N° 206. 125e Jaargang. 1882. Vrijdag 1 September. Asschepoetstertje. Middelburg1 31 Augustus. FEUILLETON. Benoemingen en "besluiten. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent; Advertentien: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M.,' Berlijn, Weenen, Zurich enz. MIDDELBURGSCHE COURANT. Door het muziekkorps der dienstdoende schut terij alhier zal morgen avond te zeven uren, op het Molenwater, eene uitvoering worden gegeven. In de groote zaal van het Schuttershof had gis teren avond, op de gewone wijze, in tegenwoor digheid van een talrijk publiek, de uitreiking plaats van de prijzen en premien op de Floralia- tentoonstelling behaald. Nadat het strijkorkest onder directie van den heer J. F. Liesoy eenige muzieknommers had ten gehooré gebracht, werd door den heer Koning, die zich, bij afwezigheid van den heer De Stoppe laar, met de leiding der feestviering belast had, eene korte toespraak gehouden. De heer Koning bracht daarin hulde aan de moeite en zorg door de kweekers aan de plantjes besteed, waardoor zij, niettegenstaande de weers gesteldheid gedurende den zomer zeer ongunstig was, planten hebben kunnen tentoonstellen die de verwachtingen der commissie verre overtreffen. Daarna deed de spreker mededeeling van de uitkomst van het ingesteld onderzoek of iedere aanvrager zijne planten zelf kweekte. Het is daar bij gebleken dat de vroeger ingebrachte beschul digingen niet gegrond en waarschijnlijk aan ijver zucht toe te schrijven zijn. Vervolgens gaf de heer Koning eenige opmer kingen ten beste omtrent de eigenaardige behoeften van sommige planten en de voorziening daarin. Ten slotte was de spreker de tolk van allen die planten ontvangen hebben, toen hij in de eerste plaats dank bracht aan hen die door milde bij dragen da vereeniging in staat stelden om de kweekers voor hunne zorg een aandenken aan te bieden, en in de tweede plaats de commissie in het algemeen en de heeren Doorenbos en Verheij in het hijzonder, dank zeide voor de moeite die zij zich hadden willen geven voor de Floralia. Nadat de muziek weder eenige nommers had uitgevoerd en de heer Koning had toegelicht hoe de jury hij de bekroning had gehandeld, nam de uitreiking der prijzen en premien een aanvang. Dat was natuurlijk voor de meesten het glanspunt van den avond, want al wist men bekroond te zijn, het voorwerp dat tot prijs zou dienen, kende men niet. Eindelijk was ook die nieuwsgierigheid bevre digd en even als altijd gaf het toeval, dat bv. een jongmaatje een kraagje en manchetten of een kinderdeken bezorgde, of eene jonge onge huwde vrouw een kistje sigaren of rooktoestel ten deel deed vallen, ruimschoots stof tot vroo- lijkheid, die door de telkens herhaalde fanfares van de muziek werd onderhouden. Nadat iedere bekroonde zijn prijs of premie in bezit had genomen en de muziek de tonen van Strauss' Vöglein-galop had laten weerklinken, bracht een der prijswinners, J. Janse, namens al de Novelle van MARIÊ SIMON. Spoedig kwamen nog verscheidene heeren uit de leeskamer en velen namen zich voor om ook op het ijs te verschijnen. De moeders werden bestormd, alleen mevrouw Eichenberg maakte zwarigheden. Eva en Clara zetten wanhopende gezichten. De eerste was op het punt om van boosheid te huilen, de tweede bad en smeekte de deftige mama, met het koude, bleeke gelaat, dat zeer goed uitkwam onder den zwarten sluier van echte kant, dien zij over het hoofd geslagen had. „Ik zal er mij op bedenken", besloot zij eindelijk en verliet met Eva en Clara de zaal. Ely werd door haar vergeten, zij zat nog op het bankje naast miss Bell en had al knippende toe geluisterd. De oude dame had druk medege sproken. »Zult gij ook komen, miss Bell?" vroeg Reiter, dan zal het mij aangenaam zijn u te be geleiden." P-, ;.Pas op, dat ik u niet aan uw woord houd", kweekers, in goedgekozen bewoordingen dank aan de commissie der vereeniging Uit het Volk Voor het Volkdie zich zooveel moeite voor de Floralia