N° 269. 125e Jaargang. 1882. Dinsdag 14 November. Een kalm toeschouwer. FEUILLETON. Dit blad verschijnt d a ge 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen: Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent; A d verten tiën 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels/" 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor bet Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz. Middelburg 13 November. J DDELBUGSCHE COURANT. .4 46 TWEEDE DEEL. De Amsterdammer, die, zooals men zich herin neren zal, met warmte voor census-verlaging ge pleit heeft, is met het wetsontwerp van den minister Pijnacker Hordijk slechts zeer matig ingenomen. »De heer Hordijk, zegt het weekblad, verschijnt als een reus ten tooneele, een politieke Hercules, maar helaas met een vuist als een kinderhandje, wat al te spoedig gevuld. Over 's ministers «beginsel," om nergens beneden de helft van den tegenwoordigen census te da len, valt, zegt de Amst., niet te redeneeren. „Evenmin als over het beginsel", om b. v. het onbehoorlijk te achten per tweede klasse spoor te reizen, wanneer men aan de derde gewoon is, of over het beginsel van geen pelsjas aan te trekken, zoolang de thermometer beneden 8° vorst staat. Deze vergelijkingen met het ongerijmde be wijzen, dat de Amst. het beginsel van het wets ontwerp niet ernstig opvat. De slotsom van het betoog is dan »ook te hopen, dat deze minister, die bezwaarlijk eenige liefde voor de door hem gekozen cijfers kan gevoelen, zich zal laten vinden tot vereenvoudiging der voorgedragen tabel. Bij amendement worde de census van 20 tot regel gesteld, met afwijkingen voor enkele steden, opdat aan het voorschrift van de grondwet worde vol daan, zonder dat men het gezond verstand be- leedigt. Door de indiening van het ontwerp heeft de minister, in een moeilijk tijdsgewricht, zijn goeden wil getoond en een oude spreuk zegt, dat men dien wil behoort te waardeeren en te prijzen, al blijkt het dat de krachten, om hem op te volgen, ontbreken. De kamer moge dit bij haar arbeid niet vergeten." Blijkens de Indische bladen is de heer J. A. Haakman, redacteur van het Bataviaasch Handels blad, door den gouverneur-generaal persoonlijk op eene audiëntie, waartoe hij was uitgenoodigd, gewaarschuwd dat hij uit de koloniën zou worden gezet, indien hij in de tegenwoordige richting bleef schrijven. De gouverneur zeide daarbij bet oog te hebben op zijne artikelen over Atjeh, waarin de redacteur gezegd bad, dat het Nederland aan geld en wapenen ontbreekt om den oorlog vol te houden, en het betoog, dat de ijzeren hand van den beer van Rees noodig is om het Nederlandsch gezag staande te houden. De heer Haakman heeft zich met een breed voerig gemotiveerd adres tot de tweede kamer gewend, met het verzoek, de Indische drukpers te vrijwaren tegen de kwellende neigingen en geheel met de reglementen strijdige opvattingen der Indische regeering. Z. M. de koning is eergisteren te Apeldoorn ge durende eene wandeling gevallen,waardoor zijne knie Door B. H. BUXTON. HOOFDSTUK VII. Vertrouwen. Heb ik gelijk of ongelijk Vindt gjj dat ik schuld heb?" »Dat gij schuld hebt? wel neen zeker niet! Gij hebt in alles als een braaf, edel meisje ge handeld." »En verlangt gij niet dat ik u en Suzie verlaat »Ik verlang dat gij altoos bij ons blijft, mijn lieve, verstandige dochter. Ten minste ik zou wenschen n bij mij te houden totdat ik u moest afstaan aan iemand die uwer waardig was aan monsieur Harold bijvoorbeeld." »0dat kan nu nooit meer gebeuren, lieve beste madame", zegt Clara met een diepen zucht. r- s>En waarom niet, mijn kind? Indien uw tamelijk gezwollen is. Dr. Vlaanderen, arts te Apeldoorn, bevond dat het geval gelukkig niet ernstig was. Z. M. houdt nu zijn gemak op zijne kamer. Dr Vinkhuijzen, eergisteren avond uit 's Etage ontboden, is spoedig weder afgeseind. NR. Ct.) Tot tweeden ambtenaar ter griffie van het polderbestuu van Walcheren is benoemd de heer