Gemengde Berichten. Benoemingen en besluiten. Onderwijs. Kerknieuws. Marine en leger. gedrukte, gebrekkig gewelfde borstkas en als natuurljjk gevolg van te kleine en niet zelden zieke longen, zijn dikwerf te zoeken in een wieg- peluw en hoofdkussen, door moederliefde en moederzorg te zacht en te hoog geschud. Ten aanzien van handjes en armen is de waar schuwing gepast om deze niet vast aan het lijf te sluiten. De gewoonte der moeders om door een zware sprei, ter weerszijden van de wieg vast ingedrukt, elke poging om handjes en armen boven het dek te verheffen, te verhinderen, verdient afkeuring, daar hierdoor almede de beweging en uitzetting van borstkas en longen woult beperkt. De bewegingen der kleinen mogen niet worden beperktvrije beweging is eene eerste voorwaarde voor gezonde en krachtige ontwikkeling naar lichaam en geest. Opmerkingen als deze, die erop wijzen, dat de beschaafde maatschappij door kleeding en zwach telen haar jonge telgen al te zeer in kluisters slaat, worden geheel bevestigd door een vergelij kend onderzoek. Hieruit toch blijkt, dat bij onbe schaafde volken, waar der natuur bij de eerste opvoeding minder geweld wordt aangedaan, een kind in zijn eerste levensjaar naar lichaam en naar geest zich heerlijker ontwikkelt dan bij ons. Wanneer een kleine zóo ver is ontwikkeld, dat hij beproeft het hoofd op te richten, om te zien wat om en bij hem plaats vindt wat allicht in de 2" of 3e maand geschieden zal dan is ook de tijd gekomen om die nieuwsgierigheid te bevredigen, maar niet door hem op den arm te dragen of in een kinderstoel te plaatsen. De zittende houding blijft voor jonge kinderen zeer stellig te ontraden. Zij vordert eene kracht in de spieren van nek, rug en billen, welke den kleinen in de 2e of 3e maand van hun leven nog niet eigen is. Het hoofd op dezen leeftijd in verhouding van de overige lichaamsdeelen nog buitengewoon zwaar dringt bij zittende houding het bovenlijf voorover, en zóo ontstaan in ver hoogde mate al de nadeelen, welke wij als gevol gen van eene verkeerde ligging, straks reeds beschreven. Wanneer de moeders konden besluiten hunne kleinen met den buik naar den grond op een zwaren deken op den vloer, liever nog op de tafel neder te leggen, het laatste om het vatten van koude te voorkomen, dan zouden misvormingen, als die, welKe telkens kinderen en ouders onge lukkig maken, slechts zelden voorkomen. 't Is zoo, dat liggen op den buik is aanvankelijk niet naar hun zindoor droeve en toornige kreten geven zij daarover ontevredenheid te kennen en ze protesteeren luide tegen deze bejegening, maar dit is een ongemak en kwelling van slechts korten duur. De jonge mensch is practiscb en verzoent zich spoedig met zijn leed om daarna zich te voegen naar de omstandigheden. Teneinde van hetgeen om en bij hem voorvalt, toch iets te zien, weet hij het hoofd achterwaarts te buigen, zoolang tot de vermoeienis hem^oopt de vorige houding weer aan te nemen. Eenmaal begonnen zich op te richten, wordt die beweging gedurig en bij telkens korter tus- schenpoozen herhaald. De spieren van nek, rug en billen komen alle hierbij in werking en worden degelijk geoefend en gesterkt, wat voor het aan nemen en bewaren eener opgerichte houding vol strekt onmisbaar is. Krachtige ontwikkeling dezer spieren is het eenig afdoend middel om habitueele verkromming van den wervelkolom tegen te gaan, terwijl zij in direct der borstkas meerdere welving en omvang geeft. Om een en ander is deze