N° 268.
125e Jaargang.
1882.
Maandag
13 November.
Middelburg 11 November.
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Rechtszaken.
Weerkundige waarnemingen.
Gemengde Berichten.
Dit blad verschijnt dagelijks^
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent;
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor bet Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
Bij deze couranl beliooren twee BIJVOEGSELS.
Nederlandsche Noordpool-Expeditie
w
w
-f 4
7
MIDDELRIJRGSCHE COURANT.
De heer B. J. G. Volck heeft ons reeds vroeger
eenige uittreksels medegedeeld uit het journaal
van den heer Rust, die met de stoomboot Louise
naar het Noorden vertrokken en van daar terug
gekeerd is, toen de Dymphna en de Varna met de
Nederlandsche expeditie in de Kara-zee vastge
vroren waren. Plaatsgebrek belette ons deze,
trouwens niet zeer belangrijke, uittreksels op te
nemen. Wij ontvangen nu echter weder een
fragment, waarin de ontmoeting der drie schepen
en het achterlaten van de twee ingevrorene be
schreven wordt. Daaraan geven wij ditmaal plaats.
17 Sept. Tegen b uren werd op de Varna een
stoomschip van top gepraaidmen stookte op,
om door den rook de aandacht te trekken, tevens
werden de vlaggen geheschen en eenige kanon
schoten gedaan. Men zag, dat het naderende schip
de twee ingesloten vaartuigen bemerkt had. De
avond viel spoedig (de zon ging om half zeven
onder en de dagen kortten reeds op een verbazende
wijze) en men heesch nu de toplichten, hetgeen
het waargenomen schip ook deed. Hierdoor kon
men elkanders positie blijven verkennen.
18 Sept. Men herkende in het stoomschip een
Deen, waardoor de gedachte oprees, dat het de
Dymphna moest zijn. De schepen beproefden nu
het ijs aan stukken te stoomen, hetgeen aan de
Varna gelukte doch niet aan de Louise, omdat
deze een stuk ijs tusschen den schroef- en roer
steven kreeg, dat er met geen trossen en stoom-
lieren uitgewerkt kon worden. Tegen het vallen
van den avond waren de Varna en het Deensche
schip bij elkander en ongeveer l1/, mijl van de
Louise verwijderd. De heer Rust beschrijft in zijn
rapport de mismoedige stemming van zijn lotge-
nooten op de Louise, toen zij zoo alleen en hulpe
loos in het ijs achterbleven.
19 Sept. De Louise werd hoe langer hoe meer
beklemd en van achteren door een ijsblok zelfs
5 Eng. duim uit het water gelichtde schroef
was nog steeds niet te gebruiken. Tegen 5 uren
woei er een vrij stijve bries uit het ZO., die het
ijs in beweging bracht en nu kon men, na met
trossen en ankers gewerkt te hebben, het schip
weder vlot krijgen en de schroef gebruiken. Men
zag nu op de Louise dat het Deensche stoomschip
en de Varna tegen 12 uren hard begonnen op
te stokenverder kon men bemerken, dat zij met
trossen werkten, doch tevens was uit hun geringe
verandering van positie op te maken, dat ook zij
door het ijs beklemd waren. Tegen 4 uren staakten
zij hun bewegingen.
20 Sept. Om vier uren kon de Louise onder
stoom gaan en kwam tegen 10 uren dwars van
de Varna en den Deen. De Oostenwind wakkerde
aan tot storm, het ijs begon zich meer en meer
te verdeelen en kapitein Burmeister stoomde reeds
te 12 uren in open water. De wind echter, die
de Louise zoo goed geholpen had, was niet bij
machte geweest de beide andere schepen te ver
lossen het bevrijde vaartuig hield zich den ge-
heelen dag en ook den 21e" tot op den middag
in open water, doch moest des avonds weder voor
een ijsveld ankeren.
