125e Jaargang.
1882
Yrijdag
25 Augustus.
LA TROVATELLA,
N° 200.
FEUILLETON.
Middelburg 24 Augustus.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daübe Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
MIDDELBllRGSCHE COURANT.
In de beden namiddag gehouden zitting van
den gemeenteraad van Middelburg, die by afwe
zigheid van den heer mr C. J. Pické door den
heer D. A. Dronkers werd gepresideerd, werd de
gemeentebegrooting voor 1883 overgelegd. De
ontvangsten en nitgaven worden geraamd op
267,727.76, met een post van 16,150.42 voor
onvoorziene uitgaven. De hoofdelijke omslag
wordt uitgetrokken op 71,000 en de kosten
van het onderwijs op ƒ76,861.50 begroot.
Uit de vroeger medegedeelde voordracht werd
tot leerarea in de Hoogduitsehe taal- en letter
kunde benevens bet schoonschrijven bij de mid
delbare meisjesschool benoemd mej. E. Köhnen,
te Roermond.
Een verzoek van den heer J. Matzinger, om, op
grond van 65jarigen leeftijd en wegens gedurende
36 jaren aan de gemeente bewezen diensten, in het
genot van pensioen gesteld te worden, werd om
advies gesteld in handen van burg. en weth.
De gemeenterekening over 1881 werd goedge
keurd.
Aan den heer P. H. van Moerkerken werd, op
zijn verzoek, wegens vertrek naar elders, eervol
ontslag verleend als lid der plaatselijke school
commissie en als leeraar aan den cursus tot
opleiding van hoofdonderwijzers. Een verzoek
van gemelden heer om ontslag als leeraar in de
Engelsche taal aan het gymnasium werd aange
houden.
Nog werden overgelegd de rekeningen van het
burg. armbestuur en het bestuur der godshuizen
de eerste in ontvang f 34,823.05 J en in uitgaaf
34,037.49§ bedragende en alzoo een goed slot
opleverende van 785.56 de tweede met een
ontvangst van 50,900.35 en eene uitgaaf van
48,778.10, dus met een goed slot van ƒ2127.25.
De behandeling dezer rekeningen wercl aange
houden.
In de rijkspostspaarbank werd gedurende de
maand Juli ingebracht 218.122.56J en terugbe
taald 78.079.35, zoodat 140.043.21 J meer in
gelegd dan terugbetaald is. Op 31 Juli was ten
name van verschillende inleggers ingeschreven
1.553.987.84 en waren 37.437 boekjes in omloop.
Vanwege het ministerie van buitenlandsche
zaken wordt in de St. Ct. van heden bekend ge
maakt het volgende, in het laatst verschenen num
mer van het Bulletin décadaire der Suez-kanaal-
maatschappij voorkomend telegram
»Port-Saïd, 21 Aoüt, 6 h. soir.
sAprès deux jours de crise difficile ayant inter-
rompu le transit et le débarquement des Anglais
a Port-Said et a Ismalïa étant un fait accompli, un
modus vivendi étant établi de manière a permettre
le fonctionnement régulier du transit, je pourrai,
(DE VONDELING),
Novelle van Baron Kobel*ts.
Het vertrek was verlicht. Danielo zat aan de
tafel en zij, de Roos van Bengalen, stond voor
hem, tegen het licht, in al haar verleidelijke
schoonheid. Ik zag slechts zijne oogen, die groot
en vol gloed in zijn vermagerd gelaat fonkelden,
die zeiden alles. Ik hoorde niet wat zij spra
ken, er werd gefluisterd. Langzaam gaat zij
naar de deur, zij draait zich om, lenig als
een slang, en hare oogen, die duivelsoogen, lokken
nem. Kort daarna staat hij op en volgt haar.
Ik stond als verlamd, daar binnen op de tafel
lag een mes, scherp en blinkend, daar staarde ik
op. Ik kon niet anders, ik moest erop staren.
Eensklaps schoot mij een denkbeeld door het ge
moed, even scherp en spits als het mes zelf.
«Alle heiligen des hemels 1" riep ik, en hijgde
naar adem, zoo vreeselijk was dat denkbeeld,
de huisdeur stond aan, ik behoefde slechts binnen
te gaan, het mes van de tafel te nemen en met
$at mes, nu ja, met dat mes hen te volgen.
dans quelques jours, rentrer a Paris. La sécurité
du personnel est compléte."
(Get.) Ferdinand de Lesseps.
Ter Menzen, .23 Augustus. De Duitsche
schooner Anton, gezagv. Pankow, van Leuven
naar Dantzig, en de Noorsche schooner Susanne,
gezagv. Martinsen, van Gent naar Horneborg,
zijn beide hier heden binnengesleept, de eerste
met scbade aan den voorsteven en de laatste met
averij aan de tuigage, en beide met verlies van
ankers en kettingen.
