N° 216. 125e Jaargang. 1882. Woensdag 13 September. Een kalm toeschouwer. FEUILLETON. Dit blad verschijnt d a ge 1 ij k s> met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent; Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels/" 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz. Middelburg 12 September. Door B. H. BUXTON. ilDDELBflGSCHE COURANT. 4 Bij kon. beslnit ia bepaald dat de tegenwoor dige vergadering van de staten-generaal zal wor den gesloten Zaterdag 16 September a., des namiddags te twee uren. De minister van binnenlandscbe zaken is ge machtigd zich op dat tijdstip te begeven naar de vergadering der staten-generaal, ten einde in ver- eenigde zitting der beide kamers de vergadering, in naam des konings, te sluiten. (Zie laatste berichten van gisteren.) Ingevolge de door den afgetreden minister van koloniën, bij de beraadslaging over de jongste koloniale begrooting, gedane toezeggingen, wordt in Indië van regeeringswege een onderzoek inge steld naar de werking van het thans bestaande stelsel van opium-verstrekking en naar het mis bruik, dat van dit heulsap wordt gemaakt. Deze enquête loopt over de volgende vragen a Hoeveel procent ongeveer van de bevolking zijn matige, hoeveel onmatige opiumschuivers? Onder welke klassen der bevolking (hoofden, landbouwers, handelaren, ambachtslieden, koeli's, enz.) worden de opiumschuivers gevonden en onder welke klassen is schuiven het meest in zwang Schaamt een fatsoenlijk inlander, een gegoed dèsabewoner zich, openlijk zich als opiumschuiver te doen kennen En zoo ja, waarop rust dit gevoel van schaamte In hoe ver wordt ook door vrouwen en kinderen geschoven Hoeveel wordt er in de kitten, hoeveel daar buiten geschoven Wat doen de pachters om lieden aan het schui ven te krijgen Is in het laatste tiental jaren het verbruik van opium onder de inlandsche bevolking toegenomen Zoo ja, moet dat worden toegeschreven aan vermeerderde behoefte der aan het schuiven ver slaafde individuen, of aan uitbreiding der schui vende menigte buiten verband tot den aanwas der bevolking Treffen de verbodsbepalingen in de verboden kringen doel Zoo neen, waarom niet Wordt in de verboden kringen meer sterke drank gebruikt dan elders b Welken invloed heeft het opiumgebruik op de gezondheid en het arbeidsvermogen? Is het waar, dat velen zich tot een matig ge bruik beperken en dan geen nadeeligen invloed van de opium ondervinden Moet zoodanige matiging doorgaans als de vrucht van zelfbeheersching beschouwd of aan de beperktheid van middelen of aan gebrek aan gele genheid toegeschreven worden Hoeveel procent van degenen, die met politie en justitie in aanraking komen, zijn schuivers Wat is in het algemeen de invloed van het opiumgebruik op de openbare veiligheid HOOFDSTUK Iï. Een terug-blik. Dit verschil van meening tusschen Maurits en zijn vader had plaats toen de eerste de hoogeschool te Cambridge verliet, waar hij zich onderscheiden had door zijne kundigheden zoowel op klassiek als ook op geschiedkundig gebied. Hij stond ook be kend als een goed wiskundige. Hij was geheel geworden wat zijn vader gewenscht had, een goed onderwezen man, van alle markten thuis, met aan gename manieren en een beschaafden geest. Mau rits was niet verwaand of pedant, maar een hoogst fatsoenlijk man. Een jaar vóór dat zijn broer Cambridge verliet, had Harold Engeland verlaten, maar in zijne brie ven aan zijn broer, den zeeman, gewaagde Manrits nooit van de oneenigheid met zijn vader; doch pevrouw Steele, bij wie de deugd van zwijgen Ziet men velen tengevolge van het opiumge bruik verarmen en tot vagebondage vervallen? Waar wordt meer gebruik van de pandhuizen gemaakt, daar iHr veel, of daar waar weinig geschoven wordt? Wat is in het algemeen de invloed van het opiumgebruik op de stoffelijke welvaart c Kan het gebied der verboden kringen met vrucht worden uitgebreid? Zijn de straffen op opium-overtredingen zwaar genoeg Kan het gebruik van opium buiten de kitten worden verboden Is het aantal kitten niet voor vermindering vatbaar Liggen de kitten, ook ten opzichte van pand huizen en plaatsen van