BUITENLAND.
Benoemingen en besluiten.
Marine en leger.
Gemengde Berichten.
Staten-generaal.
Belgischs brieven.
Ingezonden Stukken.
Rotterdamsche waterweg
Spoorwegbegrooting.
hebben, en dit duurt gewoonlijk niet lang, in hun
boezeroen thuis, doen aardappels uit, steken een
zootje kropsla, of verdunnen hun ajuin; anderen
slijpen uit wanhoop hun sabel, of leggen zich toe
op het opmaken van proces-verbaal van denkbeel
dige gebeurtenissensommigen zijn op weg om
vitters en bemoeiallen te wordendoch dit belet
niet dat allen zich gevoelen als een Jood, die uit
de synagoge geworpen is, als Alva op den eersten
April, als een vrouw, die bemerkt dat de witte
broodsweken om zijn.
Het verbod is, op zijn zachtst, hard, omdat het
buiten hun schuld een deel van hun bestaan
vernietigt. Billijk ware 't geweest het alleen
toepasselijk te verklaren op nieuw te benoemen
veldwachters, of het niet uit te vaardigen, dan met
last om het verlies door een vermeerdering van
traktement te vergoeden, een last dien- men zeker
met evenveel of met even weinig grond zou heb
ben kunnen geven, als de bepaling wat ze te doen
en te laten hebben. Wat nu slechts hier en daar
gebeurd is, hadden dan mogelijk alle gemeenten
gedaan, namelijk de jaarwedde van haren veld
wachter verhoogd.
Het nalaten daarvan zal, na verloop van weinig
tijd, gezwegen van geen of verflauwden ijver,
tengevolge hebben dat zij, dewijl de menschen niet
leven kunnen van hun inkomen, zoo bij nering
doenden als boeren in 't krijt zullen staan, en hun
onafhankelijkheid veel grooter gevaar loopt, dan
ooit door het bekleeden van eenig loongevend
bijpostje.
Dit in tijds, door een billijke traktementsver-
hooging, te voorkomen, is de plicht der gemeenten.
burgemeesters. Benoemd tot burgemeester van
Avenhorn, C. Pz. Spaans; van Zeist, G. Coster-
man, en van Born, J. C. Nelissen.
pensioenen. Op zijne aanvrage op pensioen ge
steld, ten bedrage van 1746 'sjaars, de kolonel
E. D. Geukama Bakker, benoemd kommandant
van het le reg. huzaren.
polderbesturen. Ontslagen als dijkgraaf van
den Schorerpolder T. J. Voorbeytel.
Ingevolge machtiging des konings worden buiten
dienst gesteld Zr M" ramschepen Buffel en Schor
pioen, de rammonitor Haai en het fregat Evertsen.
De kommand, officieren van die bodems, respec
tievelijk de kapt.-luit5. t/z. J. M. H. Bervoets en
J. C. Joekes, de luit. t/z. le kl. J. G. J. Spanjaard
en de kapt.-luit. t,z. G. Doorman, worden eervol
van het bevel ontheven en op nonactiviteit gesteld.
De luit. t z. le kl. P. J. Zaal, le off. aan
boord van Zr M' fregat Evertsen, wordt op non
activiteit gesteld en die betrekking opgedragen
aan den luit. t/z. le kl. B. de Groot.
De luit. t/z. le kl. P. K. Engelbrecht, be-
hoorende tot de rol van Zr Ms wachtschip te
Amsterdam en belast met het bevel over Zr Ms
stoomriviervaartuig Isala, en de luit. t/z. 2e kl.
H. G. J. A. Pundter de Bauchène, gedetacheerd
aan boord van genoemd vaartuig, worden op
nonactiviteit gesteld.