houding en oefe ning der spieren van het grootste belang te achten. Ha weinig weken nemen bij deze behandeling de krachten der kleinen derwijze toe, dat zij in staat zijn met de armen het bovenlijf geheel achterwaarts en omhoog te werken, om eindelijk door eene zijlingsche beweging over te gaan in de zittende houding, die bij dusdanige ontwikkeling van het spierstelsel niet meer zoo schadelijk is en bij ver moeienis telkens weder met de liggende houding kan worden afgewisseld. Eindelijk en na weinig weken van voortgaande oefening leert het kind kruipen, om daarna al spoedig aan een of ander een onwaardige omgeving. En toch worden de fei ten erkend niet alleen maar zelfs met trots door den hoofdpersoon. Lord Kempton is juist eenentwintig jaar, maar hij ziet er veel ouder uit. Hij is zorgeloos en minzaam van aard, zoodat het hem zeker veel moeite heeft gekost om die trotsehe, teruggetrokken houding aan te nemen, waarop hjj zich zooveel laat voorstaan. Maurits kent den natuurlijken aanleg van den jongeling zeer goed en weet ook hoeveel traagheid hij onder dien schijn van kalme waardigheid verbergt. Hij is wereldsgezind en Maurits hoopt hartelijk dat er onder zijne verborgen hoedanig heden nog eenige jeugdige onstandvastigheid schuilt. Maar er is stellig wel reden tot onge rustheid denkt de gewezen leermeester, bij de herinnering aan dê plotselinge verandering die zijn leerling in de comedie ondergaan had. Lord Kempton in vuur, opgewonden, vol bewondering; met geestdrift sprekende over zedelijke volmaakt heid, die boven rang of stand gaatmet gebalde vuist bereid om den heer Hos een persoonlijke bestraffing toe te dienen, omdat die ondernemer goedvindt zijn schouwburg volgens zijn eigen opvatting te bestarenzonder zich in het minst te bekommeren over het zedelijk welvaren van zijn corps de ballet, deze verandering is genoeg om Maurits op zijne hoede te doen zijn. Had Kempton zich vergenoegd met eenige voorbijgaande opmerkingen over de bekoorlijkheid van juffrouw Delane, of met een luchtig lachje zjjn ontmoeting achter de schermen als een grap voorwerp zich op te richten om te leeren staan en te loopen, wat vroegtijdig zal plaats hebben. Bij dergelijken gang in de verpleging en oefe ning van kinderen is er niets, wat een gezonde en krachtige ontwikkeling in den weg staat. Wie aldus zijne telgen wil opvoeden, dien beloven wij, zoo zijn kinderen overigens een gezond gestel hebben, de beste gevolgen. De lord-mayor van Londen en de overige waar digheidsbekleders der City hebben zich gisteren middag te 5 uren, in gala-costuum, in rijtuigen naar het paleis in het Koordeinde te 's Graven- hage begeven, om Z. M. den koning het eere burgerschap der City aan te bieden. In het eerste rijtuig zat majoor Campbell City marshal in roodlakensehe uniform met zilveren uitmonsteringin het tweede zaten de beide sheriffs, beiden in roode toga met zwart fluweel en bont afgezet. Hierop volgde de secretaris van den lord-mayor in een eenvoudige zwarte toga. De lord-mayor met den stafdrager en den zwaard drager sloten den kleinen stoet. Het costuum van den major bestond uit een lang kleed van zwarte zijde, vol gouden borduursel en uitloopende in een langen sleep, dien hij met den arm op hield. De halsketen is uit de kostbaarste edelgesteen ten, in gouden schakels gevat, samengesteld. Aan het sieraad was een diamanten ster vastgehecht, zijnde het ordeteeken van de stad Londen, voe rende dit insigne de inscriptie Domine dirige