22 Sept. De Louise ging weder onder stoom
en Kreeg nu weder de schepen in het zicht, waarop
onmiddellijk werd aangestoomd. Deze beweging
werd volgehouden tot aan den rand van een reus
achtig ijsveld, waarin de beide vaartuigen vastge
vroren waren. De heer Rust, de bootsman en
een matroos gingen nu, gewapend met haken,
over het ijs naar de ingevrorenen toe, om te
vernemen of men ook van dienst kon zijn. Na
een moeilijken tocht van een uur kwam men op
de schepen aan en vernam daar, wat men ook
uit de verte reeds had bespeurd, dat zij den 19en
vast waren geraakt en sedert dien tijd alle pogin
gen om los te komén vruchteloos waren gebleven.
De heer Rust had in last van kap. Burmeister
zöö spoedig mogelijk terug te komen. Dus schreef
de bemanning der schepen in allerijl eenige let
teren naar hun betrekkingen, daar de Louise zou
trachten zich zoo mogelijk uit de voeten te maken
en terug te keeren naar Europa. Voor de Louise
kon elk talmen gevaarlijk worden, daar zij, van
ijzer zijnde, onmogelijk eenigen ijsdrang zou kun
nen weerstaan. Tegen 11 uren verliet men de
Yarna en Dymphna weder en op de Louise aan
gekomen, deed de heer Rust verslag van den
toestand der schepen. Kap. Burmeister beproefde
toen het ijs uit elkander te rammen, doch zonder
gevolg; hij moest er mede eindigen, uit vrees
voor een gat in den voorsteven. De Louise seinde
met de vlaggen daarop aan de schepen, of er nog
hulp verlangd werd, waarop de Dymphna ant
woorddeRender us all'assistance you possibly can
(verleen ons alle mogelijke hulp), waarop terug
geseind werd dat de Louise al het mogelijke
beproefd had. Laatstgenoemd schip, bevreesd voor
het ijs, dat sterk op kwam zetten, stuurde daarop
om de ZW. in open water, waardoor de beide
vastzittende schepen al spoedig uit het oog ver
loren raakten.
Hier volgt voorts een aan den heer Volok ge
richte brief van den heer Johannesen (kap. van
de A. E. Nordenskjöldbekendpoolvaarder en
ijsloods.
»Ik neem de pen op, om te voldoen aan mijn
belofte aan den heer Rust om mijn meening uit te
spreken aangaande de twee, in de Karische zee
ingevroren (zoo zij dit ten minste zijn) schepen
Varna en Dymphna. Hun lot te beoordeelen, zal
geen lichte zaak zijn, maar mijn meening is, dat
hun toestand alles behalve hopeloos is en ik ver
trouw, dat zij het in elk geval uitstekend zullen
uithouden tot het voorjaar, wanneer het wel niet
ondoenlijk zal zijn, met de sloepen het land te
hereiken in geval van schipbreuk, waaraan ik
echter niet geloof.
Mijn hier uitgesproken gevoelen is gegrond op
het volgendedat de Karische zee begrensd is
door land om de West, zoowel als om de
Oost en de Zuid, alleen in het Noorden vindt
men open zee.
Dat de zee open is aan de Noordzijde, heeft
niets te beteekenen, want er is bijna geen stroom
^n de Kara-Zee (wel in de toegangen), en dat de
wind zooveel kracht zou kunnen uitoefenen op het
ijs in deze bijna gesloten zee, meen ik te mogen
tegenspreken, daar ik er verscheiden zomers in
ben geweest bij het losgaan van het ijs, maar nooit
heb opgemerkt dat het zoo ver langs het land voort-
geperst wordt als het geval is onder Spitsbergen
en de Noordzijde van Nova-Zembla.
Hetgeen men ijspersing noemt, bestaat niet in de
Karische Zeedit wordt ook bewezen door de
twee schepen, die in 1879 uitgingen van de Ob
en naar Europa moesten, maar invroren in de Ka
rische zee en verlaten werden door de bemanning,
welke de reis over land aanvaardde naar Obdorsk.