Door een gebrek aan de machine, alsook aan
kolen, is heden hier uit zee teruggekomen, de
Engelsche stoomboot Mona, gezagv. Graad, van
hier naar Londen bestemd.
Bij de verkiezing voor een lid van den raad der
gemeente Wissenkerke heeft niemand de volstrekte
meerderheid bekomen. Er zal eene herstemming
moeten plaats hebben tussehen de heeren J. L.
Kliiyt» die 42 en A. van der Maas Ez. die 32 stem
men bekwam.
Wij vestigen de aandacht op eene advertentie
in dit nommer voorkomende, waarbij door de
commissie voor Zeeland der Internationale kolo
niale en uitvoerhandel-tentoonstelling te Amster
dam, wordt herinnerd dat bij haar inschrijvings
biljetten te verkrijgen zijn. In een onzer vólgende
nommers hopen wij aangaande de tentoonstelling
eenige nadere bijzonderheden op te nemen.
Volgens een bericht in de Indépendance is de
Belgische postboot Parlement, op hare reis van
Dover naar Ostende, gisteren nachtbij slecht
weer, tussehen Nieuwpoort en Duinkerken ten
anker moeten komen, wijl zij een der cylinders
was gebroken. Zij bad 26 passagiers aan boord.
Een andere mailboot, de Comte de Flandre, heeft
de Parlement gisteren avond te Ostende binnen
gesleept.
Er zijn weer nieuwe berichten uit de Transvaal,
waaruit blijkt dat sommige streken door eene
goudkoorts zjjn aangegrepen, welke wjj hopen dat
voor onze stamgenooten geene nadeelige gevolgen
zal hebben.
Uit Pretoria wordt, van 28 Juli, gemeld
Er komen weder uitstekende berichten van de
Kaap-Goudvelden. Verscheidene personen die er
van daan zjjn gekomen, zijn bjjzonder tevreden
met de vooruitzichten, en maken zich thans ge
reed om er heen te gaan. Zij brachten monsters
mede, die inderdaad zeer goed waren. Bijna ieder
der 200 delvers vindt er goud. De afstand der
velden van Pretoria is van 250 tot 275 mijlen,
en de wegen zijn verschrikkelijk slechtde wagens
slaan meermalen om voor zij er aankomen. Een
gouvernements-commissie, bestaande uit de heeren
P. J. Joubert, M. W. Pretorius, W. A. B. Came
ron, C. Joubert en H. Hoolboom (goud-commis
saris), vertrekt deze week naar de goudvelden
om de zaken te regelen. Men zegt dat de delvers
niets willen te doen hebben met concessies, en
En ik deed het, ik sloop naar binnen, ging
naar de tafel, nam het mes op, daar begon ik
hevig te beven en drong zich een ander denk
beeld aan mjj ophij was toch de vader van het
kind dat de hemel mij binnen kort zon schenken,
het mes werd gloeiend als vuur in mijn hand
en ik wierp het op den grond;
«Kort daarna bracht ik een meisje ter wereld,
en toen hij zoo naast mjj stond en dat kleine ding
in de armen hield, kon ik niet nalaten tot hem
te zeggen
«Danielo, aan dat kind hebt gij het te dan
ken dat gjj nog leeft.
«Hoezoo vroeg hij verwonderden ik ver
telde hem alles. Hij vertrok geen spier, maar
toen hjj de kleine weer op het bed legde, zag hij
mij strak aan en zei
«Jammer^ dat gjj het niet gedaan hebt, Spi-
netta, dan had men gezien dat gjj karakter en
hartstocht hebt, ik houd van vrouwen, die
bloed in de aderen hebben, ja daar houd ik
van 1"
«Het was aardig zooveel schik als hij in het
kleine meisje had. Het was ook een pracht van
een kind. Als hij thuis kwam vroeg hjj het eerst
naar haar, en alle teederheid die in hem was, be
toonde hjj aan haar. Zoo hoopte ik dat zjj nog
eenmaal een band zou zjjn tussehen hem en mjj.
Maar de hartstocht is geljjk een Vesuvius, een tjjd-
lang rookt hij slechts, maar dan barst hjj weer in
lichte laaie los. Zulk een lavastroom kwam
over Danielo, en ditmaal sterker dan ooit. Er
bepalingen hebben opgemaakt, die zjj ter goed
keuring en bekrachtiging naar de regeering heb
ben opgezonden. Negen plaatsen, een in Zout-
pansberg, zes in Waterberg en twee in Ljjdenburgt
hebben de voorlaatste week gemiddeld 430
opgebracht. Een tijd geleden werd voor allen te
samen slechts 90 geboden. Eene Lijdenburgsche
plaats met 150 reserve, bracht 310 op.
