hij was 31 jaren toen hij door de werklieden-arrondissementen van Parijs en Marseille te gelijker tijd naar het wetge vend lichaam afgevaardigd werd. Een jaar lang was hij, als de heftigste, meest gevatte en best bespraakte woordvoerder der kleine groep van „onverzoenlijke" republikeinen, een geducht bestrijder van het zoogenaamd „libe rale" ministerie, waar Napoleon III, het laatste jaar voor zijn ondergang, zijn behoud in zocht. Weer een jaar later, toen de keizer een gevangen man was, wierp Gambetta, aan 't hoofd eener volksmenigte, hetgeen er nog van 't keizerrijk over was omver en zichzelf op tot minister van binnenlandsche zaken, in 't bewind dat zich, bij gebreke van een regelmatiger naam, dien van Gouvernement provisoire de la defense nationale gaf, Na vijf weken ontsteeg hij, per luchtballon, het ingesloten Parijs, door zijne ambtgenooten met de taak belast om, evenals Carnot vóór 90 javen de overwinning gedaan had, nu de verdediging des lands te gaan „organiseeren." Van toen af tot den vrede van Versailles oefende hij, minister van oorlog en van binnenlandsche zaken te gelijk, dictatoriale macht uit. Ware Gambetta toen gestorven, kort voor of na den vrecF, tegen welken hij protesteerde, zóo lang tot zelfs de in Parijs gebleven minis ters genoodzaakt waren zijne proclamatien nul en geener waarde te verklaren,de „goden" hadden waarlijk getoond hem lief te hebben. De overspanning, de vermoeienis en de arbeid, die hij als dictator maandenlang te dragen had, waren genoeg geweest om, ook indien 't geluk van een Pruisischen kogel hem ont zegd bleef, een sterker lichaam dan 't zijne te sloopen. Hoe bitter en gegrond ook oprechte repu blikeinen, als George Sand, bedachtzame staats lieden, als Thiers, vaderlandslievende generaals, als d'Aurelles, mochten klagen over de dolzin nigheden, de dwalingen en misstappen van zijn bewind, de eer' had hem niet betwist kunnen worden, dat zooveel als het stuiptrekkende Frankrijk tegen een overmachtige#1^and ver mocht uit te richten, voor het grootste deel te danken was aan de ontembare geestkracht van dezen tot dictator en veldheer géïmproviseerden 32jarigen advocaat. De nakomelingschap had hem als martelaar gekroond, en het volk, dat Jeanne Dare als eene heilige vereert en den gevangene van Pavia lief heeft als een koning, wien de eer meer gold dan de overwinning, pon geene plaats in het Pantheon zijner be roemde zonen ontzegd hebben aan den jongen man, die, toen alles verloren scheen, heeft helpen redden wat van Frankrijks eer nog te behouden was. Gambetta's loopbaan na 1871 zullen wij niet in bijzonderheden volgen, teneinde met eenigen spoed zijn laatste levensjaar te kunnen naderen. Het was in de eerste jaren van het bestaan der derde republiek, dat de heerschappij, welke hij over zichzelf en over zijne volgelingen voerde, een zoodanig karakter begon aan te nemen, dat hier te lande, door voorstanders eener „idealistische richting" in de politiek, in den leider der Fransche republikeinen een zich ontwikkelend staatsman in den waren zin des woords begroet werd. Werkelijk was Gam betta schrander en vaderlandslievend genoeg om in te zien dat de grijze Thiers, met zijn veelomvattende ervaring, invloed en kunde, de eenige man was die Frankrijk behouden kou en daarom gesteund moest worden door alle republikeinen, al was zijne republikeinschge- zindheid ook conservatief van aard. Het scheld woord fou furieux, dat Thiers hem tijdens zijn dictatorschap naar 't hoofd geworpen had, raakte van weerszijden in 't vergeetboek, Ook had Gambetta doorzicht genoeg om zijne politieke vrienden, en de werklieden wier groote meer derheid nog zijne leiding volgde, terug te houden van geweldig verzet tegen de reactio naire ministerien, die niets liever gewenscht hadden dan zulk een weerstand, teneinde zich als „redders der orde" verdienstelijk te kunnen maken. Onaangetast gelaten, of slechts door wettige middelen bestreden, stortten ze van zelf in. Gambetta gaf eindelijk, naar het scheen, van zelf beheersching blijk, toen hij niet vóór den tijd op het bestormen van ministerszetels los ging, en van politiek over leg, toen hij, het voorzitterschap der kamer aanvaardend, voor zich eene hooge, in 't oog vallende en invloedrijke waardigheid bedong, die hem het wezen der macht verschafte, maar hem toeliet den schijn daarvan, zoo lang 't hem goeddacht, te ontgaan. Dat duurde tot nu ruim een jaar geleden, den 14en November 1881. Toen waren er zoovele republikeinsche ministeries versleten, dat het niet verantwoord scheen, het republi keinsche ministerie par excellencedat reeds zoo lang achter de schermen wachtte, nog langer aan Frankrijk te onthouden. Er