De schepen gingen verloren in het voorjaar van
1880, ten gevolge van de omstandigheid dat er
geen volk aan boord was.
Waarschijnlijk kan het een vervelende winter
worden, maar dat deze eenig gevaar kan opleve
ren voor het leven, kan ik niet inzien. Daar de
schepen bij elkander liggen, zal men geen gebrek
behoeven te hebben, want de Dymphna en de
Nederlandsche expeditie zijn voortreffelijk uitgerust
met een grooten en doelmatigen voorraad aan
levensmiddelen, brandstoffen en kleederen. Het
ingevroren liggen in de Karische Zee kan ongeveer
vergeleken worden met het ingevroren zijn in de
Zuiderzee in Holland, wat storm en stroom
betreft.
Na groeten aan den heer Rust, teeken ik mij
met achting,
Uw bereidvaardige
H. C. Johannesen.
Tromsöe, 27 October 1882.
Eindelijk kreeg de heer Yolck nog een brief
van den heer Smith te Christiania, eigenaar van
de Varna, die hem opmerkzaam maakt, dat ver
leden jaar de Oscar Dickson gestrand is in de
Kara-baai, zoodat dit wrak zeer goed het in de
Samojeden-berichten bedoelde kan zijn.
Deze brief werd weder gevolgd door een tele
gram van denzelfden heer Smith, aan wien de
heer Johannesen juist een bezoek bracht. Het
telegram luidt
Captain Johannesen fermly convinced Samojed
rumorsc ompletely unfounded. (Kapitein Johannesen
is stellig overtuigd, dat het Samojedcn-beiicht
geheel ongegrond is).
Het onderzoek van het census-ontwerp in de
afdeelingen der tweede kamer is afgeloopen. De
behandeling van het ontwerp in de openbare ver
gadering is echter niet te verwachten, vóórdat de
andere toegezegde voorstellen der regeering be
treffende het kiesrecht ook in de afdeelingen zullen
onderzocht zijn. Vad).
De staten van Noord-Brabant hebben beslo
ten; de jaarwedde van den betaalmeester, als
belast met het beheer der provinciale fondsen,
van 600 op f 800 te brengen; 300 toe te
staan voor reis- en verblijfkosten ten behoeve
van ópzicfitërs van den provincialen waterstaat
voorshands er in te berusten, dat de zetel van
den ingenieur van den provincialen waterstaat
niet worde overgebracht naar Breda; als bijdragen
uit de provinciale kas te verleenen 1000 aan
het uitvoerend comité der te Amsterdam in 1884
te houden internationale landbouwtentoonstelling
f 1000 aan de Noord-Brabantsche landbouw-
maatschappij en f 500 aan de kerkelijke gemeente
van Willebrord te Rucphen.
De staten van Gelderland hebben 3000 toe
gestaan voor de internationale landbouwtentoon
stelling te Amsterdam in 1884.
De staten van Noord-Holland hebben eene sub
sidie toegestaan van 3000 aan de machinisten-
school, voor 3 jaren; en eene van 2000 voor
de Quellinusschool. Het verzoek van de tuin-
bouw-maatschappij Linnaeus, om verlenging van
haar subsidie, is afgewezen.
Blijkens bericht van het consulaat-generaal dei-
Nederlanden te Rio de Janeiro is het wetsvoor
stel, strekkende tot vermeerdering met 10 pet. van
het additioneel recht van 50 pet. op de invoer
rechten, door de wetgevende macht van het keizer
rijk Brazilië aangenomen en den 9en dezer in werking
getreden, terwijl de uitvoerrechten op koffie, suiker
en katoen, met ingang van denzelfden datum, met
2 pet. zijn verminderd.
