Meerdervoort, Mazure, Van Teijlingen, Pierssens, De Smidt en Risseeuw. De artikelen 8 tot 15, gedeeltelijk, zooals boven vermeld, door gedeputeerde staten gewijzigd, worden zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Het reglement in zijn geheel wordt aangenomen met 21 tegen 19 stemmen. Tegen stemden de heeren: J. C. R. van der Bilt, Van Lijnden, Lantsbeer, Hennequin, Hammaeher, Van Deinse, Van der Have, De Glopper, Snouck Hur- gronje, Sprenger, Sipkes, Vader, Brevet, Pompe van Meerdervoort, Mazure, Van Teijlingen, Pierssens, De Smidt en Bisseeuw. d Voorstel omtrent het verzoek van Ingelan den van den Leendert Abraham-polder tot calamiteus-verklaring. Het voorstel wordt voorafgegaan door het volgend begeleidend schrijven: De vergadering van ingelanden vaq den Leendert Abraham-polder verzoekt opnieuw diens calamiteus- verklaring. Wij hebben de eer hierbij over te leggen: 1 het verzoekschrift met den geleidenden brief van het bestuur dd. 16 Augustus jl. no. 10 en de verder ingezonden stukken, te weten: a een afschrift van de notulen der voornoemde vergadering van 7 Augustus jl. bevattende haar be sluit tot bet verzoekb eene kaart van den polder met de registers van peiling en strandmetingc eene op gaaf van zijne grootte en van de lengte der dijken waardoor hij van aangrenzende polders wordt geschei den d eene negatieve opgaaf van eigendommene eene opgaat van schulden; f een overzicht van de uitgaven over de jaren 18701881/82 g de rekenin gen van ontvang en uitgaaf over die jaren; 2 het ambtsbericht van den hoofdingenieur van den provincialen waterstaat van 21 September jl. met zes bijlagen, waaronder vier kaarten of teekeningen en een cahier dwarsprofillen 3 het daarin vermelde ambtsbericht van dien hoofd ambtenaar van 7 Juni jl., met eene kaart of teekening en een overzicht van de uitkomst der peiling 4 het verslag van den uitslag van ons onderzoek. Op grond daarvan stellen wij u voor, het verzoek in te willigen en het besluit te nemen, waarvan wij het ontwerp hierbij voegen. In de onderstelling dat door u tot calamiteus-verklaring zal worden besloten, is door ons spoedshalve reeds nu het bijzonder reglement voor het op te richten waterschap ontwor pen. Wij hebben de eer n dit ontwerp aan te bieden, onder mededeeling dat tijdig afdrukken zijn toege zonden aan de besturen van de polders, die bij dat waterschap zullen worden betrokken, teneinde hen in de gelegenheid te stellen om, zoo er bedenkingen tegen het ontwerp bestaan, die mede te deelen. Het voors tel luidt: De staten der provincie Zeeland, gelet op het ver zoek van ingelanden van den Leendert Abraham-polder om calamiteusverklaring van dien polder; mede gelet op het. verslag en het voorstel van gedeputeerde staten gezien art. 1 van de wet van 19 Juli 1870, Sta atsblad no. 119besluitenden Leendert Abraham-polder cala- miteus te verklaren. Het ontwerp-b ij zonder, reglement voor het bestuur en beheer der waterkeering van den cala- miteusen Leendert Abraham-polder is van den volgenden inhoud: Art. 1. Voor het besturen, beheeren en bekostigen van de zeewering en oeververdediging van den cala- miteusen Leendert Abraham-polder wordt een water- I schap opgericht, dat bestaat uit dezen calamiteusen polder'en uit de daaraangrenzende Cats-, Oud-Noord- j Beveland- en Altekleinpolders. j Art. 2. Ter uitvoering van litt. a en b van art. 95 van het reglement voor de calamiteuse polders of waterschappen in Zeeland, wordt: a als onmiddellijk aan den calamiteusen Leendert Abraham-polder gren zende dijk beschouwd, de dijk die ligt tusschen den Leendert Abraham-polder, ter eene, en de Cats-, Oud- Noord-Beveland- en Altekleinpolders, ter andere zijde; en b de onderhoudsplicht van dezen dijk opgelegd aan de Cats-, Oud-Noord-Beveland- en Altekleinpolders^ elk voor dat gedeelte waardoor hij van den Leendert- Abrahampolder wordt gescheiden. Art. 3. Ter uitvoering van litt. c en d van genoemd art. 95 wordt, met inachtneming der voorschriften door gedeputeerde staten te geven, door het dijks- bestuur eene kaart ontworpen, bevattende eene aan duiding van het opgericht waterschap, vermeld in art. 1, en van den dijk bedoeld in het vorig art. onder litt. a, en tevens eene nauwkeurige aanwijzing, over eenkomstig litt. c en d van genoemd art. 95, van de gronden die door den dijk onmiddellijk worden be schermd. Deze kaart wordt gedurende 14 dagen op eene daartoe geschikte plaats nedergelegd, ter inzage van al de besturen en grondbezitters van de polders of waterschappen, die deel maken van het opgericht waterschap. Deze nederlegging wordt vooraf aangekondigd door bekendmakingen, aan te plakken aan de raadhuizen of op de daartoe gebruikelijke plaatsen van al de ge meenten, die in het opgericht waterschap geheel of gedeeltelijk zijn gelegen. De hiervoren bedoelde besturen en grondbezitters kunnen, binnen bedoelde 14 dagen, tegen de aanwij zing der onmiddellijk beschermde gronden hunne be zwaren indienen bij den dijkraad. De dijkraad onderzoekt ten spoedigste de bezwaren en stelt daarna de kaart voorloopig vast. Zij wordt vervolgens, in drievoud, met de ingekomen bezwaren en het besluit, vermeldende het gevoelen van den dijkraad daaromtrent, toegezonden aan gedeputeerde staten. Deze beslissen omtrent de bezwaarschriften, stellen de kaart, al dan niet gewijzigd, vast, en zenden een exemplaar daarvan aan het dijksbestuur. Aldus vastgesteld, geldt zij ter aanwijzing van het aantal hectaren, dat door den dijk, vermeld onder litt. a van art. 2, onmiddellijk wordt beschermd, en waar naar de bijdrage wordt gerekend, bedoeld in art. 6 der wet van 19 Juli 1870, Staatsblad no. 119. Die kaart wordt, zoo dikwijls het raadzaam wordt geacht, herzien en opnieuw vastgesteld, doch niet anders dan met inachtneming van de voorschriften in dit art. vermeld. Art. 4. De dijkraad bestaat uit: 6 vertegenwoor digers van den calamiteusen Leendert Abraham-polder; 2 vertegenwoordigers van den Oud-Noord-Beveland- polder; 1 vertegenwoordiger van de Cats-, en Alte kleinpolders. Art. 5. De benoeming van den vertegenwoordiger van de Cats- en Altekleinpolders geschiedt door de stembevoegde ingelanden dier polders,daartoe te zamen geroepen door den dijkgraaf van den Catspolder. De bijeenkomst wordt gehouden te Cats, onder lei ding van den genoemden- dijkgraaf; voor de benoeming gelden de bepalingen tot het doen van keuzen van personen, opgenomen in de artt. 38, 39 en 40 van het reglement voor de calamiteuse polders of waterschap pen; zij geschiedt door stembevoegde ingelanden die zijn opgekomen; daarvan wordt een verbaal opge-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 6