noster. De deputatie der stad Londen werd ten paleize in de receptiezaal ontvangen door HH. MM. den koning en de koningin. Z. M., die in generaals-uniform was, droeg de ster van de ridderorde van den Kouseband. De lord-mayor was met de ridderorde 2e kl. van den Gouden Leeuw van Nassau (met de plaque) ver sierd. De geheele civiele hofhouding van HH. MM. was in gala-tenue tegenwoordig. Na de gebrui kelijke voorstelling ving de plechtigheid aan. Na den gewonen aanhef, in Engeland gebruike lijk bij het toespreken van vorstelijke personen »Moge het uwer majesteit behagen!" sprak de lord-mayor Z. M. volgenderwijze toe »Het is met onverdeeld genoegen dat ik mij, uit naam van de City van Londen, heden, verge zeld van de sheriffs, hier bevind, om met uwer majesteits hooge vergunning haar aan te bieden het gouden kastje, bestemd voor de akte, die de City van Londen de eer had uwe majesteit aan te bieden ter gelegenheid van haar bezoek aan onze hoogvereerde en beminde koningin, tijdens het huwelijk van Z. K. H. prins Leopold, hertog van Albany, met de prinses Helena van Waldeck- Pyrmont. Mijne medeburgers hebben mij opgedragen uwe majesteit de verzekering te geven van hun diep leedwezen, dat, ten gevolge van de treurige doods mare, die zoo plotseling uwer majesteits huis in rouw dompelde, het hun niet gegund was de eer te genieten uwe majesteit, met uwe gemalin de koningin, in de Guildhall van hun aloude stad te ontvangen. Maar desniettemin begeeren zij U. M. dank te zeggen voor het welwillend en van mede gevoel getuigend antwoord, ons door U. M. gege ven, toen wij voor U. M. op Buckingham Palace verschenen. »Wij spreken de innige hoop uit, dat U. M. lang moge leven in het genot eener goede gezond heid en van al die zegeningen, welke de Goddelijke Voorzienigheid alleen kan geven, en dat de burger der beide landen voortdurend moge blijven in het genot van al de weldaden, voortvloeiende uit de banden van vriendschap, die tusschen de tronen van Engeland en van Nederlend zoo lange jaren hebben bestaan! De Lord-Mayor bood Z. M. daarna de gouden cassette aan, waarin het adres is besloten dat het eereburgerschap der City aan Z. M. opdraagt. Het is een kostbaar vierkant koffertje geheel van goud, omgeven door massief gedreven ornamenten, beelden van allegorische beteekenis en de emble mata van handel en scheepvaart. Aan de eene zijde prijkt bet wapen van Londen aan de andere dat van Nederland. meêgedeeld, dan ware bet niets geweestmaar in dien geest sprak de jonge edelman niet van zijn avontuur met Suzie. Lieve hemel, als die jongen nu ook eens verliefd was geworden! Verliefd op een balletdanseres! Hij had zeker van avond eene mate van belang stelling en geestdrift aan den dag gelegd, die geheel in strijd was met zijn leer en de praktijk van zijn dagelijksch leven. Laat ons de trotsehe hoofden buigen en Miserere roepen Geen wonder dat Maurits zich zoo bezorgd maakt, terwijl hem de verliefde klachten van zjjn broeder nog in de ooren klinken. »Het lijkt het tweede bedrijf van een zeer realistisch tooneelspel", denkt hij, terwijl hij uit het venster ligt en de kronkelende rookwolken van zijn sigaar door den avondwind ziet meevoeren. Zooals hij daar in het volle licht der gaspit staat, gelijkt hij een wit schaduwbeeld, dat scherp afgeteekend is op den donkeren achtergrond. Hij is zeer lang, maar zoo breed van figuur dat zijne lengte niet in het oog valt. Zijn haar is donker, behalve hier en daar een rosachtige