In de Annalen des gesammten Versicherungs
wezen leest men
Het Hollandsche vakblad De Verzekeringsbode
heeft nu een jaar bestaan. Wat in twaalf num
mers kan geleverd worden, werd op de meest
voldoende wijze den lezers aangeboden. Van
den tweeden jaargang af zal het blad tweemaal
's maands verschijnen en wel in een geschik
ter formaat. Dit zijn waarlijk besluiten in
overeenstemming met de eischen des tijds, en
wij vergissen ons zeker niet, als wij beweren
dat het blad op deze wijze eene goede
toekomst te gemoet gaat. Overigens is het voor
ingewijden geen geheim, dat De Verzekeringsbode in
het Nederlandsche verzekeringswezen nu reeds een
frisschen geest heeft gebracht en door de noodza
kelijkheid gedwongen, zal veel verkeerds uit den
weg worden geruimd, als De Verzekeringsbode er
zijn stem tegen verheft.11
voor uw Maud Muller geposeerd heeft. Het is geen
nieuwsgierigheid die mij noopt, die vraag te doen,
maar het is bepaald noodig dat ik te weten kom
waar die dame zich op dit oogenblik bevindt. Gij
zult mij mijn onbescheidenheid vergeven, als ik u
zeg' dat het geluk van iemand, die mij zeer dier
baar is, op het spel staat.
«Ik kan dezen brief niet eindigen zonder u mijne
hartelijke gelukwenschen aan te bieden met de
uitstekende schilderij die gij dit jaar tentoon
gesteld hebt. Maud Muller moet op ieder, die
haar ziet, een onuitwischbaren indruk maken.
»U nogmaals om verschooning vragende, dat ik
uw tijd in beslag neem
«blijf ik vriendschappelijk,
t. t.
Maurits Steele."
Aan Porcy Hetheringham
te Sorrento.
Villa Bellosguardo, Sorrento, 25 Mei.
«Waarde Steele.
«Gij behoeft geen excuses te maken, dat ver
zeker ik u. Ik ben een week te Napels geweest
daarom kon ik uw brief niet vroeger beantwoor
den. Ik wenschte van harte dat het in mijn
vermogen was om u de verlangde inlichtingen te
geven. Maar beloften aan dames zijn eere
schulden, zooals gij weet.
«Ik heb mjjn woord gegeven om het diepste
stilzwijgen te bewaren aangaande het schoone
(Regeerings antwoord
De noodzakelijkheid van afdoende verbetering
stelt de minister als vrij algemeen erkend voorop.
Bewees de waterweg reeds groote diensten, voor
diepgaande schepen bleef hij onvoldoende om tegen
Antwerpen te kunnen concurreeren, en ook voor de
kleinere vaart is meer zekerheid noodig.
Slechts een open vaarweg kan Rotterdam hel
pen. De verschillende andere plannen ontleedt
de min. daarbij, om aan te toonen waarom alleen
het ontwerp der staatscommissie afdoende verbe
tering geeft, zonder dat er grond is voor de vrees
dat de gevorderde diepte niet is te handhaven.
Alleen als die vrees wel grond had, ware het
plan-Waldorp te verkiezen. Intusschen erkent de
min. dat ook het Voornsche kanaal geleidelijk
moet verbeterd worden.
Breedvoerig en herhaaldelijk tooDt de min. aan,
dat de ondiepten worden gevormd door afgevoerd
slib en zand. Volgens het eenparig oordeel dei-
zeer deskundige staatscommissie ontstonden die
alleen door het stelsel van uitschuring, dat te lang
werd volgehouden. De oorzaken der teleurstelling
zjjn nu klaar aangewezen, de middelen tot herstel
duidelijkomtrent de juistheid der grondtrekken
van het plan kan geen twijfel bestaan.
De uitvoering van het plan zal benedenwaarts
beginnen, eerst met doorgraving van den Hoek en het
Scheur, in het 5e jaar afsluiting van de Botlek
en daarna verbetering van de rivier eerst tot Rot
terdam, dan tot Krimpen. Graven en baggeren
moet het uitschuren vervangen en, mits goed geleid,
zullen dan de natuurkrachten medewerken en de
stroomen het eenmaal gemaakte normaaibed
onderhouden.