geeft. Een daverend applaus bezegelde zijne woorden. Door den gemeenteraad van Schore is aan den heer D. P. Dominicus, op zijn verzoek, eervol ont slag verleend als secretaris en ontvanger dier ge meente, onder dankbetuiging voor de vele diensten, gedurende ongeveer 30 jaren aan de gemeente bewezen, en in zijne plaats als zoodanig benoemd de heer H. C. J. Dominicus. In de St. Ct. is opgenomen een beknopt over zicht van de verrichtingen der permanente mili taire spoorweg-commissie gedurende het jaar 1881. Blijkbaar begint zich bij diegenen onder de kiezers welke ernstig denken over onzen politieken toestand, de behoefte te openbaren om pogingen tot verbetering in het werk te stellen. Eene samenspreking met de vertegenwoordigers in de districten zelve schijnt daartoe een eerste stap te zijn. Evenals wij onlangs meldden dat de heer Patijn zich in de kiesvereeniging Krimpenerwaard voor zulk een onderhoud had beschikbaar gesteld, werd Dinsdag ook te Yeenwonden eene druk bezochte algemeene vergadering gehouden van de Centrale kiesvereeniging in het hoofdkiesdistrict Dockum. De heer mr W. A. Bergsma, afgevaardigde van dit district voor de tweede kamer, leidde, inge volge de uitnoodiging van het bestuur, de vol gende vraagpunten in. 1. Er bestaat thans geene voldoende samen werking bij de liberale partijwat moet en kan er gedaan worden om die samenwerking te be vorderen 2. Langs welken weg is verbetering te ver krijgen in den ongunstigen financieelen toestand van vele gemeenten? 3. Wat loenoort, ae uoeraie parui) ue uueu in zake de rente- of inkomsten-belasting Wat het eerste punt betreft, werd door den inleider die onvoldoende samenwerking van de liberale leden der tweede kamer erkend en be treurd, en als middel ter bevordering eener betere samenwerking voornamelijk aanbevolen dat de kiezers zeiven ernaar zullen streven, zich omtrent de verschillende staat- en staathuishoudkundige quaestiën een heldere en vaste overtuiging te verwerven. Bij de behandeling van punt 2 ging spr. de oorzaken na, waaruit de tegenwoordige treurige financieele toestand van vele gemeenten, vooral in Friesland was ontstaan, en meende, dat hierin verbetering zou kunnen worden gebracht, vooral daardoor, dat al de kosten voor het onderwjjs werden overgenomen door het rijk. De inleider verklaarde zich voor een inkomsten- of kapitaalbelasting, maar gaf zijn vrees te kennen, dat zij niet spoedig weer aan de orde zou worden gesteld. Over een en ander ontstond een vrij levendig debat, waaruit bleek dat men zich in hoofdzaak riep zij hem lachend na, terwijl hij van alle kanten in beslag werd genomen. »Kom kindlief', zei zij daarop tot Ely, »men heeft u, zoo als ik zie, vergeten, laten wij onze kamers opzoeken. Zij bergde de papieren en de schaar in eene groote cartonnen doos, waarmede Ely haar volgde. Weg was de verveling, die als een onheilspellen de wolk in de laatste weken over hetGrand-hotel had gehangen. Zij was opgetrokken evenals de ochtendnevel onder de eerste stralen der zon. Eene aangename stemming verhelderde den dag van den morgen tot den avond. Den jongelieden waren eenklaps gezellig gewor den, zij lachten, fluisterden en hadden allerlei on schuldige geheimen. De biljartkamer werd alleen gebruikt tot bijeenkomsten die het ijsfeest betrof fen. Oude en jonge dames hadden het zoo druk met de costumendat het haar moeielijk viel om de avonduren geheel aan de conversatie te wijden, die, hoe minder tijd men er voor had, des te levendiger werd. Hoe snel was de feestavond daar. Welk een drukte, fluisteren en heen en weer loopen in de gangen, een ruischen van goud zijde en fluweel; schreeuwen, roepen, hellen, aanhoudend op en neer draven van bedienden In het zeegroene salon der eerste verdieping van mevrouw Eichenberg liet Evaals schaapher- deres gekleed, zieh door den kapper a la Rococo kappen. Clara deed, als Yenetiaansche edelvrouw, al haar best om een sluier van zilvergaas, beval- met de denkbeelden