De schoone ligging van sommige onzer groote
steden aan breede rivieren, of andere wateren,
is reeds bedorven door den aanleg van spoorweg-
of havenwerken. Zoo is het o. a., om van
Amsterdam en het IJ niet te spreken, gegaan
met Rotterdam, dat weleer, langs den gebogen oever
der Maas uitgestrekt, met zijn.fraaie gebouwen
aan den eenen en de groene weilanden aan den
overjsant, een van de verrukkelijkste stadsgezich
ten opleverde, die in de wereld te zien waren.
Thans is daarvan veel verloren gegaan. De
.Boompjes" verdienen hun naam niet meer, sedert
de statige olmenrij voor de eischen van het drukke
verkeer is moeten vallen. Het .Bolwerk," een plekje
frisch groen, te midden der woestijn van huizen
„en schepen, heeft plaats moeten maken voor den
oprit van de Maasbrug. Aan den overkant heb
ben kaden en pakhuizen de vroegere groene en
glooiende boorden vervangen. De dubbele brug
eindelijk, breekt het gezicht bijna geheel.
Nu heeft men echter in den raad het denk
beeld geopperd om de voetgangers en rijtuigen
op de Willemsbrug voor den wind te beschermen,
door het maken van een tochtscherm" over de
geheele lengte der brug. Moge de godin der
schoonheid de Rotterdamsche raadsleden daarvan
genadiglijk terughouden! Zulk een scherm, met
het doodsche grauw of geel besmeerd, dat al onze
spoorwegwerken bedekt, zou het laatste uitzicht op
de blinkende rivier en de langs haar neergevleide
stad wegnemen,. Voor een beetje „wind" zijn
de Rotterdammers toch zoo bang niet
Vervolg binnenland zie het Bijvoegsel.)
geneeskunde. Vergunning verleend aan dr L*
H. F. Ehrenberg de geneeskunst uit te oefenen op
Nederlandsche zeeschepen, met uitzondering van
oorlogsvaartuigen, onder de gewone voorwaarde.
examen - commissien Benoemd tot lid der com
missie, die gedurende éen jaar, eindigende 1 Au
gustus 1883, belast zal zijn met het afnemen van
de practische examens van arts en tandmeester,
J. E. Grevers, tandmeester te Amsterdam, thans
plaatsvervangend lid dier commissie.
Bij de akte-examens middelbaar onderwijs, af-
deeling taal- en letterkunde, toegelatenvoor
staatsinrichting de heer J. A. De Braijne, te Zierikzee.
Beroepen tot predikant bij de N, H. gemeente
te Biezelinge de candidaat J. C. Sikkel.
Het drietal ter vervulling der vacature bij
de Waalsche gemeente te Rotterdam is samenge
steld uit de heeren J. J. L. Luti, te Middelburg;
A. Perk, te Amsterdam; E. Picard, te Dordrecht.
Door het hof te 's Hage werden eergisteren ver
oordeeld J. van de M., notarisklerk, te Vlissingen,
ter zake van valschheid, tot 1 jaar cellulaire ge
vangenisstraf en 4 boeten van 50J. P. te
St Maartensdijk, ter zake als voren, tot 4 maanden
celstraf en twee boeten van 50.
Zierikzee, 10 Nov. Naar wij vernemen-heeft
de procureur-generaal bij het gerechtshof te 's Gra-
venhage afgezien van de cassatie, door htm aan-
geteekend tegen het arrest door dat hof gewezen,
waarbij W. S., vlasboer te Duivendijke, wordt
vrijgesproken van de hem te laste gelegde poging
tot omkooping van den gevangenbewaarder in
het huis van arrest te Zierikzee.
11 November des morgens te 8 uren.
NAMEN
dee
PLAATSEN.
Ba-
rom.
stand.
Wind-
richt.
Delfzijl
Groningen
Den Helder
Vlissingen
Maastricht
743.4
742.3
743.4
747.9
749.7
NNW
NW
W
Toe
stand
lueht.
Tem
pera
tuur.
Cel s.
regen
betr.
5
betr.
z. bew.
bew.
Eene depressie bevindt zich vrij nabij en NO.
waarts van ons.