Intusschen laat de min. voor onderdeelen plaats
voor lessen der ondervinding. Zoo is normaliseering
van de rivier noodig, afsluiting van de Botlek
onvermijdelijk, evenals vevhooging van de hoofden
in zee, allereerst van het Noorderhoofdmaar
verlenging van de hoofden, vleit de min. zich, zal
in veel mindere mate noodig blijken als men er
eenmaal toe gevorderd zal zijn, evenzeer als men
dan ook over den vorm zal kunnen beslissen. Nu
is slechts het beginsel en het maximum der kos
ten vast te stellen.
Van de werken, in 1881 bevolen, en die geheel
in het plan der commissie passen, zijn de uit
komsten reeds zeer gunstig; de diepte neemt toe
en de geul nadert de as van den waterweg.
Nieuw oponthoud daarentegen zou al de verkregen
voordeelen weder doen verloren gaan en, zonder
eenig nut, nieuwe ontdiepten doen ontstaan.
De kosten voor het werk raamde de commissie
hoog genoeg, meent de minister.
Voor de gezamenlijke spoorwegwerkenmet
inbegrip van de betalingen, nog over den dienst
van 1880 te voldoen, worden de in het jaar 1883
te doene uitgaven geraamd op 15J millioen,
waarvan 1 millioen nog kan gevonden worden uit
de batige sloten van vorige jaren, zoodat op
hoofdstuk V der staatsbegrooting 14| millioen
wordt uitgetrokken.
Omtrent den stand der spoorwegwerken kan
het volgende worden medegedeeld
Voor de lijnen, waarvan de aanleg is bevolen bij
de wet van 1875 zijn de onteigeningswetten uit
gevaardigd, behalve voor het gedeelte van den weg
van Rotterdam naar den Hoek van Holland, van
Maassluis tot het eindpunt.
De aanwijzing van te onteigenen eigendommen
moet nog geschieden voor het gedeelte van Hoorn
tot Enkhuizen van den weg van de Zaanstreek
naar Enkhuizen, en voor het gedeelte van Rotter
dam naar Maassluis van den weg van Rotterdam
naar den Hoek van Holland. De vaststelling dei-
richting van het overige gedeelte van dezen spoor
weg is afhankelijk van de beslissing, welke omtrent
de voltooiing van den nieuwen waterweg van Rot
terdam zal worden genomen.
De onteigening, zoo bij minnelijke overeenkomst
als gerechtelijk, is geheel of zoo goed als geheel
model, waaraan ik, dat beken ik, het succes van
mijn schilderij voornamelijk te danken heb. Ik
kan u niet zeggen waar de dame zich op het
oogenblik bevindt, daar ik zelf niet het geringste
vermoeden heb van hetgeen er van haar geworden
is. Gij kunt op dat punt niet nieuwsgieriger
zijn dan ik. In ons beider belang hoop ik dat gij
in uwe nasporingen zult slagen.
«Over haar verleden heeft zij zelf een sluier
gespreid.
«Het is hier een aardsch paradijs; ofschoon
tegenwoordig bovenaardsch warm.
«Kent gij het? Ja natuurlijk, daar gij een reis
rondom de wereld gedaan hebt met dien veelbe-
lovenden leerling
«De volgende week ga ik naar de Ionische
eilanden, waar een vriend, die een jacht bezit,
met mij op een ontdekkingstocht wil gaan. Ik
ben benieuwd of wij door menschen verslonden
zullen worden of verdrinken, of kalm naar Londen
en de beschaafde wereld terugkeerenAls dat
de ontknooping van onze onderneming is, kom
ik mij stellig in Hyde House aanmelden. Met
vriendelijke groeten aan u zeiven en uw bemin-
nelijken, ouwelijken, jongen lord Kempton,
«steeds uw toegenegen
«Percy Hetheringham."
«NB. geen PS. Wees zoo goed en noem mjjn
naam in het geheel niet tegenover den jongen
lord. Die moet hem onaangenaam zijn; daar gij
blijkbaar in zijn belang die «particuliere inlich
tingen" vraagt. Weet gjj wel dat wjj (hjj en ik)
afgeloopen voor de lijnen Dordrecht—Kesteren,
NijmegenVenlo, StavorenLeeuwarden, voor het
gedeelte Zaandam Hoorn en voor het gedeelte
LeusenRessen en Eist.