vermaak, voor de inland sche bevolking zoodanig, dat de trek naar opium en de verleiding tot het gebruik niet meer dan onvermijdelijk worden in de hand gewerkt door de gelegenheid? Kan in het algemeen niet meer gedaan worden om het opiumgebruik te keeren, althans niet te doen toenemen De Haagsche correspondent der Zutf. Ct houdt eenige ernstige beschouwingen over de door het Vaderland aan het licht gebrachte daad van den minister van buitenlandsche zaken, om bij het einde van het vorige jaar, toen de begrootings- post voor diplomatieke ambtenaren niet ten volle verbruikt bleek, aan verschillende gezanten, waaronder ook zichzelven als gewezen ambassa deur van Berlijn, eene toelage boven hun jaarwedde te verstrekken. Een onwettige daad, schrijft hij, heeft "de minister daardoor stellig niet verricht. Op de begrooting ran buitenl. zaken komt voor diplo maten-traktementen slechts éen groote post voor. Wel wordt in den toelichtenden staat meegedeeld hoe die totaalsom zal worden gebruikt en welk traktement aan eiken ambtenaar zal worden toe gekend, maar die toelichtende staat is geen wet en de minister is dus niet wettelijk verplicht er zich aan te houden. Een andere vraag is of de minister door een dergeljjk besluit te nemen goed heeft gehandeld. Ik laat nu daar of de minister niet kiescher zou hebben gedaan door in elk geval zich zelf huiten de verdeeling te laten, en ik kan daar des te ge makkelijker over zwijgen omdat het besluit met betrekking tot het aandeel dat aan den minister zelf werd toegekend, reeds weder is ingetrokken- Maar geheel afgescheiden van die meer personeele quaestie komt het mij voor, dat dergelijke ver deeling van saldo's afkeuring verdient. Ik kan mij begrijpen, dat men aan iemand, die zich hij zonder verdienstelijk heeft gemaakt, aan het einde van het jaar boven zijn salaris een gratificatie toekent; maar om, als er vacatures geweest zijn, het overschot van een grooten post eenvoudig onder de overblijvenden te verdeelenook al hebben die overblijvenden ten gevolge van die vacatures volstrekt niet meer diensten gedaan door haar afwezigheid schitterde, schreef een lang en ingewikkeld relaas van dien hevigen twist aan haar dierbaren Harry. Die «verbitterde lezing" maakte echter zeer weinig indruk op den jongen zeeman. Er had nooit veel hartelijkheid bestaan tusschen den jongen en zijn vader en in eenig geschil tusschen die twee zou Harold altijd zonder aarzelen de partij van zijn broer genomen hebben, want hij had altijd het meest van Maurits gehouden. Het eenige wat den jongeren ten opzichte van den ouderen broe der verdroot, was dat hij hem niet in het ver trouwen genomen had over zijn verloving met Clara. Maar hij was bang geweest dat Maurits hem zou uitlachen. Een jongen van vijftien jaar is altijd bang om uitgelacheü te worden en Maurits was volstrekt niet sentimenteel van aard. Hij zou waarschijnlijk den draak gestoken hebben met het denkbeeld dat zulk een jongen zich verbeeldde verloofd te zijn met Clara Redmond, de dochter van wijlen den por tier te Forchester, een meisje dat mevrouw Steele «louter uit menschlievendheid in huis genomen had", zooals die dame dat noemde, terwijl zij Clara al het naaiwerk voor de heele familie liet verrichten. Clara vond die menschlievendheid zeer kouddoch daar zij er een thuis door had en in de nabijheid van Harold was, besloot het meisje, dat fier en moedig was, het leed van het tegenwoordige geduldig te dragen, terwille van een onafhankelijk bestaan in de toekomst. Clara was geen eenvoudige naaister, zij was een zulk een handelwijze verdient m. i. afkeuring. De drie ton wordt niet door de vertegenwoordi ging-toegestaan, omdat men wel drie tonwoor de diplomatie over heeft en men nu gaarne aan den minister wil overlaten hoe hij die som wil verdeelen, maar omdat men uit den specifieken staat heeft gezien dat er zooveel noodig zal zijn, indien ieder het hem volgens dien staat toegeleg de bedrag ontvangt. Yindt de tweede kamer dat er voor dezen of genen gezant te veel is uitge trokken, dan wordt bij amendement voorgesteld de globale som met eenige honderden