In de Patriot leest men liet volgende uit Pretoria
«Goud velde toe? is nou hier op Pretoria di pratji
van di dag. Al wat leef en adem heef wil gaan
goud grawe. Dis 'n uittogSaturdag (eergister)
is nog. 6 wagens weg. En di posjong vertel op
Middelburg is net nog di Landdros op di dorp
di andere inwoners is almal goudvelde toe. Nou
bljjk dit al meer dat dit mar net 'n wijze politiek
is van onze regering om konsessies uit te ge.
Want di Goudvelde is so ryk, had hulli di deur
ope gesit ver elkeen, dan het ons hier 'n delwers-
bevolking kekry van dri en viermaal so groot as
di hele boerenbevolking van di land, en di het
ons oerstroom. Oom Paul sal molik weldra na
Mankorana toe gaan. Di stamme wat daar veg
het sijn bemiddeling mgeroep. En hulle het na
Engeland getelegraveer«hysal gaan mits Enge
land toestem, dat die stamme weer onder die
Republiek kom as hulle self dit begeer." En nou
word die antwoord nog verwag. Plase word
hier nog goedkoop verkog, Dis nou di tyd ver
mense wat held het en gronde wil koop. Dis
seker di beste belegging van kapitaal."
Men bericht nog uit de Transvaal, dat te Rus
tenburg eene openbare vergadering is gehouden,
waarop besloten werd eene requisitie te zenden
aan hoofdrechter Kotzé, om zich candidaat te
stellen voor het presidentschap. De requisitie
werd door bjjna alle aanwezigen onderteekend. Er
werd een verkiezings-comité aangesteld en de
requisitie doet nu de ronde door het land en
wordt talrjjk geteekend.
Men zegt dat de gebroeders Davenport onmid-
delljjk een begin zullen maken met het leggen
van den spoorweg van Lorenzo Marques.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der corres
pondentie naar N.-I. door middel van het stoom
schip Gelderland, waarvan het vertrek uit Rotter
dam op 26 Augustus a. is bepaald.
Behalve naar Batavia wordt met deze gelegen
heid mede eene brievenmaal naar Padang gezonden.
De brieven en verdere stukken behooren op 26
Augustus uiterlijk 's morgens voor 9 uren te Rot
terdam aangekomen te zijn.
Omtrent Borneo leest men in de Jav. Ct
In de maand Maart jl. werd den resident der
Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo medege
deeld, dat de zonen en verdere afstammelingen
van nu wijlen Pangeran Antasari en Toemengoeng
Toerapali, die bij den opstand in genoemd gewest
in 1859 eene voorname rol gespeeld hadden,
vjjandige plannen tegen het gouvernement smeed
den.
Daar de ter zake ingewonnen berichten, hoewel
werd onder de menschen over gepraatvelen had
den een hekel aan mij en bespotten mjj, totdat
ik het niet meer kon uithouden. Daar mjjn bid
den en smeeken bij de heiligen des hemels niets
geholpen had, wilde ik het met een werk van den
booze beproeven I Het eene duivelswerk tegen
het andereDaarboven in de kloof bij den
molen woonde een oude vrouw, die zeer bedreven
was in waarzeggen en tooverij. Haai- man was
vuurwerkmaker geweest en bjj een ontploffing te
Napels om het leven gekomen; men zei dat hij
zjjn ziel aan den booze verkocht had. Ik ging
naar haar toe en kiaagde haar mijn nood.
«Ach, de Roos van Bengalen," zei zij, «dat
is een van de onzen, hoor, als hjj die in de han
den gevallen is, krijgen wjj hem niet zoo gemak-
keljjk ios. Die voedt zich met het hartzeer van
andere vrouwentegen haar helpt geen drankje
en geen belezen. Zeg eens, heeft uw ontrouwe
echtgenoot iets dat hjj bijzonder lief heeft
„Zeker" zei ik, ons kindje" en ontstelde. Zjj
bedacht zich en staarde mjj met hare groene
oogen aan.
„Dat kindje kan ons helpen," zei zjj, «wan
neer gjj het een poos voor hem verbergt, zoodat
hjj niet weet waar het gebleven is, het veilig
ste was dat gjj het wacht ja, dat gij het in
een Yondelingshuis bracht in Salerno is er
een
„Sangue di Dioriep ik uit, „nooit of nim
mer Hak mij liever een vinger af, eer ik dat
doe."
in den aanvang onbestemd, hoe langer hoe meer
zekerheid kregen en de kwaadwilligen zich be
ijverden de bevolking in den Boven-Doesson onder
hun invloed te krjjgen, terwijl hun ook het voor
nemen werd toegeschreven om den Barito af te
zakken en in het Amoentaische te dringen, besloot
de resident in overleg met den gewestelijken
militairen kommandant de noodige maatregelen
te nemen.