Voor de lijn Groningen—Delfzijl zijn de onder
handelingen voor den aankoop bij minnelijke
overeenkomst nagenoeg ten einde gebracht en wordt
de gerechtelijke onteigening voorbereid. Evenzoo
voor de lijn Zwaluwe's Hertogenbosch, met uit
zondering van het gedeelte bij 's Hertogenbosch,
waarvan de richting vermoedelijk een wijziging
zal moeten ondergaan, in verband met de ontworpen
verlegging van de Dieze bij 's Hertogenbosch.
Voor het gedeelte Hoorn—Enkhuizen wordende
in te nemen eigendommen gewaardeerd.
Voor de overbrugging der groote rivieren is te
Rhenen de onderbouw en te Heumen ook de bo
venbouw in hoofdzaak voltooid en wordt de boven
bouw te Rhenen gesteld, terwijl te Baanhoek de
aanvankelijk door onteigening vertraagde onder
bouw krachtig wordt voortgezet en de bovenbouw
aanbesteed is.
Ook voor de doorlaatbruggen in het Bossche
inundatieveld en in den Baardwijkschen overlaat
is de bovenbouw aanbesteed.
Die voor de draaibrug over het Groot Noord -
hollandsche kanaal bij Purmerende wordt gesteld.
De aanbestede spoorwegwerken worden geregeld
voortgezet op de gedeelten MerwedeKesteren,
AmersfoortRessen en Eist, ZaandamHoorn,
Sneek- -Leeuwarden, ZwaluweBaardwijk en op de
lijnen NijmegenVenlo en GroningenDelfzijl.
Voor het gedeelte StavorenSneek, met uitzon
dering van de gemeente Stavoren, zullen de wer
ken eerlang aangevangen kunnen worden.
Vermoedelijk zal nog in dit jaar de verbinding
van Gorinchem met den spoorweg van Arnhem
naar Nijmegen in exploitatie gebracht kunnen
worden en in het vooijaar van 1883 de lijn Nij
megenVenlo.
Dubbel spoor ligt thans op de lijn van Rotter
dam tot Venlo, met uitzondering van de over
brugging van het Hollandsch Diep, alsmede op
den spoorweg tusschen Zwaluwe en Esschen. Eer
lang zal het moeten gelegd worden tusschen Breda
en Rosendaal, waar dit in het belang van gere
geld verkeer dringend gevorderd wordt, als ook
in het volgende jaar op sectie ArnhemZutfen.
Met de inrichting van het station Maastricht
tot gemeenschappelijken dienst kan nog niet worden
aangevangen doordien de onderhandelingen met de
betrokken spoorwegbesturen nog niet zijn afge
loopen.
Brussel, 6 October 1882.
Over het plan tot aankoop van een der Philip-
pijnsche eilanden hoort men niet meer spreken.
Dit praatje van de Escaut, waarvan ik dadelijk
de onwaarschijnlijkheid vermoed heb, is aanstonds
na zijne geboorte door een telegram uit Madrid
dood gemaakt. Spanje zou misschien wèl sommige
zijner koloniën kunnen ruilen, maar het is te
trotsch om er handel in te drijven.
Dit is dus weder eene teleurstelling. Zou het
even zoo gaan met onze nederzettingen in Midden-
Afrika, die onze koning, ten koste van millioenen
uit zijne persoonlijke kas, op het getouw wenscht te
zetten Men zou er voor beducht worden, wanneer
men leest op welken toon de Pransche reiziger De
Brazza in de Voltaire tegen den heer Stanley
strijd voert. Of nu Frankrijk dan wel Engeland
van de Belgische onderzoekingstochten in Afrika
profiteert, is ons tamelijk om het even. Wat wil
len wij met koloniën beginnen, zoolang wij even
min eene oorlogs- als eene koopvaardijvloot
bezitten Ons van Fransche of Engelsche reede-
rijen bedienen, zooals wij nu reeds gewoon zijn
Dat kunnen wij immers blijven doen en het is
de moeite niet waard om ons voor zóo iets het on
genoegen van Frankrijk op den hals te halen.