had den bovendien algemeene verkiezingen plaats gehad, die eene krachtige republikeinsche meerderheid, vol werklust en vol vertrouwen in het grand ministère, naar de kamer gezonden hadden. Zoo ooit dan was nu het oogenblik gekomen, om te doen zien dat het tijdperk van voorbereiding gesloten was en werkelijk zich uit den partijleider en debater, een staats man ontwikkeld had. Het kabinet-Gambetta heeft 74 dagen geleefd, waarvan er 60 zijn besteed aan voorbereiding tot samenwerken met het parlement. Toen het voor den dag kwam, bleek het dat de rolverdeeling achter de schermen te wenschen overgelaten had. Men zag onbekende groot heden, als Allain-Targé voor financiën en Antonin Proust voor schoone kunsten (een nieuw geschapen departement), naast compro- mitteerende als Paul Bert, een geleerd atheïst, minister van onderwijs en eerediensten! Sommige der eerste handelingen van het be wind vielen mede er werden een paar bekwame gezanten en een kundig generaal geplaatst, niettegenstaande hun republikeinsch-gezindheid de warmte van berusting in het onvermijdelijke niet te boven ging. Het was alsof de staats man nit het partijhoofd te voorschijn begon te komen. Op zijn hoogst kon hem wat naïveteit verweten worden, toen nevens die gematigde benoemingen, de gelijktijdige aanstelling van heftige democraten de bedoeling verraadde om het allen naar den zin te maken. Wie als bewindman wil ophouden partijman te zijn, koestere d i e illusie niet. Deze handigheid, om zich in verschillende kam pen vrienden te verschaffen, bewees echter niets voor 't staatkundig beleid van den leider. Dit zou voor den dag komen in de voorstellen, waarmede het nieuwe bewind de kamers naderen zou en in de ontvangst welke die, bij de meerderheid waarover men beschikken kon, ondervinden zouden. De nieuwe ministers werkten hard en maakten binnen weinige weken belangrijke wetsontwerpen gereed. Dit alles ging echter te gronde met Gambet ta's voorstel tot herziening der constitutie, ingediend met het doel om de samenstelling van den senaat te wijzigen en de verkiezing der kamer van afgevaardigden volgens de scrutin de liste (d. i. de verdeeling van het geheele land in zooveel groote kiesdistricten als er departementen zijn), te doen plaats hebben Dit voorstel werd den 26e" Januari verworpen en denzelfden dag trad het „groote'' ministerie af. De meest welwillende verklaring, die wij hebben aangetroffen om Gambetta's handeling te rechtvaardigen, is deze, dat de verschillende wetsontwerpen, welke door zijne mede-minis ters waren ingediend, deel uitmaakten van een groot hervormingsplan, dat in het brein van den minister-president na rijp beraad volledig vast stond. Dat plan zag hij geen kans met de republikeinsche meerderheid in de kamer en den senaat, zooals die uit de verkiezingen voort was gekomen, tot stand te brengen. Daarom werd vóór alles herziening der constitutie ver- eischt. Minder goedgezinde beoordeelaars hebben het voorstel beschouwd als een wilde partij-streek. Het meer geavanceerde deel der linkerzijde riep om een meer beslist republikeinschen senaat en om eene „vuriger" gekleurde kamer meerderheid, en Gambetta haastte zich aan dien roep gehoor te geven. Anderen hebben beweerd het voorstel was niets dan een gril, het gevolg van den lust om iets buitengewoons, iets groots te doenóf wel de vrucht van een spoedig na de aanvaarding van het bewind opgekomen afkeer, voor de te zware taak die de minister-president op zijne schouders geno men had. Wat hiervan zij, zelfs wanneer wij ons aan de gunstigste uitlegging houden, blijkt dat Gambetta, na jarenlange voorbereiding, onder gunstige omstandigheden als eerste bewindsman optredende, de noodzakelijkste eigenschap van den staatsman miste: kennis van zijn ver mogen, van zijne partij en van hetgeen hij met haar kon uitrichten. Het is kenmerkend voor den man, op wiens loopbaan wij terugzien, dat zijn val zich oploste in een oratorisch vuurwerk en in eene overwin ning als parlementair debater. Zoo welsprekend was hij op den 26en Januari, dat zelfs zij die tegen hem gingen stemmen, zich niet konden weer houden hem toe te juichen. Zoo weinig had hem zijne handigheid begeven, dat hij dit laatste debat wist te dwingen in de richting, waar hij zelf het sterkst, de meerderüeid het zwakst gewapend scheen. Niet over de scru tin de listemaar over de bevoegdheid der grondwet herzienende vergadering liep de woor denwisseling. Ten aanzien van dit laatste punt verdedigde de minister de stelling, dat de consti- tueerende vergadering gebonden zou zijn aan eene herziening van die punten der grondwet, welke haar door het voorafgegane votum dei- kamer bepaaldelijk