van den spreker kon ver eenigen, en hem erkentelijk was voor de welwil lendheid, waarmede hij aan het verzoek van het bestuur had voldaan. De ultramontaansche kiesvereeniging Noord- Brabant zal eene algemeene vergadering houden te 's Bosch, op Woensdag 12 September a. Behalve de leden der vereeniging zijn tot bijwoning der vergadering uitgenoodigd de katholieke leden der staten-generaal en der provinciale staten van Noord-Brabant, zoomede deputation van katholieke kiesvereenigingen in Nederland. Wat tot het beleggen dezer vergadering aanleiding heeft gege ven en welke onderwerpen daarin zullen behandeld worden, is alleen aan de ingewijden bekend. Wij lezen in het Vaderland »Een hooggeplaatst staatsambtenaar trad midden in het jaar als minister op. sAan het einde van het jaar bemerkte hij, dat de begrootingspost, waaruit zijn vroegere ambt- genooten werden betaald en waaruit ook hij zelf, toen hij nog geen minister was, bezoldigd werd, niet geheel verbruikt was. Enkele posten waren nl. eenigen tijd vacant geweest en dienten gevolge was een kleiner bedrag aan traktementen uitgekeerd. »Wat met dat overblijvende geld te doen? »Twee wegen stonden open: het geld kon in de staatskas blijven, of het kon worden uitgekeerd aan hen, die tijdelijk op de vacante plaatsen de functiën hadden waargenomen. »Maar neen er was ook nog een derde weg. Aan de titularissen op andere plaatsen kon ook een faveurtje worden verleend door de opengeval len gelden onder hen te verdeelen als toeslag op hun gewoon traktement. »En zoo geschiedde het. De oud-ambtenaar later minister deelde mede in de baten. Hij aan den gewezen titularis teeen extraatje van ruim twee duizend gulden werd uitge keerd. »Zóo handelde een minister in Nederland Zulk eene beschuldiging dient vaster vorm aan te nemen dan dien van een raadseltje, en het blad dat haar openbaar maakt, schijnt ook verplicht te zijn de namen in te vullen. Anders blijft het bericht binnen de enge grenzen eener hatelijkheid tegen zeker persoon, waarin de ingewijden zich verkneuteren, maar kan het niet tot een onder zoek leiden, waaruit de geadministreerde," de staatsburger, nut trekt. De heer Volck bericht ons dat het tweede pak ket brieven voor de Noordpool-expeditie aanstaan den Zaterdag door hem wordt verzonden. De inrichting van het adres gaven wij reeds vroe ger op. De kamer van koophandel en fabrieken te Zut- fen heeft een schrijven van den commissaris des konings in Gelderland ontvangen, waarin wordt medegedeeld dat de minister van binnenl. zaken, in lig om haar hoofd te winden, terwijl Ely aan het venster in stilte stond te weenen. Mevrouw Eichenberg was in haar strafpredikatie gestoord, doordat men twee houquetten kwam overhandigen. Eene kleine jockey in het wit en groen had ze gebracht en, met den vinger op den mond wijzende, geheimzinnig op tafel gelegd. »Yan wien vanwien! o! zie toch eens Eva", riep Clara, en Eva die zich hierdoor snel omdraaide kwam vrij onzacht in aanraking met het warme friseerijzer, waardoor zij gilde en een droevig ge zicht zette. Clara begon te lachen en in iedere hand een bouquet nemende sprong zij ermede door de kamer al zingende «Meer dan een vunr of kolengloed, Brandt liefde die men zwijgen moet." Maak toch niet zulk een leven, Clara!" riep de moeder, die weer met de strafpredikatie wilde voortgaan, terwijl zij aan den herdersstaf van Eva de rozen met een blauw lint bevestigde. Clara hield zich stil, maar rook beurtelings aan de hou quetten. Mama richtte dus weder het woord tot Ely. "Hoe kwaamt gij op het denkbeeld om ook naar het ijsfeest te gaan »Ja, dat moest er nog bijkomen", zeide Eva. »Ely op de maskerade!" en beiden lachten luid. Met tranen in hare stem zeide Ely »Ik hoopte ook eens te mogen kijken." Maar mama zette hare bespiegelingen voortzij vond het zeer aanmatigend van Ely, en al spreken- antwoord op een adres der kamer, houdende verzoek om te bevorderen dat de vrije invoer van vee uit Nederland