De openbare meening trekt zich daarom de zaak
niet bijzonder aan en onze pers volgt trouw haar
voorbeeld, door niet eens notitie te nemen van
een zeer hoffelijke correspondentie gevoerd hebben,
d propos van een zekere copie Ik dacht weinig
toen ik zijn zakelijke epistels las en antwoordde,
dat zijn zielsrust gestoord was door de bekoorlijke,
geheimzinnige Maud. Het was mij een zeer wel
kome verrassingte zien dat er toch een echt hart
klopte in zulk een onnatuurlijk omhulsel."
De eerste opwelling van Harold na het lezen
van dezen laatsten brief was om terstond naar
Sorento te vertrekken en dien lafaard (zoo noemde
hij hem in zijn verbolgenheid) te verzoeken zich
nader te verklaren, excuus te vragen, of
Bij dezen climax in zijn woede stond hij stil.
Het woord dat hem op de lippen kwam en alle
rede verdreef was satisfactie.
Maar dat beduidt in dit geval een duel en de
Engelschen duelleeren niet. De nacht brengt
raad.
Met het aanbreken van den nieuwen dageraad,
is zijn dorst naar bloed bedaard. Evenals vele
wijze lieden voor hem gedaanhebben tracht hij
zijn wraak te koelen door een donkerder vloeistof
te verspillenhij grijpt naar pen en inkt.
Eerst als hij het klad van den brief, die tusschen
de regels strijd, moord en doodslag moest over
brengen, gereed heeft, bedenkt hij met schrik dat
Hetheringham deze week Sorrento verlaat. Zijn
brief was van 25 Mei en nu is het 2 Juni. Er
is geen oogenblik te verliezen.
Een telegram dus
Prachtig denkbeelddat moet hem bereiken,
den ongepasten toon, waarop de heer De Brazza
over Leopold II spreekt.
Wilt gij daarentegen weten wat in ieder groot
koffiehuis, in elk estaminet, het onderwerp der
gesprekken uitmaakt Het is de onhandigheid
van den heer Charles Buis, Brussel's burgemeester.
In plaats van op Dinsdag den 3el1 dezer, op offi-
cieele wijze deel te nemen aan de hulde, die aan
Charles Rogier, den oudsten veteraan van ons staats
leven, bij gelegenheid zijner 50jarige staatkundige
loopbaan gebracht werd, heeft het hoofd onzer
gemeente niets gedaan dan een adres van geluk-
wensching door een bode aan het huis van den
oud-minister Hoen afgeven. Deze onverschilligheid,
te midden der algemeene belangstelling, die door
het zenden van afgevaardigden der liberale ver-
eenigingen uit alle deelen des lands aan den dag
gelegd is, heeft hier ieders verontwaardiging
gewekt. Tegen Zondag wordt eene groote «be
tooging" voorbereid, teneinde den heer Rogier te
doen zien dat de burgerij van Brussel haar ver
dienstelijken medeburger, een van de grondleggers
onzer onafhankelijkheidweet te eeren en te
waardeeven.
Onze burgemeester behoort tot de school der
utilitarians, der lieden die niets dan het nuttige
willen. Door altijd en eeuwig te vragen«Is dit
wel nuttig?" -eindigen zij met na te laten wat
werkelijk noodig is. Wanneer het hart en het
gevoel hun woord niet meer mogen medespreken
te midden onzer- menschenwereld, dan zal zij met
ongelooflijke snelheid tot een staat van diep ver
val geraken. Liet men de «nuttigheidsmannen"
begaan, dan zouden zij van onze maatschappij
spoedig een werktuig zonder ziel maken.