J. H. van der Harst JJz., alhier. Wanneer de vereeniging Het Ned. Tooneel het besef mocht hebben, dat zij tegenover het publiek van Middelburg iets goed heeft te maken, dan moet erkend worden dat zij den goeden weg heeft ingeslagen om hare fout te doen vergeven. Aan staanden Woensdag komt hare Amsterdamsche afdeeling hier een van de beste drama 's van Emile Augier, de Fourchambault 's spelen. Geeft de inhoud der voorstelling reeds iets buitengewoon goeds te verwachten, omtrent de opvoering hebben wij slechts te vermelden dat mevrouw Kleine en de heer L. Bouwmeester, de dames De Vries en Rössing-Sablairolles, de heeren Spoor, Tourniaire en Morin in de rolbezetting deel uitmaken. De keur dus van het Amsterdamsche gezelschap. Tegenover zulk eene schadeloosstelling, zal het Middelburgsehe publiek zich zeker niet ondank baar toonen. Wederom is de opbrengst der rijksmiddelen over de laatste maand, hoewel de raming met meer dan 12 ton overtreffende, beneden de opbrengst dier- zelfde maand in het vorige jaar. Toen bedroeg zij 9,787,000, thans 9,666,000 gld. De opbrengst over de afgeloopen 10 maanden is 86,332,000 gld. tegen 86,495,000 gld. verleden jaar, dus minder. De meeste middelen zijn echter iets vooruitde ongunstige einduitkomst is te wijten aan waarborg en indirecte belastingen. Goes, 12 November. Vanwege de werklieden- vereeniging Eigen hulp zullen dezen winter volks voordrachten voor hare leden en hunne vrouwen worden gehouden. De toegang is voor ieder, boven de-16 jaren, vrij. Vijf heeren hebben eene spreekbeurt op zich genomen. De heer J. L. v. d. Pauwert zal op Donderdag 28 November de rij openen met eene beschouwing over „Willen en kunnen"de heer A. van Schelven op Zondag 17 December „de Huiselijke opvoeding" behandelende heer D. Stigter op Donderdag 2 Januari „Iets over de staathuishoudkundige geschiedenis en de staat huishoudkundige dwalingen" mededeelende heer W. J. Van Gorkom, die zich bereid verklaarde in Januari een voordracht te houden, doch tenge volge van afwezigheid het te behandelen onder werp nog niet heeft opgegeven, zal in het laatst dier maand optreden de heer M. J. de Marees van Swinderen op Dinsdag" 20 Februari over „Arbei derswetgeving" spreken, en de beer P. C. F. Fro- wein over „Den staat en de belangen der arbei ders". De beer G. van der Hoek, een oude be- aanstaande een brave, oprechte en trouwe man is, zooals gij hem mij voorstelt, zal hij den moed niet verliezen en niet rusten voordat hij de vrouw, die hem dierbaar is, teruggevonden heeft. Hij zal volharden tot hij u ontdekt heeft en dan »Zijn moeder zal hem geleerd hebben slecht van mij te denken en mij te verachten." »AIs hij wezenlijk van u houdt zal hij geen kwaad van u gelooven. Liefde sluit volkomen vertrouwen in." „Bestaat er ware liefde op de wereld ik twijfel er wel eens aan als ik bedenk welke be- leedigingen mij onder dien heiligen naam zijn aangedaan." „Het namaaksel bewijst juist het bestaan der echte. Onlangs las ik ergens: »Als er nooit echte goudstukken bestaan hadden, zouden er ook geen valsche kunnen zijn." «Het schijnt inderdaad dat mij alleen de valsche aangeboden zijn", zegt Clara met een droe ven glimlach. «Hatold moet nu reeds maanden lang thuis zijn en toch H »En gij hebt u hardnekkig schuil gehouden Hoe wilt gij dat die arme jongen u vindt, als gjj er u met de grootste inspanning op toelegt om verborgen te blijven Nu zal ik u zeggen wat ik de grootste dwaasheid in uw handelwijs vind. Vooreerst die bespottelijke vrees voor dat gesticht, waar mevrouw Steele gedreigd heeft u in te plaatsen en die u noopte om uit uw betrekking te loopen. Ala gij gebleven waart om eenigen raad in te winnen of over de zaak na te denken, zoudt gij kende op het gebied der volksvoordracht, nam op zich eene na de pauze te leveren bijdrage. Het mag op zichzelf reeds een heugelijk ver schijnsel heeten dat Eigen hulp, niettegenstaande de ervaring, die men te Goes met het houden