of duizenden te verlagen. In de toelichting vindt de minister dan de aanwijzing op welken diplomatieken post de kamer bezuinigen wil. De globale som, die ten slotte wordt gevoteerd, is ook geen fixum, dat uitgegeven moet worden, maar een maxi mum, dat uitgegeven m ag worden. Kan het verder ooit wenschelijk zijn, dat de bezoldigingen der diplomaten afhankelijk zijn van de vacatures in het korps, en dat zij het eene jaar meer ontvangen dan het andere, al naar mate het overschot grooter of kleiner is? Mag men de ambtenaren in die mate interes seeren bij hooge begrootingsposten en lange vacatures Is dus vooral met het oog op 's rijks financien dit antecedent niet hoogst gevaarlijk, omdat er, naarmate het meer wordt nagevolgd, op honderden begrootingsposten des te minder zal overblijven Men zegge niet dat voor onze diplomaten wel een uitzondering gewenscht is, want dat hunne traktementen veel te laag zijn. De gezanten te Londen en Petersburg hebben 32000, die te- Parijs, Berlijn en Weenen 28000 traktement. Zóo heel laag zijn die cijfers toch niet, en de tweede kamer denkt er blijkbaar ook anders over dan de regeering, want bij de begrooting van 1881 heeft zij nog met algemeene stemmen beslist, dat het niet noodig is aan den gezant te Parijs een trak- tementsverhooging toe te kennen. En ziet, wat gebeurt In datzelfde jaar wordt aan dienzelfden gezant in den vorm van toeslag ongeveer evenveel verhooging toegekend als door de kamer gewei gerd was. En ook^, aan den gezant te Berlijn is reeds in 1881 een verhooging, zij het dan ook slechts van tijdelijken aard, gegeven. De minister moge dus volkomen binnen de per ken van zijn bevoegdheid hebben gehandeld, ver keerd gehandeld heeft hij zeker. Naar mijne over tuiging heeft hijzij het dan ook geheel te goeder trouw, vergeten, dat niet elke voldoening aan de wenschen van hoogere en lagere ambtenaren bevor derlijk is aan het staatsbelang. En ditmaal was voorzichtigheid des te meer plicht, juist omdat bij verdeeling onder de overblijvenden de minister per soonlijk geïnteresseerd kon zijn. De minister Ro- chussen staat bekend als een rechtschapen man, en daarom neem ik in de verte niet aan, dat hij zich bij het provoceeren van bedoeld verdeelingsbesluit ook maar in het minst heeft laten leiden door eigenbelang of door het belang van zijn zwager, die gezant te Parijs is; maar iemand, die zóo hoog staat als een minister van buitenlandsche zaken, kunstenares, die kon teekenen en ontwerpen als de beste leerling van de handwerkschool te South Kensington. Hare diensten in het huishouden van mevrouw Steele zouden nog karig betaald zijn geweest met achthonderd in plaats van met tweehonderd gulden in het jaar. Zij teekende en knipte al de japonnen voor mevrouw en hare dochters. Zij borduurde het linnengoed en werkte kleedjes en antimacassars voor al de meu bels in het huis, opdat de onbehagelijke vormen ervan bedekt zouden zijn en zij een aangenamen indruk op den beschouwer zouden maken. Maar Clara werkte niet zoo ijverig uit liefde voor haar meesteres of ter wille van haar loon. Zij had een andere drijfveer. Sedert zij en Harold tien en elf jaren waren, hadden zij het ervoor gehouden dat zij verloofd waren. Hunne kinderlijke, maar daarom niet minder ernstig gemeende gelofte was afgelegd onder de met klimop begroeide poort van de Forchester- kerk en gedurende drie gelukkige jaren hadden zij elkaar bijna dagelijks ontmoet, zoolang als de leertijd duurde. Clara was de vertrouwde van al het lief en leed dat Harry ondervond. Hij bracht haar alles om te lezen wat hij lasde lessen, die hij leerde, trachtte hij haar zoo getrouw mogelijk over te brengen en in die loffelijke pogingen werd hij ijverig bijgestaan door een ouden, slimmen leermeester, die bij de Redmonds in huis was en veel schik had' in de scherpzinnige «juffrouw Clara." moet zelfs eiken schijn van minder kiesch te willen handelen, vermijden. Alleen voor het geval dat zij, die in het overschot meedeelden, een bepaalde aanspraak hadden kunnen doen gelden, zou deze overweging niet in aanmerking komen. Het gold hier echter een