tint, die tus schen de zware lokken doorschemert en ook zicht baar is in de gekrulde punten, die op het breede, lage voorhoofd hangen en zijne oogen zjjn helder en schrander en kijken vriendelijk onder de don kere wimpels uit. In het zonlicht lijken zij groen, nu schijnen zij grijs, doch te allen tijde zijn ze open en eerlijk: de trouwe spiegels eener trouwe mannelijke ziel. Zijne trekken zijn regelmatig en fijn besneden, zijn kin is goed gevuld, breed en Vier medaljons zijn aan de vier zijden aange bracht, waarop in kleuren de zeer fraai uitgevoerde portretten zijn geschilderd van Z. M., van den lord-mayor en van de twee voornaamste aldermen van Londen. Aan den voet herinneren de woorden Leopold Helena" en 't jaar „1882" de gelegenheid waar bij dat kostbaar geschenk den koning werd aange boden. Z. M. nam bet kisje met zichtbaar welgevallen aan en antwoordde in vloeiend Engelsch ongeveer het volgende „Het heeft mij bijzonder veel genoegen gedaan Mylord-Major u hier te zien en ik reken het mij tot een eer dit huldebewijs van u en van de cor poratie uwer aloude stad te ontvangen. »Ook mij deed het leed, dit bewijs van waardee ring niet tijdens mijn verblijf te Londen te hebben kunnen in ontvangst nemen, in de Guidhall die ik zoo zeer gehoopt had te zullen betreden. »Die voldoening stel ik mij echter voor tegen het volgend jaar. »Ik breng u en de corporatie van Londen mijn oprechten dank voor de door uwe lordschap geuite wenschen en ik hoop met u dat deze bewijzen van internationale welwillendheid zullen strekken ter bevordering van den tusschen de beide natiën bestaanden vriendschapsband." Na nog eenige oogenblikken te hebben vertoefd, verliet men de receptie-zaal. Te zes uur, terwijl ook de dames ten paleize waren aangekomen, vereenigde Z.M aan een gala diner den lord-mayor en de lady-mayoress, de sheriffs en de voornaamste heeren van het gevolg. Heden begeeft zich de lord-mayor met de sheriffs en de dames naar Amsterdam, waar de burgemeester, de hooge reizigers een diner aanbiedt. Vrijdag bezoeken de aanzienlijke vreemdelingen Haarlem en Leiden en vertrekken des avonds naar Vlissingen, waar hun door de directie van de Exploitatie-Maatschappijvoor hun vertrek, een souper wordt aangeboden. De 3e afl. der Dageraad bevat: Het Congres te Parijs Licht- en Schaduwbeelden, door J. Hobbel De oorsprong der godsdienstige denkbeelden, door dr H. Hartogh Heijs van ZouteveenDarwin en het Darwinisme (slot), door Jos. SywesDe Dage raad II, door dr H. De Vries; De Vrije Gemeente (slot), door H. C. J. KrijtheDe toeneming der bevolking in Frankrijk, door C. V. Gerritsen; Bemoediging, door W. MengDe Dageraad in de Nederlandsche Vereeniging te Parijs, door dr H. C. MullerGeloovige Dokters, door H. F. A. P. Berichten en Mededeelingen. geneeskundige dienst. Vergunning verleend aan dr. G. Goetseels, geb. te Aerschot in België, de geneeskunst uit te oefenen op Nederlandsche zeeschepen. marine. Op verzoek toegekend een jaar verlof aan den luit. t/z. 2e kl. G. J. Buys, onder stilstand van nonactiviteitstraktement en zonder opklim ming in de ranglijst. pensioenen. Pensioen verleend aan den gewezen adj.-commies bij de topographische inrichting L. G. Kierdorff sr, tot een bedrag van 974 'sjaars. *Hflsse» 20 Sept. Heden is alhier aanbesteed het bouwen eener nieuwe school met overdekte speelplaats, ameublement enz., voor f 12,665, waarvan aannemers zijn geworden P. Duyvestein en P. J. Wisse, te Zaamslag. Bergen op Xooin, 20 Sept. Benoemd tot hoofd der school voor m. u. 1. onderwijs alhier W. H. M. Bartels te Hilversum, en eervol ontsla gen als hoofd der gesubsidieerde bijzondere school alhier, I. P. Brogtrop. Souburg, 20 Sept. Aangenomen het beroep naar de N. H. gemeente te O.