van volksvoorlezingen heeft opgedaan, niet gunstig mag heeten, den moed heeft opnieuw deze bijeen komsten te beginnen. Nu de werklieden zelve bet initiatief genomen hebbenterwijl vroeger bet houden van lezingen van een commissie uit de Vereeniging voor volksbelangen uitging en alles moest beproefd worden, om de werklieden naar de lezingen te troonen, schijnt er meer belangstelling en nieuw leven gekomen te zijn. Men mag dan nu ook hopen dat de poging met goed gevolg bekroond zal worden. Groes, 13 Nov. Het gezelschap van den heer W. Van Zuylen zal hier den 2en December eene tooneelvoorstelling geven, hetgeen een vergoeding mag heeten voor de teleurstelling, die wij onder vinden, dat de Amsterdamsche afdeeling van het Nederlandsch Tooneel verhinderd is aan de uit- noodiging, om hier de Fourcliambaults op te voeren, gevolg te geven. Zaterdag 18 December wacht ons kunstgenot op ander gebied; het muziekkorps van het 3e regement infanterie geeft dan een concert. Goes, 13 Nov. De vergunning tot het in het klein verkoopen van sterken drank, aan den kof fiehuishouder Van den Dongen, café Bellevue op de groote Markt verleend, is door het gemeente bestuur ingevolge art. 9, le alinea, juncto art. 8, alinea 4, der wet van 28 Juni 1881 {Stbl. n° 97) ingetrokken. Biervliet, 12 Nov. Het gemeentebestuur heeft onder nadere goedkeuring met de maatschappij Gemeente-crediet, een geldleening van 60.000 aangegaan, aflosbaar in 48 jaren, tot schulddelging en tot bestrijding van het aandeel der gemeente in den schoolbouw. Naar aanleiding van het besluit van den gemeen teraad van Yerseke om de markt voor oesters en aanverwante artikelen voortaan gedurende de maanden Mei, Juni en Juli niet en in de overige maanden op Vrijdag van iedere week te doen houden, worden burg. en weth. in Zeeland uitge noodigd, zoo tegen die verandering bij hen bezwaar bestaat, daarvan aan gedeputeerde staten mede- deeling te doen. De heer J. F. Martin, geneeskundige te Hulst, deelt in het Maandblad t. d. kwakzalverij uit zijne praktijk eene vergiftiging mede, tengevolge van het gebruik op eigen hand van Granules nativelle, welke digilaline bevatten, die eene jonge dochter te Hulst tegen slapeloosheid innam. Hare zuster had haar die bezorgd en zij, in de meening dat «zoo'n klein pilleke niet helpen kon," nam er een begrepen hebben dat die kwalijk gezinde dame zoo iets niet kon doen. Uw tweede verkeerdheid was deze gij hebt een dagelijkschen ongedwongen omgang gehouden met een jongmensch, die u van het eerste oogenblik af geen volkomen vertrouwen in boezemde en toch waart gij zeer verbaasd over zijn liefdesverklaring, die gij van den aanvang uwer Don Quichotteachtige kennismaking af voorzien moest hebben." Clara heft de handen smeekend op en zegt nederig »Ik zie het in, lieve Madame." «Nu wil ik geen woord meer zeggen over zulk een pijnlijk onderwerp," zegt madame Delane haar de hand drukkende«Het is gemakkelijk wetten maken voor hen, die zelf niet in moeilijk heden zjjn. En wij zijn altijd meer bereid om te veroordeelen dan om raad te geven aangaande hetgeen men doen moet. Gij zijt een braaf, goed meisje, ofschoon het u tusschenbeide nog wel eens aan overleg en omzichtigheid ontbreekt. Maar gjj zijt ook nog slechts een kind en ik hoop dat mijn kleine Suzie even goed door al hare moei lijkheden heen zal komen als gij. Maar 't is waar, zij komt laat van daag ik houd er niet van dat zij te lang uit blijft. Het is zeker reeds thee tijd »Ja," zegt Clara, «ik zal mijn werk weg gaan bergen en dan kom ik thee voor u zetten tegen dien tijd zal Suzie er wel zijn en zeker ook ver langen naar een kopje. Dat verkwikt, zooals zij al tijd zegt ais zij moede is." twintigtal in plaats van éen enkele te gelijk in, waarna dan ook de gevolgen niet uitbleven, d.w. z. al de verschijnselen van vergiftiging. Patiente verkeerde in een levensgevaarlijken toestand; dank zij echter het welgelukken van de aangewende therapie is zij