aangewezen zouden zijn. Zij zou dus geen onbeperkte macht bezitten om alles te veranderenzij zou niet in eene conventie van 1791 kunnen ontaarden. Gam betta is erin geslaagd, te vallen niet als ver dediger van de scrutin de liste, maar als be strijder der Jakobijnen. Hij had, om weder op te kunnen treden, niet behoeven te wachten tot het onzekere tijdstip dat zich eene besliste meerderheid voor de departement-kiesdistricten gevormd zou hebben maar hij zou in ieder ander kabinet, des noods in een van gema tigde richting, plaats hebben kunnen nemen. domme d'expédiens, non de gouvernementtot het einde toe Wij hebben reeds in een vorig opstel aan gestipt hoe erbarmelijk de poging van den artijleider, om samen met Engeland eene groote rol in de huitenlandsche politiek te spelen, op de koele bezadigdheid en het door zicht der Britsche staatslieden schipbreuk heeft geleden. Aan de naweeën dier fout ging nog het kabinet dat hem opvolgde, te gronde. Thans is Frankrijk weder sedert eenige maanden in 't bezit van een ministerie-Duclerc. Cabinet de circonstance of cabinet d'affairesal naar men wil, is het aanvankelijk nog al medegevallen, waar misschien toe medebrengt de omstandig heid, dat de kamer het tweemaal verwisselen van bewindslieden in éen jaar, genoeg vindt. Voor 't overige verneemt men weder, van alle kanten, dat dit kabinet nu er een zal zijn, dat zich met het behartigen van 's lands belangen, zonder politiektevreden zal stellen en dat de kamer bereid is het daarbij trouw te hel pen. Dat hebben wij reeds gehoord van ieder ministerie dat optrad, in Frankrijk en elders Het zou onbillijk zijn, de zwakheid onder welke ook de Fransche republiek gebukt gaat, te wijten aan den machtigen redenaar en den vurigen partijleider, die in den laatsten nacht des afgeloopen jaars den geest gegeven heeft. De kwaal moet eene oorzaak van veel verdriet geweest zijn voor hem, van wien wij vastelijk gelooven dat hij de republiek eerlijk en onbaatzuchtig liefhad. Persoon lijk kon hij haar weinig steun meer aan bieden. Zijn overwicht op de werklieden bleek in de volks vergaderingen te Belleville, waar hij het laatst het woord voerde, zoo goed als verdwenen. De troepen, die hij jaren lang aangevoerd had tot vestiging en bevestiging der republiek, begonnen haar het leven onmogelijk te maken. Aan andere vijanden of aan vrien den die geen vinger voor haar verroeren willen, ontbreekt het haar met iederen dag minder. Want men vergisse zich niet: eene vernede ring tegenover het buitenland, als Frankrijk zich in '82 heeft moeten laten welgevallen en eene machteloosheid in de binnenlandsche poli tiek, welke men reeds sedert'73 herhaaldelijk, kort maar krachtig, le gdchis noemt, brengen hij deze hooghartige en eerzuchtige natie de gevestigde orde zekerlijk in gevaar. Des tob- bens en der teleurstellingen moede, gaat zij reeds weder uitzien naar den man van de daad, die al deze parlementeurs uiteen zal doen stuivennaar eene staatsorde, die het ge mis van oratorische spiegelgevechten en het zwijgen der muziek van klinkende volzinnen zal goed maken, door zorg voor dingen die de bevolking nader aan 't hart leggen. Door gedeputeerde staten van Zeeland is het tijdstip voor den herijk van de maten en gewichten voor 1883 bepaald als volgtMiddelburg, ook voor St. Laurens, 15—19, 22—26 en 29—31 Jan. 12 en 57 Febr.Veere, ook voor Vrouwe polder 18 Juni; Arnemuiden, ook voor Nieuw- en St. Joosland 19 Juni; Oost en West-Souburg, ook voor Ritthem 20 Juni; Vlissingen 21—23, 2530 Juni en 23 JuliSerooskerke (Wal cheren) 4 Juli des voormiddagsOostkapelle ook voor Grijpskerke4 Juli des namiddags; Domburg, ook voor Aagtekerke, 5 JuliWest- kapelle, ook voor Zoutelande, 6 Juli; Koude- kerke, ook voor Meliskerke en Biggekerke, 7 Juli, De verificatie van de gewichten beneden bet gram (milligram-gewichten) geschiedt, uithoofde der daartoe noodige fijne balansen, uitsluitend aan het ijkkantoor te Middelburg. St. Maartensdijk, 31 Dec. Wij laten hier volgen eene vergelijkende opgaaf van het aantal uitgezaaide gemeten ajuin de totale opbrengst en den gemiddelden verkoop per HL. over de jaren 1881 en 1882 in deze gemeente. 1881. Uitgezaaid 350 gemeten, totale opbrengst 40,000 HL., gemiddelde prijs per HL. f 2,50, 1 8 82. Uitgezaaid 470 gemeten, totale opbrengst 32,000 HL., op heden verkocht of verscheept 20,000 HL. gemiddeld voor den prijs van ƒ1,20 per HL. Nog onverkocht zijn thans gebleven 12,000 HL., waar van op dit oogenblik een lage prijs wordt te ge- moet gezien, aangezien de handel bijna geheel stil staat. Miervlet, 30 Dec. Het leemngsplan sf

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1883 | | pagina 1