De barometerstand in 't centrum ervan is
740 m. m.
Grootste verschil
gisteren avond 8 n. M. 6.0 G.
heden morgen 8 M. 5.0 G.
Het afwijkingsverschil werd gunstiger en kleiner.
Barometer-aanwijzing te Utrecht te half éen
749.6 m. m.
VerwachtN. wind en goed weder.
Thermometerstand te Middelburg.
10 Nov. 's avonds 11 uren 45 gr.
11 o 's morgens 8 ureD 44 gr. 's middags 1 unr 47 gr.
's avonds 5 uren 46 gr. F.
Op eene gisteren avond gehouden gewone repe
titie der zangvereeniging Concordia alhier werd
den directeur, de heer H. C. de Waaldoor
de werkende leden een met zilver gemonteerden
dirigeerstok met inschrift en een album, bevat
tende de namen der leden, aangeboden.
Gisteren avond is de laatste uit Holland
komende trein te 9.2 u. bij het station Wouw op
een daar staanden goederentrein geloopen. Per
soonlijke ongelukken hadden niet plaatsalleen
werd het materieel beschadigd. Door dit ongeval
kwam de laatste trein eerst te ongeveer 1 uur
's nachts hier aan.
Heden was de verbinding weder hersteld.
Donderdagavond hield de heer Spanjaard,
inspecteur van het loodswezen te Vlissingen, in
de zaal van den heer Kuipers aldaar, eene lezing
ten voordeele van de nagelaten betrekkingen dei-
bemanning van de vergane loodskotter uit Nieuwe-
diep.
De opbrengst bedroeg omstreeks 400. Het
talrijke publiek toonde zich met de voordracht
zeer ingenomen.
Gisteren morgen is te Borssele het lijk aan
gespoeld van een onbekend manspersoon. Aan
den wijsvinger der rechterhand zat een gouden
ring, gemerkt met de letters E, V. Een blauwe
gebreide borstrok, een rood haaien hemd, een
lakensche broek, een roode baaien onderbroek,
bruine aangebreide kousen en bottines maakten
de kleeding uit. Niets dan een knipmes en een
portemonnaie met drie koperen muntstukken (Bel
gische) werden erbij gevonden. r
Het lijk verkeerde reeds in staat van ontbinding,
is gekist en naar het lijkhnisje vervoerd, om na
lijkschouwing begraven te worden. GCt
T'liolen, 10 Nov. De tegen 8 en 9 dezer
aangekondigde veemarkten zijn te St Maartensdijk
en te Tholen gehouden. Te St Maartensdijk was
de aanvoer grooter dan te Tholen. Op beide
plaatsen werden goede prijzen bedongen.
Vier visschersvaartuigen uit Scheveningen
worden na den storm van vóór 14dagen nog altijd
vermist. Het zijn de Holland, de Vrouw Ida, de
Vrouw Wilhelmina Groen, de Hollandeien de
Vrouw Neeltje.
Men vreest dat weer een schip nabij de kust
vergaan is. Ruim honderd vaten teer, veel nieuw
hout en wrakhout spoelden langs het Wester-
strand te Texel aan. Op den spiegel van een
scheepsboot, die in stukken langs het strand lag,
stond Bexhül Shoreham J. Cole.
De kamer van koophandel te Leeuwarden
heeft besloten, een schrijven te richten aan de
directie van de AP tot expl. van Staatsspoonvegen
met verzoek eene betere verlichting van de spoor
wegrijtuigen, op het voorbeeld van de Holl. ijz-
Spoorweg-maatschappij, in te voeren.
Bij twee voorname families van Zwolle ont
dekte men dezer dagen, dat de oorzaak van voort
durende ongesteldheid der huismoeders en kinderen
moest worden toegeschreven aan de groene be
kleedsels van canapé en stoelen enz., in beide
woonvertrekken aanwezig. Een nauwkeurig onder
zoek heeft bewezen, dat eene niet geringe hoeveejjy