behouden gebleven, ofschoon veer tien dagen nadien nog enkele vergiftigings-ver- schijnselen niet geheel geweken waren. Het publiek worde hierdoor nogmaals onder richt dat er onder de depotmiddelen, behalve onschuldige, ook zeer vergiftige zelfstandigheden voorkomen. Men leest het volgende in de N. R. Ct. »Yan doorgaans goed ingelichte zijde ontvangen wjj het volgende onrustbarend bericht «Door baron De Rothschild te Parijs wordt thans de verzameling schilderijen der heeren Six, te Amsterdam, begeerd. Onlangs heeft hij de waarde van dit kabinet laten opnemen en thans worden pogingen in het werk gesteld, om voor groote geldsommen de schilderijen machtig te wordeu. «Mochten die pogingen gelnkkeD, dan zou een heer lijke kunstschat met die van jhr. Steengracht van Duivenvoorde, de laatste waarop Nederland roemen mag, uit on9 land weggevoerd worden" «Dit bericht maakt ons niet ongerust. Niemand die de heeren Six kent, en die weet hoeveel ware belangstelling en liefde voor kunst bij hen wordt aangetroffenzal kunnen gelooven dat zij het inkasseeren van een aanzienlijke geldsom een hooger genot zouden achten dan het bezit van een der fraaiste kunstverzamelingen der wereld, dan de eer om daardoor en door de practische belangstelling die zij in kunst en wetenschap stellen, allerwege bekend te staan als de waardige, edele handhavers van de traditiën dier oude Amsterdamsche aristocratie, onder wier bescher ming de Hollandsche kunst der XVIIe eeuw een roem verwierf, waaraan de Nederlandsche naam nog heden zijn reinste glorie dankt. De dag waarop de collectie-Six aan een buiten lander verkocht werd, zóu een dag van rouw zijnniet alleen om het vertrek der schilderijen zelve, maar ook omdat dit feit, in verband met soortgelijke van jonge dagteekening, rechtmatigen twijfel zou doen ontstaan aan de waaide welke door ben, die in ons land op het gebied der geestelijke ontwikkeling voorgaan, gehecht wordt aan de edelste voortbrengselen van het mersche- lijk genie." De St. Ct bevat een kon. besluit, houdende machtiging tot uitgifte van 8,000,000 aan schat kistpromessen, volgens de wet van den 5e* Dec. 1881 {Stbl. n° 185). De op den I4eh en 29e" van elke maand van Marseille vertrekkende pakketbooten naar Brazilië en la Plata zullen tijdelijk op de heenreis de haven van Rio de Janeiro niet meer aandoen. Dientengevolge wordt de verzending van brieven- Het kleine bovenkamertje, dat Clara bewoont, is een model van netheid en goeden smaak. De goed- koope cretonne gordijnen, die de ouderwetsche vens ters versieren, zijn met bevalligheid opgenomen. De kunstenaarshand is zichtbaar in die sierlijke plooien en strikken. Menige rijke dame mocht Clara de ornamenten op haar met, laken bekleeden schoor steenmantel, met een rand van vergeet mij nietjes, benijden, evenals die groote vazendie zij bij een uitdrager gevonden en gevuld heeft met welrie kende voorjaarsbloemen. Aan de wanden hangen photographiëen van de school en de kerk te Forehester, die zij ontdekt heeft op een boe kenstalletje in de buurt en in een cartonnen lijstje gezet, waarop zij klimop, clematis, kamper foelie en andere slingerplanten geteekend heeft. Die plaatjes hangen aan lintjes van dezelfde kleur als de strikken aan de gordijnen te midden van allerlei schetsen en studies, die zij onder de leiding van Percy gemaakt heeft. Zij herinnert zich zijn blik en zijn stem terwijl zij daaraan bezig was; de bloemen, die zij toen naschilderde, zijn reeds lang verwelkt, even als baar vriendschap voor den kunstenaar "Alles verdwijnt, verveelt, vergaat", had hij Vaak op hitteren toon gezongen en Clara is overtuigd dat hij nooit meer een gedachte aan haar gewijd heeft, sedert zij hem ontvlucht is. Eenmaal, zoo spoedig mogelijk, hoopt zij de honderd gulden in een enveloppe te steken en terug te zenden met een „dankbaar en vriendelijk aandenken" aan hem, van wien zjj die in eeu

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 1