- en W.-Souburg door d" J. A. van Boven, predikant te Klaaswaal. flink. De beweeglijke mond is tot spotten geneigd, behalve wanneer die glimlach, dien de vrouwen, schoon genoemd hebben, het bleeke, edele gelaat geheel opheldert. Zoo is het uiterlijk van Maurits Steele, terwijl hij daar voor het laatst op zijn gezellige kamertje staat en met dien aangenamen metgezel, een goede sigaar, den staat van zaken overweegt. Het tweede bedrijf van een toonelspelja. Al de tooneelspelers zijn met hunne rollen gewa pend, maar ik heb er geen gekregen. Ik mag slechts toezien en toch voel ik mij niet in de on afhankelijke positie van een gewonen toeschouwer. Ik kan niet mijn hoed opnemen en het tooneel ver laten, zoodra het mjj begint te vervelen, of te ver moeien, of te ergerenmaar ik ben ook niet zoo ernstig geïnteresseerd bij de bijzonderheid en van deze realistische comedie als de tooneelspelers zelf. Mijn bijsta*d kan al of niet vereischt worden al wat ik doen kan is mij gereed te houden achter de schermen en van daar de lotgevallen gade te slaan van hen, die zoo geheel betrokken zijn in dit dwaze stuk Jongensliefde geheeten." Weldra vergeet Maurits den persoonlijken last en moeite, die onafscheidelijk zijn van zijn positie vis-a-vis de jongens" waarin hij zooveel belang stelt. De meeste menschen zouden om het geheele geval lachen en het bespottelijk, kinderachtig, niet de moeite waard enz. vindenmaar dat kan Maurits niet. Hij gelooft en heeft reden om te hopen dat de plotselinge liefde van lord Kempton even spoedig zal verflauwen als zij opgekomen is De le luit. M. H. Damme, van het 3e reg. in fanterie, wordt met 1 Oct. a. werkzaam gesteld bij den hoofd-intendant van het leger te 's Gra- venhage. Eergisteren avond kwam een eenvoudige man met een halven gulden in de hand voor het tour niquet in het Panopticum te Amsterdam en ver zocht toegang. Pas waren hem verscheidene be zoekers voorgegaan, anderen volgden. Van allen werd de toegangsprijs gracieuselijk in ontvangst genomen, maar de stuivers van den eenvoudigen man werden geweigerd. Twee heeren van het bestuur maakten beleefd een buiging voor hem en noodigden hem uit zonder betaling door het tourniquet te dwalen. Zij boden hem een prachtexemplaar van de tweede verbeterde uitgaaf van den catalogus aan, benevens een stel photographische afbeeldingen van voorstellingen in het Panopticum. Onder hun geleide bezocht hij de tentoonstelling; alles werd hem tot in de fijnste puntjes verklaard en mede gedeeld. Hij werd ten slotte als een koning onthaald. Wat was er gaande Hjj was de bonder d-d uizendste bezoe ker, en inboorling van Buiksloot. Gelukkig sterveling(Hbl.) -In het koffiehuis De Prins van Oranje te Goes, waarin eene groote verbouwing plaats heeft, wordt eene schouwburgzaal gemaakt, met een tooneel van behoorlijken omvang. Het decoratief wordt vervaardigd door den heer Wirtz van Antwerpen. Een en ander zal den 2 Nov. a. gereed wezen, wanneer eene voorstelling van de Rotterdamsche afdeeling van het Ned. Tooneel verwacht wordt. De Goesche Ct. wijdt eenige woorden van hartelijke waardeering aan J. J. den Boer, meester knecht ter drukkerij van de firma Kleeuwens en Zn., te Goes, die gisteren, op zijn 65e