worden geacht in het algemeen belang, zal zij dus uit de algemeene kas moeten worden gevonden. Voor zooveel de ontvangsten van den eigenlijken stoom- bootdienst bate ondervinden uit den maatregel, is door de bepaling betrekkelijk de vermindering van het subsidie bij stijging der ontvangsten gezorgd dat ook de provincie haar rechtmatig aandeel daarin trekke. Wij hebben het niet wenschelijk, niet noodig en zelfs niet mogelijk geoordeeld om bij de eischen be trekkelijk de wagendiensten ook nog de levering zoo noodig van bijwagens voor te schrijven. Met ven- schelijk, omdat, zoo er al mogelijkheid wart, de kosten bij zoodanig voorschrift buitensporig zonden rijzen; niet noodig, omdat een omnibus naar het voor geschreven aantal passagiers, met uitzondjring wellicht van zeer enkele buitengewone gevalles, geacht kan worden voldoende in de behoefte te voor zien, en niet mogelijk omdat noch te Vlake, noch te Hansweert, noch te Walzoorden, de hulpmiddelen bestaan, vereischt om aan het voorschrift van bijwagens te kunnen voldoen. Wij stellen u alzoo voor1« ten behoeve van eene stoomboot- en wagendienst van Walzoorden naar Vlake en omgekeerd, en in verband daarmede van eene wagendienst van Walzoorden naar Hulst er om gekeerd, gedurende 10 jaren, in te gaan 1 Jaauari 1883, een subsidie te verleenen van hoogstens f 15,000 's jaars, op voet en wijze als hiervoren is veraeld; 2° ons te machtigen om de zaak ia dier voege te regelen, en daarbij verder al zulke bepalingen te nkken als door de ondervinding wenschelijk zijn gebeken omtrent het stoomwerktuig, de bemanning, heil toe zicht, enz. Het algemeen verslag der afdeelingen yordt uitgebracht door den heer ïan Waesfoeigfee- Janssens. Aan het onderzoek in de afdeelingen hebben deel genomen 36 leden, waaronder 6 leden van gclepu- teerde staten. Het voorstel tot subsidieering van bovenbeoelde communicatielijn in verband met den omnibus ienst Hulst—Walzoorden en Hansweert—Vlake en jr. v. vond in beginsel bijna algemeene instemming; séchts éen lid wecschte de geheele opheffing van dezen denst, een tweede verklaarde zich van stemming te toeten onthouden. Het voorstel gal echter aanleiding tot het geven van wenken en het uitspreken van wenschen diteens- deels van technischen, andersdeels van finanieelen aard waren. Vooreerst wenschte de meerderheid in eene afdeling en een lid in eene andere, dat de exploitatie va! deze onderneming publiek zou worden aanbesteed. Een lid in eene afdeeling vond de vervoerwijzen op de stoomboot te hoog waartegen door de derige leden werd aangevoerd dat de regeling van denlienst en dus ook van de vervoerprijzen, was onderworpen aan de goedkeuring van gedeputeerde statazij meenden dat de regeling der prijzen gerust an dat college kon worden overgelaten, daar dan ook e be langen van het publiek niet zouden worden jt het oog verloren. Datzelide lid had nog twee opmerkingen; hij weschte eerstens aan de ondernemers opgelegd te zie het maken van een ponton als aanlegplaats teHanyveert in plaats van een hoogwatersteiger, en tvjedens achtte hij het voor eene richtige exploitatie an de lijn noodig, om, in plaats van minstens drie eeren, viermalen per dag van Walzoorden naar Haiweert en v. v. te varen. Ten aanzien der eerste opmerking werd gwezen op de omstandigheid dat voor den aanleg van een steiger of ponton in easu vergunning van den minis ter van waterstaat noodig was. Ook de tweede opmer - king vond weerspraak; de noodzakelijkheid van meer der vervoer, betoogde men. was nog niet gebleken? voorgeschreven werd aan de ondernemers minstens drie maal op en neder te varenbleek nu van de behoefte aan meerdere overtochten,dan zouden gedeputeerde staten wel bij de ondernemers aandringen op vermeerdering van overtochten en de ondernemers zouden dan hun belang wel genoegzaam begrijpen om in die behoefte te voorzien. Een ander lid vond in'het gesprokene aanleiding om het voorstel van gedeputeerde staten in dien geest te herzien dat aan de ondernemers zou worden opge legd het maken van een steiger of ponton. Datzelfde lid wil dat de vervoerprijs per omnibus van Halst naar Walzoorden en omgekeerd zal worden bepaald op hoogstens/ 0.75 voor de eerste en 0.50 voor de tweede klas van het voertuig. Met die twee bijvoe gingen in het voorstel van gedeputeerde staten ver- eenigde zich deze afdeeling. Een ander lid dezer afdeeling vond het niet ge- wenscht dat de ondernemers worden vrijgesteld van het leveren van bijwagens voor den omnibusdienst Hulst—Walzoordenen wijst erop dat vele personen uit het vijfde district als getuigen voor de rechtbank te Middelburg moeten verschijnen; nu kon het gebeuren dat enkelen hunner geen plaats in de omnibus vindende ook den overtocht te Walzoorden misliepen. Uit een financieel oogpunt werd in twee afdeelingen opgekomen tegen het plan van subsidieering, door gedeputeerde staten voorgesteld, speciaal wat betreft de bepaling dat, indien de ondernemers het postvervoer verkregen, de vergoeding van het rijk daarvoor geheel ten bate der provincie zoude komen, en de ondernemers alle lasten van dat vervoer zullen dragen zonder eenig financieel voordeelde onderne mers, zoo achtte men, zouden onder deze omstandig heden nimmer met de opdracht van dat vervoer ge diend zijn. In een der afdeelingen waren een paar leden van meening, dat wanneer de subsidie en de ontvangsten der boot 20,000 per jaar te boven gingen, de helft dier meerdere ontvangsten ten bate der provincie moest komeneen hunner wilde onder die ontvangsten ook de opbrengst van den wagendienst Hulst—Walzoorden zien begrijpen. Een ander lid dierzelfde afdeeling wilde den onder nemers buiten de gestelde voorwaarden opleggen, ingeval de tollen werden opgeheven, een vermindering der subsidie gelijkstaande aan het bedrag dat jaarlijks door hen aan tollen moet worden betaald. De voorzitter deelt mede dat gedeputeerde staten in dit verslag aanleiding hebben gevonden tot eene wijziging van hun voorstel, namelijk dat bij eventneele afschaffing van tollen, het subsidie zal worden ver minderd met een evenredig gedeelte. De algemeene beraadslagingen geopend zjjnde, zegt de heer Wan Deinse, dat het voorstel van gede puteerden op hem een aangenamen indruk heeft ge maakt. De verschillende bezwaren, die tegen den dienst aangevoerd worden, zijn bekend, zoodat spreker die niet in het breede behoeft te herhalen. Alleen op éen punt wenscht hij de aandacht te vestigen en wel op de algemeene regeling van den dienst. Tot nu toe hebben concessionarissen zich bepaald tot het minimum der verplichte reizen, nl. drie heen en weder. Dit geeft in het verkeer tot tallooze moeilijkheden aan leiding. Om éen daarvan te noemen wijst spreker erop, dat de aansluiting met den spoorweg te Vlake niet in beide richtingen verzekerd is. Indien dan ook vier

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 10