Mijnheer de Redacteur
Een ingezonden stuk van X over de oproeping
voor de betrekking van eersten klerk ter provin
ciale griffie van Zeeland, in uwe courant van heden,
noopt mij tot gedeeltelijke tegenspraak van het
daarin medegedeelde. Wat de bedoeling is van
ged. staten met die oproeping en de afwijking
van den gewonen regel van bevordering ten aan
zien van de tweede klerken, laat ik in het mid
den X zegt zelf dat deze vraag door de autoriteit
die de ambtenaren benoemt, beter zal kunnen
beantwoord worden. Maar ik moet stellig tegenspre
ken wat X aan het slot van zijn schrijven beweert, dat
namelijk in het afgeloopen jaar onder de solli
citanten naar de betrekking van adjunct-commies
„geen enkele was, die die betrekking kon worden
waardig gekeurd, en dat daarom het gedeputeerd
college zich moest tevreden stellen met de aan
stelling van een eersten klerk." Over hetgeen
toen gebeurd is zijn, voorzoover ik weet, nimmer
door de betrokken personen in het openbaar klach
ten geuit. Toevallig met de toedracht der zaak
bekend, heb ik om bijzondere redenen daar ook
nimmer publiciteit aan gegeven maar nu de zaak
door X zoo geheel verkeerd wordt voorgesteld
acht ik mij verplicht mede te deelen wat ik weet
en dat isdat er aan de toenmalige sollicitanten
voor de betrekking van adjunct-commies, op eene
jaarwedde van 900, een examen is afgenomen,
waarbij het bleek dat er onder waren die zeer
goed aan de gestelde eischen voldeden; dat een
van deze echter den leeftijd niet had bereikt,
vereischt voor de betrekking van adj.-commies;
dat vervolgens door ged. staten geen adj.-commies is
benoemd, maar slechts een eerste klerk op 800
en dat tot die betrekking is benoemd de sollici
tant die nog te jong was voor adj.-commies. Ik
relateer slechts de feiten. Gedep. staten zullen
gewis geldige redenen hebben gehad om aldus,
ook na het examen, van de oproeping af te wijken.
Maar ik kom alleen op tegen de voorstelling van
X alsof alle sollicitanten onbekwaam bevonden
waren. Het was waarlijk al erg genoeg voor hen
die voldeden, dat zij vruchteloos moeite en kosten
hadden gemaakt en zich nutteloos hadden laten
examineerenten overvloede onbekwaam verklaard
te worden, verdienen zij allerminst.
X.-fY.
G. 6 October '82.
dadelijk bereikenbuitendien geeft condensatie
kracht, of is het concentratie Om het even.
Woorden doen er niet toe waar daden spreken.
Het meeste pleit voor het telegrafeerplan, dat
het onmiddellijk kan ten uitvoer gebracht worden.
Zoo gezegd, zoo gedaan
«Naar het buitenland, mynheer? Dan moeten
de adressen betaald worden" zegt de klerk.
Er zijn meer dan dertig woordendat ziet Harold
terstond bij het optellen. Het zal dus heel wat
kosten en zijn zeemansbeurs is nooit zeer gevuld.
Maar wat een genot om het dien ellendeling eens
goed te zeggenDat alleen is het geld waard.
Zie hier het telegram
«Het onbeduidende antwoord aan Maurits op
vragen van het grootste gewicht voor mij, gezien.
Dat model moet mijn vrouw worden. Bedenk dit
in 't vervolg. Zend terstond antwoord, of ik zal
het u afdwingen. Antwoord betaald."
Om middernacht wordt Harold het antwoord in
deze bewoordingen gebracht.
«Slechts schurk of zot kan verwachten dat
woord aan dame verbroken wordt."
«Hij heeft gelijk", denkt Harry, «hij heeft
volkomen gelijk. En ik heb die berisping ten
volle verdiend. Maar ik ben noch een schurk,
noch een zot en ik bemin Clara en zal altjjd op
haar blijven vertrouwen
(Wordt vervolgd.)
gedrukt bij de gebroeders abrahams
ie middelburg.