welwillende beschikking, en de minister heeft ten slotte zelf begrepen in de voordeelen van die beschikking niette mogen deelen. Voor de andere titularissen is echter, naar ik hoor, het besluit niet ingetrokken, en het blijft dus zeer de vraag of men, indien de vertegenwoordiging niet tusschenbeide komt, op een volgend jaar niet weer precies hetzelfde zal zien gebeuren. Naar aanleiding van het voornemen om onder de marmeren standbeelden, welke de bronzen groep van Egmond enHoorne, op de Kleine Zavelplaats, te Brussel, tusschen de Place Royale en het nieuwe paleis van justitie, zullen omringen, ook dat van Marnix op te nemen, worden in De Stad Gent de volgende opmerkingen gemaakt. Sedert zeer lang wenschten de echte vaderlands- gezinden het standbeeld van Marnix van Sinte Aldegonde te zien oprichten, als van een der roemrijkste mannen onzer geschiedenis. Door zwaard, verstand, geleerdheid en beleid, prijkte hij en offerde alles op tot verdediging van vrijheid en verlichting tegen de bloedige dwingelandij der Spanjaarden. Eindelijk wordt die wensch vervuld: zijn beeld, dat bijna voltooid is, zal in Brussel, de geboortestad van dien doorluchtigen man, op eene openbare plaats staan. Ook ons zal het verheugen hem recht te zien wedervaren; doch wij kunnen niet nalaten spijt te gevoelen, daar men den tuin van het Kleine Zavel gekozen heeft om dat beeld er te plaatsen. Daar staan reeds, boven een waterval, de beelden van Egmond en Hoorne, twee martelaars van de Spaan- sche dwingelandij; maar Marnix werd geboren in een huis aan den hoek van de Kleine Museum straat gelegen, vlak voor de openbare bibliotheek; het is daar dicht bij, op de Place Royale dat hij prijken moet. Daar staat nu, wel is waar, God fried van Bouillonmaar waarin is die personage voor het geluk van zijn vaderland werkzaam ge weest? Zeker niet door duizenden zijner land- genooten naar het Heilige Land te hebben getrok ken, waar zij meest allen een harden dood vonden, met het hersenschimmig doel het graf van Christus aan de Mahomedanen te ontrukken, die het nu nog bezitten. Een ander gevolg van die dwaze, noodlottige onderneming was, dat veel edellieden, om in de kosten van den oorlog te voorzien, hunne onroe rende goederen aan kerken en kloosters verpandden of verkochten en, daar zij niet terugkeerden, wer den die landerijen, pachthoeven en kasteelen, ker kelijke eigendommen, en aldus goederen van de doode hand. Men moest, dewijl het beeld van Godfried van Bouillon er eenmaal is, het naar Baisy (bij Genappe), waar hij ter wereld kwam, verzetten, om plaats te maken voor Marnix. Jam mer is het ook, dat men diens beeld uit marmer heeft gehouwen, terwijl Egmond en Hoorne, wier Hij hielp haar het plan van opvoeding, dat Harqld, die goede jongen, wenschelijk achtte voor zijn aanstaand vrouwtje, ten uitvoer te brengen, en dat zij, met een meer dan kinderlijke liefde, «om zijnentwil" trachtte te volgen. Kort nadat Harold Forchester verlaten had, stierf de vader van Clara en liet het kind zonder eenigen bloedverwant achter. De oude schoolmeester was bereid het liefë meisje aan te nemen en als zijn eigen kind groot te brengenmaar Harold verzette zich met bracht tegen dit philantrophische plan en stelde de zaak zoo aannemelijk aan zijn moeder voor, dat die schrandere dame besloot om Clara in huis te nemen. «Ik heb een goeden koop gesloten, man", zei mevrouw Steele tot haar echtgenoot, toen zij zich overtuigd had van de bekwaamheden van haar beschermelinge. «Ik heb Harry pleizier gedaas, een edele daad verricht en een massa geld op de naaistersrekeningen uitgewonnen. Het meisje doet ongeloofelijk veel af en het schijnt dat haar vader haar voor modemaakster heeft willen op leiden." Jacob Steele hoorde altijd gaame van een «goeden koop" en keek weldra heel vriendelijk naar dat jonge meisje met die prachtige donkere oogen, dat hem vaak in den gang of op de trap tegenkwam. Hij vermoedde in het minst niet dat zijn jongste zoon plan had dit meisje mettertijd te huwen. Harold had de dwaasheid begaan zijn liefd§

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 1