in Engeland weder vergund worde, heeft bericht, dat het den minister gebleken ia, dat de Engelsche regeering niet genegen is verandering te brengen in de bepalingen, waaraan onze vee- invoer in Engeland is onderworpen, zoolang niet een geheel jaar verloopen is, zonder dat een enkel geval van longziekte in het geheele rijk, met in begrip van het spoelingdistrict, zal zijn voorge komen. De minister van waterstaat heeft eergisteren met de heeren J. F. W. Conrad en J. M. F. Wellan de werkzaamheden tot verandering van de Keulsche vaart in oogenschouw genomen. De arbeid, die zich aanvankelijk slechts tot het ver diepen van den Yaartschen Rijn bepaalde, is sedert de laatste dagen aanmerkelijk uitgebreid. In verband met het later vertrek uit Amsterdam van het stoomschip der M» Nederland, Prinses Wilhelmina, zal de verzending van brieven, enz., naar Ned.-Indië met dat stoomschip plaatsvinden als volgt Uit Amsterdam rechtstreeks over zee Woensdag 6 September a.uit Amsterdam langs den weg van Marseille op Donderdag 14 September a. Naar men verneemt, heeft een aannemer te Oostzaan aan den minister van marine te ken- nen gegeven dat hij op zeer eenvoudige wijze den onlangs gezonken rammonitor Adder wil lichten en aangeboden de manier, waarop hij dat werk wil uitvoeren, aan des ministers oordeel te onderwerpen, om bij instemming daarmede, zich met de leiding van het werk te belasten. De werktuigen, welke die firma daarvoor schijnt te willen gebruiken, moeten zeer eenvoudig zijn, en het werk zelf met WAinier IrrvaT/a*» 1 De overleden dichter J. L. Wertheim heeft een legaat van 7.500 4% W. S. bemaakt aan de Tooneelscliool, met den wensch dat dit de grond slag zou mogen worden van een fonds om begaafde, doch onvermogende leerlingen aan de school voor het tooneel op te leiden. visscherijen. Benoemd bij de visscherijen op de Schelde en Zeeuwsche stroomen: tot opziener 3e kl. L. Taat, thans schipper 2e kl., tot opziener le kl. W. Mijnsbergen, thans opziener 2e kl. bij die visscherijen. (Zie laatste berichten van gisteren). belastingen. Op verzoek, eervol ontslag verleend als ontv. der dir. bel. enz. te Leiden (buitenge meenten), behoudens aanspraak op pensioen, aan A. J. H. van den Bosch. Benoemd tot ontv. der dir. bel. te Nieuwe Niedorp c. a. G. J. Buekers, ontv. te Akkrum c. a. geneeskundige dienst. Benoemd bij het per soneel van den geneeskundigen dienst der land macht tot reserve-officier van gezondh. 2e kl., de de wond zij zich op, zooals alle driftige menschen doen, totdat zij het kind eindelijk uit de kamer zond met de betuiging dat zij een verwaand nest was. Toen zij vertrokken was, redeneerde mama nog eenige oogenblikken door, beklaagde zich over de zwaarte van de taak die op hare schouders rustte, en besloot met de betuiging dat zij gevoelde hoe zeer hare gezondheid onder dit alles leed. Eva haalde de schouders opblijkbaar ergerde zij zich ook en de kapper kreeg eenige onvrien delijke aanmerkingen. Clara, die aan die klaag liederen van hare moeder gewoon was, lette er niet op en trommelde met hare vingers een wals op de vensterruiten. Er werd geklopteen vlugge harlekijn trad binnen, gevolgd door twee zouaven, om de dames af te halen, de heeren waren onder hunne maskers en door de stemverandering niet te herkennen. Terwijl de zouaven zich beijverden om de dames in hare pelzen te wikkelen, verwittigde de har lekijn mevrouw, dat zij eene plaats zou vinden in de tent, die aan den oever van het meer opge slagen was voor de ouders, grootouders en voor vaderen. Op de trap vond men reeds verscheidene ge- maskerden, die uit alle kamers te voorschijn kwamen en allen traden in het ruime voorhuis, dat schitterend verlicht en groen gemaakt was. Een groot voertuig, bespannen met 6 zwarte paarden, opgetuigd met pluimen en kwasten, kwam voor. Het was een slede van fabelachtigen om vang met veelkleurige lampions en roode debe»^

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 1