Den 14en Mei jl. vertrok de resident met ge
noemden kommandant naar Amoentai, alwaar
door hen in overleg met den assistent-residenten
den militairen kommandant ter plaatse een plan
werd ontworpen tot tegengang van een mogeljjken
vjjandeljjken aanval.
De gouvernementsstoomer Djambi werd inmid
dels ter beschikking gesteld van den controleur
van den Doesson, om dien ambtenaar gelegenheid
te geven den Boven-Doesson te bezoeken, ten
einde berichten aangaande den toestand aldaar in.
te winnen en zooveel doenlijk ongeregeldheden te
voorkomen.
Om de weerbaarheid van genoemd vaartuig te
verhoogen werd de bemanning met een officier en
dertig manschappen van de infanterie versterkt.
Na hun terugkomst van Amoentai besloten de
resident en de gewesteljjke militaire kommandant
zich naar de Doessonstreken te begeven om den
stand van zaken aldaar op te nemen en vervol
gens naar omstandigheden te handelen.
Zjj vertrokken den 20en daaraanvolgende per
gouvernementsstoomer Barouw, waarop 30 solda
ten onder bevel van een officier geëmbarkeerd
werden.
Den 23en. werd den resident ter hoogte van
Soengei-Ajoe een brief overhandigd van den con
troleur van den Doesson, gericht aan den assistent
resident der Doeson- en Dajaklanden, houdende
het bericht, dat de Djambi den 21en te voren in
de Riam Bahoeloes, 8 a 9 uren stoomens boven
Moeara-Lahai, beschoten was, tengevolge waarvan
aan onze zijde éen man sneuvelde en vier gewond
werden.
Het door den vijand bij die gelegenheid geleden
verlies, was niet met juistheid bekend.
Steeds doorstoomende bereikten zij in den na
middag van den 24en de Moeara-Lahai, alwaar
de Djambi werd aangetroffen.
Daar werd vernomen dat de in Soengei-Lahai
gedrongen opstandelingen een sterkte opgericht
hadden.
In verband daarmede werd besloten aan de
monding der Soengei post te vatten en na aan
komst van versterking van Bandjermasin de Lahai
van vjjanden te zuiveren.
Den 27en is de resident per Barouw te Bandjer
masin teruggekeerd.
Z. M. stoomschip Sindoro en de gouvernements
stoomer Temate zijn respectieveljjk den 26en en
28en Mei de Barito opgestoomd, terwijl nog een
veertigtal soldaten van Bandjermasin naar Moeara-
Lahai werd gezonden.
Het gewezen hootd van Siong, de verdiensteljjke
„Maar zij ging in een drankje roeren, dat boven
het vuur stond en blauwachtig lichtte.
«Wat is daar dan aan," zeizij, «gij haalt het
immers weer terug, ik kan u niet anders hel-
pen, het kind moet naar het Vondelingshuis zeg
ik, er zit niet anders op."
„Ik stoof op als door een adder gestoken en
gilde «Blijf van mjjn kind af! Alles wil ik dóen,
maar dat niet
«Gjj zult nog wel eens terugkomen," zei zjj,
maar ik liep weg.
«Ach, Benetto, ik kwam toch terug en ik had er
mjj zoo tegen verzet! Was het dan iets zoo Ver
schrikkelijks, om het kind voor een paar dagen
aan de zusters in het Vondelingshuis toe te ver
trouwen Men haalt het immers terug
«Nu zei de heks, «ik wist wel dat gij terug
zoudt komen."
«Hoe lang moet het er blijven?" vroeg ik.
«Totdat de Roos van Bengalen uw mali laat
loopen," zei zij, «en dat duurt niet lang. Aanstaan
den Dinsdag is er een maansverduistering," dit
zeggende, roerde zjj in haar pannetje, alsof zij die
verduistering moest gereedmaken, «vier uren na het
Ave begint zjj, dan moet gjj het wegbrengen."
«En ik deed heto ik deed hetIk kon
niet anders, de duivel beheerschte mij! Ik rukte
mjjn eenig kind van mjjn borst, waarachtig, en ik
bracht het weg. Ik was een monster, geen dier
in de wildernis zou zoo iets doen Laat in den
avond sloop ik weg met het kind, den berg op,
de maan was inderdaad met een sluier overtogei^