jaar, over leden is. Hij was een braaf, verstandig mensch en een trouw werkman, die door zijne patroons naar verdienste gewaardeerd werd, gelijk bleek op den 29n November 1879, toen hij het feest zijner 50jarige werkzaamheid op de drukkerij gevierd heeft. Ook door de mij. Tot nut van 't Algemeen werd hem bij die gelegenheid een medaille ge schonken. De wensch, toen door allen geuit, dat hem nog vele jaren werkens geschonken zouden worden, is helaas niet tot vervulling gekomen. De nog steeds voortdurende oorlog tusschen Peru en Chili neemt een treurig karakter van verbittering aan. De Peruaansche strijders zijn vereenigd in ongeregelde benden, onder verschil lende hoofden, en zij nemen hier en daar de gelegenheid te baat om den sterkeren Chiliërs een nadeel toe te brengen. Te Concepcion, een dorp van 250 inwoners aan een kruispunt van verschillende groote straatwegen, lag een post van 77 man Chilische troepen, die den 9en Juli door 2000 Peruanen werden omsingeld. Het troepje zag dat het verloren was en rekende op geen kwartier, maar besloot zich het leven zoo duur mogelijk te laten betalen. Een en twintig uren lang verweerden zich de soldaten in de op het laatst brandende kazerne, en toen de laatste patroon verschoten was, stormden ze met gevelde bajonet de straat op en vonden daar den dood. Toen de Chilische overste Del Canto kort daarna in Concepcion kwam, vond hij er een grooten brandstapel, waarop de lijken det soldaten lang zaam verbrandden. Als strafoefening liet hij al de inwoners die niet waren gevlucht, afmaken en het dorp in brand steken. Zijne cavalerie door zocht de omstreken en vond daar nog 40 Perua nen, die allen werden gedood. Zoo neemt de oorlog een buitengewoon bloed dorstig karakter aan. De Chiliërs weigeren de zwervende benden der Peruanen als oorlogvoe renden te erkennen en behandelen allen, die met de wapenen in de hand worden gevonden, als struikroovers, en de Peruanen laten niet na repré sailles te nemen waar hun dit mogelijk is. Van 1777 tot 1880 zijn 252 schouwburgen afgebrand, waarbij 4370 menschen den dood von den en 3399 anderen ernstig werden gewond. Om tot eene juiste berekening te komen van de duurzaamheid van asphalt of andere straat bedekking heeft men te Parijs op verschillende drukke punten de voorbijkomende rijtuigen geteld en dit meer dan 20 keeren herhaald, waarna het gemiddelde aantal paarden en voertuigen is bere kend. Het drukste punt is de hoek van de Rue de Rivoli en van de Rue du Louvredaar kwa- En hij weet dat de jonge aristocraat vatbaar is voor wereldsche overwegingen. Wanneer de familie behoorlijk haar invloed op hem laat gelden, kan dat niet zonder het gewenschte gevolg blijven. Hij bemint zijn lieve moeder evenzeer als hij zjjn strengen vader vreest. Maar met Harold is het een veel ernstiger geval. Onder zijn luchthartig, goedig uiterlijk, zijn vroolijken lach en open, rondborstige taal ligt een diepte van gevoel, die een ieder verrast die zijn guitige praatjes aanhoort en het ondeugend geflikker in zijne blanwe oogen ziet. In den laatsten tijd zijn die heldere oogen vaak verduis terd door heete, bittere tranen, die des te meer brandden omdat zij in stilte vergoten werden, daar Harry er zich over schaamt, evenals over alles wat een ander laf of meisjesachtig zou kun nen vinden. Hij beschouwt zijn leed als heilig en ongeneeslijk, dat wil zeggentot dat Clara gevonden zal zijn. Wordtverv olgd.J

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 2